TEKEN EN SCHILDERTECHNIEKEN EERSTE DEEL VANAF 14/10/06
05-09-2006
ART . NR . 49 . a , - DE THEORIE
Art . Nr . 49 . a ,
De Theorie
De Gulden Snede
Compositiewetten kwamen reeds tot stand in de oudheid , toen een " meetkundige " geest de grondslag vormde van de ontwikkeling van de beschaving van de landen rond de Middelandse zee , meer in het bijzonder in zijn kunstzinnige uitingen , waarbij men dan denkt aan de schoonheidsleer van de wiskundige Pytaghoras eerst en vervolgens aan die van de wijsgeer Plato : bij deze laatste behoort het begrip " gulden snede " thuis . Wij zullen zien wat deze formule inhoudt . Om eentonigheid te vermijden en het oog te blijven boeien , dient een kunstwerk tegelijkertijd overeenkomsten en tegenstellingen te bevatten . Het gehele geheim van de compositie schuilt in de rangschikking van deze overeenkomsten en tegenstellingen . Deze rangschikking moet gericht zijn , zoals PLATO het zei , op " verscheidenheid in eenheid ". De eenheid , door FRAYSSINOUS " grond en beginsel van iedere schoonheid " genoemd , is voor een kunstwerk de onderwerping aan één enkel denkbeeld , waarbij zijn samenhang en zijn verschillende onderdelen verenigd blijven door een gemeenschappelijke band . De aard van een werk van teken - of schilderkunst brengt mee dat zijn verschijningsvorm slechts een enkele oppervlak kent . Als wij dit vlak op volkomen regelmatige wijze zouden indelen zouden wij zeker een volmaakte eenheid verkrijgen ,die echter niet boeiend is voor het oog juist door de eentonigheid , die wij zouden verkrijgen . Indien wij daarentegen deze verdeling op goed geluk , in het wilde weg zouden aanbrengen , zonder een leidende gedachte , zal het aspect zonder twijfel vol afwisseling , maar tevens verward en zonder enige eenheid zijn : de gemeenschappelijke band , die wij hierboven noemden , zal er niet in te vinden zijn . Maar wat dan ?... Met het in stand houden van en zekere afwisseling , zou men een vast verband tussen de onderdelen moeten ontdekken , een verband dat ook zou moeten bestaan tussen deze onderdelen en het totale oppervlak , waarop zij zich bevinden . Uit dit verband zou een eenheid kunnen onstaan , juist omdat hij zou zorgen voor een onveranderlijke band tussen oppervlak en inhoud en tussen de verschillende elementen van die inhoud onderling . " Wil een geheel , dat verdeeld is in ongelijke delen , mooi schijnen , zo luidde de stelling van de Romeinse architect VITRUVIUS , geboren in 88 v . Chr. , dan dient er tussen het kleine en het grote deel dezelfde verhouding te bestaan als tussen het grote deel en het geheel . " Deze verhouding noemen wij nu de gulden snede . Bekijk eens fig . 1 . Hij toont je een horizontale lijn AB met in het punt B een loodrechte BD , waarvan de lengte gelijk is aan de helft (AM of MB ) van AB . Nu verlengen wij DB naar beneden . Met punt D als middelpunt en DA als straal trekken wij nu een cirkelboog , die het verlengde van DB zal snijden in E . Door vervolgens DE als straal te nemen trekken wij een tweede cirkelboog , die AB in O zal snijden . AB is nu verdeeld in twee ongelijke delen AO en OB en dat in een verhouding OB (-----) , die overeenkomt met het gulden AO Getal : 1,618 . Het punt O dat men het " gulden punt " zou kunnen noemen , ligt natuurlijk niet precies midden in de lijn AB . Welnu , bij de studie van het landschap hebben wij je nu teneinde eenvormigheid en eentonige symmetrie te vermijden , aanbevolen om het centrum van het motief niet precies in het centrum van het papier of te betekenen oppervlak te plaatsen , maar om dit een beetje naar links of naar rechts te verschuiven . Zodoende heeft je , zonder misschien te weten , reeds de gulden snede in toepassing gebracht . Bekijken wij nog eens de fig . 1 of 2 . AB Wiskundig is ------ ook gelijk aan de gulden OB snede en je zult dat kunnen controleren . AB OB Derhalve is -------gelijk aan -------hetgeen dus OB AO in overeenstemming is met de stelling van VITRUVIUS : de verhouding tussen het geheel en het grootste deel is gelijk aan die tussen het grootste en het kleinste deel . Ziehier dus het beginsel waarop de gulden snede berust , die men ook zo kan beschrijven dat het geheel is onderverdeeld volgens de middelste en uiterste rede ( EUCLIDES ) . Het spreekt vanzelf dat wij onze horizontale lijn zouden kunnen indelen door het " gulden punt " niet aan de linkerzijde , maar aan de rechterzijde te plaatsen en wel op dezelfde wijze . Eveneens spreekt het vanzelf dat wij de delen AO en OB op hun beurt volgens de middelste en uiterste rede kunnen indelen en op ieder van hen weer een " gulden punt " kunnen plaatsen . Door op deze loodrechte lijnen op AB te trekken ( men zou het aantal punten gemakkelijk kunnen vermeerderen als de lijn maar lang genoeg is , omdat ieder nieuw segment zijn indeling krijgen kan ) , verkrijgen wij een serie verticale banen , waarvan de plaats en de breedte altijd overeenkomen met de gulden snede . Maar , zo eenvoudig als dit zijn mag , een compositie is nu eenmaal aan alle zijden begrensd . Om getrouw te blijven aan de gulden snede , dus aan de eenheid , daarbij een vaste verhouding in acht nemend tussen de delen en het geheel , zou de logische oplossing die compositie bevat , die een hoogte heeft die in dezelfde verhoudingen ( 1,618 ) staat tot de breedte of omgekeerd . Deze hoogte BC ( zie fig . 4 ) zal dus gelijk zijn aan OB , immers AB ------== 1,618 . Op BC zoeken wij het OB gulden punt , op , op dezelfde wijze als wij dat deden voor de horizontale zijde AB. Op de tegenoverliggende zijde hebben wij dezelfde bewerking uitgevoerd , waarna wij de verschillende " gulden punten " met elkaar verbonden hebben . Naar believen kunnen wij ook schuine lijnen trekken door de gevonden punten met elkaar te verbinden met de hoeken van de grote rechthoek . Uiteindelijk onstaat er dan een lijnenspel dat zeer uiteenlopende vlakken begrenst , ongetwijfeld , maar die tevens alle dit gemeen hebben , dat zij hun onstaan steeds weer danken aan de topassing van de gulde snede . Deze schept dus een verband van ideale verhoudingen door zijn indelingen van lijnen , oppervlakken of volumes ( die beide van eerstgenoemde afhangen ) , behorend aan hetzelfde onderwerp , welk woord wij hier in zijn meest uitgebreide betekenis gebruiken .
ART . NR . 49 . a , - FIG . 1 . - DE GULDEN SNEDE
Art . Nr . 49 . a ,
Fig . 1 .
Eerste methode om een lijn volgens de gulden snede te verdelen .
FIG . 2 . - TWEEDE METHODE - GULDEN SNEDE
Fig . 2 .
Tweede methode . Op A trekt men een loodlijn AD , waarvan de hoogte gelijk is aan de helft van AB ( dus gelijk aan AM of MB ) . Daarna verbindt men D met B . Met D als middelpunt wordt een cirkelboog DA getrokken , die DB in D' zal snijden . Vervolgens wordt vanuit B een tweede cirkelboog getrokken , die DB in D' zal snijden , snijpunt O op AB is dan het gezochte gulden punt .
FIG . 3 . - GULDEN PUNTEN
Fig . 3 .
Op iedere rechte lijn kunnen twee gulden punten gevonden worden . Ieder van hen wordt bepaald door uit te gaan van een verschillend uiteinde van de lijn in kwestie , waarbij de ene of de andere methode gevolgd kan worden . Hierboven is men uitgegaan van B in plaats van A . Het gulden punt komt dan op de rechterheft terecht , maar de indeling is weer die van de gulden snede.
FIG . 4 . - COMPOSITIE VERHOUDING ( 1,618 )
Fig . 4 .
De hoogte en de breedte van de rechthoek , die het doek voorstelt voor een bepaalde compositie , staan zelf tot elkaar in verhouding volgens de gulden snede , want BC is gelijk aan OB . Op ieder van de zijden van de rechthoek heeft men de twee gulden punten aangeduid , die men daarna paarsgewijze heeft verbonden . Bovendien heeft men een netwerk van aanvullende lijnen getrokken , zoals in de tekst is beschreven .
ART . NR . 49 . a , - FIG . 5 . - COMPOSITIE
Art . Nr . 49 . a ,
Fig . 5 .
Compositie die gebouwd is op enige van de grote lijnen en vlakken , die in de vorige figuur zijn aangebracht . Men zal zijn bouw beter gaan begrijpen in het licht van de voorbeelden , die volgen .
ART . NR 49 . - DE COMPOSITIE - INLEIDING
Art . Nr . 49 .
De Compositie
Inleiding
Definitie . - Algemene opmerkingen
De artistieke denkbeelden van de mens zijn altijd tot stand gekomen door de reacties van zijn gevoeligheid tijdens een werkzame , diepe en aanhoudende waarneming van de natuur . Maar opdat deze denkbeelden gestalte krijgen , om tot hun verwezenlijking te geraken , is het noodzakelijk dat de rede , het verstand er aan te pas komt om volgens een samenspel van logische en samenstemmende regels , die overigens aan ieder geval afzonderlijk aangepast zijn , leiding te geven aan het scheppingsproces : dit proces nu komt overeen met wat wij compositie noemen . Anders gezegd is compositie de kunst van het kiezen , verdelen en samenstellen van de bestanddelen van een kunstwerk , dit zij van letterkundige , muzikale , bouwkundige , beeldhouwkundige of schilderkundige aard , volgens bepaalde wetten die het verstand , de ontwikkeling en de goede smaak ons voorschrijven . Uiteraard hebben wij hier slechts het oog op de compositie op het terrein van de teken - en schilderkunst . Naar onze definitie vormt de compositie de grondslag van een weloverwogen kunstwerk . Hij dwingt de kunstenaar (die de natuur observeert en vervolgens tekent of schildert of degene die " scheppend " werkt aan de hand van zijn waarnemingen ) tot studie , onderzoek en controle met als doel een volmaakte ordening van de bestanddelen van het onderwerp , dat hij wenst uit te beelden . Maar de compositie bedoelt niet uitsluitend het samenstellen van deze elementen te beheersen . Hij regelt ook een oordeelkundige verdeling van licht - en schaduwpartijen volgens een bepaalde wijze van doen die betrekking heeft zowel op hun plaats als op hun toonwaarde en wel om tot een rijkere uitdrukking van het onderwerp te geraken , degene die zoveel mogelijk beantwoordt aan het denkbeeld dat de kunstenaar in het hoofd heeft . Aan deze verdeling van licht - en schaduwpartijen heeft men het woord clair - obscur gegeven , dat echter nogal ongelukkig gekozen is en daarom dan ook aanleiding geeft tot menige verkeerde uitleg . Tenslotte komt het begrip compositie ook te pas bij het gebruik van kleuren . Vroeger heeft je de theorie daarvan bestudeerd , die aan de kunstenaar verschillende uitbeeldingsmogelijkheden verschaft , die leiden kunnen tot het doen onstaan van fijne en tere harmonieen of van een rijke schitterende uitbundigheid . Wanneer een landschapschilder bijv. op de plaats van zijn bestemming is aangekomen , onmiddelijk gaat weergeven , wat hij ziet en alleen hetgeen hij ziet , dan zal het eindresultaat niet noodzakelijkerwijze een compositie zijn , maar veeleer een studie . Deze studie , die voor hem de betekenis zal hebben van een op het doek vastgelegde overschrijving van een beeld uit de natuur , zal hij langs verstandelijke weg beoordelen en ongetwijfeld zal hij hier en daar iets toevoegen of wegnemen , het belang van een of ander element versterken of verzwakken , de opstelling wijzigen en dat alles omdat uiteindelijk zijn motief zal veranderen in iets dat tegemoet komt aan de wetten van de compositie . Deze wetten zijn evenzeer van belang voor het stilleven en het landschap , als voor de menselijke en dierlijke figuur . Wij zullen hen in dit lesdeel gaan bestuderen .
04-09-2006
ONS VOLGEND ONDERWERP IS DE COMPOSITIE
Ons volgend onderwerp is De Compositie ! Art . Nr . 49 .
ART . NR . 48 . b , - DE STUDIE VAN DE VACHT
Art . Nr . 48 . b ,
De studie van de vacht
In onze opsomming van verschillende uit te voeren soorten van werk hebben wij , vanzelfsprekend , een onderscheid gemaakt tussen de studie van een onderdeel en die van een geheel . Tussen beide in hebben wij die van de huid en de vacht geplaatst , want , ofschoon wij hier bezig zijn met een karakteristiek element van het dier , eigenlijk een détail , hoewel van veel belang , is het toch niet goed mogelijk om hem geheel van een totaalstudie los te maken . Het gaat hier dus om een werk , dat tussen de beide reeds genoemde soorten van studies in ligt en zoals wij dat al opgemerkt hebben , men zal moeten beginnen met het model zijn omtrekken te geven alvoren zijn vacht te gaan tekenen . Men zou kunnen opmerken dat de algemene kleur van een landstreek zich weerspiegelt in de huidskleur van de dieren , die er te vinden zijn . Laat ons in ieder geval zeggen dat zij , dank zij die kleur , vaak met hun omgeving verwant zijn en er min of meer onopgemerkt , in opgaan . Wij belanden hier bij de z.g. mimicry , een middel tot verdediging of aanval , die wel buiten ons studiebestek valt , maar die men toch verplicht is eens onder ogen te zien . In tegenstelling tot wat zich voordoet bij de mensen , vindt men in het dierenrijk de mooiste en meest briljante aankledingen bij het mannetje en met name bij de vogels . Hoe de vacht er ook uit moge zien , een fout die de beginner zonder mankeren , maakt , is het totaal verwaarlozen van licht - en schaduwpartijen door zijn bezorgdheid om de détails van vacht of gevederte weer te geven . Het gevolg is natuurlijk een platte tekening eentonig van waarden en ontdaan van elk relief . Welnu , niets staat ons toe om de plans op te offeren aan zelfs de meest decoratieve versieringen en de rijkste kleuren . Onder de veren of haren moet het oog de aanwezigheid van het beenderengestel kunnen voelen , dat aan de oppervlakte komt door gepaalde hoogsels , die het licht opvangen , je zult de neiging hebben om deze punten uit het oog te verliezen . De volgende aanbeveling lijkt niet overbodig : het is wel duidelijk dat in uw studie of schets , welke ook zijn onderwerp is , de plaatsing van licht en schaduw zodanig moet zijn dat men zich rekenschap kan geven van hun intensiteit en richting . Het is raadzaam om te beginnen met de studie van een vacht , die een eenheid van toon heeft en daardoor de waarneming vergemakkelijkt , want men wordt dan niet afgeleid door de verscheidenheid van kleuren en versieringen . Neem bijvoorbeeld een witte , rossige of zwarte vogel , waarbij dode dieren natuurlijk ook heel geschikt zijn als eerste modellen . Het zachte , soepele en gewillige potlood , waarvan wij het gebruik hebben aanbevolen , is uitstekend geschikt voor de uitbeelding van de veren en je zult met hem een fluwelige zachtheid kunnen bereiken , die zeer bekoorlijk zal zijn , want hij komt overeen met de werkelijkheid . Wij hebben er al voor gewaarschuwd om niet tot in de kleinste détails af te dalen . Richt uw lijnen en toetsen in dezelfde richting als de massa's van de meest in het oog lopende veren , terwijl je goed let op de kracht die je deze potloodstrepen gaat geven . In feite domineren sommige van deze massa's door hun toonwaarden , zoals degene , die uit de nek naar de schouders van de roofvogels vallen ( plaat VIII ) en vervolgens degene die zijn borst bedekken . Als je een vacht navolgt , ook dat mag nog wel eens gezegd worden , dan moet je deze niet haartje met een scherpe potloodpunt op het papier willen zetten . Tracht hem te voorschijn te roepen door middel van enkele goed geplaatste toetsen en enkele goed geplaatste strepen . Je zult wel opmerken dat in een ander voorbeeld van plaat VIII niets op een peuterige manier is uitgewerkt , maar wel door lijnen en vlekken het uiterlijk van de vacht van die Perzische poes en haar jong perfect werd uitgedrukt . Ook zal het je niet ontgaan dat deze studie op een gunstig ogenblik werd aangepakt . Veel huidbekledingen zijn fraai , weelderig en aanlokkelijk : die van de tijger , de panter , de giraffe en de zebra en dan die rijke staart van sommige vogels , zoals de pauw , de fazant , de papagaai , de pimpelmees enz . Er zijn natuurlijk ook , die veel soberder zijn en toch onze aandacht verdienen die van de ekster met zijn zwarte rok en witte vest of die van de hond , die vaak op aantrekkelijke wijze gevlekt is . De jongen hebben niet altijd de bekleding van hun ouders , getuige de pauw , dat kleine wonder van gratie met zijn gevlekte rokje . Kikkers kunnen zeer mooie modellen zijn . Bindt er een voorzichtig op een plankje : Je zult dan zijn gouden ogen zien , zijn wijd gespleten bek , zijn witte keel en vest , de toon en de tekening van zijn " regenjasje " en je kunt dan enkele studies met waterverf maken , voor hem weer in het water los te laten : een dierentekenaar moet natuurlijk ook een dierenvriend zijn . Hou uw ogen wijd open en maak getekende of geschreven aantekeningen : de schoonheid is overal om ons heen . Bent je op zoek naar een decoratief idee dan behoeft je niet lang te zoeken : om niet nog eens over een kikker te praten , kijk eens naar de rijke huid van de slang of de kleine wonderen , die de vleugels van vlinders ons voor ogen toveren , want men moet in deze studie ook het insect niet over het hoofd zien ; de rug van een nederige rups kan zelfs onze bewondering opwekken . Wanneer je veel schetsen en studies gemaakt hebt , kunt je werken tot stand brengen met behulp van deze documentatie " uit de eerste hand " , door oorspronkelijke en persoonlijke tekeningen te gaan maken . Over de tekening ( en het schilderij ) spraken wij in het hoofdstuk " De verschillende stadia van de studie " en zullen daar dus niet op terugkomen .
BESLUIT
Al onze raadgevingen en richtlijnen , alle détails , die wij onder ogen zagen en die zeer nuttig waren , daar kunt je zeker van zijn brengen het gevaar met zich mee bij je een onaangename en ongewenste indruk achter te laten en wel dat je onoverkomelijke moeilijkheden zult moeten overwinnen . Je kunt gerust zijn , want als je goed doordrongen bent van de aanwijzingen in dit lesdeel , als je de illustraties , die er in staan met andacht onderzoekt , hoofdstuk voor hoofdstuk , daarbij notities makend , dan zult je tot de slotsom komen dat uw taak bijzonder vereenvoudigd is geworden .
Een laatste belangrijke raad ; teken nooit op kille wijze , als een te verstandige scholier , maar laat uw geest zich verwarmen , laat je zich , zonder uw geestdrift af te remmen , meeslepen door uw " gulzigheid " , zou men kunnen zeggen , maar toch altijd zonder de controle - middelen uit het oog te verliezen , die wij je in dit lesdeel aan de hand deden . Wij nodigen je tot een ware jacht uit , die des te aangenamer is , daar hij niet wreed en bloederig is , maar vruchtbaar aan plezierige verrassingen en merkwaardige ondekkingen . Het zullen geen arme dode beesten zijn , die je in uw weitas stopt : springlevende dieren zullen uit uw schetsboek te voorschijn komen . Wij twijfelen er niet aan dat je een groter genoegen - en zonder wroeging - zult beleven aan het tekenen dan aan het schieten .
ART . NR . 48 . b , - PLAAT VIII
Art . Nr . 48 . b ,
Plaat VIII
Perzische poes en haar jong . Studie in siberisch krijt . Boa ( détail ) . Kikker ( met penseel gewassen ) . Roofvogel ( krijt ) . Vleugels van een vlinder ( penseel ). Ekster ( gewassen ) .
FIG . 109 . - HUIDBEKLEDING
Fig . 109 .
Huidbekleding op decoratieve wijze weergegeven ( penseel )
FIG . 109 , 110 . - HUIDBEKLEDING
Fig . 109 , 110 .
Huidbekleding op decoratieve wijze weergegeven ( penseel )
FIG . 111 . - HOUTGRAVURE VAN R . PAILLE
Fig . 111 .
Houtgravure van R . Paille ( oud - leerling )
FIG . 112 . - STUDIE VAN EEN GEHEEL .
Fig . 112 .
Studie van een geheel .
FIG . 113 . - DROGE NAALD - ETS
Fig . 113 .
Droge naald - ets ( panter ) .
Werk van mej Lloyd ( oud-leerling )
ART . NR . 48 . b , - PLAAT IX
Art . Nr . 48 . b ,
Plaat IX
Schetsen en studies van leerlingen Als je soms enige aanmoediging nodig zou hebben om de studie met vertrouwen aan te pakken ziet je hier , naast degene die je in de voorgaande les aantrof , enkele werken van leerlingen : de heren : Le Chatelier ( rund - gewassen ) , Vicbo ( kikker , eend en haan - penseel en pen ) , De Marcilly ( paarden - penseel en pen ) , de dames : Laverrier ( hond - gewassen ) , Aragan ( insecten - penseel en pen ) , Lloyd ( roofdieren - pen ) , Zonder twijfel zult ook je even goede resultaten bereiken , wanneer je met overgave werkt .
03-09-2006
ART . NR . 48 . a , - DE STUDIE VAN HET LEVENDE DIER
Art . Nr . 48 . a ,
De studie van het levende dier
Aangezien nu eenmaal waarneming de grondslag moet zijn van al uw ondernemingen , zult je spoedig genoeg opmerken dat sommige dieren zich veel rustiger houden dan andere en tot hen zult je zich dan ook moeten richten , waarbij je bij voorkeur met détailstudies begint , om de moeilijkheden te laten opklimmen , zoals wij dat al gezegd hebben . Het tamme konijn kan zich vaak nauwelijks verroeren in zijn getraliede kooi , die men soms buiten op het gras zet en geplaatst naarmate het gras door de tralies is weggeknaagd . Veel dieren , die in het algemeen veel roeriger zijn , kunnen op bepaalde momenten en onder bepaalde omstandigheden een voorbijgaande rust in acht nemen , waarvan men moet weten te profiteren . Zo zal een onweer de dieren opwinden en onrustig maken , maar de regen kan hen weer kalmeren en zelfs dromerig maken , precies zoals de mensen . Kijk ook eens naar de in zichzelf gedoken kip met zijn opgestoken veren . En dan de koeien die bij elkaar staan , beschut tegen de wind bij de loods , die je kan onderbrengen , ofwel op een zeer hete dag de schaarse , smalle schaduwen gaan opzoeken , die hun een betere bescherming kunen geven tegen die wanhopige vliegen , ook zij kunnen een bepaalde pose gedurende enige tijd bewaren . De eenden , die het erg druk hebben in de regen rusten uit in de zon , als die niet te heet is . Op het eind van de dag nadert het uur van melken . De koeien hebben zich vanzelf gegroepeerd bij het hek om de komst van de boerin af te wachten en je te verhinderen met grote stappen door de vochtige wei te lopen . Het zal je niet ontgaan dat op die plaats , die twee keer per dag belopen wordt , het gras verdwenen is : Je zult de poten dan goed kunnen zien om er een détailstudie van te gaan maken . Sommige mensen zijn zeer beroorrecht , doordat er zich n.l. in hun stad een dieren tuin bevindt . Verzuum dan ook niet om deze prachtige instellingen te bezoeken : de maraboe zal een alleraangenaamst model zijn , evenals de nachtvogels , die zich overdag nauwelijks verroeren en dan nog alleen met de kop , de flamingo met zijn kop onder de vleugels en de schilpad met zijn trage gang . De ooievaar en de pelikaan lijken in gedachten verzonken te zijn en er is ook altijd wel een dier op zich niet erg goed voelt en een rustig hoekje heeft opgezocht . Het spreekt vanzelf dat je de vrienden des huizes niet over het hoofd mag zien : de hond , de kat en de kanarie , ten tijde van hun rust . Maar daarbij moet je wel bedenken dat je nooit genoeg afstand kunt hebben en je dus de neiging zult gaan vertonen om hem te veel van bovenaf te gaan bekijken . Laten wij er in dit verband eens op wijze dat , aangezien de dieren zeer uiteenlopend van formaat zijn , je zich niet op dezelfde afstand op moet stellen om , bijvoorbeeld , een konijn of een paard te gaan tekenen . Het is noodzakelijk dat zijn totale omtrek gemakkelijk binnen de begrenzingen van uw gezichtsveld een plaats vindt . Bij een détailstudie is het echter wel nodig dat je zich vrij dicht bij het model opstelt Je weet wel hoe zich onder die omstandigheden te gedragen . Blijft eens stil staan bij een koe om van zijn kop enkele studies te maken , van opzij , van voren en in driekwart gezien . Zijn gezicht mag lastig te treffen zijn , daar staat tegenover dat het model graag de pose zal bewaren . De kop , die zich plotseling naar rechts of naar links kan draaien om opdringerige vliegen weg te jagen , zal in het algemeen weer naar je teruggericht worden ; de koe kan goed recht naar voren kijken door de plaatsing van zijn ogen . Zij zal je langdurig aankijken , want zij is nieuwsgierig en bedachtzaam . Het gezicht daarentegen van de eend , de gans en nog andere dieren van de boerderij is naar de zijkanten gericht . In dat geval is het profiel gemakkelijker om na te tekenen en je zou heel wat slinkse streken moeten uithalen om er in te slagen hem recht van voren te tekenen . Er blijft ons nog op te merken dat een studie van fragmenten niet tot doel heeft om beweging uit te drukken . Hij moet nadere gegevens bevatten , die men niet van een schets kan verlangen . Je moet er zich op toeleggen om goed een oor op zijn plaats te zetten of een horen , om de vorm van een gezicht goed weer te geven en die van een oog , om bepaalde vlekken aandacht te geven en natuurlijk ook de plans te verzorgen . Maak een paardehoofd of de kop van een geit of teken een voet of een hoef , bestudeer het gewei van een hert ... je kunt langs de rand van uw papier altijd wel eens enkele opmerkingen schrijven aangaande de gedragingen van het model of de kleur van zijn vacht enz ., zodat je later wanneer het te pas zou komen , uw geheugen kunt opfrissen . Het is wel duidelijk dat alles wat wij op merken bij de studie ook van toepassing is op de schets . Je kunt deze ophogen , wij herhalen dit nog eens , met enkele toetsen van gekleurd krijt , sanguine bijv ., zelf met waterverf , en in dat geval behoeft dat niet eens ter plaatse te gebeuren , als uw geheugen nog scherp is , dank zij de gescheven aantekeningen , waarover wij het zojuist hadden . In het algemeen kunnen dergelijke ophoogsels zeer gunstig werken . Zij roepen de kleuren van het onderwerp enigermate op en kunnen in aanwezigheid van het model worden aangebracht , zelf als hij de gewenste pose verlaten heeft , want het gaat dan niet meer om vormen en volumes ; wij hebben hier het oog op bijvoorbeeld de kammen en lellen van de haan . Maar maak ook van de " opsmuk " geen misbruik . Een tekening is altijd beter wanneer hij sober blijft . Wij zouden niet genoeg kunnen herhalen dat je alle gunstige gelegenheden moet aangrijpen om détailstudies te maken en , mocht het model je niet voldoende tijd toelaten voor en ver doorgevoerde studie , dan zou je toch altijd wel een snelle aanduiding op papier kunnen zetten , bijv . van een ontplooide vleugel , om er maar één te noemen . Weliswaar bevinden wij ons thans op het terrein van de schets , maar , wij zeiden het al , onze aanwijzingen gelden voor alle andere soorten van werk .
ART . NR. 48 . - FIG . 108 - STUDIE VAN HET GEHEEL
Art . Nr . 48 .
Fig . 108 . Studie van het geheel ( krijt )
02-09-2006
ART . NR . 48 . - DE SCHETS
Art . Nr . 48 .
De Schets
Je bent thans klaar om met schetsen te beginnen . Aanvankelijk zult je natuurlijk met schematische aanduidingen te werk gaan en wij vragen je hierom nog eens terug te keren tot het hoofdstuk , dat de verschillende soorten van werk behandelde en waarin wij de volgorde aangaven voor een trapsgewijze vergroting van de moeilijkheden : na de schematische schets komt de eenvoudige schets , vervolgens de meer doorgevoerde , de schets van een groep en die met aanduiding van de omgeving . Als beginner zult je zich aanvankelijk tot onbewegende modellen moeten richten en stap voor stap zult je dan kunnen geraken tot snellere uitbeeldingen van dieren in beweging . Maar vermijd in ieder geval om uw schetsen te overladen , zelfs als het model in kwestie er zich toe leent . Anders zou je er toe komen om onnodige détails te gaan aanbrengen en , zoals wij reeds zeiden , het zal er dan mee eindigen dat uw model een versteend effect krijgt . Het dier leeft , zelfs al beweegt het zich niet . Weet je dus te beperken . Het is ook tegen de geest van de schets om hem te gaan veranderen in een studie . Overigens is de werkwijze niet precies dezelfde voor beide soorten van oefeningen . Het is vooral met de geest dat je bij de schets construeert door meteen , vastberaden , een omtreklijn of vorm aan te pakken , terwijl je bij de studie voor alles rustig de tijd neemt . Beperkt je dus hier door alleen het belangrijkste uit te drukken , hetgeen al moeilijk genoeg is , zoals altijd wanneer men snel kiezen moet , waarbij men het minder belangrijke links laat liggen , om alleen de hoofdzaken te zien en op samenvattende wijze te verwerken . Om nog op het terrein te blijven van de enigszins doorgevoerde schets , kunt je na het aanbrengen van de eenvoudigste lijnen enkele geestige vlekken tekenen ( zie het varken van plaat VI ) . Deze worden natuurlijk niet op willekeurige wijze geplaatst , anders zouden zij uw tekening gaan verwarren en zelf verontreinigen . Hun doel is om hun waarheid te accentueren . Om relief en plastiek uit de drukken , heeft men licht - en schaduwvlakken nodig , die aan verandering onderhevig zijn voor wat betreft hun afmetingen , vormen en toonwaarden . Naar gelang het dier en de tijd die hij je gunt gaat je er een paar aanbrengen , een , twee , drie of vier , naar gelang de belangrijkheid van de waarden , niet nalatend om , als het mogelijk is , ook een slagschaduw te tekenen , waardoor het dier beter op de grond komt te staan ( men zie de koe van plaat VI ) . Je kunt ook een denkbeeld geven van de waarde van bepaalde onderdelen van de vacht , zonder in volledigheid te vervallen . Het gaat hier eenvoudig om het versterken van het relief , dat al gesuggereerd wordt door een toepasselijke modulatie van de omtreklijnen . Hier hebben wij bijvoorbeeld een ooievaar ( zelfde plaat ) . Met het wit van het papier , waarmee men zijn voordeel moet doen , drukken wij het relief van de kop uit . Een ander toontje laat het onderlijf naar achteren schuiven . In de schaduwpartij zullen enkele krachtige , in de richting van de vorm zelf geplaatste , potloodstrepen met succes de veren suggeren . Kijk ook eens naar de pauw van dezelfde plaat , waarvan de schets slechts drie waarden bevat : de hals met een diep zwart , de vleugels met een zacht grijs en wit . Merk op dat het grijs van de rots de staart doet uitkomen , die slechts hier en daar een vlekje bevat om op simpele wijze zijn patroon te suggereren . Wij hebben al gezegd dat de plans altijd gemakkelijker te zien en te begrijpen zijn op een lichte huid en dan des te beter als het licht helder is . Een gier of panter kunnen ons in de war brengen , de eerste door zijn donkere kleur , de tweede door de tekening van zijn huid ( zie plaat VI en fig . 106 ) . Als je in het begin last hebt van het halfduister om de plans te doorgronden , dan zal uw oog langzamerhand meer geoefend raken en je zult zich aangetrokken voelen door de effecten van een stalinterieur , bijvoorbeeld juist door de subtiele verhoudingen van de toonwaarden bij het dier en zijn omgeving . Maar in zo'n geval gaat het toch meer om studies dan om schetsen . Wij merken op dat voor het snel tot stand brengen van grote schaduwpartijen of voor de toon van een donkere vacht , je de beschikking kunt hebben over een volkomen geschikt materiaal en wel het dikke pijpje krijt dat men plat kan gebruiken , zoals men doet met houtskool , maar dat tevens een punt blijft houden , waarmee scherpe lijntjes te maken zijn . Men zie hiervoor de doorgevoerde schetsen van de aap en de vos ( plaat VI ) . Alle graden van uitwerking zijn dus bij een schets mogelijk . De illustraties van dit lesdeel laten je er een uitgegreide demonstratie van zien : hij kan een simpel gemoduleerd lijnenspel zijn , enkele vlekken voor de vacht bevatten , vervolgen ook nog schaduwpartijen , tot hoofdzaken teruggebracht of verder doorgevoerd en van meer onderscheiden waarden . Maar nogmaals , ga hem niet onnodig overladen om hem niet die indruk van leven te ontnemen , waardoor hij gekenmerkt wordt . Als je zich tot de natuur wendt met het doel om in potlood schema's van bewegingen uit te drukken , zult je de tijd missen om hierbij erg ver te gaan en zult je er aan moeten wennen om met zeer sobere notities te volstaan , teneinde niet op verkeerde wijze te tekenen , waarvoor je niet de tijd gekregen hebt om het werkelijk goed te zien . Al zou je maar vier of vijf lijnen goed op zijn plaats hebben gezet , dan zou dat voldoende kunnen zijn voor een correcte weergave . Van lieverlede zult je er oog op krijgen , zal uw visuele geheugen zich ontwikkelen en zal het waarheidsgetrouwe beelden gaan bevatten met behulp waarvan je , na verdwijning van het model of zijn houding , uw beknopte schema zult kunnen aanvullen . Zijn de voorbeelden van fig . 104 niet welsprekend genoeg ? Als je in een later stadium verder gaat uitwerken , des te beter , maar dan op voorwaarde dat het gebeurt naar waarneming en niet naar fantasie ! Waartoe dient nu die dunne lijn die dwars door de schetsen loopt ? Hij vertegenwoordigt , voor iedere houding , de algemene richting van de beweging . Je moet zich er op toeleggen die lijn met uw gedachten te bepalen door het model goed te observeren ; je moet hem , eveneens in gedachten , op papier zetten , zonder de tijd te nemen - en te verliezen - hem ook werkelijk te tekenen . Bepaalde bewegingen herhalen zich met betrekkelijk korte tussenpozen : het heen en weer lopen van een dier in zijn kooi , de wandeling van een werkpaard enz . Als je hen voor uw eerste werk zou uitkiezen , is er natuurlijk niets tegen dat je hen , schematiseer op verschillende momenten , door n.l. uw aandacht telkens weer te richten naar dezelde fase van de door het dier te herhalen beweging . Maar als je het schetsen van personen beoefend hebt , zal uw snelheid van waarneming al geoefend zijn . Voor het overige doet je er goed aan om tijdens uw uitstapjes oefeningen " in het wit " te maken , zoals aanbevolen bij de aanvang van ons onderricht : teken met de geest , in uw hoofd , zonder potlood of papier , wanneer je een of ander ogenblik uw gebruikelijke materiaal niet zou kunnen gebruiken . Ook bij de vogels zijn de verschillende standen zeer boeiend om te bestuderen . Sommigen lopen als mensen , door nu deze , dan weer de andere poot te verplaatsen , de merel bijvoorbeeld en de duif , de kip en de fazant . De mussen daarentegen , zeer lichte vogeltjes huppelen met beide pootjes en komen met sprongentjes vooruit . En is het gewaggel van een gans niet grappig om te zien ? De bewegingen van de vlucht zijn ook zeer fascinerend . Iedere vogel houdt er zijn eigen manier op na . De reiger en zijn soortgenoten zijn daarbij de enigen die hun kop naar binnen trekken . Vergelijk ook eens de snelle mechanische vlucht van een zwaluw met de veel lomere van een patrijs.. Maar helaas men kan de vlucht alleen op een afstand , en vaak een grote afstand , bekijken . Het is niettemin mogelijk om met aandacht en... indien mogelijk met een kijker , waardevolle dingen op te merken . Men zie in dit verband de schetsen van fig . 105 . Het zwemmen van een vis kan men gemakkelijk beoordelen in een aquarium . De gecombineerde bewegingen van de staart en de zwemvliezen zijn onder die omstandigheden niet moeilijk te pakken te krijgen en men zal hun mechanisme gemakkelijk door krijgen . Men zal dan ook constateren dat iedere vissensoort zijn eigen zwemstijl bezit . Tracht echter niet het onmogelijke te bereiken ; men moet in het begin niet die bewegelijke en grillige modellen gaan studeren , die uw geduld al te zeer op de proef stellen . Het is logisch dat je zich eerst beperkt tot zeer vertrouwde dieren en als je onze raadgevingen goed opvolgt , zullen uw resultaten voldoende aanmoediging geven om met succes veel moeilijkere onderwerpen te gaan aanpakken . Laat ons nu terugkeren tot de studie anders gezegd tot de analyze van de vormen .