TEKEN EN SCHILDERTECHNIEKEN EERSTE DEEL VANAF 14/10/06
30-09-2006
FIG . 31 . - ILLUSTRATIE TUSSEN DE TEKST .
Fig . 31 .
Illustratie tussen de tekst .
ART . NR . 57 . c , - FIG . 32 . - SLOTVIGNET
Art . Nr. 57 . c ,
Fig . 32 .
Slotvignet . Al deze illustraties zijn in hout gegraveerd door Renefer . Het bleek noodzakelijk te zijn om hem , in het algemeen , iets te verkleinen , hetgeen ook geldt voor de volgende figuren .
ART. NR . 57 . b ,
Art . Nr . 57 . b ,
Wenden we ons nu eens tot de eigenlijke roman .
Deze leent zich bij uitstek voor illustraties door de grote afwisseling van zijn onderwerpen en omgevingen en door de taferelen die de schrijver ten tonele voert . Beurtelings zijn we bij mensen thuis , op straat , in een café enz .., kortom overal en hun personnages behoren tot alle klassen van de samenleving . Ook de " stemmingen " zijn talrijk en verscheiden van aard . Men zal dus een keuze moeten maken en wel een weloverwogen keuze . Natuurlijk moeten de illustraties een getrouwe weerspiegeling zijn van de personen , die door de schrijver tot leven gewekt zijn . Laten we nog eens tot de kern van een bepaald onderwerp doordringen . Lucie DELARUE MARDRUS heeft een roman geschreven met de titel " De Krekel " , dat het oppervlakkige en grillige leven van een jonge vrouw behandelt ; vandaar de titel . We drukken hierbij drie tafereeltjes af , die gemaakt werden als kopbeelden aan het begin van een hoofdstuk . De eerste illustratie ( fig . 22 ) zegt goed , wat hij zeggen moet , in een zeer eenvoudige compositie . Hij toont een nachtelijke idylle in een buitenwijk van Parijs . Je zult wel zien dat de beide mensen geplaatst zijn op de gulden snede in de breedte van de omlijsting . Het volgende beeld ( fig . 23 ) onderstreept nog eens het realistische karakter van het werk . De jonge vrouw en haar geliefde - die door uiterlijk en houding goed getypeerd wordt - bewonen een kamer in een goedkoop hotelletje en de gebeutenis zelf komt overeen met de beschrijving van de schrijfster . De plaatsing van de beide personen veroorzaakt een tegengesteld ryhtme van lijnen en bewegingen ; het centrum van het onderwerp wordt ingenomen door de lamp en het dakraampje : het totaaleffect is van grote kracht . Ook de illustratie van fig . 24 is geheel in realistische geest van de roman ; we zien weer het goedkope hotelletje met daarvoor de " bazin " , die met de ogen het vertrek van de jonge vrouw volgt . De waarde van deze tekening schuilt in de uitbeelding van de voorgevel van het hotel ; hij drukt duidelijk de armtierigheid van zijn bouw uit , alsmede die van de straat , hoewel men slechts een deel van het trottoir en het plaveisel zien kan . Ook hier is de hoofdpersoon geplaatst op de as van de middelste en uiterste rede . De fig . 25 - 27 tonen drie illustraties die gemaakt zijn voor een andere in Parijs spelende roman . Een grote stad biedt de illustrator toch wel veel mogelijkheden ! Levendigheid bewegingen en schilderachtigheid : ziedaar het leven in zijn menigvuldige aspecten , die allen de opmerkingsgave van een kunstenaar vermogen op te wekken en hem er toe aanzetten een " opstapeling " van schetsen te maken , die een documentatie " uit de eerste hand " vormt , geschikt om er uit te putten bij de illustratie van het boek . Op fig . 25 zien we een van de personnages in een café van Montparnasse , waar men tegen de muren een aantal schilderijen ziet opgehangen van schilders uit de buurt . De kunstenaar slaagde er in om leven en sfeer aan dit tafereeltje te verlenen . De overjas en hoed , die tegen de zuil zijn opgehangen , bevinden , zich ongeveer op de verticale middellijn , maar de linker omtreklijn van de zuil ligt toch op de linkerhelft van de compositie . De plaats van deze zuil is zo gekozen dat er aan beide zijden een verdeling van twee andere elementen mogelijk was . Van de twee vlakken in kwestie is die aan de rechterzijde de grootste als gevolg van de dikte van de meer besproken zuil en in die ruimte zien we de belangrijke figuur , waarover we in het begin van deze korte beschouwing spraken . Niettemin is de compositie toch goed uitgebalanceerd . Op het voorste plan heeft de tekenaar een paar glazen , een siphon spuitwater , een pakje tabak enz. geplaatst , die de plaatselijke atmosfeer typeren . Ook hier kunnen we nog eens constateren , dat , als de kunstenaar " materialen " gebruikt , die hijzelf niet geschapen heeft , hij met deze wel een goed doordachte opstelling schept , die zowel de ogen als de geest weet te bevredigen . Fig . 26 . stelt een parijse straat uit het XVIIe arrondissement voor . De kunstenaar heeft zijn standplaats op origenele wijze gekozen : de perspectief van de straat is nl. in beweging door de huizen die niet , zoals gewoonlijk , op eentonige wijze op een rijtje staan . Dit neemt niet weg dat de compositie gesloten en in volkomen evenwicht gehouden wordt door twee vrij sterke toonwaarden rechts en links , waartussen een witte muur oplicht , die geplaatst is op de gulden snede in de breedte . De mensen en de bestelwagen zorgen voor een levendige noot in dit stadstafereeltje , dat nog door zonlicht wordt opgevrolijkt . Tenslotte zien we op fig . 27 een museumzaal . Alles krijgt hier een soort van weerspiegeling doordat het licht van boven valt op de personen wiers houdingen goed geobserveerd zijn . Een geestige noot wordt toegevoegd door de beide zaalwachters aan de linkerkant . Waarover praten zij wel ? Door de invoering van persoonlijke elementen van deze aard , op bescheiden wijze , kan de illustrator met de schrijver van het boek samenwerken ; zonder op enigerlei wijze de tekst geweld aan te doen , verstekt en verrijkt hij juist het leven aan die tekst ; door dergelijke " extraatjes " wordt een boek nog smakelijker !
29-09-2006
ART . NR . 57 . b , - FIG . 22 .
Art . Nr . 57 . b ,
Fig . 22
FIG . 23 .
Fig . 23 .
FIG . 24 . - KOPBEELDEN
Fig . 24 .
Het formaat van al deze kopbeelden is verkleind .
FIG . 25 .
Fig . 25 .
Zelfde opmerking .
FIG . 26 .
Fig . 26 .
Zelfde opmerking .
ART . NR . 57 . b , - FIG . 27 . - AL DEZE ILLUSTRATIES ZIJN VAN DE HAND VAN RENIFER .
Art . Nr . 57 . b ,
Fig . 27 .
Al deze illustraties zijn van de hand van RENIFER .
28-09-2006
ART . NR . 57 . a , - FIG . 15 EN 16 . - SCHETS EN UITVOERING VAN EEN TITELBEELD .
Art . Nr . 57 . a ,
Fig . 15 .
Schets .
ART . NR . 57 . a , - FIG . 15 EN 16 . - SCHETS EN UITVOERING VAN EEN TITELBEELD .
Fig . 15 en 16 .
Schets en uitvoering van een titelbeeld .
FIG . 17 en 18 . - SCHEMA VAN HET KOPBEELD
Fig . 17 .
Schets .
FIG . 17 en 18 . - SCHEMA VAN HET KOPBEELD
Fig . 18 .
Schema van het kopbeeld.
FIG . 19 . - SLOTVIGNET DOOR RENEFER
Fig . 19 .
Slotvignet door Renefer , die al deze illustraties maakte .
ART . NR . 57 . a , - FIG . 20 . - REPRODUCTIE VAN EEN GEHELE BLADZIJDE
Art . Nr . 57 . a ,
Fig . 20 .
Reproductie van een gehele bladzijde van een luxe - editie met kopbeeld , sierletter en tekst .
ART . NR . 57 . a , - FIG . 21 . - KOPBEELD
Art . Nr . 57 . a ,
Fig . 21 .
Kopbeeld ( verkleind ) .
ART . NR . 57 . a , - OBJECTIEVE ILLUSTRATIE
Art . Nr . 57 . a ,
Objectieve illustratie , die aangepast is aan beschrijvende teksten
Wij kunnen ons thans tot het onderwerp zelf gaan richten en enkele concrete gevallen van zg . objectieve illustratie gaan uiteenzetten . Wij hebben onze keuze laten vallen op het terecht beroemde werk van Henri BARBUSSE , " Het Vuur " , dat een beschrijving geeft van de lijdensweg van de infanterist gedurende de eerste wereldoorlog . Ieder hoofdstuk van dat boek zou aanleiding kunnen geven tot een overvloedige illustratie waarin het tragische , schilderachtige en zelfs het kluchtige om beurten te pas komen . Onderwerpen met een landschap zijn er talrijk en dan wat voor landschappen ! Treurige ruïnes van dorpen uit de vuurlinie ; aarde die omgewoeld is door de granaten , mijnen en loopgraven de regen en de modder , die afschuwelijke modder .... De taak van de illustrator is hier in hoge mate boeiend , maar intussen niet zonder gevaren , waarvan de grootste gelegen zijn in de interpretatie van de tekst . Maar tenslotte is dit een risico dat men loopt bij iedere poging tot illustratie en al is de grootste fout van een illustratie het miskennen van de geest van een tekst , een kunstenaar die die naam verdient , moet zich juist geprikkeld voelen door de problemen . We zullen ons gaan bezig houden met de studie van een titelbeeld , een kopbeeld , een sierletter en een slotvignet . Zoals we geconstateerd hebben , is het boek bijna van het begin tot het eind van beschrijvende aard en , al wordt er ons de " veteraan " in al zijn gedragingen ten tonele gevoerd , het landschap , als men dit zo tenminste noemen mag , neemt er een minder grote plaats in , waarop we eveneens al gewezen hebben . De oorlog van 1914 - 1918 was vooral een oorlog van loopgraven , die de strijdende beschutting boden en de aanvallen werden gewoonlijk voorafgegaan door een intentief artillerievuur , dat de aarde schokte en waardoor bouwgrond , bossen , boerderijen en dorpen vernietigd werden ....
Het titelbeeld moet als het ware symbolisch de geest van het boek samenvatten . In ons geval is het dus aangewezen om daarvoor een beeld van die gemartelde aarde te reserveren : we zullen dan een décor , een achtergrond krijgen , die ons het drama voor de geest zet . Laten we eens iets gaan zoeken . We moeten een gezicht uit de hoogte krijgen die de gapende wonden laat zien in de aarde : reusachtige granaattrechters en lange en diepe loopgraven die zich als slangen door deze chaos slingeren met hier en daar de droevige resten van verscheurde boomstammen... Om tot een pakkende uitbeelding van de werkelijkheid te geraken , zal de documentatie moeten bestaan uit een groot aantal schetsen die destijds op de plaatsen zelf gemaakt zijn of uit geschikte foto's , die men dan natuurlijk enigszins vrij zal moeten interpreteren door een of ander belangrijk element speciaal naar voren te halen . Allereerst gaan we een schets opzetten ( fig . 15 ) . In die constructie is de lijn van de horizon voldoende hoog geplaatst om een grote ruimte te laten aan de bodem . Dit is dus echt compositiewerk , want men begrijpt wel dat het maken van zo'n schets in de werkelijkheid niet zonder gevaren zou zijn . Toch schijnt het vijandelijk leger niet al te nabij te zijn en men zou hier zelfs van een " stilte na de storm " kunnen spreken . Een van de beginselen van de compositie komt te pas bij de bepaling van de voet van de heuvel op het tweede plan links en van de tweede bocht van de loopgraaf . Deze twee punten zijn nl. gelegen op de verticale as van de uiterste en middelste rede in de breedte , maar , alles bijeen , is hier een streven naar dramatische schilderachtigheid toch belangrijker dan stijlzuiverheid . Aan de hand van deze schets wordt dan de definitieve tekening gemaakt ( fig . 16 ) . Dit prentje verwekt bij de lezer een gevoel van verlatenheid en verderf . Alleen al de tegenstelling van het harde zwart tegen het wit roept reeds een huiveringwekkende rouw op . Slechts op het voorplan , links , is een levend wezen te zien , dat door zijn kleine afmetingen de indruk van oneindigheid van de ruimte versterkt . Deze soldaat leeft , zeker , maar dit leven lijkt zo bedeigd , zo kwetsbaar... Toch stap hij rustig voort en ongetwijfeld is hij aan de vervulling van een opdracht bezig . Dit suggereert ons weer de doffe moed en de nederige berusting in het lot van de frontstrijder van die dagen . De bedoeling van de schrijver werden dus niet misvormd maar , integendeel , juist versterkt .
We gaan nu over tot de uitvoering van een kopbeeld . Een van de hoofdstukken van het boek is gewijd aan het vertrek per trein van een troep , die naar een ander punt van het front gestuurd wordt . Dit gebeurt 's nachts met het oog op de vijandelijke verkenning en op het perron van een station , dat niet nader wordt aangeduid ( hetgeen de tekenaar de vrijheid laat om dit af te beelden zoals hij van plan is ) heerst een levendige bedrijvigheid . Wij hebben hier dus een duisternis , een gekrioel van soldaten en , om het beeld van die tijd nog sterker te suggereren , het felle licht van schijnwerpers , die de hemel afzoeken . De frontsoldaat kennen we ; menigeen heeft er schetsboeken vol van gemaakt . Als het nodig is worden die geraadpleegd om ons te herinneren aan zijn verschijning en houdingen en om ons foutjes in de kleding te doen ontlopen . En de locomotief ? Daarvan zal een foto ons goed te pas komen . En laat ons niet zuinig zijn met onderdelen ; die soldaten moeten echt dooreen krioelen en we moeten een bedrijvigheid te zien krijgen , zoals die er ook werkelijk was in zo'n bewogen en benauwende nacht ! Ziedaar wat we moeten gaan uitbeelden in een spaarzaam licht , dat toch voldoende moet zijn voor enkele tegenstellingen in de toonwaarden , die het afgebeelde nog beter tot hun recht zullen laten komen . Na enkele voorafgaande pogingen zijn we terecht gekomen bij de schets van fig . 17 . Laten we die goed bestuderen , hier en daar nog wat veranderen en de verhoudingen vaststellen van de verschillende vlakken , die met de militairen , de trein , bijkomstigheden en de hemel . Deze laatste zal het kleinste deel toegewezen krijgen , want de hoofdaandacht moet de troep gevestigd blijven . De schoorsteen van de locomotief bevindt zich op de middelste deellijn , maar de twee schuine lijnen van de lichtbundels zouden , verlengd gedacht , elkaar snijden in een punt van de verticale gulden snede . Op deze wijze vermijden we gelijkvormigheid en eentonige symmetrie in de compositie . Nu rest ons nog slechts de definitieve illustratie te voltooien , die je ziet op fig . 20 . De sierletter houden we eenvoudig en men zou hier niet goed een uitsluitend decoratieve tekening kunnen gebruiken ; daarvoor is het thema te menselijk en de tekst van het boek te objectief . Thans wijden we ons aan het slotvignet . Het slotvignet , dat een hoofdstuk afsluit , heeft betrekking op het laastste deel van de tekst , waarvan hij de geest tot uitdrukking moet brengen . Zijn afmetingen lopen zeer uiteen en hangen af van de beschikbare ruimte . Zijn belangrijkheid zal in ieder geval door goede smaak en gevoel voor evenwicht voorgeschreven worden . Het tekeningetje van fig . 19 toont een slotvignet dat bij een ander hoofdstuk thuis hoort , dat " Het Verlof " heet . Dit hoofdstuk eindigt met het vertrek van de verlofganger naar het front . We hebben hier dus een in al zijn eenvoud roerende afscheidsscène . Zijn compositie is evenwichtig en vertoond duidelijk een middelpunt . Alvorens van het onderhavige boek afscheid te nemen , willen we je nog een ander kopbeeld tonen , dat wel zeer in het bijzonder de herinnering wekt aan de schamele omstandigheden van de frontsoldaat en het armzalige " comfort " van een van zijn onderaardse verblijfplaatsen . Het " effect " is hier wel uitermate pakkend ( fig . 21 ) .
27-09-2006
ART . NR . 57 . - FIG . 12 . - ILLUSTRATIE BUITEN DE TEKST VAN BERTHOLD - MAHN .
Art . Nr . 57 .
Fig . 12 .
Illustratie buiten de tekst van Berthold - Mahn .
FIG . 13 . - KOPBEELD - SLOTVIGNET EN ANDERE .
Fig . 13 .
Van links naar rechts : bladzijde met kopbeeld , sierletter en slotvignet - bladzijde met groot kopbeeld - bladzijde met " vrije " kopillustratie - bladzijde met illustratie tussen de tekst .
ART . NR . 57 . - FIG . 14 . - SLOTVIGNET DOOR BERTHOLD - MAHN .