Beowulf (5/5) Een Engelse sage over de strijd van Beowulf met het monster van Heorot |
Lang, heel lang zonk hij naar beneden en toen hij eindelijk grond onder zijn voeten voelde, kreeg hij geen tijd meer om rond te kijken. De heks vloog op hem af om hem te verscheuren, maar haar klauwen konden aan Beowulfs harnas geen houvast vinden en langzaam naderde de held het hol, waarbij hij door zonderlinge monsters, die zich van alle kanten op hem stortten, in het nauw werd gedreven.
Nauwelijks was hij over de drempel of hij bleef stokstijf staan: hier was geen water te bekennen en de flakkerende vlammen van een vuurtje verlichtten het hol! Daar zag hij het vormloze vrouwmens dat zich opnieuw op hem wierp. Hij trok zijn zwaard en gaf haar een geweldige slag. Maar ziet - de stalen kling verwondde de heks niet. Integendeel, zij stortte zich op Beowulf, wierp hem neer en trachtte met een dolk een einde aan zijn leven te maken.
Zonder zijn harnas was Beowulf beslist verloren geweest. Maar hij schudde het wijf van zich af, stond op en ontdekte aan de wand een zwaard: nimmer had hij er een gezien dat zo groot en zo zwaar was. Hij pakte het beet met de kracht van dertig mannen en doorstak het hart van de heks, die onmiddellijk dood neer zeeg. Een zonnestraal die door het water de grot binnendrong viel op Grendel. Beowulf huiverde, hoewel het monster niet bewoog: ook in de dood was het nog afschrikwekkend. De held hief het reusachtige zwaard voor de laatste slag. Als bewijs van zijn triomf sloeg hij Grendels kop af en keerde daarmee op de oever van het meer terug.
Hij verheugde er zich al op koning Hrothgar te verrassen, maar toen hij bovenkwam zag hij alleen zijn getrouwe Goten staan. Ze kwamen hem juichend tegemoet, blij dat hij nog leefde. "We hebben urenlang staan wachten," verklaarden ze, "en toen het hele meer een rode tint kreeg, dacht koning Hrothgar dat het door uw bloed gekleurd werd en keerde met zijn mannen naar Heorot terug. Alleen wij hebben de hoop op uw terugkeer niet opgegeven."
Avonturen beginnen, maar eindigen ook. Beowulf werd, nadat hij zijn laatste verwoede strijd in het land der Denen roemrijk had beëindigd, door heimwee overvallen. Al de volgende dag nam hij afscheid van koning Hrothgar, die hem met nog twaalf kostbare geschenken overlaadde en keerde naar zijn vaderland terug.
Zijn dappere daden maakten hem niet alleen tot een held die door barden in alle talen werd bezongen, maar ook, na de dood van zijn oom, tot koning over zijn volk dat hij vijftig vredige jaren met verstand en beleid regeerde.
* * * EINDE * * * |
Bron : "Van gouden tijden zingen de harpen: Europese sagen en legenden" door Vladimír Hulpach, Emanuel Frynta en Václav Cibula. Met illustraties van Miloslav Troup.Nederlandse vertaling door Han de Boer. Uitgeversmaatschappij Holland, Haarlem, 1970. |
|