o primavera
heerlijke bloemennaam,
betekent ook begin
Over mijzelf
Ik ben Van Overstraeten Nicole, en gebruik soms ook wel de schuilnaam yasmin.
Ik ben een vrouw en woon in Halle 1500 (België) en mijn beroep is gepensioneerde leerkracht Nederlands.
Ik ben geboren op 30/06/1946 en ben nu dus 78 jaar jong.
Mijn hobby's zijn: poëzie, theater, oosterse cultuur, muziek en koken.
Ik publiceerde 4 dichtbundels (De dagen van de winter, Jagen, Sapkracht en De tuinen van Thevenet). In 2006 acteerde ik in 'De koffers zijn gepakt', een theaterproductie van het Masereelfonds, als eerbetoon aan Bertold Brecht.
een lief okerkleurig scharminkel
literatuur, cultuur, small talk
07-05-2007
moet kunst verontrusten???
(Masriera, liggende jonge
vrouw, coll. Museo de Arte Moderna, Madrid)
interiors
kussens zacht en geurig, als rozen van satijn
zetels bekleed met het velours van luxueuze treinen
mijn langoureuze, onwezenlijke droom
mijn intieme boudoir, mijn gracieus geheim
zondag een
interessante discussie gehad met johan (we zaten gezellig op een zonnig terrasje, na een gitaarconcert in bozar, jan depreter met werk van johann
sebastian bach, armand coeck en isaac albeniz). we stelden ons de
vraag of kunst nu moet verontrusten (dat wil zeggen: angst verwekken,
verdriet uitbeelden, demonisch zijn) of schoonheid, genoegen, licht brengen.
johan zei dat in vele muziekstukken, in dematthäus passion van bach bijvoorbeeld, het licht het einddoel is. het opgaan in het eeuwige leven, de verrijzenis van christus, staat symbool voor de ultieme schoonheid in het leven, het eeuwige licht. hij voegde er aan toe dat hij het een beetje beu was, al dat licht. wat natuurlijk een indirect antwoord was op mijn vraag.
ja, ik weet het: zelfs in de literatuur vindt men het gehalte aan verontrusting een eigenschap. tirza, de bekroonde roman van arnon grunberg wordt alsnog op die manier omschreven ('een indrukwekkende, verontrustende roman') en behaalt alle prijzen.
maar voor mezelf kan ik heel duidelijk zijn: ik wil nu, in deze periode van mijn leven, vooral (in de literatuur, de muziek, de schilderkunst...) intense schoonheid ervaren - de dagelijkse realiteit is (vind ik) verontrustend genoeg.
leve de langoureuze, onwezenlijke droom, leve de mystiek.
nb: reactie van johan*:
'Kunst die
het Licht zoekt vervalt soms makkelijker in clichés. Dat ik lichtvolle kunst
beu ben klopt niet echt... Eigenlijk zoek ik ook vooral schoonheid en
originaliteit... Vandaag de dag is de pure schoonheid soms niet meer spannend
of origineel genoeg... Misschien is het daar om te doen in de Kunst :
evenwicht tussen originaliteit en schoonheid... ?'
* johan, zelf een getalenteerd en orgineel gitaarspeler, is te beluisteren en te bekijken op volgende links:
so dark and quiet and distant and silent and sad as you are
why are you always folding up yourself into the hell
of those untouchable bunch of feelings and thoughts
into that black soul of the deep
dit bizarre en duistere engelstalig gedicht schreef ik midden jaren '80. zei ik onlangs nog tegen ward (een fantastische jongeman van 24), dat ik - hoe vreemd dit ook klinkt - in het begin mijn gedichten in het engels schreef.
hijzelf heeft een muziekblog in het engels, heel leuk.
ben dus, lieve bezoekers en bezoeksters van mijn blog, al heel mijn bewuste (en onbewuste) leven doordrongen van poëzie. goed zo. toch ben ik absoluut niet tevreden. eergisteren zei ik nog tegen monika: het komt er niet op aan een mooi gedicht te schrijven, een echte dichteres schrijft er een bundel vol van.
en tja teveel geëxperimenteerd heb ik wel. ik schreef dromerige gedichten, heel compacte gedichten, lange gedichten, korte gedichten, prozagedichten, surrealistische, postmodernistische, enz. ik probeer nu wel enige eenvormigheid na te streven, verzamel notities en oude en nieuwe verzenkrabbels en probeer deze bij elkaar te puzzelen tot een sluitend geheel.
in de loop der jaren heb ik een kleine verzameling dichtbundels aangelegd. eerst en vooral heb ik me boekjes van vlaamse dichteressen (in een breed spectrum, gaande van christine d'haen tot claire vanden abbeele tot officieel redelijk onbekende dichteressen als monika detter) aangeschaft.
naast gedichten in het nederlands heb ik natuurlijk ook het vrouwelijke poëtische landschap in andere talen verkend. anna achmatova, wislawa szymborska, sylvia plath, djuna barnes, andréesodenkamp, liliane wouters, emily dickinson, zoë valdès: de verzen van deze dames heb ik indertijd met hongerige, intense aandacht en met heel veel genot opgelepeld, als waren het heerlijke dessertjes, schuimende shakes, smeuïgesabayons en koele granités.
maar ook mannen schrijven heerlijke gedichten: natuurlijk! een hele brede boekenplank heb ik volgestouwd met de pennenvruchten van de heren dichters. alhoewel ik voortdurend in mijn handelingen en gesprekken vrouwen positief discrimineer, toch voeg ik er altijd glimlachend en met binnenpretjes aan toe: kom maar, lieve dichters, schrijf de mooiste gedichten, vermaak me en doe me met jullie verzen een intens genoegen!
(ondertussen is het zachtjes beginnen regenen. sinds enige dagen is de stralende, premature zomer verdwenen. het is winderig, bewolkt, met af en toe een fikse regenbui - heerlijk en stemmig vind ik dat. vroeg in de ochtend doe ik niets liever dan naar het ritmisch geluid van roffelende regendruppels luisteren, bij de openstaande keukendeur. want al bij al blijft de temperatuur zacht en aangenaam.)
op dit ogenblik ligt aan de linkerkant van mijn oude, ronkende pc mijn nieuwste aanwinst: het verrukkelijke dieprode dichtbundeltje van claire vanden abeele, 'als vrouwen beminnen'*.
wat heb ik toch met claire vanden abbeele? toen ik indertijd in boekhandels of op beurzen de dichtbundels van deze dame doorbladerde, vond ik haar te licht wegen. maar nu groei ik naar haar dichtkunst toe. wellicht omdat zij zo goed kan schrijven over liefde en verlangen, in eenvoudige verzen die door heel veel mensen kunnen worden gesmaakt. niks verontrusting in taal of inhoud: de gedichten van claire vanden abbeele vloeien zo je lijf binnen en laten je achter met een gevoel van vreugde en lichtheid.
kijk maar, lees maar, voel maar dames en heren, dit is claire:
Hoe zacht dit opgaan in de onbevattelijke lichtheid van het bestaan zonder wensen, zonder geheugen, zonder tijd alleen maar dit opgaan overgeleverd aan handen die glijden als satijnen vezels. Hoe vreemd bevrijdend deze zalvende uren zo onvoorspelbaar veranderlijk zalig jouw adem die golvend vloeit over heuvels en huid. Hoe bevreemdend deze hunker die de luister van het oude zijn doorploegt, een spiegelende wereld die zaait en wachtend waakt tot lange seizoenen korte dagen worden. Hoe zaligmakend wij als hartslag van een ondoorgrondelijk licht.
* claire vanden abbeele, als vrouwen beminnen, lannoo, 2006
gisteren met n. in cinema arenberg in brussel een kunstzinnige film gezien: red road van andrea arnold, een schotse cineaste. schitterende en mooie acteurs (kate dickie en tony curran), een bevreemdende setting (de grauwe voorstad van glasgow) en een nog vreemder, erg spannend scenario met een onverwacht en toch diepmenselijk einde.
ik wil hier het verhaal niet kwijt, noch een recensie schrijven. ik wil alleen aanstippen wat een bijzondere ervaring het bekijken van deze film voor me is geweest. op bepaalde ogenblikken werd ik bijna onwel van de spanning, die ontzettend traag maar gestadig en krachtig werd opgebouwd.
de kleur rood en dieporanje was omni aanwezig: in de luchten, op de gevels van de gigantische woonblokken, in het plastic, het lamplicht, het haardvuur, de whisky, het bier, de vrouwenlippen.
een film om een gedicht over te schrijven, zomaar...
hoogblonde
zwaarbebrilde
zwaarberingde
spitsneuzige
francofone
kwene
aan welk dier verdomme
doe jij me denken???
literair dagboek, januari 1992
zomer in april. nog nooit meegemaakt! wel immense regenbuien en poedersneeuw in de paasvakantie. maar een azuurblauwe lucht en de noodzaak van zonnemelk op een doordeweeks terrasje???
ongehoord, spiksplinternieuw klimaat!
maar natuurlijk is dit overheerlijk. mijn zonnejurken uit de kleerkast gehaald en aan een fiks dieetje begonnen, met behulp van een weight-watchers gidsje. boterhammekes niet meer gul besmeren met boterklonten, maar alles afmeten met een koffielepeltje. hehe, vanmorgen ontdekt dat brusselse kaas o% koolhydraten en 0,02 % vet bevat. goede dieetkaas dus, dat stinkerdje!
mijn doel is mijn imago van sproeterige, volronde russische baboesjka om te vormen in een flinke scandinavisch-bleke schone. ahum, op mijn witte sproetenhuid ben ik wel trots! zonnebaden is niks voor mij, hoogstens wil ik een lichtroze blos. een bruine huid staat mooi bij latijnse types, maar niet bij mij, foei!!
so, let's be serious: ondertussen vernomen dat een eveneens blonde vlaamse dichteres, els moors, in de literaire pers met complimentjes wordt omringd (door de heren critici, natuurlijk). heb een bundeltje van haar in mijn bezit: er hangt een hoge lucht boven ons*. wit boekje met blauwe stippeltjes (in vierkantjes geschikt) en zwarte en rode letters versierd.
ach, ach, de gedichten van els moors worden vreemd en verontrustend genoemd. ik lees en ik lees en ik lees en vind haar gedichten knap surrealistisch, omdat ze plotseling, met grote abstracte sprongen, compleet vreemde elementen in haar ogenschijnlijk gewone verhalen inbreit.
een voorbeeld:
het water is het voorbijdrijvende water dat ik zie de boot waarop ik lig deint met mijn benen over de rand vaar ik bijna tegen een oever
er staat een boom op een vlakte achter me er hangt een hoge lucht boven ons
met het hoofd in de nek wacht ik op een echo tegen de muren van de huizen waar ik aan voorbijga waar zij samen voor de ramen zullen staan
waar rode en groene pijlen een voor een naar boven worden gesleept
de bevreemdende elementen in dit gedicht zijn natuurlijk de rode en groene pijlen die naar boven worden gesleept en verontrustend is wel dat de dichteres zich bespied voelt door personages die voor de ramen van de huizen waar zij aan voorbijgaat staan. opvallend is wel dat nergens leestekens of hoofdletters staan, in geen enkel gedicht. daarom alleen al toch wel een heel ingenieus geschreven bundel, vind ik.
dit gedicht doet me trouwens aan een van mijn prilste eigen gedichten denken, nooit gepubliceerd trouwens, maar onlangs teruggevonden en overgepend:
zwemmen is ruggelings liggen
zachtjes dobberen op een bed van anemonen
het donzig groene heelal bevindt zich pal onder mij
veilig en volkomen geruisloos bereik ik de buitenste kringen.
makkelijk is dit, zonder twijfel
maar wie zinkt daar pijlsnel naar beneden -
dode meermin te pletter op de bodem van de zee?
tja, surrealistisch is dat ik niet lig op het water, maar op een bed van anemonen en dat het heelal (bij els moors de hoge lucht boven haar) hier donzig groen is en zich eigenlijk onder mij bevindt. ik verlies mezelf in de hemel en de zee. els moors wekt in haar gedicht een vaag gevoel van angst en verlatenheid op (de bijna botsende boot, het wachten op de echo, de stalkers achter de ramen, de rode en groene pijlen) maar mijn gedicht is liever, vind ik, ondanks de dode meermin.
natuurlijk is het ergens fout gedichten te vergelijken: elke dichter en elk gedicht is anders. maar ik wil hier wel wijzen op een soort verwantschap, een gelijksoortig aanvoelen van de werkelijkheid. ik was trouwens ook een puber toen ik deze verzen schreef en els is ook nog erg jong.
zo, ik wil me blijkbaar nog altijd plaatsen in het dichteressenlandschap. op wie lijk ik, welke gedichten zou ik ook eens willen geschreven hebben, welke gedichten van me kunnen best de vergelijking met de grote namen doorstaan enz.... a. zegt dat ik een beetje meer zelfvertrouwen moet hebben, wat meer geloven in mezelf zou me deugd doen, zegt hij. daarom ben ik misschien deze blog begonnen!
maar ach, ik ben nooit of nooit tevreden en tja, liever gedichten schrijven in plaats van dringend de ramen te poetsen, is dat op mijn leeftijd niet een beetje verontrustend?
* els moors, er hangt een hoge lucht boven ons, nieuw amsterdam, 2006
wat zo leuk is aan bloggen: de ene dag wil je keuvelen, de andere dag schrijf je een diepzinnig gedicht, dan weer noteer je wat je gezien hebt, wat je hebt meegemaakt tijdens een uitstapje bijvoorbeeld. een echt dagboekje dus.
en vooral: zeer vrij en persoonlijk!
komt daarbij de aandacht die je krijgt van de vele bezoekers: supertof! ik hou van kitch, zelfs als het literatuur betreft. fantasie en plezier wonen in mijn hart - en vrede.
ach, tijdens mijn surftocht betreffende de dactylische hexameter (ahum, zie vorige berichten!) kwam ik op een pagina terecht van een zekere VincentHunink.nl, die de opdracht had gekregen een hexametrische Latijnse tekst van
444 regels te vertalen.
het betrof geen klassieke, maar een middeleeuwse
Latijnse tekst, van de hand van Walafried Strabo (808-849), de abt van het
klooster Reichenau (op het gelijknamige eiland in de Bodensee). hij schreef een
beroemd geworden gedicht over zijn kloostertuin en de daarin groeiende soorten
planten, vruchten en kruiden. dit gedicht wordt algemeen aangeduid als de Hortulus
('tuintje').
oh, verrukking. toen ik de vertaling van dit gedicht begon te lezen, om het even of het nu in een nederlandse hexameter of in het zogenaamde blanke vers (rijmloze jambische verzen
van vijf heffingen) was gesteld - ik werd er bij het lezen vrolijk en gelukkig van.
dat iemand zoveel eeuwen geleden op zo'n lieve en aandachtige manier over zijn tuintje kon schrijven: wel, ik ben er nu, terwijl ik erover schrijf, nog van in de wolken!
hier komt de tekst:
DE NIJVERE TUINDER EN DE VRUCHT VAN ZIJN WERK
En dan sproeit soms een voorjaarsregen zacht
op het klein gewas en laat de maan zijn schijnsel
weldadig vallen op het prille groen.
Maar soms, wanneer het droog en dauwloos blijft,
draag ik, bezorgd om dorheid en benauwd
voor schade aan de tere weefsels, liefdevol
emmers helder water aan en giet ze
eigenhandig druppelsgewijze uit:
ik wil geen grote gutsen vocht, waardoor
het aangebrachte zaad weer weg zou spoelen!
En zo bekleedt het tuintje zich al snel
met kleine kiemen. En hoewel het deels
verstoft, bij het afdak, lucht- en regenloos,
en deels verregent en de zon verjaagt
waar een hoge muur het sterrenlicht blokkeert,
toch heeft het nooit het toevertrouwde zaad
beschaamd en zonder hoop op bloei verborgen.
Integendeel, wat vrijwel droog in kuiltjes
wordt gestopt schiet als herboren weer
omhoog, draagt vrucht, met nieuwe kracht bezield.
Nu komt het aan op dichtergaven, kennis
en bevlogen taal, om alles van die oogst
met name te noemen, in alle geuren en kleuren:
dan krijgt het kleine goed een grote eer.
nb: ik stel me wel de vraag, of een vrouw op dezelfde manier over haar tuintje zou schrijven. van middeleeuwse dichteressen ken ik trouwens vooral de mystieke dames, hadewych bijvoorbeeld. of zij zich heeft beziggehouden met tuinieren? daar ben ik nog niet zo zeker van!
ik wilde voor je wegging op je bord een briefje leggen met daarop (in gouden letters): wat ben je toch een schat een droedel een honingbeer
maar niets schreef ik
(literair dagboek, 1998)
gisteren steeg de temperatuur tot meer dan 28 graden, het zoveelste warmterecord sinds de metingen zijn opgestart in 1833. lekker weertje was het wel. alhoewel toch beangstigend, dat het nu al zomer wordt - de lente is toch maar pas begonnen!?!?
a. en ik hebben hooikoorts. vroeger nooit last van gehad, nu de volle lading. omdat het zo warm is staat de deur naar de tuin de ganse dag wijdopen. mooi is het wel om zo de weelderige bloesemtakken in de omringende tuintjes over de muren heen te zien bloeien, maar o wee, delucht ziet geel van het stuifmeel en wij maar snotteren en briesen en rochelen, geen zicht!
we moesten pilletjes slikken en een mysterieuze vloeistof in onze neusgaten spuiten, met een speciaal pompje. dit moest volgens een bepaald ritueel. we lachten ons een kriek (hoe doe je dat???), want we wilden deze keer echt de aanwijzingen op de prentjes van de bijsluiter volgen.
de eerste keer spoten we lucht, de tweede keer overdreven we in tegenovergestelde richting. bij mij had het spuitje bijna het effect van een drug: ik liep een tijdje euforisch rond, verrukt van de bloesemgeur van het geneesmiddel (was het jasmijn, anjer of geranium?), een geur die als het ware bezit nam van mijn lichaam.
en ach, ach, ondertussen mijn blog zwaar verwaarloosd. was een stukjebegonnen over ritme en metrum bij haiku, maar voorlopig alles maar in kladversie opgeslagen. concentratie vereist voor deze materie, dus even geduld nog. nooit een onbegonnen werk beginnen voor je er daadwerkelijk kunt aan beginnen!
maar speciaal voor een bezoekster van mijn blog voeg ik aan dit stukje drie gedichten toe. een titelloos gedicht van de liefdestuinmanin het frans, eentje van de engelse dichteres katherine mansfield (1888 - 1923) en tevens een van mijn favoriete schrijfsters, en een bloesemend tuingedicht van mezelf.
wacht vol ongeduld op je commentaren, merel!
1.
De peur que je
n'apprenne à te connaître trop facilement,
tu joues avec moi.
Tu m'éblouis de tes
éclats de rire pour cacher tes larmes.
Je connais tes
artifices.
Jamais tu ne dis le
mot que tu voudrais dire.
De peur que je ne
t'apprécie pas, tu m'échappes de cent façons.
De peur que je te
confonde avec la foule, tu te tiens seule à part.
Je connais tes
artifices.
Jamais tu ne prends
le chemin que tu voudrais prendre.
Tu demandes plus que
les autres, c'est pourquoi tu es silencieuse.
Avec une folâtre
insouciance, tu évites mes dons.
Je connais tes
artifices.
Jamais tu ne prends
ce que tu voudrais prendre.
(Le Jardinier d'amour, XXXV)
wat de liefdestuinman hier zo schitterend weet te suggereren is hoe de dame aan wie dit gedicht gewijd is op een zo typsch vrouwelijke manier (ik herken er mezelf in) zich telkens afwendt van zichzelf en zich verliest in een rol die de hare niet is. nooit neemt zij de weg die zij zou willen nemen.
maar hoe kunnen wij ook anders? hoe kunnen wij, vrouwen, onszelf zijn in een door mannen overheerste wereld?? onbegonnen werk!
2.
The earth-child in the grass
In the very early morning
Long before Dawn time
I lay down in the paddock
And listened to the cold song of the grass.
Between my fingers the green blades,
And the green blades pressed against my body.
"Who is she, leaning so heavily upon me
?"
Sang the grass.
"Why does she weep on my bosom,
Mingling her tears with the tears of my mystic
lover?
Foolish little earth child !
It is not yet time.
One day I shall open my bosom
And you shall slip in - but not weeping.
Then in the early morning
Long before Dawn time
Your lover will lie in the paddock.
Between his fingers the green blades
And the green blades pressed against his body
Katherine Mansfield
heel mooi, hoe de dichteres hier de verbondenheid van het personage (zijzelf?) met het gras beschrijft: tussen haar vingers de groene grassprietjes en de groene grassprietjes gedrukt tegen haar lichaam. heel mysterieus is de zin:
mingling her tears with the tears of my mystic lover
zijn tranen hier de dauwdruppels, en wie is toch die mystieke geliefde van het gras?
als de jongedame dan (bij het sterven?) opgenomen wordt door het gras, versmolten is met de aarde, neemt de geliefde (van deze jongedame!) haar plaats in en schurkt zich op zijn beurt tegen het gras aan. schitterend!
3.
tuin de saegher in bloei bij een schilderij van louis thevenet, 1923
vreemd
hoe deze tuin zich omkeert. de
lijnen eindigen aan de rechterkant, wijl zij schijnbaar
in dit schilderij beginnen aan de linkerzij. ik dwaal als in een droom van pruimenbloesem, ik
kijk verrukt doorheen een kluwen van klimop.
de
dennenbomen drummen in mijn rechteroog, maar
tegelijk kleurt gras de andere helft van mijn pupil. mijn
rug schuurt rakelings langs een bronzen muur van
bamboe, mijn vingers tintelen als rozen. ik
schommel traag langs deze weg van smaragd,
ik tuimel zachtjes in een wieg
van jade. het parfum van seringen dwarrelt dol volmaakt doorheen
de doolhof - de tuin de saegher in
bloei, de tuin de saegher in bloei, de
tuin de saegher, de tuin
(2005)
alhoewel het niet zo eenvoudig is commentaar te geven bij mijn eigen gedichten, denk ik toch dat ik hier heb willen aantonen hoe bedwelmend lente kan zijn.
een bloeiende lentetuin brengt mij aan het wankelen, is als een doolhof.
op deze intens zonnige paasochtend wil ik toch even mijn geluk verwoorden. gisteren op de markt viooltjes gekocht (tien plantjes voor 5 euro) en ondanks het gure weer in de ochtend deze kleurige, vriendelijke bloempjes in potjes geplant.
violetblauwe, rozenrode, purperrode, lavendelblauwe en roodpaarse snoetjes kijken me nu vrolijk aan van op mijn terras. wat een onvoorstelbaar genoegen!
tegelijk zinderde heel de tijd de song uit 'city lights', een film van charlie chaplin, door mijn hoofd - la violetera. op deze site vond ik dit heerlijke melodietje terug, gecomponeerd door José Padilla:
(hehe, er rmoet maar een woord, een begrip door mijn hoofdje spoken en ik ben al verkocht! ik leg altijd aan mijn vrienden uit dat ik weinig nodig heb om gelukkig te zijn, woorden voldoen reeds!)
Her eyes and the tattoo on her hands are
Palestinian, Her name, Palestinian, Her dreams and sorrow, Palestinian, Her kerchief, her feet and body, Palestinian, Her words and her silence, Palestinian, Her voice, Palestinian, Her birth and her death, Palestinian.
Mahmoud Darwish
mooi, mooi, de post-it van vandaag! wat een immense liefdesverklaring!
de palestijnse dichter mahmoud darwich (1942) is een van de grootste hedendaagse dichters in de arabische wereld. ik bewonder hem enorm. meer dan van zijn louter politieke gedichten hou ik van murale (de muur), een heel lang gedicht met mystieke en metafische connotaties.
enige jaren geleden heb ik de moeite gedaan dit sublieme werkstuk (meer dan 1500 verzen, meer dan 9000 woorden) helemaal van uit het frans naar het nederlands te vertalen. het is een uitzonderlijke tekst, dromerig en lyrisch, met duidelijke sporen van zeer oude teksten als het hooglied uit de bijbel of het gilgamesjepos.
alhoewel m.d. de bedoeling had een gedicht te schrijven over de dood, blijkt murale achteraf een hymne aan het leven te zijn!
ik noteer hier enkele schitterende fragmenten, in eigen vertaling dus, uit murale*. de verzen deinen uit naar de oneindigheid - haal even diep adem en verorber deze verrukkelijke regels met kleine hapjes:
1.
Op een dag zal ik zijn wat ik wil zijn.
Op een dag zal ik een idee zijn dat geen enkel zwaard
zal dragen
Naar het verlaten land, geen enkel boek ..
Een gelijkaardig idee in de regen op een berg
Gespleten door de groei van een grasspriet
En de kracht zal niet gewonnen hebben
Noch de vluchtige rechtspraak.
Op een dag zal ik zijn wat ik wil zijn.
Op een dag zal ik een vogel zijn, en van uit mijn
niets
Zal ik mijn leven putten. Iedere keer als
mijn vleugels opbranden,
Kom ik de waarheid dichterbij en ik word
Uit de as opnieuw geboren.
Ik ben de dialoog der dromers.
Ik heb mijn lichaam en mijn ziel afgezworen
Om mijn eerste reis der zinnen te verwezenlijken.
Maar hij verzengde me en verdween.
Ik ben de afwezigheid. Ik ben de hemelse
Opgejaagde.
Op een dag zal ik zijn wat ik wil zijn.
Op een dag zal ik dichter zijn.
En het water zal zich onderwerpen aan mijn
helderziendheid.
Metafoor van de metafoor alleen mijn tong
Want ik zeg noch wijs
Een plaats aan. En die plaats is mijn zonde en mijn
alibi.
Ik ben van daar.
Mijn hier springt van mijn stappen naar mijn
verbeelding ..
Ik ben wie ik was, wie ik zal zijn
En de oneindigheid maakt me en doodt me daarna.
Op een dag zal ik zijn wat ik wil zijn.
Op een dag zal ik een wijngaard zijn.
Aan de zomer van me te persen zonder dralen,
Aan de voorbijgangers mijn wijn te drinken
Op de luister van de gesuikerde plek!
Ik ben de boodschap en de boodschapper,
De kleine adresjes en de brieven.
Op een dag zal ik zijn wat ik wil zijn.
2.
Wees op je hoede voor de
ochtend en leef het leven, op het moment.
In een vrouw die je
liefheeft,
Leef voor je lichaam, niet
voor je illusie
En wacht op het kind dat in
jouw plaats je ziel zal dragen.
Want de eeuwigheid zetelt
in de afkomst.
En alles is zinloos en
vluchtig
Of vluchtig en zinloos.
Wie ben ik?
De Zang der zangen
Of de Wijsheid van de
Prediker?
Jij en ik zijn mij.
En ik ben dichter
en koning
En wijs op de rand van de
put.
Geen wolk in mijn hand
Noch elf sterren
Op mijn tempel.
Mijn lichaam is mij te smal
geworden
Mijn eeuwigheid is mij te
smal geworden
En mijn morgen
Troont, zoals de kroon van
het stof,
In mijn zetel.
Ijdelheid, ijdelheid der
ijdelheden ijdel.
Alles op deze aarde is
vluchtig.
Winden uit het noorden, de
winden,
Winden uit het zuiden, de
winden.
De zon komt in zichzelf op
De zon gaat onder in
zichzelf.
3.
En mijn naam, die
samengesteld is uit vijf horizontale letters,
Behoort mij toe, ook als ik
hem verkeerd zou uitspreken:
De mîm van de liefdesgek,
van het weeskind,
van wie het verleden is
gerealiseerd,
De bâ van de tuin, van de
geliefde,
van de twee verslagenheden
en de twee pijnen,
De mîm van de avonturier,
van hij die ziek is van verlangen,
van de uitgewezene
klaargemaakt voor en voorbereid
op zijn aangekondigde dood,
De waw van het afscheid,
van de mediane roos,
van de verlichting door de
geboorte waar zij geschiedt,
van de belofte van de
vaders en de moeders,
De dâl van de gids, van de
weg, van de traan van een ineengestort huis
en van een mus die me
liefkoost en bebloedt,
Die naam behoort mij toe
En hij hoort toe aan mijn
vrienden, waar zij zich bevinden,
En mijn tijdelijk lichaam,
aanwezig of afwezig, behoort mij toe
Twee meter van deze turf
zal vanaf nu volstaan
Een meter vijfenzeventig
voor mij
En de rest, voor de bloemen
met de slordige kleuren
Die mij langzaam zullen
opdrinken. En wat mij toebehoort
Behoort mij toe, mijn
verleden, en wat mij zal toebehoren,
Mijn verre ochtend en de
terugkeer van de verloren ziel.
Alsof niets geweest is.
Alsof niets geweest is.
Niets dan een lichte
kwetsuur
Aan de arm van het absurde
heden
En de geschiedenis lacht
zijn slachtoffers uit
En zijn helden
Zij werpt hen een blik toe
en gaat voorbij
Deze zee behoort mij toe
Deze vochtige lucht behoort
mij toe.
En mijn naam,
Ook als ik mijn naam,
gegrift op mijn graf
Verkeerd zal uitspreken,
Mijn naam behoort mij toe.
Maar ik, vanaf nu vol van
alle redenen tot vertrek, ik,
Ik behoor mij niet toe,
Ik behoor mij niet toe,
Ik behoor mij niet toe
* murale, poeme traduit de l' arabe (Palestine). par Elias Sanbar, Mondes Arabes, Actes Sud, 2003. p.8/10, p.44, p.51
of (hoe ik samenleef met gedichten) sinds enkele weken verrast a. me elke ochtend met een gedicht. hij gebruikt hiervoor de post-it software op onze pc. als ik om zeven uur 's ochtends, na het ontbijt, mijn mailtjes en mijn blog bekijk, prijkt op het scherm een gele virtuele post-it met een schitterend gedicht in het frans of in het engels. a. kiest werkelijk prachtige gedichten voor me uit, het is alsof hij kan raden wat ik knap vind!
heerlijk, de dag te beginnen met een gedicht!
mijn lievelingsgedicht is tot nu toe van de russische marina ivanowa tsvetaeva (1892- 1941):
Tel est fait de
pierre, tel est fait d'argile,
Mais moi, je
m'argente et scintille
Je m'occupe de
trahir, je m'appelle Marine,
Je suis la fragile
écume marine
Tel est fait de
pierre, tel est fait de chair.
Pour eux cercueils et
pierres tumulaires;
Dans les fonds
marins baptisée
Je suis, dans mon
envol, constamment brisée!
Au travers des
coeurs, au travers des rêts,
Mon bon plaisir
perce son chemin
Moi - Vois-tu ces
boucles déchaînées?
Je ne suis point
faite de dépôts salins,
Me brisant sur vos
genoux de granit,
A chaque vague je
ressuscite.
Que vive l'écume,
joyeuse écume,
La
haute écume marine.
marina tsevataeva drukt in deze verzen mijn huidig levensgevoel uit. zij vergelijkt zich met het bruisend zeeschuim, dat iedere keer opnieuw breekt en iedere keer opnieuw geboren wordt uit de beweging van de golven.
ik hou vooral van het vers:
'Je m'occupe de trahir,je m'appelle Marine'
(ik hou me bezig met verraad!)
want eindelijk, of misschien weer opnieuw, besef ik dat eeuwigdurende principes rotzooi zijn. wil je verandering, vernieuwing in je leven, dan moet je dingen uit je vorige levenscyclus loslaten, zelfs al lijkt dit op verraad.
het is geen verraad, het is een correctie of aanvulling van vorige, niet meer bruikbare attitudes, die je gewoon moet weggooien, want zij zijn nefast voor je huidige situatie.
mooie hibiscus hoe bedwelmend traag je bloemknop zich ontvouwt
pretentieloos, zo zou ik deze haiku los uit de pols willen omschrijven. de japanse meesters en hun vele westerse adepten kunnen misschien heel diepzinnige en ernstige haiku's schrijven, maar ik verkies de laatste tijd de bedrieglijke eenvoud. luchtigheid, vluchtigheid, pittige humor en afstandelijkheid - concepten die ik me al jaren eigen heb gemaakt en die uitmonden in een geesteshouding die misschien velen als 'niet ernstig' of 'oppervlakkig' of zelfs 'verraderlijk' wordt omschreven, maar die ik niet van me af kan schudden. want is mijn (ons) bestaan niet 'ondraaglijk licht' en ervaar ik niet dagelijks de fragiliteit en het onbestendige der dingen???
ik moet bekennen dat zen al jaren geleden in mijn leven is binnengedrongen en bijwijlen zijn invloed uitoefent. vooral in deze periode van mijn leven, nu ik niet meer aan het werk ben, heb ik vele dingen moeten loslaten. ik zou er niet in geslaagd zijn dit gevoel van relatieve rust te hebben bereikt zonder de goede raad en de inspiratie van zen.
haiku, bij uitstek de literaire vorm die nauw aansluit bij het gedachtengoed van zen, is dus niet alleen een klein gedichtje. de wereld van haiku vertegenwoordigt ook een zen-attitude die duidelijk kan bijdragen tot een gevoel van lichtheid, vrede, geluk misschien.
in een van mijn eerste stukjes, 'yasmin', noteerde ik een paar verzen van william blake, de aanhef trouwens van het gedicht:
Auguries
of Innocence
To
see a World in a Grain of Sand
And
a Heaven in a Wild Flower,
Hold
Infinity in the palm of your hand
And
Eternity in an hour.
blake, grotre engelse mystieke dichter (1757-1827) had het blijkbaar ook reeds begrepen: in een wilde bloem zit de hemel verborgen, de eeuwigheid kun je ervaren in een stonde. die ervaring, voeg ik hieraan toe, is voldoende om de schoonheid van het bestaan te ervaren, een schoonheid die zelfs samengaat met lelijkheid, want het een kan niet zonder het ander.
de haiku-dichter is dan degene die in 17 lettergrepen deze schoonheidservaring afzondert, die bovenop de mestvaalt van het dagelijks bestaan een roos laat bloeien.
en dat helpt, ik kan het je verzekeren! want plotseling is al het grootse, het indrukwekkende, het sensationele, het materieel-bombastische in ons leven compleet overbodig en kunnen wij stilletjes genieten van bijvoorbeeld het openbloeien van een schitterende hibiscusbloem in de tuin. dit genot is zeker niet oppervlakkig, het bloeit helemaal open in de diepte van onszelf en die opening naar schoonheid kan urenlang, dagenlang blijven doorwerken...
gisteren tentoonstelling bezocht: meesters van de precolumbiaanse
kunst, de collectie van dora en paul janssens, in het jubelparkmuseum, brussel.
3000 jaar precolumbiaanse geschiedenis. olmeken, maya's, inca's en azteken en
zoveel andere onnoembare beschavingen.
wereldberoemde verzameling, schitterende tentoonstelling. maskers en beelden in
terracotta, jadeiet en onyx. weefsels vervaardigd uit duizenden veertjes.
gouden dodenmaskers, sublieme halssnoeren, ringen, oorhangers en
mondpiercings.
tja, die precolumbianen hielden van grote oorringen. sommige oorplugs waren zo groot als cubaanse sigaren, sommige mondpiercings bedekten het halve gelaat. maar wat een unieke vormentaal spraken al deze accessoires! de uitgebeelde personages hadden zeker geen anorexia, ze liepen er allemaal poezelig en blinkend gebruind (opgewreven terracotta) bij.
ik hield erg veel van de maskertjes en objecten gemaakt uit jadeiet, een hard gesteente, wit tot appelgroen tot diep jadegroen. uit jadeiet vervaardigden handige kunstenaars de allerfijnste maskertjes en figuurtjes, tot in het kleinste detail uigewerkt, met primitieve werktuigen. staal was nog niet uitgevonden, ze wreven steen tegen steen.
hèhè, boeiend was het verhaal wel over vrouwelijke sjamanen. de
precolumbiaanse beschavingen kenden niet alleen mannelijke sjamanen, de teruggevonden beelden tonen aan dat vrouwelijke sjamanen evenzeer voorkwamen.
bij sommige beelden was de transformatie reeds bezig: we zien op het
vrouwenlichaam veertjes groeien. deze beeldjes zitten altijd in dezelfde
houding, soms op speciale stoeltjes of krukjes: met de handen op de knieën, star
voor zich uit starend. dikwijls zie je een bobbel in de kaak: zij kauwen op cocabladeren of op gemalen doornappel, een hallucinogene plant die ook bij ons voorkomt.
(sjamanen kunnen zich naar het schijnt transformeren in dieren, dit is zelfs
nodig om contact te krijgen met de goden. in bovenstaande beschavingen
transformeerden de sjamanen zich in adelaars, jaguars en kikkers.)
dat het soms lijkt of teksten vanbinnenuitbewegen, dat woorden en zinnen in staat zijn lezers te ontroeren (to move them), kan ik op eenvoudige manier illustreren aan de hand van de schitterende intro bij listen, een bericht over daklozen in de blog van tumbleweed*.
The water flows high and fast under the bridges in this city I visit too
often without ever being remotely a part of it or really seeing it. The high
water implies that one can not walk along the canal, and as a consequence the homeless,
who like to sleep under these bridges, out of the rain, relatively out of the
wind, have no where to go.
'het water stroomt hoog en snel onder de bruggen van de stad die ik te dikwijls bezoek zonder er eigenlijk deel van uit te maken of ze werkelijk te zien...'
dit is amper de aanhef van de tekst en ik ben al verkocht!
een wereldstad als parijs of london of tokio of moskou binnenrijden, met de auto of met de trein of met de bus, is altijd opnieuw een fantastische ervaring. ik kijk dan naar de voorbijstromende huizenrijen, straten, waterwegen, spoorwegen, bruggen, wolkenkrabbers, bomen, terrains vagues. ...
altijd opnieuw heb ik het gevoel meegesleurd te worden in een emotie waarbij angst, spanning en hoopvolle verwachting om de beurt hun opwachting maken. ik laat me machteloos meesleuren door de 'voorbijvliegende' beelden: dit is nieuw, dit is onbekend terrein, hier lokt het avontuur.
tumbleweed maakt deze 'blijde intrede' stilistisch ijzersterk door onmiddellijk de vliedende kracht van het water zelf te introduceren. wij voelen ons hoog en snel meegenomen in een tocht door de grootstad, langs haar voornaamste natuurlijke invalsweg, de belangrijkste stroom, waarlangs historisch gezien elke dorp, elke stad zich heeft ontwikkeld en die de energie van elke grootstad met zich meedraagt.
door deze link met het water, dat razendsnel voorbijstroomt, bereikt schrijfster tumbleweed bij mij een psychologische boost. mijn gemoed zet zich als het ware in beweging, mijn aandacht staat gespannen en ik lees ademloos en geboeid 'het vervolg', namelijk een zeer gevoelig exposé over het fenomeen daklozen.
omdat tubleweed zo virtuoos en beweeglijk deze tekst inleidt, een tekst die dan ook nog de dwingende titel listen -luister-, draagt, lees ik vlot het indringende verhaal van mensen die leven op een manier waar wij, onnozele verwende consumenten, totaal geen weet van hebben.
en misschien, misschien begrijpen wij (de andere lezers en ik) na de lectuur van deze tekst een beetje beter de daklozen, zij die aan de zelfkant van de rijke westerse maatschappij leven. misschien denken wij eens aan iets anders dan aan onze dagelijkse soap, onze etentjes in sjieke restaurants en onze zondagse wijngildes. misschien gaan we ons zelfs minder egoïstisch en zelfvoldaan opstellen tegenover deze zogenaamde losers, misschien gaan we zelfs tot actie over. misschien gaan we daadwerkelijk helpen. of hoe goede literatuur, goed gekozen woorden tot sociale bewogenheid kunnen leiden. hoe tumbleweed zo haar steentje bijdraagt tot de oplossing van een schijnbaar onoplosbare onrechtvaardigheid: de schrijnende, vernederende armoede van velen tegenover de flitsende, reusachtige rijkdom van enkelen.
raak het spoor niet bijster observeer nauwkeurig de bewegingen van gras vang de geur op van dierlijke aanwezigheid speur naar sporen van leven
literair dagboek, maart/april 1992
gisteren een gastenboekaangemaakt. oeps! tot mijn grote verbazing had ik al 39 bezoekers!! zoveel lieve mensen, die mij even kwamen groeten of mij geluk wensten met mijn blog!
hier en daar heb ik ook een blogje geopend en groot was mijn verrukking: zoveel blogs vind ik werkelijk prachtig! mooie foto's, schitterende power-point presentaties, verhalen, gedichtjes, spreuken en gezegden...
sommige mensen tonen mij trots hun hobby en ze slagen er werkelijk in een verzameling interessante en leerrijke ervaringen en objecten op een prettige manier voor te stellen.
proficiat! in onze zogenaamde verzuurde samenleving lopen blijkbaar fantastische mensen rond, die heel wat te vertellen hebben!!
maar ach, lieve mensen, ik ben nog maar een beginnende blogster en ik vraag mij af of ik er ooit zal in slagen vlindertjes of roze hartjes over mijn scherm te laten dwarrelen...
voorlopig hou ik het sober. ik zend jullie langs dit stukje mijn zeer hartelijke groeten. bedankt voor jullie bezoek.
ik voed mij met bloemen
en tooi mijn lichaam
met tekens van rode oker
hagelwit mijn handen
kobaltblauw mijn mond
literair dagboek, 5 maart 1992
hoezee, ik voel me stukken beter! zinnat tm 500 (20 filmomhulde tabletten die geurden naar pure penicilline), heeft blijkbaar wel gewerkt!
om dit te vieren heb ik mijn winterbluesy huisgenoten vanavond verwend met een heerlijk indisch gerecht (zij hadden reeds drie weken geen behoorlijk eten meer geproefd, de creoolse gumbo van verleden week niet bijgerekend) en we hebben als kinderen ons bord afgelikt van genot.
ik moet dus dit recept in mijn blog noteren, misschien zal een toevallige lezer er even veel plezier aan beleven, ik hoop het!
sorry, lieve vlaamsgezinde vrienden van me, dit recept is toevallig in 't frans want ja, in mijn gezinnetje spreken en lezen wij en nederlands en frans en engels en bijwijlen arabisch, hangt zo van de windrichting af...
daar gaan we:
Poulet korma
Pour 4 personnes
Préparation: 20 min. + 2 h. de marinade Cuisson : 45 min
(voor dit gerecht moet je dus echt de tijd nemen)
INGREDIËNTS: * 600 a
800 gr. de filets de poulet * 2 yaourts nature bulgares (2 x 125 gr) * 50 gr. damandes en poudre * 2 oignons * 3 gousses dail * 1 piment rouge * 40 cl de lait de coco en briquette * 1 capsule de safran en poudre * 2 graines de cardamome * ½c. a café de
cannelle en poudre * 1,5 c. a café de coriandre en poudre * 1,5 c. a café de cumin en poudre * une pincée de gingembre en poudre * 2 c. a soupe dhuile * coriandre fraîche hachée *sel * facultatif: quelques amandes effiles
(saffraan is een de van de duurste kruiden. desondanks is dit gerecht in zijn geheel goedkoop en makkelijk te bereiden. ik was vergeten rode pepertjes te kopen, maar een koffielepeltje sambal oelek was een uitstekend vervangmiddel)
Préparation
Mélangez
les yaourts et le safran dans un plat, ajoutez les filets de poulet
tailles en dés, enrobez les bien, couves et laissez reposer au moins 2h au
frigo.
Dans une
cocotte contenant lhuile, faites revenir a feu doux le soignons hachées,
le cardonette broyée dans un pilon et les épices. Apres 5 min. ajoutez les
gousses dail presses, les amandes enpoudre, ainsi que le piment épépiné et très
finement hachée. Mélangez 2 min.
Ajoutez
le lait de coco, ainsi que le poulet et sa marinade de yaourt. Salez et
laisser mijoter 45 min. a découvert en mélangeant de temps en temps.
Ajoutez
la coriandre fraîche hachée, l'assaisonnement et servez bien chaud, éventuellement
saupoudrez damandes affilées grillées. Accompagnez de riz basmati.
wij dronken er een rood wijntje bij: Château Barbe d'Or, Bordeaux Supérieur,
2004 eet smakelijk!
mijn stukje over de derde dimensie in haiku (zie 'yasuda') houdt mij nog altijd bezig. hoe de harmonische compositie van een kunstwerk (en dat is een haiku zeker, een minuscuul maar perfect kunstwerkje) de toeschouwer of lezer nog intenser kan doen genieten van schoonheid.
schoonheid treft, ontroert, brengt iets in beweging.
niet voor niets bestaat het woord ontroering, uit het grondwoord 'roer', van het ww roeren, met een voorvoegsel en een achtervoegsel erbij. roeren is beweging.
maar wat beweeegt?? het schilderij, de haiku, het gedicht zelf??? of beweegt er iets in ons, de toeschouwer? en wat voor een beweging is dat dan? ik heb me altijd afgevraagd wat een emotie (en trouwens ook: een gedachte, een idee) eigenlijk is. wat gebeurt er met ons als wij emoties hebben???
uiteindelijk kwam ik tot de conslusie dat emoties met lichamelijke (chemische) processen te maken hebben. als we erg van slag raken, bang zijn, blij, euforisch gelukkig, worden er telkens andere stoffen in ons lichaam aangemaakt en afgescheiden en dat geeft ons dan een bepaald gevoel. emoties worden dus duidelijk opgewekt door gebeurtenissen of toestanden buiten onszelf en zijn onze lichamelijke reactie hierop.
de taak van de kunstenaar is dus (of een van de taken, zou ik zo zeggen), een kunstwerk zodanig op te bouwen dat een effect van beweging wordt bereikt. dat effect van beweging kan dan worden gerealiseerd door gebruik te maken van allerlei (technische) middelen, die door de kunstenaar intuitief, bewust of onbewust worden gehanteerd.
dus rekening houden met de regels van perspectief in haiku valt zeker onder bovenstaande stelling.
maar ook in andere tekstvormen valt me telkens op dat ze mij boeien omdat ik meegenomen word in een soort beweging, een reis in de ruimte als het ware, waarvan de ijkpunten woorden zijn. woorden als vervoermiddel, als ultiem glijmiddel voor de droom.
weer eens een winderige dag. het stormt. ik hoor de wind huilen als in een rampenfilm. hierbinnen gloeit ons kacheltje, onze kleine godin. heb een boekje* met een selectie van gedichten van pessoa naast mij gelegd. pessoa moet je in de donkere maanden lezen, bij een behaaglijk vuur. pessoa trekt je mee naar onpeilbare diepten.
toch wil ik hier een gedicht overpennen, dat zeker niet deprimerend is (zoals dikwijls onterecht wordt gezegd over de poëzie van pessoa), maar dat het leven zelf als enige bevredigende waarde erkent:
* het is een vreugdevol gedicht * met een hoog zengehalte * en een perfecte illustratie van mijn huidig levensgevoel!
I take myself indoors and shut the window,
They bring the lamp and give me goodnight,
And my contented voice gives them goodnight.
O that my life may always be this:
The day full of sun, or soft with rain,
Or stormy as if the world were coming to an end,
The evening soft and the groups of people passing
Watched with interest from the window,
The last friendly look given to the calm of the trees,
And then, the window shut, the lamp lit,
Not reading anything, nor thinking of anything, not sleeping,
To feel life flowing over me like a stream over its bed,
And out there a great silence like a god asleep.
* Fernando Pessoa, selected poems translated by Jonathan Griffin, Pinguin International Poets, Pinguin Books Ltd, London 1988, p. 85.
wat is regen anders dan vriendelijk toedekken
van wat zich nors en korzelig verbergt in woestijnen van winter??
(spichtig zijn we, en puntig)
literair dagboek, 28 februari 1992
onophoudelijk hoor ik regen ritselen langs de ramen. een gevoel van onheil bekruipt me. niets is onaangenamer dan deze vochtig-warme stroom water, deze zondvloed in midwinter.
ik verlang naar sneeuw, ijs, vrieskou. ach wat, wie ben ik om gedichten te schrijven over regen, als de onsterfelijke fernando pessoa het zo zegt:
It's raining, distant, indistinct, Like something certain which may be a lie, Like what does lie to us, some great thing desired. (alhoewel het toch iets heeft, dat vlieden en druipen van water. in die momenten is het goed deuren en ramen te sluiten, muziekje op te zetten: zachte blues gezongen door norah jones. of het joubran trio, of mijn laatste liefde: geert claessens, een fantastische guitarist. heitor villa lobos, augustin mangore barrios en bach.)
af en toe een vaag vermoeden van liefde doen alsof we gelukkig zijn (of toch een beetje) praten, maar eigenlijk niets zeggen
de ruimte tussen jou en mij en de anderen vullen met woorden
literair dagboek, februari 1992
het is echt de bedoeling dat ik verder schrijf aan mijn literair dagboek. sinds de jaren zeventig hou ik een dagboek bij, met lange onderbrekingen weliswaar, die over dagen, maanden, zelfs over jaren gaan.
woedend ben ik, woedend. vroeger nooit verkouden en nu heb ik sinds drie weken een bacteriele infectie met complicaties. eerst zat die in mijn hoofd, daarna in mijn luchtwegen, verder verhuisden de microben dan naar mijn ogen en nu heb ik een keelontsteking.
ik slik als een dwaas gekje antibiotica, op voorschrift van de dokter, maar vandaag heb ik mijn mond gespoeld met een aftreksel van heemstwortel en ik drink saliethee. vannacht ga ik slapen met een kamfercompresje in verschillende lagen rond mijn keel gewonden: een middeltje uit grootmoederstijd, dat wel, maar afdoend.
tijd heb ik wel gehad de laatste dagen om de blog van mijn vriendin thumbleweed te lezen: waw, wat een schrijfster, wat een schrijfster! maar ben er nog niet in geslaagd commentaar te geven op haar teksten (mijn paswoord wordt niet aanvaard). ook kan ik nog altijd geen foto's in mijn eigen blog inbrengen. foei!
oeps. daarnet geprobeerd en het is me warempel gelukt. ongelooflijk!
To see a World in a Grain of Sand
And a Heaven in a Wild Flower,
Hold Infinity in the palm of your hand
And Eternity in an hour.
From "Auguries of
Innocence" William
Blake
een gedoe was het wel, dat aanmaken van mijn blog. ik moest een username ingeven en een paswoord. lijkt niet moeilijk, maar paswoorden vergeet ik ogenblikkelijk. dus direct in mijn agenda noteren was de boodschap! de blogkreeg ook nog een titel en ik moestdan enkel nog een woordje aan de website van seniorennet toevoegen, voor de benaming.
ik schreef yasmin. dat is de naam die mijn ouders oorspronkelijk voor mij gekozen hadden, maar die zij hier (het was in 1946, kort na de oorlog) op de gemeente in halle niet mochten gebruiken als doopnaam.
in de databank voor nederlandse voornamen (http://www.meertens.nl/voornamen/VNB/) vond ik voor yasmin volgende verklaring:
Yasmin
Geslacht: v
verklaring: De bloemnaam jasmijn, Arab.
yasamin, Perz. yasemin. Als voornaam in Angelsaksische landen opgekomen
o.i.v. het toneelstuk `Hassan' van James Elroy Flecker (1884-1915), die
een tijdlang consul in Beiroet was. Ook immigratie heeft het gebruik
van deze naam in Eng. bevorderd. Bovendien zijn veel Eng. namen
bloemnamen. In het Middelnederlands was de vorm jesminne (jasmijn) in
gebruik als bijnaam van Maria. De laatste tijd is de naam ook hier vrij
populair geworden, vooral in de vorm Yasmin. Jasmine reeds in Brugge
1958, 1959.
olala, eigenlijk hebben mijn ouders toen reeds, zonder het zelf te weten, mijn lot bepaald door zo'n exotische voornaam te kiezen!! (grapje!)
en voor de bezoekers ook nog wat uitleg bij de bevreemdende titel van mijn blog: een lief okerkleurig scharminkel is een vers uit een van mijn recentste gedichten.
weet dat ik niet meer ben
wie ik was, een lief okerkleurig
scharminkel
nooit zal ik nog zijn -
de 'reine de nuit' van toulouse
of 'la belle dame sans merci'
in mij wonen wolken nu
sterren twinkelen vrolijk in mijn oor
ik ben de wind die boomkruinen streelt nu
ik ben de zachte lenteregen
de grote aardmoeder
mijn fluisterdromen verberg ik
stiekem in het donshaar van vogels
in dit huis van poederblauw (of moet ik
zeggen: fuchsia of vermiljoen misschien)
zwem ik in oceanen van gratie
(30 maart 2006)
met toulouse bedoel ik toulouse lautrec, en la belle dame sans merci is een wereldberoemd gedicht van john keats.
(ondertussen heb ik natuurlijk een bundel gedichten van keats - gekocht tijdens mijn laatste reis naar london- uit mijn boekenkast opnieuw opgediept en la belle dame sans merci gelezen en herlezen en nog eens herlezen!)