Bezoek aan de Museumtuin van
Gaasbeek
Vandaag met de KVLV Gaasbeek bezocht. Zowel het kasteel als de tuin
zijn van de Vlaamse Gemeenschap. Deze tuin kan je enkel in groep en met gids
bezoeken.
We kwamen eerst in de pruimentuin op halfstam. Dit gedeelte werd al
aangelegd in 1997 en maakte van alles de zwakste indruk. Hier staan 49, vooral
lokale rassen. Er waren weinig vruchten en een zwakke bladstand. Drie
afstervende bomen.
Was er honingzwam in het spel?
De voedingstoestand van de bomen leek mij niet helemaal in orde.
Wat een verschil vormde de pas twee jaar geleden aangelegde
hoogstamboomgaard. Hier een florisante groei en wat mij nog het meest
verwonderde: meerdere bomen met vruchten, wat ik helemaal niet verwachte van
jonge hoogstammen. De stammen zijn al wat dikker en wellicht werd de kruin
sterk teruggesnoeid bij het planten.
Hier past men geïntegreerde bestrijding toe.
In een derde boomgaardgedeelte toont men de verschillende vormen van
laagstamteelt. Bijvoorbeeld in drie rijen (met het ras Belgica) of in een
speciale rij als bv het Lepagesysteem en de Jeukse haag.
Er is een leuke kleinfruittuin en overige fruitsoorten als kwee,
mispel, amandel, druiven, pruimen, die er hier stukken beter voorstonden.
De museumtuin van Gaasbeek is vooral bekend voor zijn grote
verscheidenheid aan leivormen. Daarvoor heeft men rondomrond muren ter
beschikking en een menigvuldigheid van constructies, die extra beschutting met
vliesdoek tegen late vorst mogelijk maken.
Verder kan je kennis maken met een grote variatie groenten en bloemen.
Er is een prieel met orangerieplanten: appelsienen, citroenen,
mandarijntjes met zowel rijpe vruchten als een menigte nieuwe bloemen, een
granaatappel met enkele zich ontwikkelende vruchten, een olijfboom
Het laatste gedeelte, de vroegere kasteeltuin is nu een formele tuin
met tot op de millimeter vlak geschoren buxushagen en figuren of was er ook
taxus bij? We zagen in de verte nog een paar man bezig met koord en waterpas
bij het scheren.
Aan een ding heb ik mij geërgerd: men maakt enkel gebruik van
scheikundige mest.
Nergens een spoor van organische mest, stalmest of mulching met
organische mest, hakselhout of bladeren. Geen spoor van recyclage of
compostering.
Alles is er hyper clean.
Op dit gebied heeft de Vlaamse Gemeenschap een grote
achterstand op bv The Royal Horticultural Society met zijn grote tuin in Wishley;
om niet van Garden Organic van de Henry Doubleday Research Association, beiden
in Engeland, te spreken.