Welkom bij saagje!
Foto
Inhoud blog
  • Het oude moedertje
  • De legende van de maïs
  • Mans van de Maone
  • De boer en de duivel
  • De twee advocaten(slot)
  • De twee advocaten
  • Het geitje Pak-me-dan
  • De natgeregende kabouter
  • De zeven heksen
  • Het aardmannetje van de Röhrerbühel 2
  • Het aardmannetje van de Röhrerbühel
  • Nikola staat borg
  • De vurige man van de Geute
  • De geschiedenis van de boerendochter Ketilrídur 2
  • De geschiedenis van de boerendochter Ketilrídur
  • Op reis gaan
  • De luie hasjverslaafde en zijn verstandige vrouw(vervolg)
  • De luie hasjverslaafde en zijn verstandige vrouw
  • Het toverfluitje en het toverhoedje (vervolg)
  • Het toverfluitje en het toverhoedje
  • Waarom de bomen in de herfst geel worden
  • Tijl Uilenspiegel en de paardenkoopman
  • De nimf Daphne
  • De geschiedenis van de reuzenkreeft
  • De toren van Medemblik
  • Theseus en Hippolytus
  • Duimedik
  • De vuurman van Soest
  • Maan, Djabu en de dood
  • De jakhals en de patrijs
  • Goudsbloempje
  • Afspraak is afspraak
  • Het spook van de Zeedijk
  • Rata's wonderbaarlijke reis-einde
  • Rata's wonderbaarlijke reis-vervolg
  • Rata's wonderbaarlijke reis
  • Waarom de hyacint maar zo kort bloeit
  • De citerspeler
  • Van een opgeverfde haan
  • Het land van moeder Soemba
  • Het zwanennest
  • De engel
  • De gebarsten emmer
  • De hondenmarkt van Boedapest (slot)
  • De hondenmarkt van Boedapest
  • Billy de coyote (slot)
  • Billy de coyote(vervolg)
  • Billy de coyote
  • Garuda
  • De dood van de sprookjesverteller
    Foto
    Zoeken in blog

    Beoordeel dit blog
      Zeer goed
      Goed
      Voldoende
      Nog wat bijwerken
      Nog veel werk aan
     
    Hoofdpunten blog waaroemni
  • Kerstgroet
  • Luchtballonvaart
  • Paulus Potter
  • Sint-Elisabethsvloed
  • Willem Tell
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Categorieën
  • aardgeest (21)
  • avonturenverhaal (6)
  • dierenverhaal (5)
  • duivels (46)
  • fabels (57)
  • gedichten (1)
  • geesten (griezellen) (12)
  • heksen (52)
  • historisch verhaal (13)
  • historische sagen (35)
  • legende (42)
  • Luchtgeest (30)
  • Mythe (24)
  • parabel (7)
  • Plaaggeest (10)
  • sagen (87)
  • Sinterklaasverhalen (4)
  • sprookjes (118)
  • Tovenaars (38)
  • toverboeken (13)
  • volkssprookje (40)
  • volksverhalen (140)
  • vuurgeest (26)
  • watergeest (19)
  • weerwolven (15)
  • Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    'VOLKSVERHALEN'

    problemen
    Verhalen, sprookjes, fabels, mythen, sagen en legenden
    welkom!
    Problemen
    Er zijn nogal wat problemen met het lezen van de teksten, daarom volgende tip :
    Met de muis links klikken en over de tekst schuiven.
    De tekst verschijnt duidelijk leesbaar.
    28-11-2010
    nieuwsgierig héDe stopnaald (vervolg)
    De stopnaald (vervolg)
    - Andersen geeft zelfs de nietigste dingen menselijke eigenschappen -
    Op zekere dag was er iets prachtig-blinkends vlakbij, en toen dacht de stopnaald dat het een diamant was, maar het was een flessenscherf en omdat zij glinsterde begon de stopnaald een gesprek en stelde zich voor als broche. "U bent zeker een diamant?"

    "Ja, zo iets ben ik!" En toen dachten zij van elkaar dat ze echte kostbaarheden waren en ze vertelden elkaar hoe de wereld vol hoogmoed was.

    "Ja, ik heb in een doosje gewoond bij een juffrouw!" zei de stopnaald, "en die juffrouw was keukenmeid; aan iedere hand had ze vijf vingers, maar zo iets ijdels als die vijf vingers heb ik nog nooit gezien, en ze waren er toch voor niets anders dan om mij vast te houden, mij uit het doosje te nemen en mij er weer in te leggen."

    "Glinsterden ze ook?" vroeg de scherf.

    "Glinsteren!" riep de stopnaald, "nee, hoogmoed was het! Ze waren met zijn vijven, broers, allen geboren Vingers; ofschoon ze van verschillende lengte waren stonden zij toch stevig naast elkaar in de rij: aan het eind Duim, die was kort en dik, hij viel iets uit het gelid en ook had hij maar één knik in de rug, hij kon maar éénmaal bukken, maar hij zei dat als hij werd afgehouwen de hele man ongeschikt werd voor de krijgs-dienst; Likkepot kwam zowel in zoet als in zuur, wees naar de zon en naar de maan, en hij was het die op de penhouder drukte; Langelot keek de anderen over het hoofd; Ringeling had een gouden ring om zijn buik en het kleine ding voerde niets uit en daar was het trots op. Aanstellerij was het en bleef het, en toen viel ik in het waswater!"

    "Kijk, nu komt ze vooruit!" zei de stopnaald toen er meer water in de goot kwam, die overstroomde en de scherf meesleepte. "Kijk, nu komt ze vooruit!" zei de stop-naald, "ik blijf zitten, ik ben te fijn maar dat is mijn trots en dat is achtenswaardig!" En toen zat zij recht overeind en in diepe gedachten.

    "Tk zou bijna geloven dat ik van een zonnestraal afstam, zo fijn ben ik! Zoekt soms de.ïn mij niet altijd onder het water. Ach, ik ben zo fijn dat mijn moeder mij niet kan vinden; als ik mijn oude oog dat brak nog had, dan geloof ik dat ik zou kunnen huilen. Maar ik zou het toch niet doen, huilen is niet netjes!"

    Op zekere dag lagen er een paar straatjongens in de goot te wroeten, waar ze oude spijkers, stuivertjes en dergelijke dingen vonden. Het was een vreselijk geknoei, maar daar hadden zij plezier in.

    "Au!" zei de een, hij prikte zich aan de stopnaald. "Dat is een hele kerel!"

    "Ik ben geen kerel, ik ben een jonkvrouwe!" zei de stopnaald, maar niemand luisterde ernaar, het lak was eraf gegaan en zij was zwart geworden, maar zwart maakt dunner en toen dacht zij dat zij nog fijner was dan vroeger.

    "Daar komt een eierdop aanvaren!" zeiden de jongens, en toen staken zij de stop-naald in de dop vast.

    "Witte muren en zelf zwart!" zei de stopnaald, "dat kleedt! Nu kan men mij goed zien. Als ik nu maar niet zeeziek word, want dan breek ik!" Maar zij werd niet zeeziek en zij brak niet.

    "Het is goed tegen zeeziekte een stalen maag te hebben en er altijd aan te denken dat men toch nog iets meer is dan een mens. Bij mij is het nu over. Hoe fijner men is, hoe meer men kan uithouden!"

    "Krak!" zei de eierdop, er ging een hele wagenlading over hem heen. "Hu, wat drukt dat!" zei de stopnaald, "nu word ik toch zeeziek! Ik breek! Ik breek!" Maar zij brak niet, al ging er ook een wagenlading over haar heen; zij lag in de lengte — en daar mag zij blijven liggen!


                                            * * * einde * * *
    Bron : - "Hans Christian Andersen - Sprookjes en verhalen" opnieuw uit het Deens vertaald door Dr. Annelies van Hees.
               - Uitgeverij Lemniscaat, Rotterdam, 1997.
               - www.beleven.org

    28-11-2010 om 00:05 geschreven door saagje

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    Categorie:volkssprookje
    » Reageer (7)
    27-11-2010
    nieuwsgierig héDe stopnaald
    De stopnaald
    - Andersen geeft zelfs de nietigste dingen menselijke eigenschappen -
    Er was eens een stopnaald die zich zo verschrikkelijk voelde, dat ze zich verbeeldde een naainaald te zijn.

    "Kijk maar eens goed wat je vasthoudt!" zei de stopnaald tot de vingers die haar te voorschijn haalden. "Verlies me niet! Als ik op de grond val word ik misschien nooit teruggevonden, zo fijn ben ik!"

    "Er zijn grenzen!" zeiden de vingers en toen pakten ze haar stevig beet.

    "Kijk, ik kom met groot gevolg!" zei de stopnaald en zij trok een lange draad achter zich aan, maar er zat geen knoop in.

    De vingers stuurden de naald in de richting van de pantoffel van de keukenmeid, waar het bovenleer van was gebarsten en nu genaaid moest worden.

    "Dat is minderwaardig werk!" zei de stopnaald. "Ik kom er nooit door! Ik breek! Ik breek!" En toen brak ze! "Zei ik het niet!" zei de stopnaald, "ik ben te fijn!"

    Nu deugt zij voor niets meer, meenden de vingers, maar ze moesten haar toch vasthouden, de keukenmeid druppelde lak op haar en stak haar op haar schort.

    "Kijk, nu ben ik een broche geworden!" zei de stopnaald. "Ik wist wel dat ik het tot iets eervols zou brengen; wanneer men iets is, komt er altijd iets van iemand terecht!" En toen lachte zij in haar binnenste, want men kan nooit van buiten aan een stopnaald zien dat zij lacht; daar zat zij nu zo trots of zij in een rijtuig reed en naar alle kanten uitkeek.

    "Mag ik de eer hebben te vragen of u van goud bent!" vroeg zij de speld die haar buur was. "U bent zo mooi en u hebt een eigen hoofd, maar 't is wel wat klein. U moet zien dat 't wat uitgroeit, want niet iedereen kan aan zijn eind verlakt worden!" Toen ging de stopnaald zo op haar tenen staan dat zij uit het schort in het waswater viel, juist toen de keukenmeid het weggooide.

    "Nu gaan we op reis!" zei de stopnaald, "als ik nu maar niet wegraak!" Maar dat gebeurde toch.

    "Ik ben te fijn voor deze wereld!" zei zij, toen zij in de goot zat. "Ik heb een goed geweten en dat is altijd prettig!" De stopnaald hield zich stram en verloor haar goede humeur niet. Er voer van alles over haar heen: houtjes, stro, stukken krant. "Kijk eens wat een vaart ze hebben!" zei de stopnaald, "ze weten niet wat er onder ze steekt! Ik steek hier, ik zit hier, kijk, daar gaat een houtje dat denkt aan niets ter wereld dan aan zichzelf, daar drijft een strootje, kijk eens, wat zwaait het en wat draait het! Denk niet zoveel aan jezelf, je kon je aan de straatstenen stoten! Daar drijft een krant! Wat erin stond is vergeten en hier maakt zij zich breed. Maar ik zit hier geduldig en stil, ik weet wat ik waard ben en ik word nog heel wat!"


                                        * * * wordt vervolgd * * *
    Bron : - "Hans Christian Andersen - Sprookjes en verhalen" opnieuw uit het Deens vertaald door Dr. Annelies van Hees.
               - Uitgeverij Lemniscaat, Rotterdam, 1997.
               - www.beleven.org

    27-11-2010 om 00:09 geschreven door saagje

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    Categorie:volkssprookje
    » Reageer (10)
    26-11-2010
    nieuwsgierig héDe afvalrestjes
    De afvalrestjes
    - Een sprookje van de gebroeders Grimm -
    Er was eens een meisje, heel mooi, maar ook erg lui. Als ze moest spinnen, dan had ze zo het land, dat ze, als er maar een klein oneffenheidje in het vlas was, meteen een heel brok mee uit trok en naast zich op de grond gooide. Maar ze had een dienstmeisje dat heel vlijtig was, die zocht al dat weggeworpen vlas bij elkaar, haalde het uit de knoop, spon het weer en liet er een mooi jurkje van weven voor zichzelf.

    Nu had een jonge man het luie meisje gevraagd om met hem te trouwen en de bruiloft zou gehouden worden. Op de laatste avond danste het ijverige meisje in haar mooie jurkje vrolijk rond, en toen sprak de bruid:
    "Ach, wat danst dat meisje netjes in mijn afvalrestjes!"
    De bruidegom hoorde dat; en hij vroeg aan de bruid, wat ze daarmee zeggen wilde. Toen vertelde ze 't hem, dat het meisje een jurk gemaakt had van alle vlasresten die zij had weggegooid. Toen de bruidegom dat hoorde, en begreep hoe lui ze was, liet hij haar staan, ging naar het andere meisje en koos haar tot vrouw.


                                              * * * einde * * *
    Bron : - "De sprookjes van Grimm; volledige uitgave" vertaald door M.M. de Vries-Vogel.
               Unieboek BV - Van Holkema & Warendorf, Weesp, 1984.
               - www.beleven.org

    26-11-2010 om 00:00 geschreven door saagje

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    Categorie:sprookjes
    » Reageer (16)
    25-11-2010
    nieuwsgierig héDe taal van de boten
    De taal van de boten
    - Een voorspellend gesprek tussen twee IJslandse boten -
    Soms hoort men een boot kraken, ook wanneer het windstil is, of wanneer het vaartuig in de loods ligt. Dat is dan de taal van de boten, die maar weinig mensen kunnen verstaan.

    Er was eens een man die deze taal verstond. Hij kwam bij het strand, waar twee boten lagen. Toen hoorde hij de ene boot zeggen: "Wij zijn heel lang bij elkaar gebleven, maar morgen zullen wij gescheiden worden."

    "Dat zal nooit gebeuren," zei de andere boot, "dertig jaar lang zijn wij tezamen oud geworden, en wanneer één van ons moet zinken, dan zullen wij beide vergaan."

    "Dat zal niet gebeuren," zei de andere boot weer, "vanavond is het mooi weer, maar morgen zal het anders zijn. Niemand zal dan uitvaren, behalve jouw bootsman. Ik zal hier blijven samen met de andere boten. Maar jij zult uitvaren en nooit meer terugkomen. En wij zullen hier nooit meer samen liggen."

    "Dat zal niet gebeuren en ik zal mij niet van deze plek bewegen."

    "Je zult je wel van deze plek moeten bewegen, en deze nacht zal de laatste zijn, waarin wij nog bij elkaar zijn."

    "Ik zal mij nooit van deze plek bewegen, wanneer jij niet meegaat."

    "Het zal echter toch gebeuren!"

    "Nooit, tenzij de duivel in eigen persoon de hand in het spel heeft en hier verschijnt!"

    En hierna spraken zij zó zacht dat de toehoorder hen niet meer kon verstaan.

    De volgende morgen was het zeer slecht weer, en niemand vond het verstandig om uit te varen. Alleen één bootsman en zijn bemanning wilden naar zee. Zij gingen naar het strand en met hen vele anderen, die echter niet van plan waren om uit te varen. "Jullie leren jassen aan, in godsnaam," zei de bootsman, zoals gebruikelijk was. "Trek de boot in godsnaam van het strand," brulde hij, zoals eveneens gebruikelijk was.

    De mannen trokken en trokken, maar er was geen beweging in de boot te krijgen. Toen riep de bootsman de hulp in van een paar omstanders. Zij moesten een handje helpen, maar ook dit haalde niets uit. Toen beval hij iedereen die daar stond om de boot vooruit te trekken. Vele handen waren hiertoe bereid en de bootsman riep nog eens: "Vooruit, vooruit, trek de boot toch vooruit!" Maar het leek wel of de boot aan de grond was vastgenageld; hij bewoog ook deze keer niet van zijn plaats. Toen schreeuwde de bootsman uit alle macht: "In naam van de duivel, trek de boot toch in het water!"

    En toen gleed de boot vooruit en kwam in zee terecht, maar hij voer zo snel dat men het vaartuig niet in zijn macht kon krijgen. De bootslieden hadden er heel wat mee te stellen. Tenslotte roeiden zij weg. Maar het was de laatste keer dat iemand nog iets zag van de boot en zijn bemanning.


                                            * * * EINDE * * *
    Bron : - "Volkssprookjes en legenden uit Skandinavië" door Heinz Barüske.
               Vertaald door Max en Beatrix Prick van Wely.
               Uitgeverij Elmar, Delft, z.j. Oorspronkelijke titel: Skandinavische Märchen. ISBN: 906120-1047
               - www.beleven.org

    25-11-2010 om 01:04 geschreven door saagje

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    Categorie:volksverhalen
    » Reageer (13)
    24-11-2010
    nieuwsgierig héStamhoofd Kairé en het doodshoofd
    Stamhoofd Kairé en het doodshoofd
    - Een Colombiaans sprookje over bovennatuurlijke hulp -
    Het jonge stamhoofd Kairé woont dicht bij een rivier. Hij woont in een klein dorp samen met zijn vrouw. Op een dag gaat hij op jacht. Hij wil op een hert jagen, want stamhoofd Kairé en zijn vrouw lusten graag vlees. Hij gaat het bos in om te jagen. En als hij daar zo op de loer ligt, ziet hij, dat er zich iets in het struikgewas beweegt. Hij mikt en schiet zijn pijl af. Hij raakt het: het dier stort neer op de grond. Stamhoofd Kairé gaat erop af. Wat treft hij er aan? Een mens. Een dode.

    Kairé is ontzet. Dan zegt de dode: "Kairé, wees niet bang. Goed, jij hebt mij gedood, maar ik weet dat je het niet met opzet gedaan hebt. Als je doet wat ik je zeg, zal ik niet boos op je zijn." - "En wat wil je dan dat ik doe?" - "Snijd mijn hoofd af en neem het mee naar huis. Maar mijn lichaam moet je in de rivier gooien!" Kairé doet alles wat het hoofd zegt. Hij snijdt het af en gooit het lijk in de rivier, maar het hoofd doet hij in een zak en neemt het mee. Hij loopt en loopt, dan zegt het hoofd: "Laat mij naar buiten kijken!" Kairé neemt het hoofd eruit. "Zo, neem nu een pijl en schiet in die richting!" Kairé doet alles precies zo. De pijl raakt een hert. Kairé wil het hert op zijn schouders nemen. Maar wie moet er dan het hoofd dragen? "Laat maar!" zegt het hoofd. "Ik rol wel achter je aan. Ga jij maar voorop!"

    Als Kairé thuiskomt schrikt zijn vrouw, omdat achter het stamhoofd aan een doodshoofd rolt. "Je hoeft niet bang te zijn!" zegt Kairé. "Het hoofd doet je niets. Hij is als een broer." De vrouw braadt het hertenvlees en maakt de puree klaar. Als alles gaar is, brengt zij het. "Wil je ook eten?" vraagt Kairé aan het doodshoofd. "Ja," zegt het hoofd, "als je vrouw het vlees voor mij voorkauwt, want mijn gebit is niet goed meer. Maar de puree kan ik zo eten."

    Ze leefden zij met z'n drieën in de hut. Kairé neemt het hoofd mee als hij op jacht gaat. Maar na veertien dagen zegt het hoofd: "Nu, lieve vrienden, moet ik een paar dagen weg. Ik heb nog wat te doen. Draag mij het bos in! Leg me op de plek waar je mij neergeschoten hebt! Over een week kun je weer terugkomen om me te halen." Kairé neemt het hoofd, gaat ermee het bos in en legt het weer neer op de plaats waar hij het gevonden heeft. Dan keert hij naar huis terug. Een week lang gaat hij op jacht, een week lang gaat hij uit vissen, maar hij raakt geen wild en vangt geen vis. Als dan het hoofd weer bij hem is, heeft hij weer geluk als de beste jager.

    Zo gaan er vele maanden voorbij. Kairé en zijn vrouw krijgen een zoon. Een mooi kind. Als het hoofd niet met Kairé op jacht gaat of aan het vissen is, dan past het op het kind. Het kind groeit. Kairé en zijn vrouw krijgen ook nog een dochter. Van tijd tot tijd moet Kairé het doodshoofd het bos in dragen, en dan moet hij het na een week weer halen.

    Op een dag gaat Kairé baden, maar zijn vrouw is in de hut. De kinderen spelen in het gras. Dan komt er een giftige slang, die de kinderen wil opeten. Maar het hoofd rolt op haar toe en vecht met haar. Als Kairé thuiskomt, vindt hij naast de kinderen een giftige slang met een verbrijzelde kop.

    Maar het doodshoofd is ziek. Het zegt: "De slang heeft mij gebeten. Ik ben vergiftigd. Luister, en doe alles precies zoals ik het je zeg!" - "Ik luister." - "Goed. Pak mij op en verbrand mij! Laat mij net zo lang branden tot alles tot as is vergaan! Doe de as in een zak. Je zult daarbij een blauwe steen vinden. Neem die eruit en hang die bij je dochter om haar hals als amulet! De as moet je in het bos begraven, waar je mij gevonden hebt!" Kairé doet alles precies zoals het hoofd het bevolen heeft. Hij begraaft de as in het bos. Daar groeit een palm. Bij de palm vindt Kairé iedere week wild. Slechts één week in de maand vindt hij daar niets.

    De kinderen worden groot, ze krijgen de leeftijd om te gaan trouwen. Er zijn veel jongens die met de dochter van Kairé willen trouwen. Eén van hen krijgt haar, de zoon van een stamhoofd. Als hij met haar in de hangmat wil gaan liggen, ziet hij de blauwe steen, die in de duisternis oplicht. "Wat heb je daar om je hals?" vraagt hij. "Dat is een steen," zegt de jonge vrouw. "Nee, dat is geen steen. Dat is een toveroog." En hij loopt van haar weg.

    Na enige tijd komt er weer een jongeman die met het meisje trouwt. En weer als hij bij haar in de hangmat wil gaan liggen, ziet hij de blauwe steen. "Wat heb jij daar om je hals?" - "Een steen." - "Nee, het is een toveroog. Het kijkt mij heel boos aan." En ook de tweede jongen loopt weg. Nu zijn alle jongens bang. Niemand wil meer met het meisje trouwen. Zo gaan er vele maanden voorbij.

    Op een dag komt er een jongeman met maar één oog. Het is in die week dat er geen vlees is. Maar éénoog brengt wild en vis. Hij gaat naar Kairé en zegt: "Jouw dochter bevalt mij." - "Ja," zegt Kairé, "maar ze heeft een boos oog, en daarom wil niemand haar hebben." - "Ik wil haar wel hebben," zegt éénoog.

    Enige tijd later is het feest. 's Avonds gaat éénoog met het meisje naar bed. "Laat mij je steen eens zien!" - "Hier!" Ze laat hem de blauwe steen zien. De jongen neemt de steen en steekt hem in zijn oogkas, waar het oog ontbreekt. De volgende dag zegt Kairé tot zijn vrouw. "Eénoog is beter dan de andere jongens. Hij is niet van haar weggelopen." Even later komt een man uit de hut van zijn dochter. Hij is geen man met één oog, hij heeft twee ogen. Eén ervan is blauw. "Schoonvader," zegt de tweeogige man, "ik zal nu altijd op jacht gaan. Jij hoeft niet meer te werken. Alleen één keer in de maand, dan zal ik naar mijn familie gaan. Dan kun jij hier in de rivier vissen. Je zult dan altijd veel vissen vangen."

    En zo was het.


                                            * * * EINDE * * *
    Bron : - "Zuid-Amerikaanse sprookjes" verzameld door Felix Karlinger, Uitgeverij Elmar, Rijswijk, 1992.
               - Oorspronkelijke titel: "Südamerikanische Märchen". Vertaald door: Geert Redslo.
               - www.beleven.org

    24-11-2010 om 00:09 geschreven door saagje

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    Categorie:volkssprookje
    » Reageer (8)
    23-11-2010
    nieuwsgierig héHet sprookje van de boze vrouw
    Het sprookje van de boze vrouw
    - Een Russisch duivelsprookje over een man die zijn vrouw dumpt -
    Een boze vrouw leefde slecht met haar man en luisterde nooit naar hem. Als hij zei dat ze vroeg moest opstaan, dan sliep ze drie etmalen achtereen. Maar als hij wilde dat ze sliep, dan deed ze geen oog dicht. Als haar man zei dat ze pannenkoekjes moest bakken, dan kreeg hij te horen: "Je bent geen pannenkoeken waard, dief!" Als de man zei: "Bak geen pannenkoeken, vrouw, als ik ze niet waard ben," dan bakte ze meteen twee emmers vol en zei: "Eet, schooier, dan komen ze tenminste op." Als hij zei: "Doe vandaag maar geen moeite om te koken of te maaien," dan zei ze: "Nee, leegloper, ik ga juist maaien en jij gaat mee."

    Dikwijls raakten ze slaags, hij sloofde zich uit, en tenslotte ging hij van ellende naar het bos om bessen te zoeken. Daar ontdekte hij onder een bessenstruik een heel diep, bodemloos gat. Hij keek er in en dacht: "Waarom leef ik met die kwaadaardige vrouw en doe ik zo m'n best? Ik ga haar in dit gat stoppen, dat zal een les voor haar zijn."

    Hij kwam thuis en zei: "Vrouw, ga geen bessen zoeken in het bos." - "Nu ga ik juist, sufferd." - "Ik heb een bessenstruik gevonden; pluk daar niet van." - "Nu ga ik er juist heen en pluk er wel van. En jij krijgt geen enkele bes." De man ging naar het bos, de vrouw liep achter hem aan. Toen hij bij de bessenstruik was gekomen, schreeuwde de vrouw: "Blijf eraf, dief, of ik sla je dood!" Ze sprong naar voren, kwam midden in de struik terecht, en - boems - daar lag ze in de diepe, bodemloze kuil.

    De man ging vrolijk naar huis, en er verliepen drie dagen. Op de vierde dag ging hij eens kijken. Hij nam een lang touw mee, liet het in de kuil zakken en... haalde er een duiveltje uit op! Verschrikt wilde hij het weer in de kuil laten vallen, maar het duiveltje hief een luid gehuil aan, en smeekte hem: "Boer, stoot me niet terug in de kuil, maar laat me los in de wereld. Daar beneden is de boze vrouw gekomen en ze gaat er tekeer! Ze knauwt en bijt ons, ze rukt en trekt aan ons - ik ben er misselijk van! En jou zal ik goed behandelen." De boer liet hem los in Gods wereld, in het heilige Rusland. En het duiveltje zei tegen hem: "Kom, boer, ga met me mee naar de stad Wologda. Daar ga ik de mensen plagen, dan kun jij hen genezen."

    Het duiveltje had het gemunt op de vrouwen en dochters van de rijke kooplui. Het voer in hen en ze werden gek of ziek. Maar dan kwam de boer in het huis waar iemand ziek geworden was, en dreef de duivel uit. Er heersten daar dan weer rust en vrede, en allen wisten dat het de boer was die geholpen had. Ze gaven hem geld en trakteerden hem op piroggen, en op deze wijze bemachtigde de boer een onmetelijke som. Toen zei het duiveltje: "Nu is het genoeg, boer. Ben je nog niet tevreden? Ik ga nu naar de dochter van een bojaar, maar zorg ervoor dat je die niet geneest. Anders eet ik je op." De dochter van de bojaar werd ziek; ze werd zo krankzinnig, dat ze mensen eiste om op te eten.

    De bojaar liet zoeken naar de boer die haar kon genezen. Deze kwam bij de bojaar en zei: "Laten alle inwoners van de stad en alle koetsiers met hun voertuigen zich in de straat tegenover uw huis verzamelen; en geef dan bevel dat de koetsiers allemaal met hun zwepen moeten klappen, en dat alle mensen zo hard ze kunnen, moeten schreeuwen: 'Daar is de boze vrouw! De boze vrouw is gekomen!'"

    Intussen ging de boer naar de kamer van de dochter; toen werd het duiveltje woedend en riep: "Waarom ben je hier gekomen? Ik eet je op." De boer antwoordde: "Waarom zou je dat? Ik ben niet gekomen om je te verdrijven, maar alleen uit medelijden, want ik moet je vertellen dat de boze vrouw hierheen is gekomen." Het duiveltje sprong naar het raam, sperde zijn ogen wijd open en hoorde alle mensen brullen: "Daar is de boze vrouw! De boze vrouw is er!" - "Boer," jammerde het duiveltje, "waar moet ik heen?" - "Ga terug naar de kuil - daar komt zij zeker niet meer terug." De duivel rende weg en verdween in de kuil, waar de boze vrouw in zat. Als beloning liet de bojaar zijn dochter met de boer trouwen. Maar de boze vrouw zit nog steeds in de kuil, in de tartarus.


                                          * * * einde * * *
    Bron : - "Russische Volkssprookjes" door A.N. Afanasjew.
               Uitgeverij Het Spectrum, Utrecht/Antwerpen, 1964.
               - www.beleven.org
    Foto : - Anoniem, mogelijk Pieter Hendricksz. Schut

    23-11-2010 om 00:14 geschreven door saagje

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 1/5 - (1 Stemmen)
    Categorie:duivels
    » Reageer (4)
    22-11-2010
    nieuwsgierig héDe illusie van Narada
    De illusie van Narada
    - Een hindoeïstisch verhaal over het overwinnen van illusies -
    Er leefde eens een wijze ziener, Narada genaamd. Op een dag ging hij naar de god Vishnu met de bedoeling luit voor hem te spelen. De ziener arriveerde juist op het moment dat Vishnu en zijn vrouw, Lakshmi, verwikkeld waren in het minnespel.

    Toen Lakshmi Narada zag binnenkomen, maakte zij zich ijlings uit de voeten. Narada voelde zich lichtelijk in zijn wiek geschoten en zei tegen Vishnu: "Ik ben een ziener, geen gluurder. Ik heb alle illusie overwonnen."

    "Dat jij een ziener bent, kan ik beamen," sprak Vishnu. "Juist daarom zou je moeten weten dat een getrouwde vrouw nooit in gezelschap kan vertoeven van een man die niet haar echtgenoot is. Maar zeg nooit dat je alle illusie overwonnen hebt. Zelfs een god zou dat nooit doen."

    Daarop vroeg Narada: "Laat mij zien wat illusie is." Vishnu verklaarde zich daartoe bereid. Hij nam Narada mee naar een prachtige vijver en nodigde hem uit om daarin een bad te nemen.

    Terwijl de ziener het water inliep, verloor hij zijn mannelijke lichaam en veranderde in een vrouw. Vishnu raapte de luit op en verdween. Narada bleef achter en vergat dat hij ooit een man geweest was. Een koning, Taladhvaja genaamd, kwam juist langs de vijver rijden en zag de vrouw uit het water komen. Hij vroeg naar haar naam, maar zij wist niet hoe zij heette. Zij wist ook niet waar zij vandaan kwam, of waar zij naartoe ging.

    Taladhvaja nam haar mee naar zijn paleis en hoewel hij niets van haar wist, besloot hij met haar te trouwen. Hij gaf haar de naam Saubhagya Sundari, hetgeen 'zij wier schoonheid haar fortuin is' betekent.

    Zij was inderdaad zo mooi, dat de koning geheel aan haar verslaafd raakte. Hij vergat al zijn koninklijke plichten en was dag en nacht in haar slaapvertrek te vinden. Hij dronk veel wijn en verloor alle besef van tijd; hij dacht enkel en alleen aan plezier. De koningin werd zwanger en in de jaren die volgden bracht zij acht zonen ter wereld.

    Daarna trouwden haar zonen en kwamen er kleinzonen. Soms was zij gelukkig en soms had zij verdriet, vanwege de ruzies tussen haar zonen en hun vrouwen. Soms was zij ziek en leed zij pijn.

    Op een dag werd het koninkrijk aangevallen door een vijandelijk leger. In het geweld kwamen al de zonen en kleinzonen om het leven.

    Terwijl de koningin in een vlaag van smart lag te weeklagen, kwam de god Vishnu, vermomd als priester, naar haar toe. Hij sprak: "Waarom heb jij zo'n verdriet? Alles wat gebeurd is berust enkel en alleen op een vergissing en bedrog. Wie ben jij en wiens zonen zijn gestorven? Zit niet bij de pakken neer; houd op met huilen en zorg ervoor dat de riten voor de doden worden uitgevoerd. Om te beginnen moet jij als eerste een ritueel bad nemen."

    Vervolgens nam hij de koningin, haar echtgenoot en enkele verwanten mee naar de vijver. Daar sprak hij tot de koningin: "In een eindeloze reeks van wedergeboorten heb jij miljoenen vaders, echtgenoten en zonen gehad. Om wiens dood wil je treuren? Het is een dwaling die in jouw bewustzijn is ontstaan, zoals een droom waarvan je denkt dat het de werkelijkheid is."

    Daarop gebood hij haar de vijver in te gaan en terwijl zij het water inliep, veranderde zij in een man. De god Vishnu stond aan de kant en reikte hem een luit aan. Op dat ogenblik wist de man weer dat hij Narada was.

                                              * * * Einde * * *
    Bron : - www.beleven.org

    22-11-2010 om 00:01 geschreven door saagje

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    Categorie:Mythe
    » Reageer (8)


    Welkom bij saagje !
    Foto


    Laatste commentaren
  • Harden vol 1 (Rodolfo)
        op De mythe van Stinsterloo
  • Cheap Jerseys From China (Anthony)
        op De mythe van Stinsterloo
  • Lieve groetjes vanwege DEWESTHOEK (Annie & Rogier)
        op De boer en de duivel
  • Hallo Saagje,heel mooie story, (paolo)
        op De boer en de duivel
  • Piepelou Saagje (Jeske)
        op De boer en de duivel
  • Blog als favoriet !

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto


    Kribbelboekboek
  • Fijne midweek toegewenst
  • Lieve midweekgroetjes blogmaatje
  • Het blijft hier stil
  • Een fijne Donderdag gewenst
  • Voor alle Papa's en Opa's een fijne vaderdag gewenst

    bedankt voor de trouwe bezoekjes
    saagje


    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    E-mail mij


    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Archief per week
  • 08/07-14/07 2013
  • 01/07-07/07 2013
  • 24/06-30/06 2013
  • 07/05-13/05 2012
  • 30/04-06/05 2012
  • 05/12-11/12 2011
  • 31/10-06/11 2011
  • 24/10-30/10 2011
  • 10/10-16/10 2011
  • 03/10-09/10 2011
  • 26/09-02/10 2011
  • 19/09-25/09 2011
  • 12/09-18/09 2011
  • 05/09-11/09 2011
  • 29/08-04/09 2011
  • 22/08-28/08 2011
  • 15/08-21/08 2011
  • 08/08-14/08 2011
  • 01/08-07/08 2011
  • 25/07-31/07 2011
  • 18/07-24/07 2011
  • 11/07-17/07 2011
  • 04/07-10/07 2011
  • 27/06-03/07 2011
  • 20/06-26/06 2011
  • 13/06-19/06 2011
  • 06/06-12/06 2011
  • 30/05-05/06 2011
  • 23/05-29/05 2011
  • 16/05-22/05 2011
  • 09/05-15/05 2011
  • 02/05-08/05 2011
  • 25/04-01/05 2011
  • 18/04-24/04 2011
  • 11/04-17/04 2011
  • 04/04-10/04 2011
  • 28/03-03/04 2011
  • 21/03-27/03 2011
  • 14/03-20/03 2011
  • 07/03-13/03 2011
  • 28/02-06/03 2011
  • 21/02-27/02 2011
  • 14/02-20/02 2011
  • 07/02-13/02 2011
  • 31/01-06/02 2011
  • 24/01-30/01 2011
  • 17/01-23/01 2011
  • 10/01-16/01 2011
  • 03/01-09/01 2011
  • 26/12-01/01 2012
  • 20/12-26/12 2010
  • 13/12-19/12 2010
  • 06/12-12/12 2010
  • 29/11-05/12 2010
  • 22/11-28/11 2010
  • 15/11-21/11 2010
  • 08/11-14/11 2010
  • 01/11-07/11 2010
  • 25/10-31/10 2010
  • 18/10-24/10 2010
  • 11/10-17/10 2010
  • 04/10-10/10 2010
  • 27/09-03/10 2010
  • 20/09-26/09 2010
  • 13/09-19/09 2010
  • 06/09-12/09 2010
  • 30/08-05/09 2010
  • 23/08-29/08 2010
  • 16/08-22/08 2010
  • 09/08-15/08 2010
  • 02/08-08/08 2010
  • 26/07-01/08 2010
  • 19/07-25/07 2010
  • 12/07-18/07 2010
  • 05/07-11/07 2010
  • 28/06-04/07 2010
  • 21/06-27/06 2010
  • 14/06-20/06 2010
  • 07/06-13/06 2010
  • 31/05-06/06 2010
  • 24/05-30/05 2010
  • 17/05-23/05 2010
  • 10/05-16/05 2010
  • 03/05-09/05 2010
  • 26/04-02/05 2010
  • 19/04-25/04 2010
  • 12/04-18/04 2010
  • 05/04-11/04 2010
  • 29/03-04/04 2010
  • 22/03-28/03 2010
  • 15/03-21/03 2010
  • 08/03-14/03 2010
  • 01/03-07/03 2010
  • 22/02-28/02 2010
  • 15/02-21/02 2010
  • 08/02-14/02 2010
  • 01/02-07/02 2010
  • 25/01-31/01 2010
  • 18/01-24/01 2010
  • 11/01-17/01 2010
  • 04/01-10/01 2010
  • 28/12-03/01 2016
  • 21/12-27/12 2009
  • 14/12-20/12 2009
  • 07/12-13/12 2009
  • 30/11-06/12 2009
  • 23/11-29/11 2009
  • 16/11-22/11 2009
  • 09/11-15/11 2009
  • 02/11-08/11 2009
  • 26/10-01/11 2009
  • 19/10-25/10 2009
  • 12/10-18/10 2009
  • 05/10-11/10 2009
  • 28/09-04/10 2009
  • 21/09-27/09 2009
  • 14/09-20/09 2009
  • 07/09-13/09 2009
  • 31/08-06/09 2009
  • 24/08-30/08 2009
  • 17/08-23/08 2009
  • 10/08-16/08 2009
  • 03/08-09/08 2009
  • 27/07-02/08 2009
  • 29/06-05/07 2009
  • 22/06-28/06 2009
  • 15/06-21/06 2009
  • 08/06-14/06 2009
  • 01/06-07/06 2009

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Welkom bij
    Foto

    Foto


    Blog tegen de regels? Meld het ons!
    Gratis blog op http://blog.seniorennet.be - SeniorenNet Blogs, eenvoudig, gratis en snel jouw eigen blog!