TEKEN EN SCHILDERTECHNIEKEN EERSTE DEEL VANAF 14/10/06
11-05-2006
FIG . 2
Fig . 2
De brug is op het midden gericht terwijl het geheel in evenwicht wordt gehouden en afgesloten is door de bomen links en rechts .
ART .NR . 19 . FIG . 3
Fig . 3
De compositie is mooi omsloten door de bomen , terwijl het geheel gecentreerd is door de weg en de kerk .
FIG . 4
Fig . 4
Een onevenwichtig motief . Alle zwaarte is naar rechts gericht.
FIG . 5 . DE KERK
Fig . 5 . De kerk
Deze indeling , hoewel juist in evenwicht , kan men niet fraai noemen . De kerk is hier het voornaamste onderdeel , maar staat daarvoor teveel naar rechts .
ART . NR . 19 . HET LANDSCHAP . -FIG . 6 ,
Art . Nr . 19 .
Het Landschap .
Fig . 6 ,
De " motiefzoeker " . Van A naar B en van C naar D kunt je een draadje zwart garen spannen . Deze verticale en horizontale assen kunnen je steun geven bij het juist bepalen van het motief .
ART . NR . 18 . a - PLANT EN BLOEM IN DE DECORATIEVE KUNST
Art . Nr . 18 , a
Plant en bloem in
De Decoratieve kunst .
In wezen reeds decoratief in hun natuurlijke staat , dank zij de bekoorlijkheid der lijnen , de kunstige vormen en de rijkdom der kleuren , vormen plant en bloem een ware schatkamer voor de decorateur . Sinds eeuwen lang is hij in dit onuitputtelijke gebied op zoek gegaan , en hij zoekt nog steeds en hij zal blijven zoeken naar deze belanrijkste bron van inspiratie . De heilige lotusbloem van Egypte is afgebeeld op de kapitelen van zijn tempels . In Perzié en India is de anjelier , een nationale bloem , het voorbeeld geweest voor duizenden ontwerpen .
Griekenland heeft heel de plantenwereld samengevat in palm - of bloemmotieven en deze met onovertroffen perfectie aangebracht op zijn vazen en muurschilderingen , terwijl de acanthus zowel Grieken als Romeinen heeft geinspireerd . Tegelijkertijd soepel en scherp - gepunt ligt het blad van deze plant ten grondslag aan het Corintisch kapiteel , schepping van de bouwmeester Kadimachos ( 5e eeuw voor Christus ) . De middeleeuwen hebben ons prachtige decoratieve composities van bloemmotieven nagelaten in de ramen der kathedralen of zich als stenen kantwerk ontvouwd langs deze grootse bouwwerken : blad en bloem spelen er een zeer gewichtige rol . Ook de Renaissance heeft ze in de vorm van soepele arabesken toegepast in het bekoorlijke en grillige lofwerk . Langzamerhand werd een versobering merkbaar , doch onder de regering van Lodewijk de Vijftiende zien wij de gebogen lijnen de boventoon voeren en het schelpmotief ( rocaille ) geeft de naam aan deze stijl : de rococostijl . Tijdens het bewind van Lodewijk de Zestiende treedt opnieuw een vereenvoudiging op , terwijl het tijdperk van de revolutie en het Eerste Keizerrijk zich spiegelde aan de antieke stijlen . Plaat IX toont je in volgorde : een Egyptisch kapiteel , een Grieks palmet , een Corintisch kapiteel ( met acanthusbladeren ) , een detail van een Gotisch raam , een Romeins Fries , een Perzisch reliéf , een motief uit de XVe eeuw , een lofwerk uit de Renaissance , een Japanse vaas , een Moorse boog , een Arabische decoratie , een Romaans paneel , een bloemslinger uit de tijd van Lodewijk de XIIIe , een spanjolet uit de tijd van Lodewijk de XIVe , een lijstfragment uit de tijd van Lodewijk de XVe , een stoelpoot uit de tijd van Lodewijk de XVIe ,een moteif uit het Keizerrijk . Wat opvalt in het verloop van de stijlen is , dat men onophoudelijk op zoek is naar nieuwe vormen . De kunstenaars beijveren zich om de bronnen , die elk nieuw idee aanhoort tot op de bodem uit te putten , soms op gevaar af rondweg met de traditie te breken uit een soort onweerstaanbare reactie . De pogingen , al dan niet met succes bekroond , openen zelf nieuwe wegen voor nieuwe ideeén . Deze kringloop is niet gesloten . Nooit eerder dan in deze tijd misschien , heeft men zich met zoveel ijver en koppigheid ingezet om iets nieuws tot stand te brengen . Dat is weliswaar verdienstelijk , maar er zijn grote gevaren aan verbonden . De decoratieve kunst loopt op deze wijze het gevaar nooit geheel voltooid te raken en het is niet ondenkbaar dat hij in het onvoltooide of in het absurde ten onder zal gaan .
De wetten van de decoratieve kunst .
De zekerste bron voor decoratieve vormen blijft altijd nog de natuur . Maar pas op ! Heel wat beginners denken dat het bijvoorbeeld voldoende is een natuurlijk bloem aan te brengen op een voorwerp met de bedoeling het daarmee te versieren . Als de bloem goed is weergegeven in kleur en vorm en zijn natuurlijke vorm benadert , is voor hen het doel bereikt . Maar dat is een vergissing ! Zo hebben de meesters der ornamentiek uit de klassieke tijden zeker hun kunst niet opgevat ! Het versieringsmotief , of het nu ontleend is aan de bloem , het dier of het menselijk lichaam , moet noodzakelijkerwijs het resultaat zijn van interpretatie . Wat vraagt men dus van de decoratieve kunstenaar ? Dat hij het oppervlak van een voorwerp ( het woord hier genomen in zijn ruimste betekenis ) versiert met een spel van harmonieuze , evenwichtige lijnen , zoals dat bereikt wordt door een gelukkige verdeling van de kleur-partijen . Dat is alles , maar het is dan ook heel wat . Wanneer de kunstenaar op het te versieren vlak " in bedriegelijke nabootsing " bloemen , dieren of een landschap aanbrengt , begaat hij een ernstige vergissing : hij doorbreekt dit twee-dimensionale vlak door er een derde dimensie , de diepten op aan te brengen . Ongetwijfeld zal hij erin slagen op die manier een mooi schilderij tot stand te brengen , maar dat is de bedoeling niet . De afbeelding op het voorwerp gaat dan immers de boventoon voeren ; En trouwens om meer redenen moet de kunstenaar anders te werk gaan . De versieringskunst is niet alleen beperkt tot de schilderkunst . Een decor kan worden uitgevoerd in intarsia , in mozaiek , in smeedijzer , in glas-in-lood , in met figuren bedrukt leer , in kantwerk , in borduurwerk . Elk dezer onderling uiterst verschillende technieken stelt zijn eisen waaraan men zich moet onderwerpen . Uitgaande van eenzelfde motief , de wijnrank , is het duidelijk dat elk dezer technieken een eigen bewerking vraagt en juist in deze handeling zullen de persoonlijkheid en oorspronkelijkheid van de kunstenaar , zijn smaak als resultaat van redelijk overleg , duidelijk aan de dag treden . Hij kan , zijn eigen temperament volgend , zijn fantasie de vrije loop laten , op voorwaarde dat hij , zich niet onder het voorwendsel iets nieuws te presteren , beweegt in de richting van buitensporigheden . Men moet dus niet een onderwerp voor kantwerk behandelen als ware het een motief voor smeedwerk , een kopje net als een glas-in-loodraam . Deze raadgevingen kunnen je wat naief toeschijnen , maar het komt maar al te dikwijls voor , dat een decoratie , op zichzelf genomen goed geslaagd , uitpakt als een uitdaging aan het gezond verstand , omdat deze raadgevingen in de wind zijn geslagen . Een andere ongerijmdheid , waartoe men niet moet vervallen , bestaat hierin , dat indien men geen rekening houdt met het " karakter " van de plant of bloem ( of van elk ander object ook ) , waarvan men uitgaat om een of ander motief te verwerkelijken , men dit karakter dan zelfs tegenwerkt . Men moet het darentegen bewaren ; men moet vermijden , dat men het-doet-er-niet-toe welke plant aanpast aan een reeds bestaande beweging . Breng bijvoorbeeld op de distel niet de spiraalvormige structuur van een winde aan . Trouwen voor decoratieve doeleinden moet de waarneming niet alleen uitgaan naar de algemene beweging en de uitwendige vormen van de plant , maar eveneens naar de verborgen details en de onderdelen van mindere betekenis . De nerven van een blad , de rangschikking der meeldraden om de stamper , de haast meetkundige figuren die onstaan bij een doorsnede van een stengel en nog vele andere onderdelen doen een dringend beroep op uw interpretatievermogen . Alles , wat hieraan voorafging kan je helpen om je enig idee te geven van de manieren van waaruit gewerkt kan worden . Laten wij deze uiteenzetting dan besluiten met het styleren . Juist daarin komt de interpretatie tot uitdrukking . Stylering , dat wil allereerst zeggen : vereenvoudiging van de vormen en accentueren van het karakteristieke . Er zijn natuurlijk heel wat manieren om te styleren , maar het resultaat , waarnaar men op zoek is , is altijd een hernieuwd genoegen voor het oog . De bouw van het door U gekozen model , zijn vormen en maten worden herleid tot lijnen , vlakken en vlakke tinten . Het verlangde resultaat bereik men nu eens door herhaling van een van zijn bestanddelen , dan weer door het aanbrengen van hun onderlinge symmetrie of hun contrasten - de strakheid of dikte van een lijn in contrastwerking bijvoorbeeld met de soepelheid en de dunheid van een andere - of door samenwerking en samenvoeging van deze verschilende elementen , zonder dat men evenwel uit het oog verliest dat men zich aanpast aan de aard van het te versieren vlak . Stylering wil dus niet zeggen , dat men zich losmaakt van het karakteristieke , het wezenlijke van een of ander model , doordat men zijn uitdrukking herleidt tot het neerzetten dat men deze lijnen aanbrengt overeenkomstig de wetten der versieringskunst , die we van eenvoudige lijntjes . Het wil juist zeggen , zojuist hebben uiteengezet . Men moet hier zijn toevlucht nemen tot de herhaling , de symmetrie , de contrasten tussen rechte lijnen en kromme lijnen , tussen dikke en dunne halen . Men moet bovendien op verstandige wijze de vlakken verdelen , het zwart , het wit en de gekleurde partijen en de lege ruimten opvullen . Dit laatste echter niet door buitensporige toevoegingen van elementen die de eenheid van de compositie in gevaar brengen , maar met elementen die eenheid en evenwicht versterken . Natuurlijk bestaan er vele mogelijkheden van uitvoering , waarbij niet in de laatste plaats de kleur te hulp komt . De techniek , maar nog meer de manier waarop je die toepast zal bijdragen tot de stijl van de decoratie . Natuurlijk zullen wij ons hier slechts bezighouden met de teken -en schildertechnieken . Wanneer het bovenstaande ernstig is bestudeerd , hoe moeten wij dan te werk gaan bij het maken van een decoratie die is aangepast aan het te versieren voorwerp ?
De uitvoering .
Men moet vanzelfsprekend uitgaan van het voorhanden zijnde model . Kies dus uit de talrijke studies die tijdens deze les zijn gemaakt een geschikte bloem of plant . Tracht hieruit die elementen op te sporen welke karakteristiek zijn . Wees er echter van doordrongen dat het geheel zich leent voor het te versieren object . Is het mogelijk , probeer dan de eenvoudige lijnen te bepalen , die noodzakelijk , maar ook voldoende zijn om dit karakteristieke samen te vatten . Op een apart vel papier trekt je de contouren van het te versieren vlak . Laten we aannemen dat het een vierkant is . Trek daarin de diagonalen en door hun snijpunt een horizontale en een verticale lijn . Uw vlak is op die manier verdeeld in regelmatige afdelingen en je krijgt een soort stramien , waarbinnen je de onderdelen van het motief kunt beschrijven . Door vereenvoudigingen van vorm en lijn , door het accentueren van karakteristieke details en om niet te vergeten door het spel van de toonwaarden , kunt je proberen een oorspronkelijk en bekoorlijk geheel te bereiken . Er zullen ongetwijfeld vele pogingen aan voorafgaan voordat je voldaan bent , maar het is een boeiende onderneming . Natuurlijk kunt je en moet je uw pogingen niet beperken tot het versieren van een vierkant . De methode zou dezelfde blijven , indien het er bijv. om ging de bovenkant van een deksel van een ronde doos te versieren... of een heel ander voorwerp , het maken van een muurdecoratie enz. Wat je ook versieren wilt en hoe je dit wilt doen , maak altijd eerst een zorgvuldige schets opdat je het effect van de versiering op het voorwerp kunt bepalen . Wij laten je hier een decoratieve compositie zien die ontworpen is door Mej. Creuzot . Dit werk is uitgevoerd in gouache . Bekijk eerst de voorbereidende studie ( fig. 42 ) en zie dan op welke wijze van het wezenlijk decoratieve partij heeft weten te trekken ( fig . 43 ) . Gouache is een prachtig materiaal om dergelijke ontwerpen uit te voeren en laat de grootst mogelijke finesses in uitvoering toe bij projecten , die op betrekkelijk kleine schaal moeten worden uitgevoerd . Men kan er ook volkomen vlakke tinten mee schilderen . Zorg dat de verf de goede dikte heeft , zodat hij behoorlijk dekt . In deze les zullen wij ons beperken tot de gouache en wij gebruiken daarvoor zwart , wit en hun mengkleur : het grijs . Wij verkrijgen door die menging een geheel gamma van grijzen van heel donker tot heel licht . Daar deze grijzen evenwel kunnen leiden tot een zekere saaiheid is het mogelijk om dit grijs levendiger te maken door er een bruin bij te mengen . De grijzen worden daardoor warmer van toon . Afhankelijk van het onderwerp kunt je ook een groen of blauw bijmengen om koelere grijzen te verkrijgen . Wij wensen je veel geluk bij uw werk , dat , wanneer je met zorg plant en bloem heeft bestudeerd ongetwijfeld met succes zal worden bekroond .
10-05-2006
PLAAT IX . DECORATIEVE KUNST
Plaat IX
Decoratieve kunst.
FIG . 38 . - MIMOSA . DECORATIEVE VERSIERING
Fig . 38 Mimosa . Decoratieve versiering door Gazan.
FIG . 39 . - OEFENINGEN IN STYLEREN
Fig . 39 . Oefening in styleren door Mej . Baghossian
FIG . 40 EN 41 . - DECORATIES
Fig . 40 en 41 . Decoraties aangepast aan het te decoreren vlak .
FIG .42 . - VOORBEREIDENDE STUDIE ( DAHLIA )
Fig . 42 Voorbereidende studie ( dahlia )
FIG.43 . - DECORATIEVE COMPOSITIE
Fig . 43 . Decoratieve compositie in gouacheverf door Mej. Creuzot .
PLAAT X . MEIDOORNTAK DOOR HENRI GAZAN .
Plaat X
Meidoorntak met vruchten door Heni Gazan . In zwarte en witte goache .
09-05-2006
ART . NR . 18 . - HET TEKENEN VAN EEN BOEKET .
Art . Nr . 18 .
Het tekenen van een boeket .
Nu wij geleerd hebben hoe wij een enkele bloem moeten tekenen zullen wij verder proberen om een geheel boeket weer te geven . Van te voren echter gaan wij eerst verschillende losse bloemen schetsen om te zien hoe deze zijn vastgehecht aan het steeltje en hoe dit steeltje weer is gehecht aan de stengel . Ook de rangschikking van de steeltjes bestuderen wij . Welke techniek je ook kiest , de werkwijze zal steeds gelijk blijven . Voordat je een begin maakt met de uitvoering is uw eerste zorg de goede rangschikking van het boeket . Aangezien het hier gaat om een boeket , zult je , alvorens het potlood ter hand te nemen , moeten zorgen voor een mooie verdeling van stengels , bladeren en bloemen , om zodoende een harmonische groepering van de " massa 's ) te verkrijgen . Je zult er goed aan doen in de les " licht en schaduw " nog eens te herlezen wat wij verteld hebben over de compositie van het stilleven . Ga dus op dezelfde wijze te werk met het opstellen van uw boeket . Een boeket mag zich nimmer aan het oog voordoen als een dicht opeengeplakte massa bloemen , zonder enige "lucht " daartussen . zonder enige onderbreking in de algemene omtrek . Zo'n kelk , vastgehecht aan zijn stengel , buiten de eigenlijke groep , zal het geheel aanmerkelijk kunnen verlevendigen . Zo'n bloem die er even uitsteekt zal op een elegante wijze de eentonigheid verbreken . Vermijd dus een rangschikking zoals wij kunnen zien bij bepaalde koolsoorten ( bloemkool ) . Zorg voor een hoofdpartij , maar wel zo dat er nog wat ruimte overblijft . Verdeel daar omheen secondaire partijen , welke minder omvangrijk zijn . Rangschik de bloemkelken op een wijze dat je ze nu eens van voren of opzij , dan weer in driekwart aanzicht of van achteren ziet . De bloemen zelf zullen hierdoor gevarieerde " standen " gaan innemen . Zoek niet naar symmetrie maar naar evenwicht . Denk tenslotte aan de belichting van uw model . Onder welke hoek zullen uw bloemen , uw boeket het 't beste doen ? Een gelukkige verdeling van licht en schaduwpartijen is minstens even belangrijk als de verdeling van de massa's zelf . Zoek de gunstigste plaats tegenover de lichtbron en kijk daarom nog eens naar de figuren 36 en 37 uit de les " licht en schaduw in fritske2 Het Effect " . Deze afbeeldingen demonstreren duidelijk het grote belang van een juiste belichting . Als je zoveel mogelijk zorg heeft besteed aan uw groepering , begin dan met het werk , nadat je zich alle vroegere aanwijzingen , waarbij wij met opzet zo lang hebben stilgestaan , heeft eigen gemaakt . Voorafgaande studie hiervan is des te meer onmisbaar , omdat de uitvoering voldoende snel moet gebeuren . Een boeket is geen stilleven . Het is een bij uitstek levende materie . Wanneer je al te langzaam te werk gaat zouden uw bloemen verwelken en verbleken , voordat je uw taak tot een goed einde had gebracht . Een rede te meer dus , om theorie en techniek te beheersen . Dat vermijdt elk twijfelend oponthoud veroorzaakt door onkunde of gebrek aan vaardigheid . Wanneer het er om gaat een compositie in kleuren weer te geven ( aquarel , gouache- of olieverf ) zal het nodig zijn , dat bij de rangschikking van de bloemen , rekening wordt gehouden met bij elkaar passende kleuren . Zij moeten dus op aangename wijze met elkaar harmoniéren , zodat ze aan elkaars " waarde " geen afbreuk doen , die het oog eerder schokt dan bekoort . Wij zullen echter beginnen met het potlood , niet alleen voor de constructie , maar ook voor de verdere afwerking . Je kunt gebruik maken van een 3 B potlood waaraan je een scherpe punt slijpt om zeer dun de costructielijnen te kunnen opzetten . Zodra je met deze lijnen het algemene geraamte van uw tekening heeft aangebracht , kunt je meteen de voornaamste schaduwpartijen aanduiden ( fig . 34 A ). Gebruik hiervoor dan een zijkant van de potloodstift . Daarna kunt je de tekening verder afwerken ( fig . 34 B ) . Van tijd tot tijd zult je het boeket door de oogharen moeten bezien waardoor je de kracht van de verschillende toonwaarden zuiverder kunt bepalen omdat onbelangrijke details zijn weggevallen . Om een mooie ruimtelijke uitbeelding te verkrijgen is deze methode onontbeerlijk . Onderdruk overbodige details om die kleinigheden die werkelijk van belang zijn , des te beter tot hun recht te laten komen , hetgeen voor het algemene effect van groot belang is . Welke zijn deze belangrijke details ? De bijzondere vorm bladeren en bloemen ; hun " beweging " . Toen je een enkele bloem tekende moest je er vooral voor zorgen de assen te trekken , waarop de verschillende delen van de bloemkroon en de bloembladeren , waaruit hij was samengesteld , zich samenvoegden en hoe zij zich bogen . Wanneer je aan een tekening van een boeket begint , zal de waarneming van deze assen van een bepaalde bloem pas tot zijn recht komen in wederzijdse betrekking met de richting en plaatsing van elk van haar metgezellen . Trek , na de as van elk element te hebben aangegeven , alle omtreklijnen aan alle kanten van 't begin tot het einde . Natuurlijk zullen op bepaalde plaatsen de contouren van bloembladen of andere blaadjes verborgen worden door andere bloembladen en andere blaadjes . Tracht dan hun verloop te raden en schets dit ook heel dun door de andere vormen heen . Op deze wijze zult je een veel beter begrip krijgen voor de algehele contructie van het boeket . Heeft je alles zijn plaats gegeven , dan moet je met een stukje gom de in feite onzichtbare delen van de contouren wegvlakken . Op die manier zult je met een natuurlijke en soepele getrouwheid de verschillende onderdelen van het boeket op papier brengen . Is de tekening eenmaal nauwkeurig bepaald , keer dan weer terug tot de toonwaarde door deze tot hun juiste kracht te brengen en hier en daar zelfs een extra accent te geven . Hierbij komt het dus aan op een ononderbroken vergelijking tussen tekening en onderwerp . Doch zoals altijd geldt ook hier : weet er op tijd mee op te houden ! Een teveel aan details kan de tekening verzwakken . Het gaat erom dat je karakter van het geheel weergeeft en niet vervalt in een slaafse navolging van het geziene . Je moet als het ware de rol van " regisseur " spelen , wiens smaak , temperament en persoonlijkheid uitkomen in de keuze en herschepping van het onderwerp ; dus in de groepering , in de belichting en in de kleuren . Tijdens de uitvoering moet men , meer nog dan op andere gebieden , tegelijkertijd beschikken over soepelheid en kracht : de verfijnheid van het onderwerp moet niet leiden tot gemaaktheid , tot overdreven zorg voor detail . Je ziet dus , dat hier dezelfde belangrijke wet van toepassing is : het onderwerp zien in grote partijen , het weergeven vanuit een vooropgesteld doel , beredeneerd vereenvoudigd , zonder evenwel de karakteristieke details te vergeten . Wij kunnen je geen betere voorbeelden laten zien als de afb 36 en 37 , beide in 2 kleuren olieverf geschilderd door Renefer . Dit zijn geen " studies " meer ; dit zijn " schilderijen " . Maar denk er aan ; juist dank zij de studie bereikt een kunstenaar tenslotte een dergelijk meesterschap .
08-05-2006
PLAAT VII . - GEWASSEN TEKENING .
Plaat VII . Aster ( links ) . Klaproos ( rechts ) . Uitvoering : gewassen tekening : Men schildert met Oostindische inkt verdund met water , of met een donkere kleur waterverf . Al naar gelang de hoeveelheid water waarmee je inkt of verf verdunt zijn de toonwaarden meer of minder donker . In 't midden : Japanse penseeltekening.
PLAAT VIII . - GEWASSEN TEKENING .
Plaat VIII Tulp ( boven , links ) . Zinnia ( beneden , rechts ) . Uitvoering : gewassen tekening : in de tulp benadrukken enkele streken met de pen de " beweging " . Vergelijk deze met andere figuren ( de Japanse pensseltekeningen zonder afwisseling in de toonwaarde ) .
FIG . 34 . - A . - CONTRUCTIE.
Fig . 34 . - a Contructie . Aanduiding van de toonwaarden .
FIG . . - B . - UITGEWERKTE TEKENING .
Fig . 34 . - b , Verder uitgewerkte tekening .
FIG . 35 . - VERMIJDT VOORAL EEN TE GESLOTEN VORM .
Fig . 35 . Vermijdt vooral een te gesloten vorm .
FIG . 36 . - SCHILDERIJ IN TWEE KLEUREN DOOR RENEFER .
Fig . 36 . Schilderij in twee kleuren door Renefer .