************Populaire muziek van de vorige eeuw tot nu************
04-02-2013
Sixties stars overleven in 1971
Sixties stars overleven in 1971
Chas Chandler, ex-bassist van The Animals en ex-producer van The Jimi Hendrix Experience, kwam in 1971 met de groep Slade op de proppen. Noddy Holder (leadvocals en gitaar); Jim Lea (bas, piano en backing vocals); Dave Hill (leadgitaar en backing vocals) en Don Powell (drums) waren oorspronkelijk skinheads maar lieten hun haar groeien en sloten vlug aan bij de glamrock-beweging. Tussen 1971 en 1974 braken zij alle verkooprecords. In de VS scoorden ze niet bijster goed maar in hun thuisland hadden ze 17 opeenvolgende singles die de Top-20 haalden waarvan 6 nummer 1 hits. Hun live optredens waren berucht en deze compositie van Bobby Marchan en ooit op plaat gezet door Little Richard was eigenlijk bedoeld als staalkaartje van hun kunnen.
Can white men sing the (rhythm &) blues? Definitely! Deze Noord-Ierse singer/songwriter is daar het beste bewijs van. De single werd in oktober 1970 uitgebracht als voorbode van zijn nieuwe elpee 'His Band And The Street Choir' (15 november 1970) maar het was pas in 1971 dat ik hem enkele malen op de radio hoorde en ook op de lokale juke-box ontdekte. Blue Eyed Soul om duimen en vingers af te likken!
En toen was het tijd voor de vierde Beatle om hier en daar in de wereld een nummer 1-hit te scoren. Deze song schreef hij samen met zijn dikke vriend George Harrison, al zeggen sommige bronnen dat Harrison dat alleen deed. Harrison speelde alleszins gitaar; Klaus Voormann bas; Stephen Stills piano, Ron Cattermole saxofoon en trompet; Pete Ham en Tom Evans van Badfinger zorgden voor het achtergrondkoortje terwijl Ringo zong en op de drums het ritme aangaf.
Sinds George Orwell kunnen we er niet meer onderuit. Iedereen wordt in de gaten gehouden via GSM, GPS, Google, overal camera's en vooral de sociale media. Deze blanke muzikanten van 'Rare Earth' kregen hun eigen sublabel op Tamla Motown Records en hadden met deze single een grote hit te pakken in 1971.
De sixtiesgroep scoorde ook in de jaren '70 en deze song uit de geweldige elpee 'Who's Next' (1971) werd een Top-10 hit in het Verenigd Koninkrijk en een Top-20 hit in de VS. Kenmerkende geluiden zijn de synthesizer van Pete Townshend en de oerkreet van Roger Daltrey op het einde. De jongere generatie kent dit natuurlijk als de tune van het Amerikaans TV-feuilleton CSI: Miami. Wat de hoesfoto van het album betreft: wie dit nu nog doet, riskeert een fikse GAS-boete!
Chas Chandler, producer/manager van de groep had de sixties overleefd.
Een geweldig goede dubbelelpee van een live concert van Rare Earth. Tevens een leuke hoes, maar moeilijk te klasseren.
GAS staat in België (regio Vlaanderen) voor Gemeentelijke Administratieve Sanctie.
Deze Nederlandse band, met twee giganten als Jan Akkerman en Thijs van Leer, zag ik in 1971 optreden in Vorst-Nationaal in het voorprogramma van Ten Years After. De hitsingle van toen was 'House Of The King' maar we werden toen van onze stoel geblazen door een magistrale versie van 'Hocus Pocus' uit de LP 'Focus II'. Dit nummer werd pas op single uitgebracht in 1972 en bereikte de Amerikaanse en Canadese hitlijsten in 1973.
Na Focus trad de Britse blues/rockband 'Ten Years After' in Vorst-Nationaal op. Natuurlijk wou Alvin Lee zijn gitaarkunstjes tentoon spreiden met een vingervlugge versie van 'I'm Going Home' maar mijn gevoelige oren gaven toch de voorkeur aan deze protestsong uit 1971 waarin Lee niet alleen de overbevolking aankloeg maar ook de kloof tussen rijk en arm, de milieuvervuiling en de oorlog in Vietnam. Humor en muziek kunnen wel degelijk de wereld veranderen...
Op 24 september 1971 trok ik naar het Antwerps Sportpaleis voor een legendarisch optreden. In het voorprogramma speelde de Amerikaanse singer/songwriter Tony Joe White. Deze single, met de veel te lange titel, was toen net uit en een tijdje later kon ik hem tegen een spotprijs op de kop tikken. Maar de hoofdact van de avond moest nog komen...
En die hoofdact op 24 september 1971 was niemand minder dan CCR, herleid tot een trio. Tom Fogerty had de band enige tijd voordien verlaten voor een solocarrière maar zijn broer John ging op Europese tournee samen met bassist Stu Cook en drummer Doug Clifford. Natuurlijk was iedereen gekomen voor de meestampers als 'Suzie Q', 'Proud Mary', 'I Put A Spell On You', 'Fortunate Son', 'Green River', 'Bad Moon Rising', 'Who'll Stop The Rain' en zovele andere maar toen deze intro door het Antwerps Sportpaleis weergalmde, ontplofte zowat de hele zaal!
Zie ik hier enige gelijkenis met de hoesfoto van de single 'Masterpiece' van Irish Coffee (ook uit 1971) of is dit puur toeval?
De gitaarvirtuoos Jan Akkerman waar Eric Clapton toen naar opkeek.
Fluitist Thijs van Leer kon gekke bekken trekken bij het jodelen van 'Hocus Pocus' en vooral bij het opzetten van zijn falsettostem.
Gitarist Alvin Lee was de stichter van zijn groep in 1966, exact tien jaar nadat (ten years after, heb je hem?) Elvis Presley (zijn groot idool) doorbrak.
De dageraad is aangebroken... Deze welbekende christelijke hymne werd reeds in 1931 uitgebracht. De Engelse auteur Eleanor Farjeon schreef de lyrics op de traditionele melodie 'Bunessan' uit de Schotse Hooglanden (dezelfde melodie als het 19de eeuwse kerstlied 'Child in the Manger'). Rick Wakeman, klassiek geschoold muzikant en lid van de symfonische groep Yes, kreeg in 1971 slechts 10 Britse Ponden voor zijn mooi pianospel. Uit de LP 'Teaser and the Firecat' (oktober 1971) en in 1972 stond Cat Stevens hiermee hoog in de Amerikaanse hitlijsten.
De Amerikaanse componist Paul Williams schreef dit "ouderwets liefdeslied" en 'Three Dog Night' had er in 1971 een grote hit mee. Chuck Negron is hier de leadzanger. Rare groepsnaam? De oorspronkelijke bewoners van Australië hadden vroeger de gewoonte onder de grond te slapen samen met een dingo. Bij koude nachten kropen ze dicht bij twee wilde honden en als het vroor was het een "three dog night"...
Deze Franse zanger werd blind geboren in Parijs op 28 december 1951. Toch leerde hij piano en orgel spelen. Hier zingt hij in een vlekkeloos Engels en zonder accent (!) een mooi liefdeslied. Het werd een grote Europese hit voor hem in het najaar van 1971. Nadien werd het bij ons een beetje stil rond hem maar in Frankrijk bracht hij tot in 2006 nog platen uit.
Nadat zijn tweede single ('Underneath The Blanket Go', uitgebracht in februari 1971) geen hoge ogen had gegooid, was het met deze slow uit juli 1971 weer raak! Hij was fan van Charlie Chaplin (getuige daarvan zijn gekke outfit) en mooie melodieën uit zijn mouw schudden kon hij als geeneen. Hieronder een mooi optreden uit 'Top Of The Pops'.
Deze compositie liep niet van een leien dakje. In 1968 schreef Lennon op deze melodie 'Child of Nature'. De song bleef in de kast liggen tot hij met een andere tekst verscheen op de LP 'Imagine' in september 1971. Vreemd genoeg verscheen 'Jealous Guy' pas op single in 1985. Roxy Music had er in 1981, enkele maanden na de moord op Lennon, een hit mee. Nicky Hopkins speelt piano, Klaus Voormann bas en Jim Keltner drums.
Twee songs uit de LP 'Imagine' van John Lennon & The Plastic Ono Band.
Film in 1971: 'Dirty Harry' geregisseerd door Don Siegel met Clint Eastwood in de hoofdrol. De man die verantwoordelijk was voor deze opwindende score schreef ook pareltjes voor o.a. 'Enter The Dragon', 'Mannix', 'Mission: Impossible' en 'Bullitt'.
Film in 1971: 'A Clockwork Orange' geregisseerd door Stanley Kubrick met Malcolm McDowell in de hoofdrol. De man die zorgde voor de opwindende soundtrack was Walter Carlos die niet alleen veel experimenteerde met synthesizers maar ook een baanbreker was in het genre. Hij onderging later een geslachtsoperatie en gaat nu door het leven als Wendy Carlos.
Film in 1971: 'Summer of '42' geregisseerd door Robert Mulligan met Jennifer O'Neill in de hoofdrol. De Franse componist die zorgde voor de romantische soundtrack was Michel Legrand die ook 'Les moulins de mon coeur' schreef, beter bekend als 'The Windmills of Your Mind'.
Film in 1971: 'Diamonds Are Forever', de 7de James Bondfilm, geregisseerd door Guy Hamilton met Sean Connery en Jill St. John in de hoofdrollen. Shirley Bassey zingt het thema gecomponeerd door John Barry (muziek) en Don Black (lyrics). De Welshe zangeres heeft nog altijd het record van 3 Bondnummers achter haar naam staan.
Film in 1971: 'Shaft' geregisseerd door Gordon Parks met Richard Roundtree in de hoofdrol. In dat jaar kreeg de blanke James Bond concurrentie van de zwarte John Shaft. De soundtrack werd dan ook geschreven door de Afro-Amerikaan Isaac Hayes met de wah-wah gitaar van Charles Pitts in een muzikale hoofdrol. "Can you dig it?"...
Uitstekende verzameling soundtracks van Schifrin die ik op compact disc heb.
Toen ging hij nog door het leven als Walter omringd door zijn synthesizers.
Ook een favoriete track uit dat legendarisch album 'L.A. Woman' uit 1971 waarop Jim Morrison aka 'Mr. Mojo Risin' (anagram) voor het laatst te horen is. Zonder de leadzanger ging de groep nog een tijdje door, maar in 1973 hielden Ray Manzarek, John Densmore en Robbie Krieger het voor bekeken. Enkele reünies volgden in 1978, de jaren '90 en '00 doch Morrison kon nooit vervangen worden.
Openingstrack uit 'Sticky Fingers', de elpee met een echte ritssluiting. Op de single stonden twee songs op de b-kant: 'Bitch' en 'Let It Rock'. Alhoewel de song toegeschreven wordt aan het duo Jagger/Richards is het Mick Jagger die hem grotendeels schreef met Marsha Hunt in gedachten. Ik hou het bij bruine suiker op mijn pannenkoeken, mijn favoriet dessert.
Nog zo'n geweldige track die nooit op de radio komt. Uit het formidabel album 'Ram' en tevens de b-kant van de single 'Eat At Home'. Onbekend is onbemind, maar ik draaide deze song wel op de eerste T-Dansant van het Jeugdhuis 'De Bezem' in het Hooghuis van Bosvoorde. En toen was de dansvloer ineens te klein...
In september 1971 ontmoette ik de ware op een bal in het Hooghuis van Bosvoorde en op de tonen van deze rocker maakten we kennis. Samen dansen ging nog niet zo goed maar ondertussen zijn we toch bijna 38 jaar gelukkig getrouwd. Deze draag ik dan ook op aan mijn schatje.
Een van de leukste rocksongs uit 1971 was volgens mij deze 'Resurrection Shuffle' van een nieuwe groep met een blazerssectie, zoals ik ze graag hoor. Tom Jones bracht datzelfde jaar nog een cover uit van deze song, maar ik verkies toch deze original. ♫♫♫ Put your hand on your hip, now you let your back bone slip ♫♫♫...
Zonder de charismatische frontzanger Jim Morrison was de groep The Doors ten dode opgeschreven.
Bobbey Keys speelt saxofoon op 'Brown Sugar'. 'Let It Rock' is een compositie van Chuck Berry en deze versie is live.
Welke muziek werd er nog gedraaid in 1971? Deze bonte bende bracht de ene hitsingle na de andere uit op RAK Records waar producer Mickie Most het mooie weer maakte. Bij dit druilerige weer komt een kopje warme chocolademelk goed van pas. Opgelet, vergeet niet te blazen of je verbrandt je lippen!
Ook in 1971 regende het veel, net zoals nu. Dit Brits quintet brengt dat gevoel van gelatenheid en droefenis perfect over. Een echt maandagsgevoel. Maar we moeten optimistisch blijven: de regen spoelt het strooizout weg en geeft de bomen en de planten te drinken. Spoedig zullen die uit hun winterslaap ontwaken.
In de zomer van 1970 stond dit plaatje op nummer 1 in Spanje. Een Vlaamse deejay hoorde het tijdens zijn vakantie en bracht het mee naar België. Hij draaide het singletje meermaals in zijn discotheek en tegen de zomer van 1971 kwam het de BRT Top-30 binnen. Hoe een dubbeltje rollen kan...
Deze Amerikanen daarentegen waren in 1971 nog nooit in Spanje geweest . Hoyt Axton componeerde dit geweldig nummer en misschien doet de naam Axton een belletje rinkelen. Zijn moeder, Mae Boren Axton, schreef namelijk 'Heartbreak Hotel' samen met Thomas Durden en... Elvis Presley.
Gisteren draaide ik 'Proud Mary' in de versie van Ike & Tina en vandaag is het de beurt aan de b-kant, die trouwens ook op de steengoede elpee 'Workin' Together' uit 1971 staat. Aanstekelijke funk van de bovenste plank!
Cover uit 1971: de song werd geschreven door Jerry Leiber en Phil Spector en was al een hit voor Ben E. King in 1960. Toch slaagde The Queen of Soul erin het origineel te doen vergeten. Zij legde een persoonlijke toets in haar knappe versie. ♫♫♫ There is a rose in Spanish Harlem ♫♫♫...
Cover uit 1971? Technisch gezien is dit het origineel want de auteursversie van Bob Dylan werd pas uitgebracht in 1975. Op zijn legendarische LP 'The Basement Tapes' (Bob Dylan & The Band) uit 1967 stonden naast deze parel ook o.a. 'Million Dollar Bash', 'Too Much Of Nothing' en 'This Wheel's On Fire'. Fairport Convention; Jonathan King; Peter, Paul & Mary en Julie Driscoll & The Brian Auger Trinity hadden al gretig geplukt uit deze opnamesessies en daarmee een hit gescoord. Manfred Mann had veel ervaring met het coveren van Dylansongs. Op de single wordt deze song toegeschreven aan Manfred Mann terwijl hij op de eerste elpee staat van Manfred Mann's Earth Band.
Cover uit 1971: deze compositie van Norman Whitfield, Barrett Strong en Janie Bradford werd oorspronkelijk opgenomen door The Temptations. Maar de bekendste versie is wellicht die van Marvin Gaye. De New Yorkse groep 'Mardi Gras' had er in elk geval een dikke Europese hit mee in de overgang van 1971/1972.
Cover uit 1971: Toen was alles nog koek en ei tussen Ike en Tina. Ze drukten allebei hun stempel op deze compositie van John Fogerty zodat de song vanaf 2:19 minuten ontploft en zich ontpopt tot een andere: 'Rollin' on the river'! De Turners deden zowaar de versie van Creedence Clearwater Revival tijdens hun live-optredens vergeten. Maar toch blijft de originele versie van CCR mijn voorkeur wegdragen.
Cover uit 1971: het origineel werd geschreven in 1970 door Pete Ham en Tom Evans van de groep Badfinger. Toen Nilsson die versie hoorde op een party dacht hij dat het The Beatles waren. Vreemd genoeg hadden andere artiesten grote hits met composities van Nilsson terwijl hijzelf enkel scoorde met coverversies. Paul McCartney noemde deze compositie "the killer song of all-time". Ze stond op de LP 'Nilsson Schmilsson' en werd als single uitgebracht in oktober 1971. In maart 1972 stond het plaatje nog altijd in de hitparades.
'Mrs. Henry' geschreven door Bob Dylan in 1967 als 'Please Mrs. Henry' stond op de debuutelpee van Manfred Mann's Earth Band terwijl de single simpelweg werd toegeschreven aan Manfred Mann. Manfred Mann Chapter III stond nochtans tussen deze twee formaties in.
In 1971 stond Tina Turner op het hoogtepunt van haar schoonheid. Vooral haar benen waren indrukwekkend!
Graham Nash had de band al in 1968 verlaten en met de nieuwe voorzanger Terry Sylvester werden nieuwe muzikale paden bewandeld. De song gaat over de verwijfde zanger van een rockbandje en in de periode van de opkomende glamrock geen echt grote hit in 1971. Misschien had de naamkeuze daar schuld aan want op mijn single staat 'Hey Willie' gedrukt... Eind 1971 zou Allan Clarke uit onvrede met de keuze van de nummers de groep eveneens verlaten.
Begin jaren '70 begon de klad te komen in al die sixtiesgroepen. Een voor een vielen ze uit elkaar of herrezen ze uit hun as onder een andere naam. Roy Wood zwaaide jarenlang de plak over deze band maar moest Jeff Lynne naast zich dulden. In december 1971, enkele maanden na deze single, werd de groep hervormd tot het 'Electric Light Orchestra'. In 1972 verliet Wood uit onvrede ELO en stampte hij de glamrockformatie 'Wizzard' uit de grond.
De mannen van Deep Purple waren zo slim hun groepsnaam te behouden, ook na enkele personeelswisselingen. Mark II bestond net zoals bij 'Deep Purple in Rock' uit Ritchie Blackmore - gitaar; Ian Gillan - vocals; Roger Glover - bas; Jon Lord - toetsen, Hammondorgel en Ian Paice - drums. Deze single steeg in 1971 dan ook als een raket naar de hoogste regionen van de hitparades.
De kerels van The Collective Consciousness Society (CCS) o.l.v. Alexis Korner, de peetvader van de Britse blues, bleven maar uit hetzelfde vaatje tappen. Ze lieten de pure blues voor wat hij was en kozen resoluut voor aanstekelijke popmuziek. En dat leverde hen in 1971 een leuke dansbare hitsingle op geproducet door Mickie Most.
Maar de allermooiste song uit die periode stond te blinken op de LP 'Hunky Dory' (1971). Deze parel met verwijzingen naar Mickey Mouse en Lennon werd pas als single uitgebracht in juni 1973 (!). Bowie slaagde er als geen andere in zonder kleerscheuren uit de sixties te komen en zowaar te scoren in de seventies met een nieuwe sound. Even een woordje uitleg: Bowie schreef in 1968 de Engelse lyrics ('Even a Fool Learns to Love') op muziek van 'Comme d'habitude' (1967). De song werd nooit uitgebracht, Paul Anka kocht de rechten op en herschreef de tekst als 'My Way' en Frank Sinatra had er een wereldhit mee in 1969. Als reactie hierop en als parodie schreef Bowie 'Life On Mars?' en op de elpeehoes staat 'inspired by Frankie'. Rick Wakeman van de symfonische groep Yes speelt piano terwijl gitarist Mick Ronson zorgt voor de wondermooie partij violen. De zinsnede "Look at those cavemen go" komt uit 'Alley Oop', een hit voor de Amerikaanse doo-wopband The Hollywood Argyles (1960). En is er leven op Mars? Ik weet het niet want 'curiosity killed the cat'...
Over de hele wereld heette de song 'Hey Willy'.
Behalve in België: EMI Belgium slaagde erin 'Hey Willie' te laten afdrukken op het hoesje of was dat de schuld van Druco uit Halle. In elk geval ziet mijn singletje er zo uit.
Op dit singlehoesje uit 1973 staat Bowie alweer met een ander imago (Ziggy Stardust). Op de LP 'Hunky Dory' uit 1971 zag hij er met zijn lang haar nog uit als een hippie.
Flashmob in Het Spiegelpaleis Om Bruno Wyndaele en Sam De Bruyn te bedanken voor het toffe programma 'Het Spiegelpaleis' in het Vlaams Parlement te Brussel op Een (VRT) verrasten wij hen op een flashmob, gezongen op de tonen van 'Gimme Hope Jo'anna', ook bekend als 'Laat het gras maar groeien' in de versie van Sam Gooris.
Zondag 27 januari 2013
De echtgenoot van Gerdje Noels (midden) is cartoonist en die had gezorgd voor twee gelijkende portretten van Sam en Bruno.
Dennis de applausmeester (rechts) zorgde meestal voor flauwe of aangebrande moppen.
Studentenbetogingen en -rellen waren schering en inslag in de VS tijdens het jaar 1971. De titel van de LP waaruit deze protestsong komt ('Surf's Up') loog er niet om: de strandjongens waren volwassen geworden, hadden de surfmuziek afgezworen en met behulp van Leiber/Stoller (song gebaseerd op 'Riot in Cell Block N° 9' met nieuwe lyrics van Mike Love) en politiesirenes vlogen ze de radiogolven binnen. Vooral Zaki draaide deze song regelmatig in zijn radioprogramma.
Geheel in de stijl van Chicago; Blood, Sweat & Tears of The Ides of March bracht deze Amerikaanse formatie formidabele muziek met een blazerssectie om U tegen te zeggen. Helaas bleef het bij dit one-hit wonder uit 1971. Een tijdje na het uitbrengen van deze single in de VS kwam ene Marc Bolan met zijn Britse single op de markt maar, om verwarring te vermijden, werd hij verplicht zijn song te herdopen.
Marc Bolan had de feetjes en de elfjes afgezworen, was van zijn witte zwaan afgestapt en volgde een totaal nieuwe richting in de muziek. De glamrock was geboren! Om verwarring te vermijden met de gelijknamige single van de Amerikaanse formatie Chase heette dit nummer in de VS 'Bang A Gong'. In de rest van de wereld gewoon 'Get It On'. Uit de fantastische LP 'Electric Warrior' (1971).
David Robert Jones had ook al snel door dat er veranderingen op til waren in muziekland. Met zijn uitstekend album uit 1971 'Hunky Dory' veroverde hij weer een plaats in de belangstelling maar nog niet in de hitlijsten. 'Space Oddity' uit 1969 was trouwens veel te lang geleden. Spoedig zou hij ook op de glamrock-trein springen in het gezelschap van T. Rex, The Sweet en anderen en zich het imago van 'Ziggy Stardust' aanmeten. Bowie speelt saxofoon, gitaar en Mellotron op deze song terwijl Rick Wakeman van de groep Yes piano speelt en Mick Ronson zorgt voor de partij violen.
Ondertussen bleef de aanhang van de Britse progressieve rockformatie maar aangroeien. In 1971 kwam de elpee 'Meddle' uit met die rare hoes: een close up-foto van een oor onderwater. De bezetting in de studio was David Gilmour – gitaar, slidegitaar, bas; Roger Waters – bas; Nick Mason – drums, achterwaarts afgespeelde cymbalen, vervormde stem en Richard Wright – Hammondorgel, piano, geluidseffecten. Onderstaande clip komt uit 1972, opgenomen voor de film 'Live at Pompeii'.
Let vooral of de droefenis die deze elpeehoes uitstraalt: een "Don Quichote"-figuur die moegestreden is van het vechten tegen de windmolens.
Bill Chase was de spilfiguur van de formatie 'Chase'.
De Amerikaanse single.
De LP 'Electric Warrior'.
De LP waarop 'Changes' voorkomt.
De fameuze hoes met een onderwater oor. Velen zagen hierin ook een neusgat.
Deze nieuwe modetrend was niet uit het straatbeeld van 1971 weg te slaan . Vaak in combinatie met een maxirok, voorzien van een lange split. De minirok van Mary Quant verloor meer en meer terrein. The Hardest Working Man in Showbusiness had met "Hot Pants (She Got to Use What She Got to Get What She Wants)" een dikke hit te pakken. Op de a-kant van de single stond 'Part 1' en op de b-kant, geloof het of niet, 'Part 2 + 3'. ♫♫♫ Hit me! ♫♫♫
Postuum verscheen de LP 'Rainbow Bridge' op 9 oktober 1971 in de VS. Daarop stond 'Dolly Dagger', een song die ook op single werd uitgebracht en nr. 74 bereikte in de Top-100. Het was meteen de laatste single van Jimi die in de VS in de hitparade terechtkwam. In 2010 verscheen een geremasterde versie. En wat rijmt er op 'dagger'? Juist: 'Jagger'! Zou dat toeval kunnen zijn?
Reggae in 1971: zeer aanstekelijke single van dit olijke duo uit Kingston, Jamaica dat hoge ogen gooide in het Verenigd Koninkrijk maar ook bij ons. Sly Dunbar, de welbekende drummer, was toen 18 jaar oud en het was de allereerste single waarop zijn kunsten te horen zijn. ♫♫♫ 'I am the magnificent, double you o, o, o!' ♫♫♫
Uit Amerika kwamen opeens vier heuse afstammelingen van indianen de hitparades onveilig maken. 'Maggie' was in 1971 niet eens zo'n grote hit. Pas toen de opvolger insloeg als een bom werd deze single in het voorjaar van 1972 opnieuw uitgebracht met veel meer succes. De oorspronkelijke formatie bestond uit Patrick Vasquez, Lolly Vasquez, Peter DePoe en Tony Bellamy. Het schrijversduo bestond uit de broers Pat & Lolly Vegas (aka Vasquez).
John D. Loudermilk schreef deze aanklacht al in 1968 en Don Fardon, ex-zanger van The Sorrows, bracht de song toen uit onder de veel te lange titel 'The Lament Of The Cherokee Reservation Indian', zonder al te veel bijval. In 1971 had hij meer succes met een heruitgave op 45 toeren.
Waar indianen opgemerkt worden zijn er altijd cowboys te vinden. Zo ook in deze compositie van Sonny Bono uit 1971. Ze verscheen op de LP 'All I Ever Need Is You' in juni van dat jaar en werd na de titeltrack als tweede single van die 33-toerenschijf uitgebracht in het voorjaar van 1972.
In december 1971 bestormden de indianen weer onze hitlijsten. De twee broers Vegas mengden ingrediënten van hekserij, voodoo- en zombiepraktijken in een grote smeltkroes en brouwden daaruit een krachtige toverdrank. En de jeugd van toen lustte er pap van.
Zomer 1971: deze single werd meermaals per dag gedraaid op de radio en stond dan ook in de maanden juli en augustus van dat jaar onafgebroken in de hitparades. De Engelse versie van Jonathan King ('Flirt') bereikte zelfs de Britse charts. Delpech kende ik nog van 'Chez Laurette' (1966) en 'Wight is Wight' (1970) maar deze commerciële single sloeg alle verkooprecords.
Hiernaast een foto van mij, genomen toen ik gedurende twee maanden (juli en augustus) voor het Festival van de Kust werkte. Wij zorgden met een ploeg jongeren o.l.v. animator Louis Baret voor animatie. Elke dag stonden wij in een andere badplaats. Het Festival van de Kust werd georganiseerd door de Koningin Fabioladorpen, t.b.v. volwassen gehandicapten.
(c) Foto Alain Pierrard - Middelkerke (9 juli 1971).
Zomer 1971: de mannen van 'Green Onions', 'Soul Limbo', 'Time Is Tight' en zovele andere opwindende instrumentale dansnummers hadden in die periode alweer een uitstekende LP uitgebracht die ik mij met mijn zuurverdiende centjes meteen aanschafte (dankzij mijn vakantiejob aan de Belgische kust). Een nieuwe vinylelpee kostte toen ongeveer 224 BEF.
Zomer 1971: telkens ik de intro van deze prachtige song hoor (golven in de branding) moet ik aan juli/augustus 1971 denken toen ik gedurende twee maanden een vakantiejob had aan de Belgische kust. Eens ik de LP 'L.A. Woman' met de bijzondere hoes (geel mica of glimmer) had gekocht en na deze song enkele malen beluisterd te hebben begreep ik dat Jim Morrison het over een seriemoordenaar had. 'There's a killer on the road, his brain is squirmin' like a toad...' Op 3 juli 1971 werd Morrison in Parijs levenloos aangetroffen in zijn badkuip. Hij werd slechts 27 jaar oud en was meteen na dit album een legende.
De geweldige elpee uitgebracht bij Stax Records.
Het laatste album waarop Jim Morrison te horen was.
Opgelet! Niet alles wat er op onderstaande link staat is correct. Zo is Stevie Wonder niet in 1951 geboren maar in 1950. Klik maar en weet het mij te zeggen of er nog foutjes instaan. Veel lees- en luisterplezier!
Klik op je geboortejaar of op het jaar dat je wil zien.
De muziek en gebeurtenissen van dat jaar verschijnen.
Op de jukebox kun je kiezen uit een hele reeks songs van dat jaar.
Deze song staat op de elpee 'Teaser And The Firecat' en werd in het Verenigd Koninkrijk uitgebracht in september 1970. In de VS verscheen het 45-toerenplaatje pas in juni 1971. De Britse singer/songwriter schreef dit vrolijk liedje toen hij met vakantie was in Spanje. Als stadsmens (London West-End) had hij nooit zo goed het maanlicht kunnen zien door de straatverlichting. Hij werd dan ook op het strand achternagezeten door zijn eigen schaduw.
Deze Amerikaanse singer/songwriter bracht 'I Am... I Said' uit in maart 1971. De single was een trage klimmer en pas in mei van dat jaar bereikte hij een hoogste positie in de VS met een nr. 4 notering. Ook in het VK bereikte de song de nr.4 positie. Grotendeels gezongen dan weer parlando gaat de tekst over iemand die maar niet kan kiezen tussen het leven in New York City en dat in Los Angeles. Hieronder een versie uit 'Top Of The Pops' (september 1971).
In februari 1971 stond deze progressieve rockformatie op nr. 11 in de 'UK Singles Charts' met de single 'Tomorrow Night'. Toetsenist Vincent Crane kwam uit 'The Crazy World Of Arthur Brown' en was de constante in deze band, die vele personeelswisselingen kende. Zo maakte Carl Palmer ook deel uit van 'Atomic Rooster' maar in 1970 verliet hij de groep om zich bij Keith Emerson en Greg Lake te voegen en 'Emerson, Lake & Palmer' was geboren.
In juni 1971 scoorde de Britse formatie een nog grotere hit met de volgende single. Ook in ons land hadden ze enig succes met 'Devil's Answer', maar het bleef helaas beperkt tot deze twee 45-toerenplaatjes. Hieronder een optreden uit 'Top Of The Pops' (juli 1971).
David Gates (met de zoetgevooisde stem) en zijn kompanen kregen vanaf 1970 steevast het label 'soft rock' opgekleefd. Maar met de komst in 1971 van Larry Knechtel (sessiemuzikant: bas- en elektrische gitaar, toetsen) werd de sound iets ruiger. Knechtel is te horen op o.a. 'Mr. Tambourine Man' van The Byrds en op veel songs van The Doors, want die groep had geen eigen basgitarist! Helaas bleef het voor de ruigere sound bij deze single, want voor de volgende gleed de rockband weer af naar een suikerzoete sound.
Staat in mijn collectie 45 rpm-plaatjes onder de letter 'A'.
Komt uit mijn verzameling vinylsingles en staat onder de letter 'B'.
Dansmuziek uit 1971: Geweldig nummer van een groep uit de Bahama's waarin drie broers speelden. De song was te lang voor de radiogolven zodat de platenmaatschappij weer eens besliste hem uit te smeren over de twee kanten van een single. Gelukkig zijn Part 1 en Part 2 hieronder netjes aan mekaar gelast ('t Is waarschijnlijk de elpeeversie). Komaan met dat lijf!
Dansmuziek uit 1971: Het woord 'disco' was toen nog niet uitgevonden maar dit was instrumentale funky soulmuziek uit de discotheken van het begin van de jaren '70. Geschreven door Harvey Fuqua en Charlie Hearndon. Isaac Hayes en Barry White waren in 1971 al aardig op weg maar de term 'disco' was toen nog niet in zwang. Komaan met dat lijf!
Dansmuziek uit 1971: De leukste dansmuziek vond ik deze 'Music For Gong Gong' van een bonte bende Afrikanen uit Ghana en ex-bewoners van Caribische eilanden die elkaar vonden in Londen. Met veel conga's, sax en trompetten. De term 'wereldmuziek' was geboren! Roger Dean tekende de prachtige hoezen met vliegende olifanten en andere mythologische dieren zoals draken en fantastische schepsels zoals vliegende varanen. Hij zorgde ook voor hoezen van o.a. Yes, Uriah Heep, Atomic Rooster, Gentle Giant en Earth & Fire. Komaan met dat lijf!
Wegdromen bij een heerlijke kop warme choco of koffie en naar buiten staren waar het besneeuwde landschap tot de verbeelding blijft spreken onder het beluisteren van deze melancholische klanken. Dat was in 1971 ook zo.
In juni 1971 hadden deze twee Britse boezemvrienden zowaar een dikke hit te pakken met hun samenwerkende vennootschap 'Fame and Price, Price and Fame Together'. Wel moeilijk te klasseren single: onder de F of onder de P, of zoals in een welbepaalde winkelketen onder de T? ♫♫♫ Well, well, well ♫♫♫...
Zeer leuk geluid uit eind april 1971 van deze opvolger van 'When I'm Dead And Gone'. De heerlijke klanken van banjo en accordeon kunnen mij altijd bekoren, net zoals Roy Orbison toentertijd want hij overwoog deze meeslepende song zelf op te nemen.
De opvolger van 'Another Day' stond op de LP 'Ram' uit 1971 en werd als single niet uitgebracht in het VK of de VS maar wel in de Benelux en verscheidene andere Europese landen. Deze 45-toerenplaat stond op naam van 'Paul & Linda McCartney' en Macca bespeelde alle instrumenten zelf (elektrische gitaar, bas, drums) terwijl zijn vrouw fungeerde als achtergrondzangeres. Ondanks de gespannen sfeer tussen Paul McCartney en John Lennon, gaf deze laatste toe bijzonder veel van dit rocknummer te houden.
De elpee die mij toen het meest verraste was 'What's Going On' uit mei 1971. De titeltrack is een aanklacht tegen de oorlog in het algemeen en tegen die in Vietnam in het bijzonder en werd in de VS al op single uitgebracht in januari 1971. Gaye componeerde een groot deel van dit conceptalbum, waarbij ook thema's als drugs, geweld, mileuvervuiling en armoede niet geschuwd werden, na een diepe depressie. Zijn zangpartner Tammi Terrell was in 1970 overleden t.g.v. een hersentumor, zijn huwelijk met Anna Gordy was spaakgelopen en hij was cocaïne beginnen snuiven. Uiteindelijk zou hij zijn depressie overwinnen en het resultaat was een prachtige rhythm & blues-plaat met als ongeëvenaarde muzikanten de 'Funk Brothers'.
Uit het onovertroffen album 'Tapestry'.
Een mooie hoestekening, gemaakt op basis van bovenstaande foto.
Een heuse LP van dit onverwachte duo.
Op de single stond Gaye nog afgebeeld met een foto uit de jaren '60.
Een van de allereerste conceptalbums in de wereld van soul en rhythm & blues.
Na zijn demonen overwonnen te hebben, mat de zanger zich een ander imago aan met een volle baard.
Made in Belgium 1971 (part 2): Dit is de b-kant van de single 'Masterpiece' en niet zomaar een afdankertje. Internationale klasse uit Aalst met de geweldige vocals van William Souffreau.
Made in Belgium 1971 (part 2): Begin jaren '70 begonnen de Belgische pop/rock-groepen volwassen muziek te brengen. Helaas braken ze internationaal niet zo erg door, enkele uitzonderingen niet te na gesproken.
Made in Belgium 1971 (part 2): Aalst, Antwerpen en Gent stonden in concurrentie met elkaar qua muziekformaties. Wie van de drie zou het beste scoren in het buitenland? Het jaar 1971 was in elk geval een vruchtbaar jaar voor Irish Coffee, The Pebbles en The New Inspiration.
Made in Belgium 1971 (part 2): Een onwaarschijnlijke wereldhit werd gescoord door het producersduo Jean Kluger (°Antwerpen) en Daniel Vangarde (de Fransman geboren als Daniel Bangalter) met deze novelty song en tevens one-hit wonder. Er werd zelfs een dansje bij bedacht dat op de achterkant van de elpee visueel werd uitgelegd. Deze Belgische productie is pseudo Japans en leuk zonder meer. Zaki gebruikte deze tune later voor zijn radioprogramma 'Yamazaki' op de toenmalige BRT-zender 'Omroep Brabant'.
Made in Belgium 1971 (part 2): Met deze heerlijke single dacht ik dat de Antwerpse Pebbles definitief wereldwijd gingen doorbreken. Helaas niet dus. Wie goed luistert hoort hier countryrock geluiden lang vóór The Eagles en The Outlaws hier doorbraken. Een meesterwerk geschreven door Fred "Bekky" Beekmans.
De beruchte LP die in Japan voor waanzinnige prijzen wordt verkocht.
Made in Belgium 1971: Goede wijn behoeft geen krans en dus steeg deze single ook meteen naar de top. Beurtelings gezongen in het Nederlands en het Engels. Deze draag ik op aan mijn eigen "darling", die ik leerde kennen in september 1971.
Made in Belgium 1971: Uitstekende cover van 'Benjamin', een song gecomponeerd door Bobbie Gentry. Leuke tekst geschreven door Philemon Van Cauwenbergh en de banjo krijgt hier een prominente rol toegewezen. Martine Bijl bracht haar cover van deze meezinger in 1972 uit.
Made in Belgium 1971: Deze Antwerpse popgroep mat zich een ruiger imago aan in het begin van de jaren '70. Misschien had de komst van de Nederlandse basgitarist Axel van Duyn daarmee te maken? In die nieuwe bezetting zag ik ze optreden op zondag 27 juni 1971 in het Woluwe Shopping Center in Sint-Lambrechts-Woluwe. Tijdens dat weekend kwamen er circa 10.000 muziekliefhebbers kijken en luisteren naar dat driedaagse festival met Golden Earring als kers op de taart.
Made in Belgium 1971: Nog ruiger waren deze jongens uit Aalst die het zowaar tot in de BRT Top-30 schopten. Hun voorbeelden waren hardrockers als Led Zeppelin en Deep Purple. De band bestond uit: vocals, gitaar -- William Souffreau; bas -- Willy De Bisschop; drums -- Hugo Verhoye; leadgitaar -- Jean Van Der Schueren en op het orgel -- Paul Lambert. Merkwaardig detail: toen ik de single kocht stonden de 5 groepsleden op het dak van een appartement afgebeeld op het hoesje. Het is pas 4 jaar later dat ik die locatie herkende want tussen 1975 en 1993 waren mijn kantoren daar gevestigd...
Van Ann Christy zijn er bijna geen hoesjes op het internet te vinden. Dan maar gewoon een foto.
Hetzelfde geldt voor Louis Neefs: als je zoekt naar informatie of platenhoezen van deze uitstekende zanger op het internet dan is het huilen met de pet op!
The Pebbles tijdens hun optreden in het Woluwe Shopping Center.
Op het dak van de kantoren in de Agora Galerij (hartje Brussel).
De singles van deze Gentse groep begonnen meer en meer internationaal te klinken. Zo ook deze 'Judy Please' uit april 1971. Guido Wolfaert en zijn makkers gingen dan ook naar een Londense studio om hun songs in te blikken.
Voor de opvolger van 'Nothing Rhymed' koos Gilbert O'Sullivan resoluut voor een totaal andere sound en dat werd hem door zijn trouwe fans niet in dank afgenomen. Vandaar dat deze single uit het voorjaar van 1971 enigszins flopte. Maar de Britse zanger zou spoedig terugkomen met een rits hitsingles.
Na John Lennon en George Harrison was het de beurt aan Paul McCartney om vanaf maart 1971 in de hitparades terecht te komen na de split van The Beatles. Hij kreeg de hulp van zijn vrouw Linda Eastman voor de backing vocals. De song werd opgenomen tijdens de sessies van de LP 'Ram' maar verscheen net als de b-kant niet op het album. Bij latere heruitgaven op cd werden de twee liedjes wel toegevoegd als bonustrack.
De opvolger van 'Whole Lotta Love', de instrumentale cover van de hit van Led Zeppelin, was deze 'Walking', gezongen door Alexis Korner. Ik vond de sound van deze bonte bende studiomuzikanten zo leuk dat ik mij meteen de hele elpee aanschafte. Nog altijd een van mijn favoriete vinylschijven uit het voorjaar van 1971.
Een andere favoriete langspeelplaat uit 1971 is deze 'The London Howlin' Wolf Sessions' waarop het kruim van de Britse muzikanten meespelen met de Amerikaanse bluesgigant (letterlijk èn figuurlijk). Eric Clapton, Steve Winwood, Bill Wyman en Charlie Watts waren van de partij.