Verhalen, sprookjes, fabels, mythen, sagen en legenden
welkom!
Problemen Er zijn nogal wat problemen met het lezen van de teksten, daarom volgende tip :
Met de muis links klikken en over de tekst schuiven.
De tekst verschijnt duidelijk leesbaar.
08-02-2010
Dwaallichtjes
Dwaallichtjes - vuurgeest -
In een broek of een moeras zag men vaak dwaallichtjes.
De dampen die uit de grond opstegen, veroorzaakten een vlam wanneer ze in contact kwamen met de lucht.
Door de dwaallichtjes zijn veel mensen verdwaald en in het moeras verdronken.
In het Weerter Broek tussen Beek en Stamprooi had een landmeter het land onrechtvaardig verdeeld.
Tijdens de nacht na Kerstmis kwamen enkele burgemeesters naar het Broek om de zaak op te lossen.
Enkele jongemannen van een boerderij in Beek konden hun nieuwsgierigheid niet bedwingen en gingen 's nachts kijken hoe de burgemeesters het land verdeelden. Omstreeks twee uur 's nachts kwamen de jongens terug bij de boerderij.
Eén van de jongens viel flauw en de anderen waren te zeer geschrokken om nog te kunnen spreken.
Nooit hebben ze verklapt wat ze die nacht hadden gezien.
Een man die 's avonds met zijn vrienden was gaan kaarten, wandelde langs een gracht naar huis.
Opeens zag hij een vreemd schijnsel in de gracht alsof de zon in het water scheen. Het was de vuurman.
De vader van de man was op een dag naar Maastricht geweest om boter te halen. Op de terugweg langs de Mechelse Hei was de vuurman op de kar gesprongen. Een knecht die tegen beter weten in naar de vuurman had gefloten, moest snel naar binnen lopen.
De volgende ochtend vond hij op de deur de handafdruk van de vuurman.
Een man die terugkwam van de kermis, werd tot zijn grote schrik gevolgd door een vuurman. Een vuurman leek op een baal stro die in brand stond. De man bereikte nog net op tijd zijn huis.
De volgende ochtend stond de paardenpoot van de vuurman in de deur gebrand.
Vroeger zag men in de beemden vaak dwaallichtjes die een jurkje droegen en in een kring dansten en zongen.
Wanneer men naar de dwaallichtjes floot en dan snel naar binnen ging, dan vlogen de lichtjes tegen de deur aan.
Enkele jongens die de dwaallichtjes van dichtbij wilden zien, hoorden mooie muziek op het bergje achter de Jeker. Naarmate de jongens verder gingen, leken de dwaallichtjes zich ook verder en verder van hen te verwijderden.
Op de rand van de put van heks X zag een jongen een vuurbol die wel tien minuten onbeweeglijk bleef.
Toen de jongen en zijn vader bijna thuis waren, zei de vader: "Nu mag je eens fluiten naar de vuurbol, maar dan moet je wel snel naar de schuur rennen."
Nadat de jongen de deur van de schuur achter zich had gesloten, hoorde hij een luide bons.
De volgende dag stond er een grote zwarte hand in de deur gebrand.
Dwaallichtjes waren grote maden die door de lucht vlogen.
regio : Veerle
Dwaallichten waren maden die in rot hout zaten. Vroeger zag men veel meer dwaallichten dan nu, omdat er vroeger meer vijvers en moerassen waren.
regio : Olmen
Een man zag in het broek een lichtje vliegen, dat zo groot was als een kalf. De honden waren zo bang dat ze de hele tijd tussen de benen van de man door liepen.
Dwaallichtjes waren insecten die licht gaven door het schijnsel van de maan. In sommige periodes van het jaar gaven dwaallichtjes meer licht dan anders.
regio : Varendonk
Dwaallichtjes zagen eruit als grote zwarte kevers met dubbele lichtgevende vleugels. Dwaallichtjes zag men vooral in de buurt van moerassen. Ze kwamen nooit naar de mensen toe.
regio : Veerle
Een man die met de hondenkar naar de melkerij reed, zag dwaallichtjes heen en weer vliegen. Even later waren de lichtjes verdwenen tussen de takken van de bomen.
Men vertelde dat de vuurman altijd door het Hol-ven van Opoeteren naar 't Louwel ging.
Een jongen die in Opoeteren naar de kermis was geweest, zag op de terugweg een vuurbol. De jongen was zo verschrikt dat hij naar huis liep zo snel hij kon.
Zijn vader had ooit de vuurman gezien toen hij zijn schapen was gaan hoeden in 't Groot Broek.
In Glabbeek werden ooit twee vuurmannen tegelijk gezien.
Een man uit Glabbeek die naar de vuurman had gefloten, werd door het vuur achtervolgd. De man vluchtte naar binnen en hoorde hoe de vuurman tegen de deur op vloog.
De volgende dag stond er een zwartgeblakerde hand op de deur.
Op de hoeve van X stond een boer met zijn knecht in de stal, toen hij op de heide plots een vuurman zag lopen. "Zal ik eens fluiten? Hij is toch nog ver", zei de knecht, en hij floot naar de vuurman.
De boer en de knecht waren nog maar net binnen, of de vlammen sloegen reeds tegen de deur. De knecht en de boer waren erg bang geworden, en de oude Y sprak tot hen:
"Al wat rust, moeten jullie met rust laten!" Na een tiental minuten vertrok de vuurman weer.
Vuurmannen en dwaallichtjes waren vaak landmeters die tijdens hun leven niet goed hadden gemeten; en zo waren er veel!
Een jongen van veertien bracht veel tijd door met zijn vriend X, met wie hij zijn Communie had gedaan. Op een dag zag X de vuurman, die als een grote vuurbol door de bomen vloog.
Tegen beter weten in, floot X naar de vuurman om hem te tergen. X kon nog net op tijd naar binnen lopen en de deur achter zich dichtslaan.
De volgende ochtend stond er een grote zwarte hand op de deurpost gebrand.