Mijn meer dan 40 jaar ervaring met tuinieren en het telen van vele
soorten (klein)fruit zonder scheikundige bemesting en - spuiten wil ik
meedelen en zelf nog bijleren.
Voor de fruitliefhebber
19-05-2008
Akkoord aansprakelijkheid transgene besmetting
Akkoord
aansprakelijkheid transgene besmetting
17 mei 2008 16:42
Een VN-conferentie over biodiversiteit heeft een principeakkoord bereikt
over de verantwoordelijkheid voor milieuschade als gevolg van het gebruik van
genetisch veranderde gewassen.
Landen kunnen compensatie claimen bij de teler of de fabrikanten van
transgene producten.
De grootste conferentie ooit over biodiversiteit in Bonn slaagde
er echter niet in een internationaal bindend verdrag op te stellen dat de
verantwoordelijke aanwijst en verplicht tot schadevergoeding. Daarover wordt
nog minimaal twee jaar onderhandeld.
Het is voor het eerst in vier jaar dat de betrokken 150 landen het eens werden
over een slotverklaring op dit heikele punt. De details vergen de komende jaren
nog vele overleggen, aldus de voorzitters van de vergadering. Volgens insiders
lagen Japen en Brazilië te veel dwars om heldere en bindende regels vast te
leggen. De grootste producenten van transgene zaden drongen voor de conferentie
in Bonn aan op vrijwillige afspraken, maar hebben die eis laten vallen in Bonn.
Het Verdrag van Cartagena over het behoud van biodiversiteit is leidend in de
onderhandelingen. Die overeenkomst beoogde per 2008 de verantwoordelijkheid van
transgene besmetting wettelijk te hebben vastgesteld. Omdat de Verenigde Staten
het Cartagena-protocol niet hebben ondertekend, zal het land ook niet gebonden
zijn aan een verdrag over aansprakelijkheid bij transgene vervuiling.
De mispel is een van de vruchten die door de Romeinen naar onze streken werden gebracht. Maar daar is discussie over. Net als de wilde appel, de wilde peer treft men in België ook de wilde mispel aan. Vanwaar komen die? De wilde mispel heb ik leren kennen op een natuurexploratie ter gelegenheid van een Nationale Natuurbeschermingsdag in de Ardennen.We wandelden op een bergflank met allerhande struweel en werden attent gemaakt op een wilde mispelstruik.Ik heb een herinneringsbeeld aan een kleine struik op een weinig gunstige groeiplaats.
Ook in Duitsland komt de mispel verwilderd in de bossen voor, waardoor men dacht dat de boom daar autochtoon of inheems was, vandaar de naam germanica .
Met het regenweer van vanmorgen waren de slakken in hun nopjes. Ik had al gezien dat ze al te graag paprika lusten. Met dit weer hebben de slakken geen haast. Dit deed er mij aan denken naar de planten te gaan kijken in de serre, gewapend met de snoeischaar. En ja op elke plant nog een 3 tal nagenietende slakken, echter niet meer voor lang.
"Ik heb in 1976 een aantal notelaars opgekweekt uit noten
van onze eigen oude noteboom, die redelijk goed draagt met goede en lekkere
maar niet al te grote noten. Het zijn dus zaailingen.
Ongeveer 10 bomen heb ik opgekweekt, waarvan er nog 5 bij
mij op het erf staan. Van alle bomen heb ik na ongeveer 7 jaar de eerste noten
geoogst, behalve van één, die maar niet wilde dragen. De betreffende boom
groeit goed, maar niet extreem, is ongeveer 9 of 10 m hoog, staat naast een
andere die al vele jaren draagt, maar heeft zelf nog nooit een noot gedragen,
ik heb ook nooit bloemen of katjes gezien. Ik dacht dat hij steriel was. De
boom heeft ook een apart blad, erg groot zelfs, zeker 40 cm lang. Elk jaar kijk
ik goed of ik toch niet iets kan ontdekken, en wat zie ik een paar dagen
geleden? Er komen noten aan, misschien wel enkele honderden, als ze niet
afvallen! Het is dus een boom die meer dan 30 jaar weigerde ook ook maar 1 noot
te produceren! Dat is toch wel een buitenbeentje. De moraal is in elk geval dat
je niet te snel de zaag ter hand moet nemen, gewoon geduldig wachten. Ik ben
benieuwd naar de noten, mijn andere zaailingen doen het best goed en geven allen
notendie minstens zo groot zijn als de
moeder en ze zitten ook goed vol. Wel is de vorm soms iets minder, en zijn ze
niet allemaal met de hand te openen, en dat is een minpunt.
Heb jij een verklaring voor zo'n uitzonderlijk late
dracht? Zou dat meer voor komen?"
Groeten Karel
Zijn er soms lezers die hieromtrent ervaring hebben?
Tijdens de voorbije zonnige dagen was het een heerlijke tijd voor de vlinders. Vooral het oranjetipje was voortdurend te zien. Het klein geaderd witje is ook niet zeldzaam. De citroenvlinder heb ik maar twee maal waargenomen (geen foto). Klein koolwitje en oranjetip. De mooiste waarneming vind ik de Atalanta of nummervlinder, een trekvlinder. De meeste exemplaren zie in het najaar op rottend fruit.
Onze Grauwe Vliegenvanger is nog niet terug. Ik heb alvast het oude nest weggehaald, zodat de vogel, als hij komt, met een nieuwe lei kan beginnen. Merk hoe hij/zij het nest met mos drapeert.
Gisteren kwam dochter Tinneke. In de Veranda op het noorden ontdekte zij
3 hoornaars : 2 dode en een derde op stervens na dood. Ze lagen dicht bij
elkaar op de vloer. Een veronderstelling was dat ze gevochten hadden voor een
territorium? Een insect mankeerde een stuk van de vleugel. De halfdode heb ik
buiten gezet.
Of hadden ze alle vliegen reeds opgepeuzeld en stierven ze de
hongerdood?
Waarom dan zo dicht tegen elkaar?
Waren het koninginnen die ontwaakt waren uit de winterslaap?
De deur is praktisch steeds dicht omdat daar de diepvriezer staat.
Nadien ontdekte ik nog een dood exemplaar en was een ander met veel
geronk aan het rondvliegen. Veiligheidshalve heb ik het beest gevangen en
buiten gezet. Zon lawaai bij het vliegen zou veel mensen doen schrikken.
Hoornaars hebben het dubbele formaat van een wesp. Zeer kenmerkend is de
roodachtige rand van het borststuk. Hoornaars zien er gevaarlijk uit, maar zijn dit
totaal niet. Ze zijn helemaal niet agressief, behalve om hun nest te verdedigen.Als kleine jongen heb ik eenmaal een nest
gezien in de houtblokkenwand van de
schietstand van de Duitsers in het Wijnendalebos.
Hoornaars komen niet af op zoetigheid zoals wespen. In het najaar zie ik
ze weleens op rottend fruit. Ik heb de indruk dat zij de laatste jaren
talrijker zijn geworden. Vroeger zag ik ze hier haast nooit.
Hun voedsel
bestaat uit insecten, voor 90 % vliegen. Het zijn dus heel nuttige wezens. Spijtig van de dode.
Ik heb 2 vijgen, een Brown Turkey en het ras Violetta uit Beieren, Duitsland. Deze laatste moet nog een betere plaats krijgen. Dit is het derde jaar dat de Brown Turkey vruchten heeft. Vorig jaar 3 rijpe vruchten. Met de zwakke zomer rijpten de meesten niet. De plant staat tegen de zuid-westkant van het kippenhok. De nieuwe vruchtjes hebben de winterkou goed overleefd en ontwikkelen vlug , dank zij het warme weer. Ze beginnen te rijpen vanaf augustus.
Naast de schuur, op de plaats van het afgebroken afdak voor de kar, - In 't West-Vlaams zeggen we daar karrekot tegen - plantte ik in de herfst van 1962 mijn eerste notelaar. (Te zien links op de eerste foto van 'Begin van een zomerse Lentedag') Ik had geluk, nog geen 10 jaar later had ik de eerste noten, tenminste als het niet vroor begin mei, want dan bevriezen de uitlopende toppen. Er waren jaren dat de eekhoorns mij voor waren. In de herfst komen die uit het bos bij mij op rooftocht. Deze boom staat iets verder in ontwikkeling dan de Broadview. De nootjes zijn al goed te zien. De notenkatjes komen hier gelijk met de vrouwelijke bloemen. Bemerk de vele katjes. Meestal is dit ook een kenmerk voor een goede notenboom.
Dit is een jonge scheut van het ras Broadview, lange tijd het vruchtbaarste ras van de geënte noten. Broadview
stamt uit Brittish Columbia, de provincie tegen de Grote Oceaan, de
westkust van Canada. Je ziet een katje met het mannelijk stuifmeel.
Vrouwelijke bloemen zijn nog niet te zien. Dit ras zet ook gemakkelijk
vruchten zonder bestuiving. Dit noemt men parthenocarpie (vruchten
ontwikkelen zonder bestuiving en bevatten dan ook geen zaden). Het
meest geteelde perenras, Conference doet dit ook. Men zegt dat
beroepsperentelers : 'De peren aan de boom spuiten'. Bevroren bloemen
worden bespoten met gibblerines, een plantenhormoon en er ontwikkelen
zich peren zonder pitten. Naast de Broadview staat een andere geënte noot de Buccanier,
een Nederlands ras. Dit is een later ras. Het stuifmeel uit deze
katjes komt op tijd voor de bestuiving van de Broadviewbloemen. Nog een ander positief punt van de geënte noten: ze beginnen al te dragen na 3, 4 jaar.
Geen vorst op de appelbloesem dit jaar. Al een tijd zonnig weer. Volop bijtjes, hommels en andere insecten voor het bestuivingswerk. De meeste bomen zitten in volle bloei.Dit wil zeggen dat de bloemblaadjes beginnen te vallen. Met dit weer versnelt en verkort ook de bloeiperiode. De eerste vruchtjes verschijnen al.
1.Op wandel
in Hoeselt, behorend tot het nattere gedeelte van Haspengouw. Er is veel
fruitteelt, maar we wandelden ook door een open gedeelte met wijde landerijen.
Op een pas bewerkte akker zagen we een kievitkuiken wegrennen. Ook hier sinds
een paar jaar geen jubelende leeuweriken meer, wist Jean-Pierre te vertellen.
2.We komen
aan de boomgaard van Jean-Pierre. Vooraan Johan en Linda Baecke; achteraan Paul en Tony Janssen.
3.De glunderende Jean-Pierre Billen. Hij is de
organisator van de reizen van de Nationale Boomgaardenstichting. Momenteel
broedt hij op de reis naar Midden-Engeland volgend jaar.
4.Johan
Baecke legt het uit. Hij is de leifruitspecialist van de NBS.
5.De
hoogstamboomgaard. Wie goed kijkt ziet op de tweede rij de meer rozige bloei
van 2 Reinette Hernauts, een allerbeste Reinetteras.
6.Laagstamgedeelte van Jean-Pierre (vooraan). Aan de horizon de
kerktoren van Werm, een kleine deelgemeente van Hoeselt.
7.De laag-
en hoogstamboomgaard van Jean-Pierre met Paul Janssen, professionele onderstammenkweker
te Nederweert (De Peel, Ned.)
Met genoegen vernam ik dat hij nu ook volop de Russische onderstam
Budagovski, de B9 kweekt. Twee
jaar terug had hij deze nog niet.
Ik leerde deze onderstam kennen door Willy
Mahieu. In zijn voor defruitliefhebber onmisbare Appels & Peren, laagstammigefruitbomen
van A tot Z breekt hij een
lans voor deze onderstam
met ongeveer de
groeikracht van de M 9. Het grootste voordeel is dat hij zich veel beter
aanpast aan de lichtere gronden van de liefhebber. Deze roodbladige onderstam is
ook zeer winterhard en niet zo droogtegevoelig als de M 9. Wegens zijn
winterhardheid is hij ook uiterst geschikt voor appelboompjes in potten.
8.Jean-Pierre
en Johan.
9.Op de
terugweg springen we binnen bij de ouders van Jean-Pierre.
Zijn vader, Louis
heeft een eigen wijngaard en is een excellente wijnmaker, te oordelen naar de
proeverij.
Gisteren was het minstens al terug 16°, maar toch nog een buitje. Vanaf vandaag krijgen we volop zon en warmte. Eindelijk weer droge, zaaiklare grond, want men belooft mooi weer tot half volgende week en wellicht halen we 25°.
1. Rode beuk en populier 2. De generatieboom met 17 rassen naar de 17 kleinkinderen. De bovenste tak links is de Marie-Joseph d'Otthée, de ijzerappel een zeer late bloeier.
Toen ik terugkwam van het boodschappen doen, trof ik aan de achterdeur
een perzik in pot. De heer De Bie had de naam genoteerd Sanguine de Savoie.
Ik ben zeer benieuwd naar de verdere uitleg van de heer De Bie.
Zoals de naam zegt is dit een roodvlezige perzik, een van de laatst
rijpende in september.
Het ziet er een zeer gezonde boom uit. Geen krukziekte. Is dit eigen aan
het ras. Of werd de plant beschut geteeld?
Vorig jaar waren er bij mij 2 perziken uitgeschoten. Ik had ze op een wachtbed
gezet, samen met de exemplaren van Pulderbos. Gisteren heb ik ze echter
uitgetrokken: een en al krulziekte. De exemplaren van Pulderbos vertonen maar een
beperkte aantasting.
Maar als je de bladstand bekijkt komt de nieuwe Sanguine de Savoie er
veruit het beste uit. Zie foto: links Sanguine de Savoie, rechts de zaailingen
van Charel Bollansée Pulderbos).
Mijn Presidents van Dievoet geraken op. Dit is een van de beste bewaarrassen onder de oude rassen. De smaak blijft tot het einde goed.
Dit weten blijkbaar ook de meesjes, zowel kool als pimpelmezen. Een
appel was op de tuintafel blijven liggen en werd helemaal opgesoupeerd door de
meesjes.
Op de foto een pimpel.
Ik heb de indruk dat dit de bedrijvigste vogels zijn om de rupsjes van
de kleine wintervlinder uit de ontluikende blad en bloemknoppen weg te
vangen. Daarstraks zag ik nog een paartje acrobatisch bezig in de top van de Reinette Hernaut.
's Anderendaags na de vele regen heb ik moeten ingrijpen. Planten die te lang onder water staan lijden aan zuurstofgebrek en wortels gaan afsterven. Tijdens de winter, in rust, kunnen de wortels wel veel meer verdragen. Ik heb maar één boom weten afsterven en dat was na een zondvloed half september met 100 l. Het duurde toen vele dagen vooraleer het water wegtrok. Het was nodig een grachtje te graven. Daarstraks, bij de ochtendwandeling, (het is al 3 dagen later) zag ik ter plaatse nog restantjes van plassen.
Woensdag 23/4 ontving ik de plantploeg van de NBS met open armen voor
het afwerken der herplanting.
Bij het uitsteken van de bessen viel het niet mee om steeds een
voldoende wortelkluit te bewaren. De droge grond verkruimelde gemakkelijk. Bij
de frambozen lukte het iets beter.
De bessenstruiken hebben al erg veel blad. Nico zorgde wel voor het
overvloedig aangieten van de planten.
Fotos
1.De rij herplante bessen, haast volledig in
blad.
2.De reeds op hun definitieve plaats met intacte
wortelkluit verplante, geselecteerde frambozen.
3.Rooien van de overige frambozen.
4.Idem
5.Herplanting. Let op de wortelkluit.
6.Bijknippen door Bert
7.Aantrappen door Fons
8.Jan verwijdert met bosmaaier de resterende
begroeiïng op het wachtbed.
De verplanting was net op tijd klaar toen er tegen 15 u, de vertrektijd,
want het is nog een hele tijd rijden naar Limburg, een buitje alles goed nat
maakte.
Om 16 u begon het weer te regenen, en dan veel intenser, en dit 2 u aan
een stuk. Er vormden zich grote plassen, die na 2 dagen nog niet helemaal
opgedroogd zijn.
Het weerstation van het Bezoekerscentrum van Zoerselbos heeft 29,9 l per
m² opgetekend. Uitzonderlijk veel.