Welkom bij saagje!
Foto
Inhoud blog
  • Het oude moedertje
  • De legende van de maïs
  • Mans van de Maone
  • De boer en de duivel
  • De twee advocaten(slot)
  • De twee advocaten
  • Het geitje Pak-me-dan
  • De natgeregende kabouter
  • De zeven heksen
  • Het aardmannetje van de Röhrerbühel 2
  • Het aardmannetje van de Röhrerbühel
  • Nikola staat borg
  • De vurige man van de Geute
  • De geschiedenis van de boerendochter Ketilrídur 2
  • De geschiedenis van de boerendochter Ketilrídur
  • Op reis gaan
  • De luie hasjverslaafde en zijn verstandige vrouw(vervolg)
  • De luie hasjverslaafde en zijn verstandige vrouw
  • Het toverfluitje en het toverhoedje (vervolg)
  • Het toverfluitje en het toverhoedje
  • Waarom de bomen in de herfst geel worden
  • Tijl Uilenspiegel en de paardenkoopman
  • De nimf Daphne
  • De geschiedenis van de reuzenkreeft
  • De toren van Medemblik
  • Theseus en Hippolytus
  • Duimedik
  • De vuurman van Soest
  • Maan, Djabu en de dood
  • De jakhals en de patrijs
  • Goudsbloempje
  • Afspraak is afspraak
  • Het spook van de Zeedijk
  • Rata's wonderbaarlijke reis-einde
  • Rata's wonderbaarlijke reis-vervolg
  • Rata's wonderbaarlijke reis
  • Waarom de hyacint maar zo kort bloeit
  • De citerspeler
  • Van een opgeverfde haan
  • Het land van moeder Soemba
  • Het zwanennest
  • De engel
  • De gebarsten emmer
  • De hondenmarkt van Boedapest (slot)
  • De hondenmarkt van Boedapest
  • Billy de coyote (slot)
  • Billy de coyote(vervolg)
  • Billy de coyote
  • Garuda
  • De dood van de sprookjesverteller
    Foto
    Zoeken in blog

    Beoordeel dit blog
      Zeer goed
      Goed
      Voldoende
      Nog wat bijwerken
      Nog veel werk aan
     
    Hoofdpunten blog waaroemni
  • Kerstgroet
  • Luchtballonvaart
  • Paulus Potter
  • Sint-Elisabethsvloed
  • Willem Tell
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Categorieën
  • aardgeest (21)
  • avonturenverhaal (6)
  • dierenverhaal (5)
  • duivels (46)
  • fabels (57)
  • gedichten (1)
  • geesten (griezellen) (12)
  • heksen (52)
  • historisch verhaal (13)
  • historische sagen (35)
  • legende (42)
  • Luchtgeest (30)
  • Mythe (24)
  • parabel (7)
  • Plaaggeest (10)
  • sagen (87)
  • Sinterklaasverhalen (4)
  • sprookjes (118)
  • Tovenaars (38)
  • toverboeken (13)
  • volkssprookje (40)
  • volksverhalen (140)
  • vuurgeest (26)
  • watergeest (19)
  • weerwolven (15)
  • Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    'VOLKSVERHALEN'

    problemen
    Verhalen, sprookjes, fabels, mythen, sagen en legenden
    welkom!
    Problemen
    Er zijn nogal wat problemen met het lezen van de teksten, daarom volgende tip :
    Met de muis links klikken en over de tekst schuiven.
    De tekst verschijnt duidelijk leesbaar.
    29-11-2009
    nieuwsgierig héHet kleinste stukje speelgoed(1/2)
    Het kleinste stukje speelgoed (1/2)
    - Een verhaal over hoe Sinterklaas de cadeautjes rondbrengt -

      Sinterklaas wil altijd erg graag dat zijn knechten genoeg speel-  goed maken om ieder kind een heerlijk Sinterklaasfeest te   bezorgen. Daarom ging hij op een morgen, een paar weken voor   vijf december, alle werkplaatsen langs en zei tegen zijn   knechten: "Denk eraan, dat je al het hout goed gebruikt om er   iets van te maken. Van een heel klein stukje kun je soms nog iets   leuks maken."

      "Maar wat kunnen we dan van die kleine stukjes maken?" vroeg   de Timmerpiet, terwijl hij op een hoop afval wees. Sinterklaas   bekeek het en zei: "Je kunt er mooie blokken van maken en die   verven en met het zaagsel kun je poppen en beesten opvullen." -   "Maar kijk nu eens naar dit piepkleine stukje," zei een andere   Zwarte Piet, "daar kun je toch echt niets mee beginnen."

      En hij liet Sinterklaas een stukje hout zien, dat niet groter was   dan de helft van zijn pink. Alle knechten schoten in de lach,   maar de Sint bekeek het aandachtig, één wenkbrauw ging   omhoog, de ander omlaag - dat deed hij altijd als hij heel diep   nadacht. "Je zou er een fluitje van kunnen maken," zei hij   eindelijk. "Een fluitje!" zei de Timmerpiet. "Een fluitje!" lachte   Pedro en hij lachte zó hard, dat hij een buiteling maakte, recht in   een hoop zaagsel. "Wie kan er nu van dit kleine stukje hout een   fluitje maken?" Sinterklaas glimlachte en pakte een scherp,   klein mes van de werkbank. "Dat zal ik je eens laten zien," zei hij.

      Alle knechten kwamen om hem heen staan; ook Pedro, die vlug   het zaagsel van zijn kleren sloeg. Al hebben Zwarte Pieten nog   zulke handige, vlugge vingers, niemand kan toch zulke mooie en   moeilijke dingen maken als Sinterklaas zelf. Ze keken met grote   ogen toe, terwijl hij het hout tussen zijn handen ronddraaide en   er een prachtig fluitje van maakte, dat hij versierde door er   bloemen en vogeltjes in te snijden.

      "Luister," zei hij, en toen hij erop blies was het net of er elfjes   zongen. Sinterklaas deed het fluitje in een grote, lege zak en zei   tegen zijn knechten: "Als je dus heel kleine stukjes hebt, maak   er dan fluitjes van." Na die dag sneden de knechten heel veel   fluitjes, maar niemand kon zo'n klein fluitje maken als dat van   Sinterklaas.

      Op Sinterklaasavond werd het fluitje met al het andere speel-  goed in de zak gedaan, maar het was zó klein, dat het steeds   tussen Sinterklaas zijn vingers door glipte als hij in de zak naar   een cadeautje zocht. Sinterklaas had al veel huizen bezocht en   veel schoenen gevuld, maar het fluitje was nog steeds niet   weggegeven. De zak was al half leeg en de Sint begon langzaam-  aan moe te worden, toen hij bij het huis kwam waar Bobbie Blom   woonde. Hij stopte Bobbie's schoen helemaal tot voorin vol,   zodat er nog net genoeg plaats overbleef voor een héél klein   cadeautje.

      "Ik geloof dat ik nog een fluitje heb dat daar precies in past,"   zei Sinterklaas en hij pakte het kleine fluitje, dat hij zelf had   gemaakt, uit de zak en legde het in Bobbie's schoen. "Je mag dan   het allerkleinste stukje speelgoed zijn, maar je gaat er nog net   bij," zei hij vrolijk. "Hé, wat is dat?" Op het tafeltje vlak voor de   haard stond een schaal koekjes en een grote thermosfles vol   warme chocolademelk. "Lieve Sinterklaas," had Bobbie op een   stuk papier geschreven, "dit is voor u. Ik hoop dat u het lekker   vindt."

      "M-m-m!" zei Sinterklaas, terwijl hij van een koekje proefde.   "Wat heerlijk en wat een lekkere chocola! Ik ga er even bij   zitten, dan rust ik meteen wat uit."

      En Sinterklaas zakte in een diepe, zachte stoel en strekte zijn   benen uit naar het haardvuur.
    Bron : "Daar wordt aan de deur geklopt. Verhalen voor Sint Nicolaas, liedjes en recepten"
                 door Ineke Verschuren. Uitgeverij Christofoor, Zeist, 2000. ISBN: 90-6238-734-9

    29-11-2009 om 19:30 geschreven door saagje

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    Categorie:volksverhalen
    » Reageer (3)
    28-11-2009
    nieuwsgierig héNicola en het graan
    Nikola en het graan
    - Een Russische heiligenlegende over Sint Nicolaas -

      Het was een hete dag, net zo heet als het de vorige dag geweest   was, en de dag daarvoor. De boeren konden zich niet meer   herinneren wanneer er regen gevallen was en wanneer de   verzengende zon dag in dag uit was begonnen te schijnen. Met   sombere gezichten zaten ze voor hun armelijke hutten en   spraken over de mislukte oogst en het ongeluk dat juist hun   getroffen had. De brandende zon had hun graanoogst geheel   verzengd. Ze vroegen zich af of Elias, de strenge, boos op hen   was, of dat God de Heer hen wilde doen beseffen hoe zondig ze   waren en dat dit een waarschuwing was. Maar wat moesten ze met   deze verschrikkelijke droogte, terwijl ze bijna geen eten meer   hadden. De akkers van de arme boeren lagen er verschroeid en   kaal bij. Ja, de rijke boeren hadden nog een schamele oogst   gehad, doordat zij hun akkers konden bevloeien, maar weldra zou   onder de arme boeren de hongersnood heersen.

      Terwijl ze zo met elkaar over hun ongeluk praatten naderde hen   een oude grijze man. Geen van de boeren kende hem; hij kwam   vast niet uit deze streek. "Waarom kijken jullie zo bedrukt?"   vroeg hij de boeren, terwijl hij bij hen bleef stilstaan. "Is er een   ongeluk gebeurd?" Een van de boeren stond op en wees naar de   velden. "Zie je niet hoe onze akkers eruit zien? De verzengende   zon heeft alles verbrand!" De oude man keek om zich heen en   richtte daarna zijn blik van de een naar de ander. Hij schudde   zachtjes zijn hoofd en sprak: "Beste mensen, als jullie nog een   handvol roggekorrels hebt, breng me die dan."

      De boeren keken elkaar verbaasd aan en keken toen   achterdochtig naar de oude man. Ze begrepen niet wat hij wilde.   Wilde hij hen voor de gek houden en bespotten in hun ellende?   Ze overlegden met elkaar en besloten ten slotte toch maar een   handjevol rogge te halen. Je kon nooit weten wat die oude   grijsaard ermee zou doen. Zorgvuldig nam de oude man de   roggekorrels in ontvangst en liet zich van de ene hut naar de   andere brengen en bij iedere boerderij bekeek hij alles   zorgvuldig. De boeren keken elkaar verbaasd aan, toen ze zagen   dat hij op ieder erf, vlak voor de broodovens een roggekorrel   neerlegde. Toen hij overal geweest was vroeg de grijsaard   nadrukkelijk: "Ben ik overal geweest? Heb ik geen boerderij   overgeslagen?"

      De arme boeren knikten en begonnen met elkaar te overleggen   wat de zin van dit alles zou zijn. Intussen letten ze niet op de   oude man en hij verliet de armelijke hutten zonder dat iemand   het merkte. Pas toen ze tegen de avond hem wilden uitnodigen   voor een schamele maaltijd merkten ze dat hij was verdwenen.

      Het werd avond en de boeren legden zich ter ruste. De volgende   ochtend werden ze wakker en keken somber uit het raam om te   zien of er eindelijk regenwolken in aantocht waren om hun   ellende te keren. Maar wat ze zagen deed hen zo verbaasd staan   dat ze geen woord konden uitbrengen. Daar waar de oude man   voor iedere oven een graankorrel had neergelegd groeide een   rijpe roggeaar en overal stak uit de schoorstenen wederom een   rijpe roggeaar. En terwijl zij rondkeken in hun huizen ontdekten   ze dat het kleine lampje voor de icoon van Nicolaas helder   brandde. Buiten gekomen zagen ze dat op hun akkers het rijpe   graan in de wind heen en weer wiegde. Toen begrepen ze wie die   oude man geweest was die hen gisteren op zo vreemde wijze had   bezocht: het was Nicolaas de barmhartige.
    Bron : "De drie bruiloftsgaven. Verhalen voor de herfsttijd, Michaël, Sint-Maarten, Sint-Nicolaas"
                 door Ineke Verschuren. Uitgeverij Christofoor, Zeist.

    28-11-2009 om 10:50 geschreven door saagje

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    Categorie:volksverhalen
    » Reageer (10)
    27-11-2009
    nieuwsgierig héHet grote geschenk (3/3)
    Het grote geschenk (3/3)
    - Een Sinterklaasverhaal van Nienke van Hichtum -
      Dikwijls kwam hij hen 's avonds gezelschap houden en altijd wist   hij zoveel liedjes, verhalen en grapjes, dat hij de langste   winteravond kort maakte. Nee, 't was niet meer dan billijk dat zij   om Olaf even hun verdriet probeerden te vergeten, al was 't   alleen maar voor deze avond. En zo haalde de goede vrouw haar   bakspulletjes te voorschijn, kneedde met bekwame vingers het   speculaasdeeg, legde haar mooiste tafelkleed op tafel, en zette   er haar beste porselein op. "Daar komt Olaf al," riep de   boswachter van beneden. "Ja, ja, ik kom, ik ben er al," riep zijn   vrouw terug. "Ik zie hem al. Maar wat draagt hij daar? Zeker   iets, dat hij onderweg heeft opgeraapt."
      "Ik draag een Sint Nicolaasgeschenk voor u," zei Olaf lachend,   met zijn heldere stem. "Kom, laten we naar binnen gaan, dan zult   u wel zien, wat het is!"

      Vlasbloemetje was, nadat de Noordenwind haar bij Sint Nicolaas   had gebracht, een hele tijd bij de Goedheiligman gebleven.
      In die week had ze al de hoekjes en gaatjes van zijn paleis   doorsnuffeld. Ze had gezien hoe zijn Zwarte Pieten bezig waren   alle soorten speelgoed te maken dat er maar op de wereld te   bedenken was. Ze had staan kijken bij een paar Pieten die de   poppen aankleedden; ze had op de houten paardjes gereden; ze   had op de blikken trompetjes geblazen en op de trommels   geslagen, totdat Sint Nicolaas watjes in zijn oren had gestopt,   zo'n lawaai maakte het kleine ding. Het was allemaal heerlijk,   vonden de Pieten en zij moesten er steeds weer om lachen.   Vlasbloem mocht, wat hen betrof, het hele paleis ondersteboven   trommelen en blazen, zo lief vonden ze haar. Toen kwam de   Noordenwind even langs, om te kijken hoe zijn kleine   beschermelinge het maakte. Hij schudde ernstig zijn hoofd en   zei tegen de Hoofdpiet dat de Pieten druk bezig waren om zijn   Vlasbloem erg te verwennen. Maar de Hoofdpiet lachte net zo   hard als de andere Pieten, en zei dat het meisje precies mocht   doen wat ze wilde.

      Op een keer kwam Vlasbloem eens in de keuken, terwijl alle   Pieten daar erg druk bezig waren om pepernoten en speculaas-  poppen te maken. Het hummeltje at wel drie speculaaspoppen,   handenvol pepernoten en twee suikerbeesten. Ze werd ziek; haar   hoofdje klopte, haar maagje begon te draaien, en ze werd in haar   bed gelegd met warme kruiken. Juist op dat ogenblik kwam de   Noordenwind weer langs om naar zijn Vlasbloemetje te komen   kijken. Weer schudde hij ernstig zijn hoofd, toen de Hoofdpiet   hem vertelde wat er was gebeurd. De Noordenwind ging naar Sint   Nicolaas, en sprak met hem. "Uw Zwarte Pieten verwennen het   kleine meisje teveel. Vandaag heeft ze zoveel gesnoept, dat ze nu   ziek in haar bedje ligt. Zou het niet beter zijn als ze bij   eenvoudige, lieve mensen opgroeide, zodat ze gezelligheid,   warmte en geborgenheid krijgt?"

      "Tja," zei Sint Nicolaas, "misschien heb je gelijk..." Hij streek   een paar maal over zijn baard. "Weet je, Noordenwind, ik ken een   paar beste mensen, die haar zullen liefhebben en waarderen. Ik   denk dat ons Vlasbloemetje bij deze mensen een heel fijn leven   zal krijgen."

      De dag vóór het Sint Nicolaasfeest werd het meisje door de   Hoofdpiet in de armen van Olaf gelegd. "Olaf," zei de Hoofdpiet,   terwijl hij met moeite zijn ogen droog hield, "ik heb hier het   mooiste Sint Nicolaasgeschenk dat je maar kunt bedenken. Het is   voor de boswachter en zijn vrouw." Hierna draaide hij zich om en   verdween in het donker. Vlasbloem sliep, toen Olaf aanklopte bij   de kleine boswachterswoning. "Kijk, mevrouw Goedhart, kijk nu   toch eens wat deze avond u brengt! De knecht van Sint Nicolaas   heeft gevraagd of u voor dit kleine meisje wilt zorgen. Hij had   het over een Sint Nicolaasgeschenk..."

      "Och Jan, kijk toch eens, een meisje, een klein lief meisje..."   riep de vrouw, en tranen van blijdschap stroomden haar over de   wangen.

      "Moedertje," zei haar man, "we zullen van dit kind houden en voor   haar zorgen alsof het ons eigen kleintje is..." Hij streelde   Vlasbloem over haar wangetje. "Kom, kleine meid, vertel ons eens   wie je bent, en waar je vandaan komt?"

      Nu vertelde het meisje dat ze bij Sint Nicolaas had gelogeerd, en   de boswachter en zijn vrouw luisterden vol verbazing.
      Hoe heerlijk Vlasbloem het ook had gehad bij Sint Nicolaas en de   Zwarte Pieten, ze vond het nu toch ook weer prettig te wonen bij   mensen van haar eigen soort. En het allerfijnst vond ze het om   het lieve woord 'moeder' weer te kunnen zeggen...

      Het werd een heerlijke Sint Nicolaasavond - de eerste van een   hele reeks heerlijke Sint Nicolaasavonden, want Vlasbloem werd   een lieve dochter voor de goede mensen, die haar een tehuis   hadden gegeven. Zij en Olaf leefden als broer en zuster, en in   heel de omtrek waren die twee bekend en bemind, omdat ze zo   goed waren voor de armen en ongelukkigen, vooral als het tegen   Sint Nicolaas liep.

      Koning Winter regeert nog altijd in zijn paleis aan de   Noordpoolzee, koel en ijzig.

      Maar de Noordenwind brengt menig gezellig uurtje door met de   oude Sint Nicolaas en zijn vrolijke Zwarte Pieten. Dan zit hij   graag in een gezellig hoekje, en vertelt hun van Vlasbloem, en hoe   ze opgroeit. Hij houdt nog altijd zielsveel van zijn vondelingetje.   Nu en dan sluipt hij 's avonds naar het huisje in het bos en kijkt   eens hoe ze het maakt. Maar Vlasbloem weet niet eens, dat het   koele briesje aan het eind van een warme dag een bewijs is van   de trouwe gehechtheid van de Noordenwind aan zijn lieveling...

                                          * * * EINDE * * *
    Bron : "Daar wordt aan de deur geklopt. Verhalen voor Sint Nicolaas, liedjes en recepten"
                door Ineke Verschuren. Uitgeverij Christofoor, Zeist, 2000. ISBN: 90-6238-734-9

    27-11-2009 om 10:53 geschreven door saagje

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    Categorie:volksverhalen
    » Reageer (6)
    26-11-2009
    nieuwsgierig héHet grote geschenk (2/3)
    Het grote geschenk (2/3)
    - Een Sinterklaasverhaal van Nienke van Hichtum -
      "Die boodschap was niet nodig," zei de Noordenwind, "want ik   kom met en voor iets héél liefs. Nooit was ik vreedzamer   gestemd dan op dit ogenblik..."

      "Het spijt me," zei de donkere knecht zacht, "u heeft de Heilige   Meester wel eens een ander beeld van uzelf gegeven... Wilt u mij   volgen?" De Noordenwind klemde de kleine Vlasbloem met een   teder gebaar tegen zich aan, toen hij achter de knecht aan door   het bos liep. Plotseling stonden ze op een open vlakte; het   maanlicht toverde schaduwen op het paleis dat voor hen lag. "Kom   maar, volg me," zei de donkere knecht.

      Even later stond de Noordenwind op de binnenplaats van het   paleis. Een lange, brede trap leidde naar een verblijf dat op een   soort keuken leek. Het zag er gastvrij, gezellig en zindelijk uit.   In de houten schoorsteenrand stond met grote, duidelijke letters   de uitnodiging gesneden: "Welkom zijn de hongerenden." De   stenen vloer was met wit zand bestrooid, en de tafels en stoelen   waren van eikenhout, zwart van ouderdom, evenals de   dwarsbalken van de zolder, waarin allerlei figuren en spreuken   waren uitgesneden.

      In een grote zetel bij de haard zat een oude man in een   donkerrode fluwelen mantel. Zijn volle witte baard hing golvend   naar beneden. Zijn ogen fonkelden in zijn vriendelijke gezicht.

      "Dag Noordenwind," zei hij glimlachend, terwijl hij zijn mantel   wat dichter om zich heen trok. "Wat brengt jou ertoe om mijn   vreedzame woning te betreden? Kom je namens Koning Winter of   namens jezelf? Ach, het doet er ook niet toe, je bent welkom...!"   Hij draaide zich half om naar zijn knecht. "Zeg, Piet, leg nog eens   wat hout op het vuur en pook het maar flink op... 't Is altijd zo   koud als de Noordenwind in de buurt is..."

      Zwarte Piet deed snel wat hem bevolen was, terwijl de   Noordenwind verontschuldigend zijn schouders ophaalde. Sint   Nicolaas knikte vriendelijk naar hem. Dit gaf de Noordenwind   moed om zijn pakje los te maken, en Vlasbloem, die nog altijd   sliep, uit de zachte pels te voorschijn te halen. Hij vertelde de   Sint hoe hij haar gevonden had. "Het is een vreemde boodschap   die ik moet doen, goede Sint," zei hij zacht. "Het leed van dit   kind heeft mij voor het eerst van mijn leven weekhartig gemaakt.   Weet u, Sint, ik ben niet altijd zo koud en guur... Ik ben u   dikwijls achternagegaan, als u met uw liefdevolle hart de   kinderen blij ging maken met geschenken... Ja, ik heb u altijd in   stilte bewonderd. Daarom ben ik ook nu naar u toegekomen om uw   hulp te vragen voor dit kindje... Kom, Vlasbloemetje, word eens   wakker," vervolgde hij en drukte zijn lippen heel zachtjes op de   dichte oogjes van het kind, dat nu wakker werd, haar   bloemenoogjes uitwreef met haar rosé knuistjes, en verwonderd   om zich heen keek. Sint Nicolaas streek nadenkend over zijn   baard: "Wat een trieste geschiedenis, Noordenwind," sprak hij,   "maar we vinden er vast wel een oplossing voor."

      Hij stak zijn hand uit om het kind te strelen. Tot zijn grote   verrassing was Vlasbloem helemaal niet bang voor hem, en   strekte beide armpjes naar hem uit. Hij nam het kind op schoot,   en glimlachte toen het de armpjes om zijn hals sloeg en hem   kuste.

      De Noordenwind zuchtte opgelucht. "Gelukkig, ze is hier graag,   ze is hier goed, ik laat haar dan nu maar hier... Vaarwel Sint   Nicolaas! Ik ga..." De Sint maakte een klein gebaar, maar de   Noordenwind verontschuldigde zich: "Nee, nee, ik heb geen tijd   om te blijven. Koning Winter zal mij missen als hij wakker   wordt... Ik moet nu gaan, vaarwel!"

      't Was vijf december, Sint Nicolaasavond... In het huis van de   boswachter heerste deze keer geen vrolijke stemming. Droevig   zat de vrouw bij haar spinnewiel, treurend om haar kind, haar   enig kind, dat kort geleden gestorven was.

      "Kom aan moedertje," zei haar man, "houd nu eens even op met   spinnen en kom eens bij het haardvuur zitten..."

      "Och Jan, hoe kan ik dat nu doen?" vroeg de vrouw met een   vriendelijk, maar droevig lachje. Toch stond ze op van haar   spinnewiel en liep langzaam naar de andere kamer.

      "Kom nu, je mag niet langer zo verdrietig zijn! Ons kleintje is nu   immers van alle pijn en lijden verlost; laten we proberen een   beetje vrolijk te zijn op Sint Nicolaasavond. Al was het maar om   onze kleine vriend Olaf, vind je niet? Ach, hij is zo flink en   sterk en jong. Toe, maak het een beetje gezellig vanavond, om   hem een plezier te doen... Hij zal zo dadelijk wel komen, denk ik.   Ach, hij is zo'n heerlijke, trouwe vriend voor twee zulke eenzame   mensen als wij..."

      "Je hebt gelijk, Jan," zei zijn vrouw, haar ogen afdrogend.   "Voor Olaf zal ik het gezellig maken en wat speculaas bakken."   Ze begon de kamer wat op te ruimen en nam uit een oude kast met   mooi koperen beslag de mooie porseleinen kopjes, die ze niet   meer te voorschijn had gehaald sinds de laatste Sint   Nicolaasavond, die ze nog samen met hun kindje hadden   doorgebracht.

      Heel eenzaam en bedroefd zouden deze twee mensen het hebben   gehad, als Olaf, de zoon van hun buren, er niet was geweest. Als   hij zingend van zijn werk terugkwam, weergalmde het bos van   zijn jonge, frisse stem en de boswachter zei, dat zijn werk hem   altijd lichter viel als hij Olafs stem hoorde. En, toen hij eens uit   een boom was gevallen en zijn been had gebroken, was het Olaf   geweest, die hem op zijn sterke jonge schouders naar huis had   gedragen. Geen wonder, dat ook zijn vrouw veel van de lieve   jongen hield.
    Bron : "Daar wordt aan de deur geklopt. Verhalen voor Sint Nicolaas, liedjes en recepten"
                door Ineke Verschuren. Uitgeverij Christofoor, Zeist, 2000. ISBN: 90-6238-734-9

    26-11-2009 om 13:13 geschreven door saagje

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (1 Stemmen)
    Categorie:volksverhalen
    » Reageer (9)
    25-11-2009
    nieuwsgierig héHet grote geschenk
    Het grote geschenk (1/3)
    - Een Sinterklaasverhaal van Nienke van Hichtum -
      Het was een strenge, gure en wrede winter. De mensen   verstopten zich in hun warme huizen, en gingen zo min mogelijk   naar buiten, waar de ijskoude wind hen in het gezicht blies. Zelfs   de dikste jassen hielden de snerpende kou niet tegen.

      Koning Winter stond tevreden voor het grote raam van zijn   paleis, dat geheel van ijs was gebouwd op de noordelijke kust van   de Poolzee. Hij had zojuist zijn neven, Regen, Hagel en Sneeuw,   bevolen mee te gaan met zijn oudste zoon, de Noordenwind, op   een tocht naar de gematigde luchtstreek, en bedacht dat het   geen gek idee zou zijn als hij zelf ook eens een ommetje ging   maken.

      Hij liet zijn vier poolberen voor zijn wagen spannen en reed zo   ver zuidelijk als hij maar durfde, en keek intussen tevreden naar   het werk dat zijn zoon en zijn neven hadden verricht.

      Alle planten waren verdwenen, en de grond was bedekt met een   dikke laag sneeuw, even mollig om te zien als zijn eigen witte   berenpels. "Laten nu de bloemen maar eens proberen om hun   kopjes op te steken uit die sneeuwlaag," zei Koning Winter bij   zichzelf. "Nee, nee, ze moeten er de hele lange winter onder   blijven, en wie weet, lukt het de Lentefee dit keer niet om de   bloemen in het voorjaar tot leven te brengen."

      Koning Winter reed langzaam terug naar zijn paleis, genietend   van de stille witte wereld om hem heen.

      De Noordenwind was teruggekomen van zijn lange reis. Hij   voelde zich leeg en verdrietig. Die nacht had hij iets vreselijks   meegemaakt: een hevige sneeuwval had een heel dorpje in de   bergen bedolven. Er was maar één levend wezen aan de dood   ontsnapt, een klein hummeltje, met haar als gesponnen vlas en   ogen als blauwe bloemen. De Noordenwind had het kleine, bange,   huilende schepseltje in zijn armen genomen en meegedragen door   de bossen en over de bergen tot in het paleis van Koning Winter   aan de Noordpool.

      Nooit eerder was er zo iets gebeurd. Nooit eerder was het   stemmetje van een huilend kind tot de Noordenwind   doorgedrongen. Zijn hart klopte snel; het was een nieuw en   wonderlijk gevoel, dat hem onrustig maakte.

      Hij liep naar de grote zaal, waar Koning Winter op zijn troon   zat. Naast hem zat zijn neef, de Sneeuwstorm. De Noordenwind   voegde zich bij hen, ging in zijn diepe armstoel zitten en verzonk   in gepeins. Langzamerhand werd hij kalmer.

      Het was koel in de zaal. Geen vuurtje flikkerde in de haard, geen   lampje brandde gezellig, maar de maan scheen met haar bleke   licht door de hoge ramen naar binnen en deed de ijskristallen   tegen de wanden glinsteren als zilver en juweel. De Noordenwind   scheen alles behalve vrolijke gedachten te hebben, want hij   zuchtte een paar maal diep. Toen hij zag dat Koning Winter en   zijn neef de Sneeuwstorm in slaap waren gevallen, stond hij op   en verliet zachtjes de zaal. In de voorhal van het paleis lag een   stapel zachte pelzen. De Noordenwind legde er voorzichtig een   aantal opzij tot hij het pakje gevonden had dat hij zocht.   Voorzichtig tilde hij het op. Toen pakte hij een paar lange repen   rendiervel, en voorzichtig bond hij het pakje hiermee aan   zichzelf vast. In het pakje lag het kleine meisje, dat hij de naam   'Vlasbloem' gegeven had.

      De Noordenwind begreep wel, dat hij het kleine meisje   onmogelijk bij zich kon houden in het rijk van zijn vader, Koning   Winter. Opdat niemand het kleine wezentje zou zien, had hij haar   zolang in de voorhal tussen de warme pelzen gelegd.

      En nu, nu had hij een oplossing gevonden voor het tere wezentje   dat hij veilig tegen zich had aangebonden.

      Met een enorme snelheid gleed de Noordenwind in zuidelijke   richting langs de grond, en hij stopte niet, voordat hij bij een   kleine rivier was gekomen die door een donker bos stroomde.   Hij was nu minstens tweeduizend kilometer van het paleis van   Koning Winter vandaan, en kon dus eventjes rusten. Hij hijgde   van inspanning. Voorzichtig trok hij een slip weg van de pels   waarin Vlasbloem gewikkeld was en keek naar het slapende kind.   Plotseling werd het hart van de Noordenwind week, en hij   verlangde het lieve kleine ding te kussen, maar hij wist dat zij   het zou besterven van de schrik als hij het waagde. Daarom deed   hij het niet, maar dekte haar weer lekker toe, en ging toen het   pijnbos in. In het midden van dit bos hield hij stil en liet een   schril gefluit horen, dat beantwoord werd door een zwakker   gefluit in de verte. Onmiddellijk kwam er een kleine donkere   man, gekleed in blauw fluweel, uit de duisternis van het bos te   voorschijn, hij nam de baret met de grote paarse veer van zijn   donkere krullen, maakte een buiging voor de Noordenwind en zei:   "Wat kan ik voor u doen, Noordenwind?" - "Ik wou je meester   spreken, de goede Sint Nicolaas. Is hij thuis?" - "Zeker, hij is   thuis. Welke boodschap moet ik hem brengen?" - "Zeg hem dat   de Noordenwind, de zoon van Koning Winter, hem graag wil   spreken en hier op hem wacht." De knecht verdween en keerde   kort daarna terug. "Mijn meester, Sint Nicolaas, nodigt u uit om   bij hem binnen te komen, maar hij verzoekt u heel vriendelijk te   zijn, en te denken aan zijn zachtmoedige hofgebruiken."
    Bron : "Daar wordt aan de deur geklopt. Verhalen voor Sint Nicolaas, liedjes en recepten"
                door Ineke Verschuren. Uitgeverij Christofoor, Zeist, 2000. ISBN: 90-6238-734-9

    25-11-2009 om 20:52 geschreven door saagje

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (1 Stemmen)
    Categorie:volksverhalen
    » Reageer (6)
    nieuwsgierig héWaarom Sinterklaas een nieuwe rode mantel kreeg
    Waarom Sinterklaas een nieuwe rode mantel kreeg
    - Een verhaal over hoe het paard van Sinterklaas genezen wordt -
      's Zomers woont Sinterklaas in een groot paleis in Spanje, met al   zijn honderd Pieten. Maar terwijl die Pieten speelgoed maken,   pepernoten bakken en alles klaarmaken voor de volgende reis   naar Holland, trekt Sinterklaas op zijn paard door de hoge   Spaanse bergen, op zoek naar een nieuw Pietje. Want ieder jaar   gaat er een nieuw Pietje mee, klein genoeg om door de   schoorstenen te roetsjen en handig in klauteren en springen.

      Een paar jaar geleden had Sinterklaas wekenlang vergeefs   gezocht. Ten slotte kwam hij in een rotsachtige streek, waar hij   plotseling de fluit van een herdersjongen hoorde. Hij ging op het   geluid af en zag, op een bergweitje tussen de rotsen, een kleine   donkere jongen zijn geiten hoeden. Die keek verbaasd naar   Sinterklaas en werd nog verbaasder toen deze hem vroeg of hij   mee naar Holland wilde. O, ja, hij kon goed klimmen, op de rotsen   tenminste, hij was gewend aan de kou, want in de bergen was het   's nachts altijd koud. En toen zij zo samen wat gepraat hadden,   beloofde de jongen dat hij in de herfst, als de geiten naar binnen   waren gebracht, naar het paleis van Sinterklaas zou komen.

      Zo werd op een winderige dag in november een kleine magere   jongen binnengelaten bij de Sint en zijn honderd Pieten. Hij keek   zijn ogen uit, want hij bezat alleen zijn herdersfluitje en had nog   nooit speelgoed gezien. Alles was nieuw voor dat kleine Pietje en   hij zou zich zeker diep ongelukkig gevoeld hebben, als de Sint en   zijn Pieten niet zo aardig voor hem waren geweest.

      Maar één ding wilde Pietje beslist niet: slapen in een groot bed   met witte lakens. Iedere avond sloop hij stilletjes naar de stal,   rolde zich in een paardendeken en sliep lekker in het stro. En   daarom was hij de eerste die merkte dat het witte paard van   Sinterklaas zo raar stond te hijgen en te snuiven. Pietje werd er   wakker van en liep vlug naar het rillende dier toe. "Jij bent ziek,"   zei hij bevend en ging dadelijk naar het paleis, om de andere   Pieten wakker te maken. En zodra het dag werd, stuurden die   Pedro, die altijd voor de paarden zorgde, naar de slaapkamer van   de Sint: "Sinterklaas, Sinterklaas, we kunnen niet naar Holland.   Uw witte schimmel is zwaar ziek, het zal zeker zes weken duren   voordat hij weer beter is. En het is het enige paard dat over de   daken kan rijden!" Sinterklaas stond vlug op, kleedde zich aan en   ging naar de stal. Daar stond het kleine Pietje bij de schimmel en   aaide zachtjes over zijn hals. Sinterklaas keek erg bezorgd.

      "Sinterklaas," zei het nieuwe Pietje, "in een hol, hoog in de   bergen, woont een heks die toverdranken maakt. Zal ik u de weg   wijzen?" En zo trokken Sint en Pietje op twee paarden de bergen   in. Er woei een ijskoude wind en Sint trok zijn warme rode mantel   dicht om zich heen. Na dagenlang rijden kwamen zij op een hoge   bergwei en het pad werd zo steil, dat Pietje en Sinterklaas de   paarden bij de teugel namen en te voet naar boven klommen. En   ineens stonden ze voor een hol en zagen achterin de gloed van   een vuur. Er was een oude vrouw, die, zachtjes mompelend, in een   pot boven het vuur stond te roeren. "Goedendag," zei Sinterklaas   vriendelijk. De vrouw schrok. "Wat doen jullie hier?"

      Hoe durft ze... tegen Sinterklaas! dacht Pietje. Maar Sint zei:   "Goede vrouw, ik heb gehoord dat u toverdranken kunt maken die   mens en dier genezen van ziekte. Nu is mijn witte paard ziek.   Wilt u alstublieft een drank voor hem maken? Volgende week   gaan wij naar Holland en zonder dat paard kan ik niet over de   daken rijden." De heks bleef zwijgend in haar pot roeren. Opeens   riep ze: "En wat krijg ik als ik dat voor je doe? Sinterklaas, wat   krijg ik?" - "U kunt krijgen wat u hebben wilt, goede vrouw,"   antwoordde Sint rustig.

      "Dan wil ik jouw mooie, rooie mantel hebben, hè, hè, hè!" - "Goed,   goed, die mag u hebben, die is lekker warm, hier boven in de kou."   De heks nam de pot van het vuur en hing er een andere boven. Zij   deed er water in en toen allerlei geheimzinnige kruiden, een   beetje aarde, glanzende stenen, mossen en planten... En zij weer   aan het mompelen en roeren. Sinterklaas en Pietje stonden rustig   te wachten. Eindelijk nam ze een klein aarden kruikje, goot de   drank erin, deed er een kurk op en zei: "Ieder uur tien druppels,   drie dagen lang en je paard is weer gezond."

      Sinterklaas maakte de gesp van zijn mooie rode mantel los en   legde die voorzichtig om de schouders van de heks. Pietje moest   bijna lachen, zo gek stond dat. Maar de heks was trots en blij.   Toen nam Sint het kruikje, groette vriendelijk en vlug gingen ze   naar de paarden. O, wat was die wind koud! Sint stond te rillen in   zijn witte tabberd. Maar Pietje had aan alles gedacht. In een   rolletje, naast zijn zadel, hing een oude paardendeken. En die   legde hij zorgvuldig om de schouders van Sinterklaas.

      "Het staat niet mooi, maar het is tenminste warm," zei hij   verlegen. "Ach Pietje," zei Sint, "in die grauwe deken ben ik tóch   Sinterklaas." Toen ze weer bij het paleis kwamen, vlogen alle   Pieten naar buiten en riepen: "Hebben jullie de toverdrank?"

      Ze namen Sint mee om de oude man dadelijk te verzorgen. Maar   Pietje ging met het kruikje naar het paard. En al was hij doodmoe   van de tocht, in drie dagen en nachten sliep hij niet om het paard   ieder uur zijn toverdrank te kunnen geven.

      En wat deden de andere Pieten in die drie dagen? Natuurlijk, ze   maakten een nieuwe rode mantel voor Sinterklaas. Want stel je   voor dat Sint hier in een oude, grauwe paardendeken was   aangekomen. Hadden jullie hem dan herkend?
    Bron : "Daar wordt aan de deur geklopt. Verhalen voor Sint Nicolaas, liedjes en recepten"
                door Ineke Verschuren. Uitgeverij Christofoor, Zeist, 2000. ISBN: 90-6238-734-9

    25-11-2009 om 07:02 geschreven door saagje

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    Categorie:volksverhalen
    » Reageer (5)
    24-11-2009
    nieuwsgierig héVader Nikolaas
    Vader Nikolaas
    - Een Russische heiligenlegende over Sint Nicolaas -
      In een zekere stad leefde een diefachtig mens die al veel   narigheid op zijn geweten had. Eens had hij een rijke man   bestolen; de daad werd ontdekt, hij moest vluchten en werd   achtervolgd. Lange tijd liep hij door een bos, maar achter dat bos   lag minstens tien werst lange open steppe. Toen hij het hele bos   door was, stond hij stil, en wist niet wat hij moest doen. Ging hij   verder over de steppe, dan zouden ze hem meteen te pakken   krijgen, want het uitzicht was er vrij tot op een afstand van twee   werst; en hij hoorde dat zijn achtervolgers al dichtbij waren.   Toen begon hij te bidden: "Heer, vergeef mijn zondige ziel!   Vadertje heilige Nikolaas, ik zal een kaars van tien kopeken voor   u opsteken!"

      Plotseling - als uit de grond opgerezen - stond er een man op   leeftijd voor de dief en vroeg: "Wat heb je daarnet gezegd?"
      De dief antwoordde: "Ik heb gezegd: vadertje heilige Nikolaas,   verberg me in deze wildernis. En ik heb hem beloofd dat ik een   kaars voor hem zou opsteken."

      Daarna biechtte hij bij de oude man zijn zonden; en deze zei:   "Als je je wilt verbergen, kruip dan in dit aas." Er lag daar   namelijk vlakbij een dood dier. De dief had geen keus: hij moest   in het aas kruipen als hij niet gegrepen wilde worden. Hij kroop   er dus in, en op hetzelfde ogenblik werd de oude man   onzichtbaar. Het was de heilige Nikolaas zelf geweest.

      De achtervolgers naderden, ze reden de steppe op, wel een halve   werst ver, maar er was niemand te zien en ze keerden terug.   Intussen lag de dief in het aas en durfde ternauwernood adem te   halen - zo walglijk was de stank. Toen de achtervolgers waren   weggereden, kroop hij er uit en zag opnieuw de oude man. Deze   stond niet ver van hem af en was bezig was te verzamelen. De   dief ging naar hem toe en bedankte voor de redding.

      En de oude man vroeg weer: "Maar wat heb je de heilige Nikolaas   beloofd toen je een schuilplaats zocht?" De dief antwoordde:   "Ik heb beloofd een kaars van tien kopeken voor hem op te   steken." - "Dat is het nu juist: net zo benauwd als jij het had toen   je in het aas lag, zou de heilige Nikolaas het hebben van de lucht   van jouw kaars." En de oude man gaf hem deze les: "Vraag God de   Heer en zijn heiligen nooit om hulp bij boze daden, want God de   Heer geeft daar zijn zegen niet op. Let dus op, denk aan mijn   woorden en geef ze door aan andere mensen, opdat ze nooit God   om hulp vragen bij boze daden." Zo sprak hij en verdween.
    Bron : "Russische Volkssprookjes"
                door A.N. Afanasjew. Uitgeverij Het Spectrum, Utrecht/Antwerpen, 1964.

    24-11-2009 om 11:01 geschreven door saagje

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    Categorie:volksverhalen
    » Reageer (3)
    23-11-2009
    nieuwsgierig héSint Nicolaas en de redding op zee
    Sint Nicolaas en de redding op zee
    - Een Franse legende over Sint Nicolaas als patroon van schippers -
      Doordat er onverwacht een hevige storm op stak, raakte een   schip met pelgrims in groot gevaar.De mast stond op breken, de   zeilen klapten dubbel. Elk ogenblik dreigden de schepelingen   over boord te slaan. In deze grote nood riepen zij Nicolaas te   hulp. "Nicolaas, als het waar is wat we over u gehoord hebben,   redt ons dan."

      Daarop verscheen hun een man die met bekwame hand de mast   stutte en de zeilen weer op orde bracht. En als op bevel ging de   storm dadelijk liggen. Hierna verdween de onbekende man even   plotseling als hij was gekomen.

      Spoedig landde het schip veilig in de haven van Myra en vol   dankbaarheid liepen de schepelingen naar de bisschopskerk.   Aldaar herkenden zij in bisschop Nicolaas de man die hen op hun   smeekbede gered had op zee. Zij knielden en dankten hem. Maar   hij zei bescheiden: "Niet ik, maar uw geloof en Gods genade   hebben u geholpen."

      Deze legende staat aan de oorsprong van Sint Nicolaas als   patroon van de schippers.
    Bron : "Sint Nicolaas legenden"
                in eigen beheer uitgegeven door Jos Beke en Rijsterborgh, 1997.

    23-11-2009 om 16:47 geschreven door saagje

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    Categorie:volksverhalen
    » Reageer (5)


    Welkom bij saagje !
    Foto


    Laatste commentaren
  • Harden vol 1 (Rodolfo)
        op De mythe van Stinsterloo
  • Cheap Jerseys From China (Anthony)
        op De mythe van Stinsterloo
  • Lieve groetjes vanwege DEWESTHOEK (Annie & Rogier)
        op De boer en de duivel
  • Hallo Saagje,heel mooie story, (paolo)
        op De boer en de duivel
  • Piepelou Saagje (Jeske)
        op De boer en de duivel
  • Blog als favoriet !

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto


    Kribbelboekboek
  • Fijne midweek toegewenst
  • Lieve midweekgroetjes blogmaatje
  • Het blijft hier stil
  • Een fijne Donderdag gewenst
  • Voor alle Papa's en Opa's een fijne vaderdag gewenst

    bedankt voor de trouwe bezoekjes
    saagje


    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    E-mail mij


    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Archief per week
  • 08/07-14/07 2013
  • 01/07-07/07 2013
  • 24/06-30/06 2013
  • 07/05-13/05 2012
  • 30/04-06/05 2012
  • 05/12-11/12 2011
  • 31/10-06/11 2011
  • 24/10-30/10 2011
  • 10/10-16/10 2011
  • 03/10-09/10 2011
  • 26/09-02/10 2011
  • 19/09-25/09 2011
  • 12/09-18/09 2011
  • 05/09-11/09 2011
  • 29/08-04/09 2011
  • 22/08-28/08 2011
  • 15/08-21/08 2011
  • 08/08-14/08 2011
  • 01/08-07/08 2011
  • 25/07-31/07 2011
  • 18/07-24/07 2011
  • 11/07-17/07 2011
  • 04/07-10/07 2011
  • 27/06-03/07 2011
  • 20/06-26/06 2011
  • 13/06-19/06 2011
  • 06/06-12/06 2011
  • 30/05-05/06 2011
  • 23/05-29/05 2011
  • 16/05-22/05 2011
  • 09/05-15/05 2011
  • 02/05-08/05 2011
  • 25/04-01/05 2011
  • 18/04-24/04 2011
  • 11/04-17/04 2011
  • 04/04-10/04 2011
  • 28/03-03/04 2011
  • 21/03-27/03 2011
  • 14/03-20/03 2011
  • 07/03-13/03 2011
  • 28/02-06/03 2011
  • 21/02-27/02 2011
  • 14/02-20/02 2011
  • 07/02-13/02 2011
  • 31/01-06/02 2011
  • 24/01-30/01 2011
  • 17/01-23/01 2011
  • 10/01-16/01 2011
  • 03/01-09/01 2011
  • 26/12-01/01 2012
  • 20/12-26/12 2010
  • 13/12-19/12 2010
  • 06/12-12/12 2010
  • 29/11-05/12 2010
  • 22/11-28/11 2010
  • 15/11-21/11 2010
  • 08/11-14/11 2010
  • 01/11-07/11 2010
  • 25/10-31/10 2010
  • 18/10-24/10 2010
  • 11/10-17/10 2010
  • 04/10-10/10 2010
  • 27/09-03/10 2010
  • 20/09-26/09 2010
  • 13/09-19/09 2010
  • 06/09-12/09 2010
  • 30/08-05/09 2010
  • 23/08-29/08 2010
  • 16/08-22/08 2010
  • 09/08-15/08 2010
  • 02/08-08/08 2010
  • 26/07-01/08 2010
  • 19/07-25/07 2010
  • 12/07-18/07 2010
  • 05/07-11/07 2010
  • 28/06-04/07 2010
  • 21/06-27/06 2010
  • 14/06-20/06 2010
  • 07/06-13/06 2010
  • 31/05-06/06 2010
  • 24/05-30/05 2010
  • 17/05-23/05 2010
  • 10/05-16/05 2010
  • 03/05-09/05 2010
  • 26/04-02/05 2010
  • 19/04-25/04 2010
  • 12/04-18/04 2010
  • 05/04-11/04 2010
  • 29/03-04/04 2010
  • 22/03-28/03 2010
  • 15/03-21/03 2010
  • 08/03-14/03 2010
  • 01/03-07/03 2010
  • 22/02-28/02 2010
  • 15/02-21/02 2010
  • 08/02-14/02 2010
  • 01/02-07/02 2010
  • 25/01-31/01 2010
  • 18/01-24/01 2010
  • 11/01-17/01 2010
  • 04/01-10/01 2010
  • 28/12-03/01 2016
  • 21/12-27/12 2009
  • 14/12-20/12 2009
  • 07/12-13/12 2009
  • 30/11-06/12 2009
  • 23/11-29/11 2009
  • 16/11-22/11 2009
  • 09/11-15/11 2009
  • 02/11-08/11 2009
  • 26/10-01/11 2009
  • 19/10-25/10 2009
  • 12/10-18/10 2009
  • 05/10-11/10 2009
  • 28/09-04/10 2009
  • 21/09-27/09 2009
  • 14/09-20/09 2009
  • 07/09-13/09 2009
  • 31/08-06/09 2009
  • 24/08-30/08 2009
  • 17/08-23/08 2009
  • 10/08-16/08 2009
  • 03/08-09/08 2009
  • 27/07-02/08 2009
  • 29/06-05/07 2009
  • 22/06-28/06 2009
  • 15/06-21/06 2009
  • 08/06-14/06 2009
  • 01/06-07/06 2009

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Welkom bij
    Foto

    Foto


    Blog tegen de regels? Meld het ons!
    Gratis blog op http://blog.seniorennet.be - SeniorenNet Blogs, eenvoudig, gratis en snel jouw eigen blog!