Veel vakantie had ik niet in 1974 want ik was pas in februari beginnen werken en in 1973 was ik in het leger. Maar de weinige dagen die ik had bracht ik dan door aan de Belgische kust, o.m. in Blankenberge en in Oostende. Hierboven links een foto uit die periode genomen door mijn verloofde.
Hoe groot is de invloed van de cinema op de muziek en vice versa? Het thema van de film 'The Sting' met Paul Newman, Robert Redford en Robert Shaw in de hoofdrollen onderschrijft deze stelling nog maar eens want in juli 1974 werd deze single met "ragtime"-pianomuziek genoteerd in zowat alle hitlijsten ter wereld. De soundtrack waarop Marvin Hamlisch muziek van Scott Joplin speciaal voor de film aanpaste verkocht dan ook als zoete broodjes. Het Chicago uit de Jaren '30 stond weer helemaal in de belangstelling. Deze single is dus de uitzondering die de regel bevestigt want in dit geval stond deze muziek zowel in de hitparade van de singles als in die van de best verkochte elpees.
En of Chicago weer in de spotlights stond! Zou dat toeval kunnen zijn? De Britse groep Paper Lace stond alleszins tegelijk met Marvin Hamlisch in de BRT Top 30 van juli 1974 met de single 'The Night Chicago Died'. Het verhaal gaat over de Jaren '30 met de fameuze "drooglegging" en de jacht van "De onkreukbaren" op de bende van Al Capone.
En ik denk dat onze landgenoot Ricky Gordon er die bewuste nacht in Chicago ook bij was. Getuige daarvan zijn zeer swingende versie van 'Such A Night', een song die ik nog kende in de versie van Elvis Presley. Gordon scoorde met deze single een geweldige hit in juli 1974. Enig minpuntje is zijn uitspraak van 'dawn' dat hij steevast uitspreekt als 'down', wat nochtans niet rijmt op 'gone'. Ook een negatieve beoordeling voor de maker van de videoclip die erin slaagt de naam van de zanger verkeerd te spellen alhoewel hij juist geschreven staat op het hoesje...
De elpee 'Planet Waves' van Bob Dylan verscheen in januari 1974 en bevatte o.m. deze parel. Dankzij een technische ingreep kon deze song op YouTube geplaatst worden want de platenmaatschappij van "His Bawbness" doet er alles aan om alle videoclips van de grootmeester te blokkeren. Benieuwd hoelang deze 'Forever Young' er zal blijven opstaan.
In januari 1974 stond de elpee 'The Dark Side Of The Moon' van Pink Floyd, uitgebracht in maart 1973, nog altijd genoteerd in de hitlijsten van best verkochte albums en dat zou nog enkele jaren duren. Hieruit een instrumentale track getiteld 'On The Run'. Richard Wright legde tijdens een interview uit dat de song gaat over het vele reizen van de band en de vliegangst die telkens opduikt bij wereldtournees. Op het eind van het nummer hoor je trouwens een neerstortend vliegtuig.
Over vliegtuigen gesproken! In januari 1974 bracht Brian Eno -die Roxy Music intussen had verlaten omwille van meningsverschillen met Bryan Ferry- een soloplaat uit onder de naam Eno. Hij bracht ook artrock of glamrock maar hij was experimenteler. Hij kreeg op zijn elpee de hulp van o.m. Chris Spedding, Phil Manzanera, Paul Thompson, Andy Mackay en Robert Fripp. Hier komen de warme straaljagers!
In februari 1974 bracht Steely Dan alweer een fantastische elpee uit onder de naam 'Pretzel Logic'. Hieruit post ik twee geweldige nummers. Het eerste doet mij altijd denken aan Ricky, een jongen uit het Aalsterse, die ik leren kennen had in West-Duitsland in 1973 tijdens mijn legerdienst. Hij was ook heel fel begaan met muziek. 'Rikki Don't Lose That Number' staat dan ook tussen mijn favoriete songs allertijden!
Het tweede nummer is een bewerking van een oud jazznummer van Duke Ellington, gewoonweg fantastisch:
Op 8 maart 1974 verscheen de tweede elpee van de Britse groep Queen die glamrock en hardrock combineerde met de theatrale zangstijl van Freddie Mercury. Van de eerste LP kende ik alleen de hoes want ik ging regelmatig snuisteren in platenwinkels. Van deze 'Queen II' kende ik enkel 'Seven Seas Of Rhye' van de charts op de BBC. Uit deze tweede plaat pluk ik ook 'Ogre Battle'. De kreten in het midden van het nummer komen van Mercury die de song schreef op gitaar. De foto van de hoes zou later veelvuldig herbruikt worden, vooral voor de videoclip van 'Bohemian Rhapsody'.
Deze song doet mij onwillekeurig denken aan 'This Town Ain't Big Enough' van Sparks. Zouden deze Amerikanen fan geweest zijn van Freddie Mercury & Queen?
In april 1974 was het de beurt aan David Bowie om een steengoed album uit te brengen met de controversiële hoestekening van de Belg Guy Peellaert, die dan ook gecensureerd werd. 'Rebel Rebel' heb ik enkele weken geleden als single al gepost, daarom valt mijn keuze vandaag op het titelnummer 'Diamond Dogs'. Bowie had zijn alterego Ziggy Stardust afgezworen en zijn muziekstijl leunde nu meer aan bij die van Iggy Pop en zijn Stooges of die van de Stones.
Nog even terug naar februari 1974, de maand waarin Deep Purple de elpee 'Burn' uitbracht. Het titelnummer is bekend maar mijn voorkeur gaat vandaag uit naar 'Might Just Take Your Life' met het prachtig orgelspel van Jon Lord. De memorabele hoes toont vijf brandende kaarsjes die de hoofden van de groepsleden voorstellen.
Vandaag post ik de laatste 6 nieuwkomers uit de BRT Top 30 van juni 1974. Toen vloog deze hemelvogel de hitlijsten binnen, recht uit de soundtrack van 'Jonathan Livingston Seagull', gecomponeerd door Neil Diamond en uitgebracht op 3 november 1973. Het was zijn eerste elpee na zijn live album 'Hot August Night' uit 1972. Het verhaal gaat over een zeemeeuw die leert vliegen en samenleven in groep met zijn soortgenoten. De soundtrack had meer succes dan de film.
De tweede nieuwkomer was een eendagsvlieg: Leo Unger kwam uit Den Haag en scoorde toen een hit met 'Run To The Sunshine'. Een andere song van hem is 'It Isn't Really Like They Say', beter bekend als 'Algebra', de Nederlandstalige versie gezongen door Loeki Knol. Hans Vandenburg speelde samen met Leo Unger en zou later succes hebben met Gruppo Sportivo.
De derde nieuwkomer uit juni 1974 was een oldie uit 1965: The Fortunes brachten toen geweldige herinneringen teweeg met het fantastische 'You've Got Your Troubles'. Geen idee waarom deze single opnieuw werd uitgebracht maar het was een geweldig goed idee van de platenmaatschappij. Zo leerde een hele nieuwe generatie de muziek van de jaren '60 kennen.
Bij de vierde spitste ik mijn oren: was dit opera of operette? Een revolverschot werd na de intro gelost en de song was toen echt vertrokken. Dit was volgens mij glamrock of was het poprock van de broers Ron en Russell Mael met invloeden van Roxy Music en Queen. Russell viel op door zijn krullenbol en zijn kopstem en Ron door zijn Hitler/Chaplin-snorretje. Deze Amerikaanse band uit L.A. zou hiermee zijn grootste hit scoren.
Over kopstemmen of falsettostemmen gesproken! De terechte zomerhit uit 1974 kwam in juni al binnengestoven in alle hitlijsten van o.m. de Benelux, Scandinavië, het VK, Frankrijk, West-Duitsland, Oostenrijk en Zwitserland. Oorspronkelijk moesten de componisten Wayne Bickerton en Tony Waddington met hun liedje alle uitgeverijen aflopen om het verkocht te krijgen. Showaddywaddy vond het maar niets, Carl Wayne was ook niet geïnteresseerd en uiteindelijk werd de demogroep omgedoopt tot The Rubettes. Maar toen de single een succes werd, was de zanger met de kopstem, Paul da Vinci, al lang vertrokken voor een solocarrière. Hier is die vijfde nieuwkomer:
Het leukste nummer uit juni 1974 was deze zesde en laatste nieuwkomer. De folkgroep uit Veurne zingt op ironische wijze over ene Jean-Pierre die zijn hele bestaan lang van het leven wil genieten, maar achtereenvolgens in de kindercrèche, de school, het leger, de fabriek en het bejaardentehuis terechtkomt. De groep trad voor het eerst op tijdens de Gentse Feesten in 1972 dankzij organisator Walter De Buck. Het was de piratenzender Radio Mi Amigo die het lied oppikte waardoor het een hit in Vlaanderen werd. De melodie van het refrein "inke pinke parlez-vous" gaat terug op een oud soldatenlied uit de Eerste Wereldoorlog (Three German Officers/Mademoiselle from Armentières/Inky Dinky Parleyvoo). En mijn vader zong het lustig mee...
De broers Mael vormden de kern van Sparks.
Het collectief van Vuile Mong debuteerde op de Gentse Feesten in 1972.
Enkele weken na het origineel, geschreven door Leo Sayer en Dave Courtney, kwam de cover van Three Dog Night binnen in de BRT Top 30 van juni 1974. De intro en de outro zijn, zoals bij de single van Sayer, de 'intrede der gladiatoren' geschreven door de Tsjechische componist Julius FučÃk. De twee versies stonden dus tegelijkertijd in onze hitlijsten genoteerd.
Linksboven een foto van mijn verloofde en mezelf. We hadden net de beslissing genomen in het jaar 1975 te trouwen. We kenden elkaar al vier jaar en we vonden dat het tijd werd een nestje te bouwen.
Op 8 juni 1974 gebeurde het onwaarschijnlijke: een plaatje uit 1954 dat opnieuw werd uitgebracht in 1955 n.a.v. het succes van de film 'Blackboard Jungle' en daarna opnieuw een hit werd in 1968 (door de rock-'n-rollrevival), werd in 1974 nogmaals op de markt gegooid. Waarschijnlijk was dat omwille van het grandioos succes van de film 'American Graffiti'. Wat er ook van zij, de single '(We're Gonna) Rock Around The Clock' van Bill Haley & His Comets kon ook op de goedkeuring van mijn ouders rekenen en stond dus op die bewuste dag tussen de 30 best verkochte singles.
Een singletje dat ik altijd heel leuk gevonden heb kwam ook uit juni 1974. Want toen hoorde ik deze compositie van twee Nederlandse broers die in Zuid-Afrika waren geboren. Van Mexico droomde ik al jaren en die droom kwam enkele jaren geleden uit toen ik een prachtige rondreis maakte van bijna 5.000 km doorheen het land van de Maya's, Tolteken, Azteken, Zapoteken en andere indianenstammen. Gelukkig had ik geen last van turista zodat ik geen apotheken moest bezoeken. ♫♫♫ "Mexico, I just can't say goodbye!" ♫♫♫...
In juni 1974 kwam de derde opeenvolgende hit van The Three Degrees de hitlijsten van overal ter wereld binnengeschoten. Het was alweer een Gamble/Huff-compositie, geheel in de stijl van The Sound of Philadelphia. En of het een doorslaggevend jaar was! Mijn verloofde en ik hadden net besloten in het huwelijksbootje te stappen in 1975. De juiste datum lag nog niet vast maar ons besluit stond wel vast!
Van chocomelk heb ik altijd gehouden, vooral in combinatie met krentenbrood (hint!). Maar ook van de Britse bonte bende met de naam 'Hot Chocolate'. In de maand juni 1974 kwam de nieuwste single van de groep op kousenvoeten binnengeslopen in onze BRT Top 30. Producer Mickie Most vroeg aan de frontzanger en componist van 'Emma' meer diepgang in zijn composities te leggen en dus schreef Errol Brown dit lied over de dood van zijn moeder: "Emma, Emmaline!'...
"Uh, uh!", zo begint deze single van alweer een nieuwe groep uit de Philadelphiastal. De muzikale formaties schoten als paddenstoelen uit de grond en de jeugd in juni 1974 danste bijna op niets anders meer dan op deze soulmuziek uit Philadelphia. Zo ook op deze hitsingle van Harold Melvin & The Blue Notes. Niet tevreden? Geld terug!
Deze film bood een springplank aan tal van artiesten uit het vroege rock-'n-roll tijdperk.
Componistenduo Kenny Gamble & Leon Huff.
Frontzanger en songschrijver Errol Brown.
Producer Mickie Most in zijn kantoor bij Rak Records.
The Sound of Philadelphia begon een waar keurmerk te worden.
En het onwaarschijnlijke gebeurde op 1 juni 1974 want op die dag slaagde Ivan Heylen erin met de opvolger van 'De werkmens' uit het niets op nummer 11 binnen te komen in de BRT Top 30. 'De wilde boerndochtere' was een heel leuk lied, gezongen in een Oost-Vlaamse streektaal en mijn toekomstige schoonouders herkenden de sfeer die de populaire zanger opriep. Hij presteerde het zelfs in Nederland op nummer 1 te komen en ik herinner mij een muzikaal TV-programma van de BRT in Blankenberge waar de Vlaamse zanger een prijs in ontvangst mocht nemen geflankeerd door de mannen van Mud, Rubettes en Slade die zich beduusd afvroegen van welke planeet hij kwam. Goeiemorgen, Ivan! En prompt antwoordde hij via Facebook: "Ivan HeylenGoedemorgen Michel. Die trofee was een 'gouden leeuw' en die uitzending was legendarisch, wat in de volgende dagen kwamen aanvragen binnen voor 300 optredens. Ik zou goud geven voor een video van die 'gouden leeuwen'- uitreiking. De vrt heeft... die videobanden gewist.". Bedankt voor de bijkomende info, Ivan. Jammer dat die beelden gewist zijn want mijn verloofde en haar zus zaten toen in het publiek.
Gerechtigheid was geschied want eindelijk kwam de tweede uit het Eurovisiesongfestival 1974 in de maand juni binnen in de BRT Top 30. Mijn favoriet was, zoals eerder geschreven, 'Ik zie een ster' van Mouth & MacNeal maar toen ik deze inzending hoorde veranderde ik van mening. Eigenlijk had de Italiaanse zangeres 10 jaar na 'Non ho l'eta' toen moeten winnen!
Tijd voor een leuk one-hit wonder en tevens novelty song uit juni 1974. Resonance was een Franse studiogroep die met deze instrumentale single op het Barclay-label hoog scoorde, geheel in de stijl van 'The Untouchables' met Elliott Ness in een glansrol en Al Capone die het onderspit delft. "Fasten your seatbelts!"
Een slow waren we van Slade niet gewoon. En toch slaagde de Britse glamrockband erin zich met dit nummer te plaatsen in onze hitlijsten in juni 1974. Maar geen nood, vanaf 30 seconden zet Noddy Holder zijn keel helemaal open, zoals we van hem gewoon waren.
Het was lang geleden dat we nog iets hadden gehoord van Shocking Blue met de ravissante Mariska Veres. In juni 1974 slaagde de Nederlandse band erin met 'This America' een kleinere hit te scoren maar het einde was in zicht want nog datzelfde jaar zou ze de groep verlaten voor een solocarrière.
Dè sensatie uit juni 1974 was dit 10-jarig Schots meisje van Italiaanse komaf dat 'Opportunity Knocks' gewonnen had en nog altijd de jongste zangeres is die ooit optrad in 'Top Of The Pops' op de BBC en die tevens een elpee had die in de Top 10 van de charts genoteerd stond. Met deze cover van een hit van 'Johnny Otis & Marie Adams with The Three Tons of Joy' uit 1957 blies ze elke concurrentie van het podium.
Het vroegrijp kindsterretje was helaas geen lang leven beschoren...
Op 14 mei 2013 schreef ik enkele woorden over de piratenzender Radio Mi Amigo en hoe het pluggen van een plaatje een hit kan maken. De eigenaar van dat schip was een wafelbakker, Sylvain Tack genaamd, die tevens manager was van o.a. Paul Severs en Octopus (met o.m. Paul Michiels). Dat alles speelde zich af begin 1974. De man die technisch en muzikaal gezien aan de wieg stond van deze radiozender (toen illegaal) was de Gentse muzikant en singer/songwriter Eddy De Boeck (24/11/1946-10/12/2011). Hij trok eind 1973 naar de VS en het VK om de nodige know-how op te doen. Ik heb de man vrij goed gekend want hij was getrouwd met de nicht van mijn vrouw. Ik zag hem regelmatig op familiefeesten, ben tweemaal bij hem thuis geweest en hij woonde met zijn vrouw ons trouwfeest bij op 12 april 1975. Helaas sloeg het noodlot in 1974 toe want de B.O.B. (Bijzondere opsporingsbrigade van de Rijkswacht) kwam hem op het spoor en hij bracht enige tijd door in voorarrest. Gelukkig werd hij vrijgesproken maar het kwaad was geschied en een carrière in die muziekwereld mocht hij vergeten. Op Pinksterdag 19 mei 2013 sprak ik met Nadine, zijn weduwe, en kon ik die zwarte bladzijde uit hun geschiedenis nogmaals doornemen, ditmaal uitgelegd van naaldje tot draadje. Eddy stond voornamelijk in voor de administratie en de bevoorrading van het schip. Midden 1974 werd hij door Sylvain Tack, na een dispuut, ontslagen.
Ik zag de man voor het laatst in november 2009 tijdens een familiereünie waar hij nog een gesmaakt optreden ten beste gaf (zie foto linksboven, gemaakt door mijn echtgenote). Ik woonde natuurlijk zijn uitvaart in Lochristi bij in december 2011. Ik zal je nooit vergeten, Eddy!
De allereerste uitzending van de piratenzender:
Het illegaal radioschip.
Het DJ Team van Mi Amigo.
Eddy De Boeck, zoals ik hem leerde kennen tijdens een familiefeest.
Wegens het Pinksterweekend kwam de teletijdmachine even "back to the future" maar vanaf vandaag staat de periode weer ingesteld op mei 1974. Toen verloren Atlantic, Stax en Motown hun alleenheerschappij over de soulmuziek aan 'The Sound of Philadelphia'. Langzaam maar zeker gleed de soul naar discotheekmuziek, iets later afgekort tot disco. Zoals deze uitstekende single van The Trammps.
Ondertussen kwam de tweede single uit de goedverkopende elpee 'Ringo' de BRT Top 30 binnengeschoten. Met behulp van de overige drie Beatles (zij het niet tesamen) nam de voormalige drummer/zanger van de Fab Four een uitstekend album op. En dat is goed te horen op deze song dankzij het kruim van de studiomuzikanten. Ook dit was dansmuziek uit mei 1974.
De oudste rock-'n-rollband ter wereld (zelfs nog een jaartje ouder dan The Rolling Stones) verblijdde menigeen met de nieuwste single die in de maand mei 1974 vanuit het niets op nummer 7 binnenkwam in de BRT Top 30. En dat was nogmaals het bewijs dat onze Noorderburen bijzonder geliefd waren in ons land.
En de laatste nieuwkomer in de BRT Top 30 van mei 1974 kwam van deze Antwerpse jongens die mij met hun jongste single zeer konden bekoren. Telkens zij 'Take it easy' zingen moet ik aan de Eagles denken. Heel volwassen sound voor een Belgische formatie. Helaas bleef de internationale doorbraak uit.
Zeer degelijke single met een internationale sound.
In mei leggen alle vogeltjes een ei en zo deed ook Demis Roussos in mei 1974 want toen kwam zijn nieuwste single binnen in de BRT Top 30. En de verliefde paartjes konden weer slowdansen.
De zoveelste hitsingle op rij voor de Griekse popzanger.
En George Baker liet in mei 1974 een kleine paraquayo vliegen. Niet in de betekenis van een soort papegaai maar waarschijnlijk doelde hij op een kleine indiaan uit Paraguay die hij aanspoort om zijn slavernij te ontvluchten. Hans Bouwens (de echte naam van George Baker) had blijkbaar toch iets met vogels want het jaar nadien liet hij een witte duif vliegen...
Uit mei 1974 komt ook de eendagsvlieg van Pierre Groscolas die met zijn 'Lady Lay' een redelijk grote hit had in ons land. Deze Fransman werd op 29 oktober 1946 geboren in El Amria, Algerije en hij was actief tussen 1971 en 1984.
Een van de mooiste anti-oorlogsongs kwam uit mei 1974 en werd geschreven door Mitch Murray en Peter Callander. Oorspronkelijk waren het 'Bo Donaldson and the Heywoods' die er een nummer 1 mee hadden in de VS en Canada maar het was de groep 'Paper Lace' uit Nottingham die er een hit mee scoorde in Europa. De song gaat niet over de oorlog in Vietnam maar over de Secessieoorlog in de Verenigde Staten.
Ondertussen zijn we in mei 1974 aanbeland. Ik heb lang getwijfeld of ik deze commerciële versie van 'Le moribond' van Jacques Brel zou posten maar deze single over het hoofd zien zou de waarheid geweld aandoen. De Canadese singer/songwriter (ex-lid van The Poppy Family) stond er trouwens wekenlang mee op nummer 1. Ik vind de versies van Will Ferdy en The Fortunes veel mooier. Voor de Engelse tekst zorgde Rod McKuen. De geheimzinnige gitaarintro vind ik wel mooi. Wat zou "le grand Jacques" zelf van deze versie gevonden hebben? Het zal hem alleszins via royalties een aardige stuiver opgeleverd hebben...
In dezelfde maand werd de nieuwste single van Peter Koelewijns ontdekking als nieuwkomer genoteerd in de BRT Top 30 samen met haar achtergrondgroepje. Het was een popplaatje zoals er dertien in een dozijn zitten. En hoeveel eieren zitten er in een dozijn? Dat hangt af van de grootte van het doosje!
Dit was op enkele maanden tijd al de derde hitsingle van de nieuwste sensatie uit Engeland. De groep van Les Gray kwam in mei 1974 opnieuw de BRT Top 30 binnengekropen. Eigenlijk is "binnengekropen" een onderschatting want Mud schoot plots vanuit het niets naar nummer 8 op die bewuste 11 mei 1974.
Het origineel is van B.J. Thomas uit 1969 maar de bekendste versie kwam van Jonathan King in 1971. En het is die versie die aan de basis lag van deze Zweedse versie die in mei 1974 onze hitlijsten stormenderhand veroverde. Met de klemtoon op de indianenkreten "ooga chaka ooga chaka" en het geheel overgoten met een reggaesausje. En het is precies deze versie die Quentin Tarantino koos voor zijn film 'Reservoir Dogs' uit 1992.
In mei 1974 kwam de Belgische inzending voor het Eurovisiesongfestival, geselecteerd door de RTBf, de BRT Top 30 binnen. Het is volgens mij een van de mooiste Franstalige inzendingen. De Luikenaar eindigde dan ook op een mooie en verdiende 9de plaats op 17 deelnemers.
Zeer leuke intro die we allemaal kennen als de 'entree der gladiatoren' geschreven door Julius FučÃk. En dan barst Leo Sayer los, gestoken in het plunje van een Harlekijn. Hij had al enige bekendheid verworven dankzij de vertolkingen van zijn composities door Roger Daltrey. ♫♫♫ I've been so used I've been so abused, I've been a fool I broke all the rules; I've been so used oh and abused; But I won't let the show go; I said I won't let the show oh; Won't let the show go on ♫♫♫... Prachtig, toch?
Opzij, zij die gaan sterven groeten u (Morituri te salutant):
Vandaag post ik de laatste zes songs uit april 1974. Het werd een ware invasie uit Nederland met een kleine minderheid uit Gibraltar en Zweden.
In april 1974 waren de "tsjoeke, tsjoeke, tuut tuut"-geluiden niet uit de lucht want Albert Hammond identiceerde zich met een trein en vanuit Gibraltar reisde hij doorheen heel Europa. Om het met de woorden van Lambik te parafraseren: "Tuut zei de trein en het station vertrok..."!
De Nederlander Jack de Nijs had onder het pseudoniem Jack Jersey enkele grote hits in de seventies. Hier is 'In The Still Of The Night', zijn hit uit april 1974 met een groot 'It's Now Or Never'-gehalte, Elvis achterna. Op het einde van zo'n song heb je altijd de neiging uit volle borst "chachacha" te zingen.
Nick van den Broeke scoorde in april 1974 onder de artiestennaam Nick Mackenzie deze pretentieloze pophit. De Nederlandse zanger werd in Bandung, Indonesië geboren en emigreerde in 1958. Hij werkte onder de vleugels van muziekproducent Jack de Nijs alias Jack Jersey.
De laatste Nederlandse nieuwkomer in de BRT Top 30 van april 1974 was dit duo dat net had deelgenomen aan het Eurovisiesongfestival. Mouth & MacNeal waren toen mijn favorieten maar zij moesten het helaas afleggen tegen een viertal uit het hoge Noorden. ♫♫♫ De pot verwijt de ketel dat ie zwart ziet ♫♫♫...
Ik kan maar niet kiezen tussen de twee versies:
En toen was het zover: Björn & Benny, Agnetha & Frieda hadden het Eurovisiesongfestival gewonnen dankzij een Belgische stad die de ondergang betekende voor Napoleon. Ze zagen er niet uit met hun rare kleren maar ze waren zo slim geweest het acroniem ABBA te kiezen, naar de Zweedse haring en de beginletters van hun voornamen. Het jaar voordien was het hen niet gelukt geselecteerd te worden met 'Ring, Ring', wat ik oneindig mooier vond. Hoe dan ook: zij kwamen op 27 april 1974 van niets op nummer 1 binnen in de BRT Top 30 met het rockende 'Waterloo'.
In april 1974 was het de beurt aan de badeendjes van Ronald & Donald om het mooie weer te maken in de BRT Top 30. Het plaatje verkocht heel goed in de Benelux. In Nederland werd de song omgedoopt tot 'Kwek kwek'. De uitvoerders vormen geen duo maar muziekproducent Eddy Govert schuilt achter dit project. Het plaatje kon zo populair worden doordat Govert ook wel werkte voor Sylvain Tack, eigenaar van piratenzender Mi Amigo en aldaar hevig geplugd. Niet mijn ding maar er was wel een publiek voor dit soort plaatjes.
Dan kon deze single uit april 1974 heel wat meer op mijn sympathie rekenen. De Amerikaanse zangeres/basgitariste, die vanuit Engeland opereerde gestoken in een strak leren pakje, deed menig jongenshart sneller slaan in die dagen. Ze was tenslotte de eerste vrouwelijke rockster. Iets later was ze te bewonderen in de Amerikaanse TV-serie 'Happy Days', naast "The Fonz".
Zoals ik eerder schreef begon 'The Sound of Philadelphia' meer en meer de hitlijsten over de hele wereld te beheersen. Deze meidengroep was het antwoord op The Supremes van Motown, maar zó populair werden de drie zangeressen nooit. Al zullen de jurken met de duizelingwekkende split wel bijgedragen hebben tot hun kortstondig succes. Ook deze single stond genoteerd in onze hitlijsten van april 1974.
De Volendamse Cats lieten in april 1974 een heel ander geluid horen dan de "palingsound" die we van hen gewoon waren. Deze succesvolle single werd in de Verenigde Staten opgenomen en scoorde bijzonder goed in de Benelux en West-Duitsland.
Dit was al de derde hitsingle die uit het album 'Band On The Run' werd gelicht. Want na 'Helen Wheels' (enkel op de Amerikaanse editie maar wel op de cd) en 'Mrs. Vandebilt' vloog deze 'Jet' als een straaljager naar de hoogste regionen van de BRT Top 30 in april 1974. En de bekendste song uit die LP zou pas in de maand juli in onze hitlijsten binnenkomen...
In tegenstelling tot Paul McCartney bestuurde Steve Harley geen jet maar een vliegende schotel en die hoor je goed tijdens de intro van deze zeer leuke single. De LP 'Band On The Run' stak al in mijn platenkast, dus repte ik mij in april 1974 naar de platenwinkel Metrophone in Brussel-Centrum om deze zeer verantwoorde aankoop te doen.
Belgisch platenhoesje.
Nederlands platenhoesje.
Blijkbaar ook een hit in Spanje.
Sylvain Tack van de Suzy Wafels en tevens producer van o.a. Paul Severs en Octopus.
De piratenzender Radio Mi Amigo.
Eddy Govert alias Le Grand Julot met accordeon.
The Three Degrees. Als ze geen jurken aanhadden met splitten waren het diepe halsuitsnijdingen of zoals op deze foto doorschijnende topjes...
(c) Nederland 3 & Z@pp, uitgezonden op zaterdag 4 mei 2013
De relatie tussen oorlog en popmuziek staat centraal. Het programma valt uiteen in twee delen: een documentair gedeelte en een uur waarin bekende popnummers aan bod komen die de oorlog als thema hebben. Muziek is niet weg te denken uit de oorlog. Muziek kan een manier zijn om verstrooiing te vinden, te verwerken en te herdenken. Zij kan gebruikt worden als propaganda of protest. Muziekkenner Leo Blokhuis neemt ons mee op een zoektocht naar de verbanden tussen popmuziek en oorlog en leidt de kijker langs verschillende grote oorlogen en conflicten. Presentatie: Leo Blokhuis. Prachtige documentaire van 2 uur die beslist de moeite waard is!
Terug naar maart 1974 want toen maakte deze "hijgplaat" zijn intrede in de BRT Top 30. Barry White was oorspronkelijk een platenproducer, liedjeschrijver en arrangeur (o.a. 'Harlem Shuffle' van Bob & Earl) en hij was tevens de ontdekker van... het meidentrio Love Unlimited. Sinds eind 1973 vond hij als orkestleider van het Love Unlimited Orchestra ('Love's Theme') ook zijn weg naar het platenkopend publiek. Hier is 'Never, Never Gonna Give Ya Up' van The Walrus of Love.
In de maand maart 1974 stond Will Tura alweer in de BRT Top 30 met een van zijn betere liedjes. De tekst ging over een hoogmoedig en fier man die zijn fouten en tekortkomingen niet kan toegeven. Blijkbaar herkenden velen zich daarin want het plaatje verkocht heel goed. Het zal ze leren...
In de VS zou dit de grootste hit van de broertjes Vegas worden want 'We Were All Wounded At Wounded Knee' werd daar geboycot terwijl dat net hun bekendste succes in de Benelux was. De Amerikanen wilden liever niet geconfronteerd worden met die donkere bladzijde uit hun geschiedenis. Als het maar om de liefde ging en dus kwam deze single ook in onze hitparade terecht in maart 1974.
Vrolijke meezinger uit maart 1974. De zingende ex-drummer van de Fab Four had met de hulp van John, Paul en George een hele LP volgezongen en -gedrumd. Maar niet tegelijk want het water was nog veel te diep tussen Lennon en McCartney. 'You're Sixteen' is natuurlijk een cover van Johnny Burnette zijn hit uit 1959/1960 en het origineel stond al te prijken op de soundtrack van 'American Graffiti' (1973). Vandaar wellicht deze keuze. Nicky Hopkins speelt piano; Klaus Voormann bas; Paul McCartney kazoo en Nilsson zorgt samen met Linda McCartney voor de backing vocals.
Maar de single waarop menig verliefd paartje in maart 1974 (èn de daaropvolgende maanden) slowde was deze nieuwe single van "The hardest working man in showbusiness", geheel in de stijl van zijn wereldhit uit de jaren '60: 'It's A Man's Man's Man's World'. Vanaf de intro (een drumroll om U tegen te zeggen) wist je dat deze plakker er zat aan te komen en dan was het zaak om je geliefde zo snel mogelijk naar de dansvloer te begeleiden en die ene tegel uit te kiezen waarop je bijna 6 minuten lang zou slowen...
Een van de eerste persingen van het singletje toen de titel nog ietwat anders werd geschreven...
The Walrus of Love had zijn bijnaam niet gestolen...
Maart 1974 stond ondertussen te lezen op mijn scheurkalender. Terwijl hun vorige single 'Dyna-Mite' nog altijd genoteerd stond in de BRT Top 30 kwam de opvolger hem al gezelschap houden. Mud vertaalde exact wat de jeugd van toen graag deed: dansen en plezier maken. Bij 'Tiger Feet' moet ik altijd terugdenken aan mijn lief en trouw huisdier: een halfwilde tijgerkat uit de duinen (zie foto linksboven).
Een van de mooiste Vlaamse countrysongs kwam van Luk Bral in maart 1974. Ik herinner mij dat hij samen met Luc Appermont in 1972 afstudeerde aan de Studio Herman Teirlinck. Hij begon bij de BRT als assistent-producer van het TV-programma 'Binnen en Buiten' en kreeg in 1974 een platencontract bij producer Jack de Nijs, beter bekend als Jack Jersey. In 1981 probeerde Bral het in het Engels, zonder succes en vertrok naar Parijs en Londen waar hij aan de kost kwam als straatzanger en kunstschilder. Hij leeft nu teruggetrokken in Henegouwen, nabij de Franse grens.
Groot was mijn vreugde toen ik hoorde dat een ster uit de jaren '60 ging samenwerken met een ster uit de jaren '70. Bowie speelde gitaar en sax op deze single en zong backing vocals als ondersteuning voor de Schotse Lulu. Mick Ronson's gitaar herken je ook meteen en op drums ging Aynsley Dunbar geweldig tekeer. Deze prachtige compositie van Bowie werd in 1993 nog eens gecoverd door Nirvana. Glamrock op z'n best uit maart 1974.
David Bowie kwam in dezelfde maand maart 1974 met zijn nieuwe single de BRT Top 30 binnen. Zijn uiterlijk was sinds 'Pin Ups' lichtjes gewijzigd. Hij trad nu op in een knalrode broek met hoge rijglaarzen en het ooglapje van een piraat. Jammer dat juffrouw Frieda dit deuntje gebruikt voor haar klas op TV, want dat is van het goede teveel (VRT TV-programma "De klas van Frieda").
Geweldige documentaire over de carrière van David Bowie op de BBC:
Vanaf de eerste gitaaraanslag herken je meteen de sound van The Hollies. Als geen andere band wisten deze Britten de geweldige compositie van Albert Hammond en Mike Hazlewood eer aan te doen. In maart 1974 en de maanden daarop was deze song dan ook onze geliefkoosde slow en een plakker van jewelste in Jeugdclub De Reinaert of Jeugdhuis De Alleman!
Luk Bral op de Gentse Feesten in 2008.
Het nieuwe imago van Bowie vond veel bijval bij de toenmalige jeugd maar ook bij collega's zoals Marc Bolan.
Februari 1974 was ook de periode waarin ik een prijsvraag van de BRT-radio Omroep Antwerpen correct had beantwoord en als beloning belde onze postbode enkele dagen later aan want de elpee 'Focus Live At The Rainbow', die ik gewonnen had, geraakte niet in de brievenbus. Het is ook de periode waarin Eric Clapton met veel lof sprak over meestergitarist Jan Akkerman. Het liveconcert vond plaats in het "Rainbow Theatre" in Londen op 5 mei 1973 en het deed bij mij herinneringen opborrelen van het optreden van Focus in Vorst-Nationaal in 1971, toen ik de Nederlanders in het voorprogramma zag van Ten Years After. Dat waren nog eens wonderlijke tijden!
De Britse glamrockband Sweet wist zich in februari 1974 weer in de BRT Top 30 te wurmen met de allernieuwste single. Volgens de Britten hing er een revolutie in de lucht. Hopelijk was het alleen maar een geweldloze, muzikale omwenteling van de toenmalige tieners.
De Engelsman Barry Blue had de jeugd in 1973 al aangespoord om te dansen op een zaterdagavond en in februari 1974 stelde hij via zijn nieuwe single de vraag of wij zin hadden om te dansen. Na zijn twee hitsingles bleef het aan deze zijde van het Kanaal heel stil rond hem al bleef hij actief als songschrijver, o.a. voor Brotherhood of Man, Toto Coelo, Five Star en Dina Carroll.
In 1952 schreef Hank Williams 'Jambalaya (On The Bayou)', een Cajunsong waarvan de titel verwijst naar een lokaal gerecht met veel vis en garnalen. De coverversies zijn werkelijk ontelbaar want de song groeide uit tot een ware classic. Hier is de versie van broer en zus Carpenter die in februari 1974 in de BRT Top 30 genoteerd stond.
The Rolling Stones scoorden in februari 1974 met deze single waarvan ze de titel moesten veranderen op vraag van Ahmet Ertegün, de grote baas bij 'Atlantic Records' die de platen van 'Rolling Stones Records' in de VS verdeelde. De song stond ook al op de elpee 'Goats Head Soup' uit augustus 1973 en de intro maar ook het overige gitaarwerk herinnert heel sterk aan Chuck Berry, het idool van Keith Richards. Laat je niet misleiden door onderstaande cartoon want de bandleden waren toen: Mick Jagger, Keith Richards, Mick Taylor, Charlie Watts en Bill Wyman. Ian Stewart speelde piano en Ronnie Wood kwam er pas in 1975 bij.
Maar de song die mij het meest is bijgebleven uit februari 1974 is deze wereldhit van de countryzanger Charlie Rich, de man met het zilvergrijze haar en de geweldige bakkebaarden. En het mooiste meisje had ik in september 1971 al leren kennen. Langzaam maar zeker werden er al trouwplannen gesmeed...
Deze elpee heb ik in februari 1974 gewonnen met een radiospelletje.
De elpee 'Goat Heads Soup' uit augustus 1973 bevatte niet alleen 'Angie' maar ook 'Star Star'.
Lang geleden dat er nog een carnavalskraker in de hitlijsten stond. Die kwam in februari 1974 van de Nederlandse band Jackpot. De clip is door YouTube overal geblokkeerd zodat ik deze versie van Bonnie St. Claire & Unit Gloria post. En was iedereen tevreden? Ik alleszins wel. De nieuwe job als hypothecair kredietonderzoeker bij een spaarbank viel heel goed mee en ik kreeg een opleiding van 3 maanden in Leuven. Het openbaar vervoer viel daarentegen niet goed mee. Er waren twee mogelijkheden: naar Brussel centrum met de tram en daar de trein nemen naar Leuven-Centraal of een kwartier te voet en dan de tram naar Tervuren en daar de bus van de buurtspoorwegen naar Leuven nemen. Het kwam ongeveer op hetzelfde neer. Feit is dat ik 's ochtends vertrok om 7 uur en dat ik in Leuven op het werk was om 9 uur want van Leuven-Centraal moest ik nog 20 minuten flink doorstappen om de hoofdzetel te bereiken. 's Avonds was ik dan omstreeks 19 uur thuis. Het waren lange dagen. Maar als je aan de toekomst werkt moet je er veel voor over hebben...
Februari 1974 was onze Noorderburen blijkbaar goed gestemd want The Walkers presteerden het genoteerd te worden in de BRT Top 30 met deze cover van de welbekende compositie van Don Gibson uit 1958. En wie goed luistert merkt meteen dat ze de mosterd haalden bij de Blue Ridge Rangers. De zanger doet er alles aan om de stem van John Fogerty zo goed mogelijk te imiteren.
Billy Paul bleek geen eendagsvlieg te zijn want na een scheve schaats gereden te hebben met Mrs. Jones bedankte de Amerikaanse soulzanger een nobele onbekende om zijn leven gered te hebben. De compositie kwam van Gamble & Huff, geschreven in pure Philadelphiastijl en er zouden nog meer hits uit die stal volgen.
Verrassing alom toen deze single van The King of Rock 'n Roll uit 1957 de BRT Top 30 binnenstormde op 23 februari 1974! Deze song is mijn absolute favoriet van Elvis Presley. De Duitse groep Spider Murphy Gang vond in deze Leiber/Stoller-compositie inspiratie voor de bandnaam en 'Crash, Boom, Bang' inspireerde dan weer Roxette voor een songtitel. Maar de grappigste zinsnede vind ik "and he said nix nix". Zou de Nederlander Dries van Kuijk (alias Colonel Tom Parker, zijn manager) die woorden ingefluisterd hebben? Want nu lijkt het of hij "niks, niks" zingt... Wat er ook van zij: na 17 jaar was de heruitgave van deze single goed voor een terechte Top-10 hit in ons land!
Om onverklaarbare redenen geblokkeerd door YouTube in ons land!
Een onwaarschijnlijke Top-10 hit in februari 1974.
Linksboven een foto van mij met mijn verloofde uit oktober 1973. Ondertussen zijn we al meer dan 38 jaar gelukkig getrouwd. In die maand liet ik mijn bakkebaarden en snor groeien, zoals dat toen de mode was. De legeroversten hadden ons tijdens onze laatste maand legerdienst in West-Duitsland opgedragen niet meer naar de kapper te gaan en af te zwaaien in burger want de lokale bevolking mocht niet weten dat wij soldaat waren geweest.
In 1973 schreef de Australiër Kevin Johnson deze droevige autobiografische song over zijn onsuccesvolle carrière. De muziek veranderde zo snel dat ze hem altijd een stapje voor was. In zijn thuisland bereikte hij toch de vierde plaats maar in de Benelux scoorden The Cats uit Volendam met zijn mooie compositie vanaf de maand februari 1974.
In de VS was het Terry Jacks die de song coverde, maar gerechtigheid geschiedde want het origineel scoorde alsnog in het VK in 1975:
En niet alleen het gezicht van de muziek veranderde want sinds november 1973 liet ik mijn baard groeien en na 3 maanden solliciteren had ik eindelijk een job te pakken. Uit Engeland kwam de nieuwste sensatie genaamd Mud met achter de groep het alomtegenwoordige schrijvers- en producersduo Chinn & Chapman op het platenlabel RAK Records. Leadzanger Les Gray was een hevige fan van Elvis Presley en de band combineerde dan ook glamrock met rock-'n-roll uit de fifties. Dit was die nieuwkomer uit februari 1974.
Maar de ex-leadzanger van de Nederlandse Outsiders liet zich niet onbetuigd in februari 1974 want toen kwam hij als een raket binnengeschoten in de BRT Top 30 met zijn nieuwste solosingle 'Miss Wonderful'. De laatste jaren van zijn leven ging het bergaf en zag hij zich genoodzaakt kleine bedragen te lenen van zijn buren, meestal om een biertje te kunnen kopen. Zij verwachtten geen terugbetaling, raakten dit stilaan gewoon en spraken dan ook van de Wally-taks.
Paul McCartney zocht heil bij een "Mrs." en niet bij een "Miss" om een nieuwe hit te scoren in februari 1974. De song stond ook op de LP 'Band On The Run' van december 1973. De "ho hey ho"-kreetjes doen mij altijd denken aan de 7 dwergen die 's avonds huiswaarts keren na een vermoeiende werkdag in de mijn. Howie Casey zorgde voor de saxofoonsolo. Deze single werd enkel in continentaal Europa en Australië uitgebracht en dus niet in het Verenigd Koninkrijk of in de Verenigde Staten. ♫♫♫ Down in the jungle living in a tent, you don't use money you don't pay rent ♫♫♫...
Dan Lacksman in zijn studio zittend aan de knoppen met links op de foto een aandachtige Toots Thielemans.
Zelfs Paul McCartney liet zijn bakkebaarden en snor groeien...
Bernard William Jewry was in de jaren '60 roadie van de groep Shane Fenton & The Fentones. Toen Fenton overleed aan een reumatische aandoening werd Jewry gevraagd in de huid te kruipen van Shane Fenton. En aangezien hij ook acteur was, was dat een koud kunstje. Na de split van de band bleef hij 10 jaar uit de spotlights om in 1973 een nieuw alter ego aan te nemen en Alvin Stardust was geboren. Hij sprong op de glamrock-trein en zag eruit als een kruising tussen Gene Vincent en Vince Taylor. Pittig detail: zijn eerste vrouw was de zus van Rory Storm (Ringo drumde bij The Hurricanes). Iris Caldwell was het liefje geweest van zowel George Harrison als van Paul McCartney! Hier is zijn hit uit januari 1974: 'My Coo Ca Choo' (in het Gents: "main koeketiene", wat een verbastering is van het Franse "ma concubine", mijn bijzit...).
Astrid Nijgh was ooit getrouwd met Lennaert Nijgh en zelfs na hun scheiding bleven ze samen nummers schrijven, vooral voor Rob de Nijs. Deze single was in januari 1974 controversieel vanwege de expliciete verwijzingen naar prostitutie. Het werd niettemin haar grootste hit.
In december 1973 vond de première plaats van een nieuwe spaghettiwestern met een knipoog geregisseerd door Tonino Valerii en voor sommige scènes door Sergio Leone. Terrence Hill kroop in de huid van 'Nobody' en Jack Beauregard werd gespeeld door Henry Fonda, die hem van stevig weerwerk voorzag. Ik ging de film dan ook in het voorjaar van 1974 bekijken en het thema kocht ik meteen op single, al is die nooit in de hitparade terechtgekomen.
De jongeren zullen in hem een dubbelganger zien van 'Wolverine'.
In januari 1974 stond nog veel muziek uit 1973 genoteerd in de BRT Top 30. Sinds eind jaren '60/begin jaren '70 werd er veel geëxperimenteerd met de Moog Synthesizer. Zoals in dit instrumentaal wijsje (gecomponeerd door de Zwitser Werner Thomas) en gebracht door een groep waar onze landgenoot Bobby Setter achter zat. Wisten wij toen veel dat deze tune de basis zou vormen voor een wereldhit in 1980: 'De vogeltjesdans', oorspronkelijk een b-kantje van de Nederlandse accordeongroep De Electronica's. De covers zijn ontelbaar: 'La danse des canards', 'Chicken Dance', 'Dance Little Bird', 'The Birdies Song', 'Der Ententanz', e.v.a.
De nieuwste single van de Britse popgroep The New Seekers kwam ook even piepen in onze hitlijsten van januari 1974. Het aanstekelijk geluid van de saxofoon zal daar wel voor iets tussen gezeten hebben of waren het de stemmen van de twee zangeressen die het 'm deden? Net zoals bij ABBA was er een blonde en een donkerharige...
Zoals ik eind 1973 al vertelde kreeg "The Sound Of Philadelphia" steeds meer greep op de hitparades en labels als Motown of STAX kregen af te rekenen met een geduchte concurrent. Al moet er bij gezegd worden dat de drie zangeressen niet alleen hun stembanden in de strijd gooiden... 'Dirty Ol' Man' van The Three Degrees kwam dan ook in januari 1974 onze hitparades binnengestoven, recht naar de top!
In januari 1974 spitste ik mijn oren in Jeugdclub De Reinaert of tijdens de BRT Top 30 toen dit opus van 7 minuten meer en meer airplay kreeg. De zanger van deze nieuwe Britse groep heette Steve Harley en de compositie deed mij denken aan het 'Concierto de Aranjuez' van de Spaanse componist Joaquin Rodrigo. Was dit glamrock, artrock of was het bijna opera?
Maar de allermooiste melodie uit januari 1974 vond ik deze zwanenzang van Stealers Wheel. De schoolvrienden van weleer, Joe Egan en Gerry Rafferty, waren meer en meer uit elkaar gegroeid en hun ego's botsten bij tijd en wijlen zodat de formatie uiteindelijk splitte in 1975. Toch kreeg deze single van mij een staande ovatie.
Bobby Setter (links) is de boezemvriend van Fats Domino.