TEKEN EN SCHILDERTECHNIEKEN EERSTE DEEL VANAF 14/10/06
06-07-2006
ART . NR . 34 . a , - FIG . 45 . - STUDIE VAN SCHULTZ - DAL .
Art . Nr . 34 . a ,
Fig . 45 .
Studie van SCHULTZ - DAL .
05-07-2006
ART . NR . 34 . - PRAKTIJK .
Art . Nr . 34 .
PRAKTIJK
Voorwoord
Als een arbeider zijn werk begint overtuigt hij zich eerst , of niets aan zijn gereedschap ontbreekt . Zo zullen wij een overzicht geven van de kennis , die je met ons al opgedaan heeft , een herhaling van de belangrijkste begrippen , die je thans als richtsnoer zullen dienen . Wij gaven je een groot aantal inlichtingen over de afmetingen van het menselijk lichaam , waarvan het geheel het zogenaamde " canon " vormt . ( les " Schetsen van personen ) . Het is niet onnodig je daar naar te verwijzen integendeel . Door de huidige les heeft je voldoende anatomische kennis op kunnen doen , om de opbouw van het beenderengestel , dat ons hier interesseert , de spieren , waardoor de bewegingen uitgevoerd worden en het wisselende uiterlijk dat het lichaam biedt , te kunnen beheersen . Je bent vaak , genoeg gewaarschuwd voor de klippen , die door verkortingen onstaan ; die slechts de onvoorbereide tekenaar hinderen . Al gauw zult je niets meer ontdekken en zult je tot de daad over kunnen gaan : de naakte mens in zijn geheel te tekenen . " Dit werk wordt sinds eeuwen academisch tekenen genoemd , of gewoon " naakt " . Men spreekt over een vrouwelijk of een mannelijk " naakt " . Het lijkt ons verstandig je aan te raden , eerst met de verschillende onderdelen te beginnen , deze in je op te nemen en te bewerken , voordat je het naakt in zijn geheel gaat bestuderen . Daarna gaat je talrijke schetsen maken van het naakt in zijn geheel . Dit alles zullen wij uitvoerig bespreken en duidelijk uitleggen . Het ligt voor de hand , dat wij je inlichten hoe je te werk moet gaan en een soort werkplan moet toepassen , waarvan wij de diverse delen eerst zullen opnoemen en verklaren .
De indeling van het vlak
Om te beginnen zullen wij je eerst geruststellen . Noch de weergave van het model in zijn geheel noch die van een gedeelde ervan zal voor u bijzondere moeilijkheden opleveren . Je heeft in de les " Oefening van hand en oog " , bij de behandeling van de ingewikkelde vormen geleerd , de hoofdlijnen en volumes te onderscheiden , je moet eerst zorgvuldig uw model observeren - dan opbouwen - het geraamte in elkaar zetten - de loodrechte lijnen vaststellen . Hiervoor geldt hetzelfde , als wat je b.v. in het uitvoerige betoog over de koffiekan in de voornoemde les heeft geleerd ; wij raden je dringend aan , dit nog eens over te lezen en daarbij de overeenkomstige figuren te onderzoeken . Zou er dan geen verschil zijn ? Ja , natuurlijk ! en de les " Schetsen van personen " heeft het je al geleerd . De koffiekan is als model straks en stijf en haar vorm is eens en voor altijd bepaald . Het menselijk lichaam daarentegen is beweeglijk , zijn vormen en houdingen zijn in het oneindige te varieren . Bovendien zijn de verschillende delen van het lichaam aan elkaar gehecht , met elkaar verbonden . De tekening moet de speling van deze verbondenheid weergeven . Tenslotte bestaan er tussen de verschillende delen zoveel overeenkomstigheden , die wij goed kennen en die door onze ogen opgenomen zijn , dat de minste vergissing ons niet ontgaan zou . Een boom , een huis , een voertuig , alles wordt op dezelfde manier geplaatst en de methode blijft altijd dezelfde . Als de weergave maar heel weinig van het model afwijkt zal het niet opvallen . Dat geld niet voor de weergave van het menselijk lichaam . Laten wij het zo uitdrukken : het werk blijft hetzelfde , maar het eist een veel scherper waarnemingsvermogen , een gevoeliger oog . Zowel voor een geheel als voor een detail gaat de plaatsing van de simpele min of meer geometrische vorm uit . Het is je bekend dat deze geometrie alleen maar als uitgangspunt , als middel dient om het werk op te bouwen , zoals een looplank die na gebruik weer weggetrokken wordt . En toch blijft er tot het einde toe iets in de zin van de eenvoud bestaan , de gewilde in het oog lopende eenvoud van de vormen . Daarvoor voelt en ziet men dat de kunstenaar het wezenlijke van de vormen begrepen heeft , en dat verleent zijn werk , hoe bescheiden het ook zijn mag , de waardering dat het een kunstzinnig karakter draagt .
De Construtie
Hier ligt de zaak anders en wij zijn van mening , dat zich voor u een heel nieuw begrip voordoet , dat onafscheidelijk verbonden is met wat men onder het figuurtekenen van een mens of een dier verstaat . Toch was het begrip constructie je niet onbekend . Het werd in het voornoemde voorbeeld van de koffiekan gebruikt . Maar toen ging het alleen om de plaatssing te construeren , niet het voorwerp zelf . Het verschil mag je heel miniem lijken , maar het zal je direkt duidelijk worden . Een koffiekan is een gewoon hol voorwerp . Hij heeft geen inhoud , of beter gezegd geen inwendige organen . Als je wilt : hij is leeg . Het menselijk lichaam daarentegen is geenszins eenvoudig , dat weet je . Integendeel het is uitermate gecompliceerd . Het is niet hol maar gevuld . Het is samengesteld uit een geraamte , dat door verschillende weefsels is omgeven en geheel met de huid is bedekt . Heel het innerlijk van het lichaam kunnen wij niet zien . Het wordt voor ons verborgen door zijn " uiterlijk " , dat echter zijn vorm krijgt door het " innerlijk " . Wij herhalen onze raad : " weten wat er onder zit " . Dit wetend , kunt je het aan anderen verstaanbaar , voelbaar maken . Je begint ons al te begrijpen : wat niet leeft , behoeft niet met behulp van een constructie getekend te worden , in ieder geval niet in die zin , waarin wij dit woord hier gebruiken ; behalve vaak een machiene , juist omdat men die in bepaalde opzichten met een levend wezen kan vergelijken . Ook daarbij kunnen wij van een opbouw , een soort geraamte spreken , omdat hij ook voorzien is van beweegbare onderdelen met bepaalde functies . Laten wij nog eens herhalen , dat ons lichaam een ongeévenaarde machine is , en dat degene die het wil tekenen , goed moet begrijpen , wat er in verborgen zit ; het beenderengestel , het spierenweefsel en de onderlinge afhankelijkheid van de verschillende delen . Dat is de oorzaak , waarom de contructie de hoofdzaak vormt van de tekening of veeleer de tekening zelf voorstelt . Samenvatting : wat is dus het verschil tussen de plaatsing en de constructie ? De eerste betreft vooral de proporties van het geheel en van de diverse voornaamste delen ervan die men hun nauwkeurige plaatsing moet aangeven ; De tweede heeft tot taak , het innerlijk te onthullen , het verborgene aan te geven en de opgesloten delen , die - tenminsten gedeeltelijk - de oppervlakte raken en de vormen aangeven , op de schets te doen herleven ( fig . 41 ) . Een voorbeeld : de hand . De hand is de toetssteen van de schilder en wij zullen haar in de volgende les uitvoerig behandelen . Zij bestaat grotendeels uit een beendergestel , waarvan bijna alle bestanddelen zichtbaar zijn . Het is onmogelijk haar zonder het opmaken van een plan te tekenen . Heeft je de zuivere constructie bepaald , dan kunt je met een gerust hart verder gaan .
Werkplan
Wij raden je aan , je bij het uitvoeren van uw werk aan de door ons logisch gerangschikte volgorde te houden . Wij zullen eerst zeer eenvoudige , bijna schematische tekeningen van detail maken , en dan meer en meer op ditzelfde studieonderwerp ingaan om door oefening van oog en hand in de nieuwe materie te groeien en zodoende analytische kennis van het menselijk lichaam te krijgen . Dan zullen wij tot het schetsen van verbonden , details overgaan . De schets is , zoals wij vaak hebben herhaald , een samenvatting tot een geheel . Het is dus normaal dat er een analyse aan vooraf gaat . Daarna pas beginnen wij met het naakt in zijn geheel . Om de moeilijkheden van deze les stap voor stap te overwinnen , geven wij je eerst aan , hoe je een volledig naakt moet tekenen met behulp van een reproductie van het menselijk lichaam , dat wil dus zeggen met een beeldhouwwerk als voorbeeld . Wij hebben voor dit doel de beroemde anatomische figuur van HOUDON gekozen en zullen je later de reden voor de keuze opgeven . Zonder twijfel zult je dan echt voorbereid zijn om je aan de weergave van het volledig naakt naar levend model te kunnen wagen ; het einddoel van deze les .
02-07-2006
ART . NR . 34 . - FIG . 40 . - DE OPZET VAN EEN NAAKT . - DE CONSTRUCTIE .
Art . Nr . 34 .
Fig . 40 .
De opzet van het naakt .
I . De constructie .
FIG . 40 . - I I . HET BEPALEN VAN DE CONTOUR .
Fig . 40 .
II . Het bepalen van de contour .
FIG . 40 . - I I I . DE GROTE SCHADUWPARTIJEN .
Fig . 40 .
De opzet van het naakt .
III - De grote schaduwpartijen .
FIG . 40 . - DE OPZET VAN HET NAAKT . - I V . - DE AFWERKING .
Fig . 40 .
IV . De afwerking .
ART . NR . 34 . - FIG . 41 . - PRAKTIJK - CONSTRUCTIEVE OPBOUW
Art . Nr . 34 .
Fig . 41 .
Ziehier een voorbeeld van wat wij " constructieve opbouw " noemen . Hoe eenvoudig ook gedaan , laat deze tekening duidelijk zien " wat er onder zit " .
01-07-2006
ART . NR . 33 . a , - DE VERKORTING
Art . Nr . 33 . a ,
DE VERKORTING
Tekenen is vooral kennis van vorm . Maar de vorm kunnen begrijpen als zij moeilijk te herkennen is , of beter gezegd : haar duidelijk eenvoudige en nauwkeurig weergeven om haar zodoende voor iedereen begrijpelijk te maken , is zeker één van de grootste moeilijkheden van het tekenen . Wanneer is de vorm moeilijk te begrijpen ? ... Als zij zich zo aan het oog voordoet , dat de normale verhoudingen van haar afmetingen min of meer ontwricht lijken . Dit is het geval bij de verkorting , die wij overigens al herhaaldelijk in de voorafgaande lessen hebben besproken . De weergave van de verkorting laat geen onvolmaaktheid , geen " ongeveer " toe . Hij moet duidelijk uitkomen , zoals men gewoon zegt : " Het moet er zijn ! " . Het oog moet van het begin af herkennen , dat b.v. dit stompje een arm is vanuit een bepaalde hoek gezien of beter nog het idee van een stomp mag hier niet eens bij ons opkomen ; dadelijk zonder dat men erbij hoeft te denken moet men zien , dat het een arm is . Kort gezegd : de aanschouwer moet het weergegeven object ( menselijk lichaam of een gedeelte ervan ) kunnen begrijpen , hoewel het op een eigenaardige manier getekend is en een vorm heeft die totaal van zijn normale uiterlijk of van zijn gebruikelijke voorkomen kan afwijken . En als men je vraagt of je het zichzelf afvraagt : Wat moet dat voorstellen , dan is de verkorting mislukt , dan is het doel niet bereikt . Het is volstrekt noodzakelijk deze moeilijkheden in de weergave van de verkorting te overwinnen en wel onmiddelijk . Om dit te bereiken , moet je de vorm eerst naukeurig kennen . Wij moeten hem dus samen ondezoeken , er de oorsprong en reden van zoeken , in één woord , hem ontleden . Men heeft de neiging , wat trouwens logisch is , om elke vorm zo helder en volledig mogelijk weer te geven . De verkregen " afbeelding " komt in het algemeen overeen met de " maximum uitwerking " van het voorwerp , en in het bijzonder die van de twee voornaamste afmetingen : de lengte en de breedte . Het kind nu ( als men volwassenen leert tekenen moet men altijd weer op het kind terugkomen , omdat wat het gezichtsvermogen betreft , zij slechts kinderen zijn en men bij hen overheersende trekken van het kindelijk gezichtsvermogen terugvindt ) het kind dus , geeft de dingen niet weer zoals het ze ziet , maar zoals het weet dat ze zijn . Feitelijk ziet het kind de dingen niet , als men onder zien de begrijpende opname van het netvliesbeeld verstaat . Deze reactie , dit psychische natuurwonder voltrekt zich langzamerhand onder de samenwerkende invloed van ervaring en opvoeding . Laten we terloops letten op de ( bijna identieke ) overeenstemming tussen de tekeningen van een kind en die van de primitieven . Dan zullen wij bijvoorbeeld vaststellen , dat in de Egyptische kunst ( welke overigens maar betrekkelijk primitief is ) bij een profielaanzicht het oog niet is weergegeven , zoals het van de zijkant gezien wordt , dus als het ware afgesneden van zijn onzichtbare helft . Bekijk dit encreux - relief ( fig . 32 ) met het hoofd in zijaanzicht , terwijl het oog in vooraanzicht is weergegeven . De schouders en de romp zijn ook van voren gezien , de benen en voeten echter van terzijde . Natuurlijk heeft de kunstenaar zijn model niet zo kunnen zien : dit is een schematische en abstract grafische voorstelling . Hij heeft voor iedere bijzonderheid de meest volledige voorstelling gekozen en - dat is ook wel waar - die , welke het gemakkelijkst te tekenen was . Tegenwoordig zou een kind van een jaar of tien , dat niets van de Egyptische kunst afweet , niet anders handelen . Waarom , omdat de kinderen en de primitieven bewust of onbewust de perspectief niet kennen . Wat is nu eigenlijk een verkorting . Het is het perspectivisch aanzicht van een vorm die over het algemeen niet geometrisch , maar veeleer menselijk ( of dierlijk ) is , of van een gedeelte hiervan . Zonder verkorting , zonder perspectief kan men slechts een " algeheel overzicht " weergeven , waar de hoofdafmetingen , vooral de lengte , in hun normale verhoudingen afgebeeld zijn . Dit is het , wat vanzelfsprekend het uiterlijk van de buitenwereld uitermate beperkt en in het bijzonder dat van levende wezens en hun bewegingen . Zelf een lezer , die op het gebied van de meetkunde onkundig is , zal onmiddelijk begrijpen , dat bij de verkorting van de drie afmetingen , die noodzakelijkerwijs een voorwerp in de ruimte bepalen , er één opgeofferd moet worden , dat wil zeggen : verminderd en niet in zijn werkelijke grootte weergegeven wordt . Deze nieuw verschijnende grootte , die de werkelijkheid vervangt , geeft gewoonlijk in onze ogen de lengte aan . Hij ondergaat de verkorting . Hier komen wij bij de hoofdzaak die ons de sleutel van het vraagstuk levert . Wij hebben gezegd : Een afmeting is verminderd , verkleind , verkort , maar alleen deze ene : noodzakelijkerwijs blijven de twee anderen in dezelfde verhoudingen tot elkaar . Hier vinden wij dus een onverwachte , als je wilt stotende , wanverhouding tussen afmetingen , waaraan ons oog en onze geest al van het begin of aan gewend zijn . Laten wij deze belangrijke uiteenzetting samenvatten met de volgende woorden : Bij een vorm in de verkorting gezien onstaan nieuwe verhoudingen , die met onze gewoonten en met onze visuele ervaring in botsing komen en die geeerbiedigd moeten worden , hoe verrassend zij ons ook op het eerste gezicht mogen lijken . Met nog meer nadruk wijzen wij er op dat , als de lengte door een aanzienlijke verkorting verminderd en soms tot nul gereduceerd wordt , de breedte , de dikte onveranderd blijven en altijd hun relatief normale afmetingen houden . Is dat nu alles ? Neen ! Het stipte nagaan van deze ongewone , nieuwe verhoudingen geeft slechts een omtrek of zelf - en dat wel eerder - alleen een fundering . Een gelijkmatige lijn , die deze omtrek bepalen zou , zou alleen maar een onleesbare lijntekening vormen , waarop de tevoren genoemde verwarring in de onderlinge verhoudingen zou verhinderen dat wat bekend is te onderscheiden . Men zou kunnen zeggen aan een vreemde massa , een zonderlinge vorm die niets voorstelt . Bij gebrek aan toonwaarden en relief - die nooit onmisbaar zijn - ligt een intelligente lijn voor de hand . Intelligent komt van het Latijnse woord intelligere en wil zeggen : begrijpen . De intelligente mens is dus hij die begrijpt . Een intelligente lijn is een begrijpende lijn , die de perspectief van de verkorting begrijpelijk , verstaanbaar maakt en de oversnijding verklaart .
Oversnijdingen
Wat noemt men in de schilderstaal een oversnijding ? Schematisch gezien komt het hierop neer : het is een lijn die op een bepaalde lengte de omtrek volgt , en deze begrenzende lijn verlaat om in de vorm zelf te dringen ( fig . 38 ) . Dit ineenschuiven herinnerd ons aan het in elkaar zetten van een lemmet ( mes ) , in een heft ( handvat ) , het monteren ervan dus . Dit in elkaar schuiven is bij een normaal ontwikkelde vorm haast niet te zien , maar het is onmisbaar bij het aanduiden en uitdrukken van een verkorting . In dit geval lijkt het inderdaad alsof b.v. de delen en reliefs van een arm of van een been in elkaar doordringen , over elkaar schuiven , als het ware in elkaar overgaan . Ook hier is wat wij vanaf het begin van deze cursus constructie genoemd hebben hoogst noodzakelijk , want zij zal ons in staat stellen een verkorting juist en onberispelijk weer te geven . Wij zullen overigens later op deze " contructie " terugkomen en er enkele verklaringen , die voor onze huidige studie belangrijk zijn , aan toevoegen . Nog één enkel woord , om te eindigen en ons op het terrein van de waarneming en uitbeelding terug te brengen . Door een enkele lijn kunnen wij de vorm weergeven . Wij hebben zojuist beweerd , dat de waarden en het relief niet onontbeerlijk zijn . Niet onontbeerlijk , maar toch uiterst nuttig . De tekening die uitsluitend bestaat uit een lijn is een vereenvoudigde en willekeurige weergave van de natuur . Door haar vrijwillige eenvoud wint zij aan stijl en accent . Maar het is moeilijk , zelfs ondenkbaar , om het bij een verkorting volledig daarbij te laten . En hoe koud lijkt niet zo'n lijnen - verwarring in vergelijking met een tekening , waarop ook enkele schaduwen en halftinten aangebracht zijn , die niet alleen het relief suggereren , maar als het ware de vorm helemaal naar voren van het papier af laten komen . Wij hebben hij deze uiteenzetting een tamelijk groot aantal voorbeelden gegeven , die overigens in alle opzichten opmerkelijk zijn en die wij aan het talent van Jacques SCHULTZ - DAL te danken hebben . Door de eerlijkheid en duidelijkheid van de lijnen zult je de weergave van de gevarieerde en gedurfde verkortingen beter leren begrijpen . De studie van de verkorting , die overigens heel aantrekkelijk is , juist omdat hij het onverwachte schept , kunt je dus niet missen . Je zult moeten beginnen hem vol vertrouwen en zonder vrees aan te pakken . Wij hopen dat wij je niet vervelen als wij steeds herhalen : de waarneming is altijd waarborg voor succes .
30-06-2006
FIG . 32 . - FIGUUR BIJ DE OUDE EGYPTENAREN .
Fig . 32 .
Gestyleerde menselijke figuur bij de oude Egyptenaren .
FIG . 33 en 34 . - VERKORTINGEN VAN J . SCHULTZ - DAL
Fig . 33 .
Verkortingen .
Beide voorbeelden zijn van de hand van Jacques Schultz - Dal
( nadruk verboden )
FIG . 33 en 34 . - VERKORTINGEN VAN J . SCHULTZ - DAL
Fig . 34 .
Verkortingen van Jacques Schultz - Dal .
FIG . 35 . - VERSCHILLENDE VERKORTINGEN
Fig . 35 .
Verschilende verkortingen .
FIG . 36 . - VERSCHILLENDE VERKORTINGEN
Fig .36 .
Verschillende verkortingen .
FIG . 37 . - VERSCHILLENDE VERKORTINGEN
Fig . 37 .
Verschillende verkortingen .
FIG . 38 . - OVERSNIJDINGEN
Fig . 38 .
De figuur laat ons tevens duidelijk zien waar de ene lijn als het ware in de andere " duikt " . Wij noemen dit een " oversnijding " .
ART . NR . 33 . a , - FIG . 39 . VERKORTE VORM.
Art . Nr . 33 . a ,
Fig . 39 .
Nog een voorbeeld van verkorte vorm .
FIG . 29 , 30 EN 31 . - IDEALE CANON VAN 8 HOOFDLENTEN
Fig . 29 , 30 en 31 .
Alvorens zich te gaan bezighouden met de verkortingen , is het nuttig zich nogmaals de ideale canon van 8 hoofdlengten in herinnering te roepen ( zie les " schetsen van personen " ) . Vergelijk nogmaals de vormen bij de man en bij de vrouw . Bij de vrouw een breder bekken en enigszins ronde afhangende schouders . Bij de man een smaller bekken en hogere , hoekige schouders . Bij de vrouw ligt ook de taille iets hoger . Fig . 32 - Gestyleerde menselijke figuur bij de oude Egyptenaren .
FIG . 29 , 30 EN 31 . - IDEALE CANON VAN 8 HOOFDLENTEN
Fig . 29 , 30 en 31 .
De ideale canon van 8 hoofdlenten
ART . NR . 33 . a , - DE VERKORTING
Art . Nr . 33 . a ,
DE VERKORTING
Tekenen is vooral kennis van vorm . Maar de vorm kunnen begrijpen als zij moeilijk te herkennen is , of beter gezegd : haar duidelijk eenvoudig en nauwkeurig weergeven om haar zodoende voor iedereen begrijpelijk te maken , is zeker één van de grootste moeilijkheden van het tekenen . Wanneer is de vorm moeilijk te begrijpen ?... Als zij zich zo aan het oog voordoet , dat de normale verhoudingen van haar afmetingen min of meer ontwricht lijken . Dit is het geval bij de verkorting , die wij overigens al herhaaldelijk in de voorafgaande lessen hebben besproken . De weergave van de verkorting laat geen onvolmaaktheid , " ongeveer " toe . Hij moet duidelijk uitkomen , zoals men gewoon zegt : " Het moet er zijn ! " . Het oog moet van het begin af herkennen , dat b.v. dit stompje een arm is vanuit een bepaalde hoek gezien of beter nog het idee van een stomp mag hier niet eens bij ons opkomen ; dadelijk zonder dat men erbij hoeft te denken moet men zien , dat het een arm is . Kort gezegd : de aanschouwer moet het weergegeven object ( menselijk lichaam of een gedeelte ervan ) kunnen begrijpen , hoewel het op een eigenaardige manier getekend is en een vorm heeft die totaal van zijn normale uiterlijk of van zijn gebruikelijke voorkomen kan afwijken . En als men je vraagt of je het zichzelf afvraagt : Wat moet dat voorstellen " , dan is de verkorting mislukt , dan is het doel niet bereikt . Het is volstrekt noodzakelijk deze moeilijkheden in de weergave van de verkorting te overwinnen en wel onmiddellijk . Om dit te bereiken , moet je de vorm eerst nauwkeurig kennen . Wij moeten hem dus samen onderzoeken , er de oorsprong en reden van zoeken , in één woord , hem ontleden . Men heeft de neiging , wat trouwens logisch is , om elke vorm zo helder en volledig mogelijk weer te geven . De verkregen " afbeelding " komt in het algemeen overeen met de " maximum uitwerking " van het voorwerp , en in het bijzonder die van de twee voornaamste afmetingen : de lengte en de breedte . Het kind nu ( als men volwassenen leert tekenen moet men altijd weer op het kind terugkomen , omdat wat het gezichtsvermogen betreft , zij slechts kinderen zijn en men bij hen overheersende trekken van het kinderlijk gezichtsvermogen terugvindt ) het kind dus , geeft de dingen niet weer zoals het ze ziet , maar zoals het weet dat ze zijn . Feitelijk ziet het kind de dingen niet , als men onder zien de begrijpende opname van het netvliesbeeld verstaat . Deze reactie , dit psychische natuurwonder voltrekt zich langzamerhand onder de samenwerkende invloed van ervaring en opvoeding . Laten we terloops letten op de ( bijna identieke ) overeenstemming tussen de tekeningen van een kind en die van de primitieven . Dan zullen wij bijvoorbeeld vaststellen , dat in de Egyptische kunst ( welke overigens maar betrekkelijk primitief is ) bij een profielaanzicht het oog niet is weergegeven , zoals het van de zijkant gezien wordt , dus als het ware afgesneden van zijn onzichtbare helft . Bekijk dit encreux - relief ( fig . 32 ) met het hoofd in zijaanzicht , terwijl het oog in vooraanzicht is weergegeven . De schouders en de romp zijn ook van voren gezien , de benen en voeten echter van terzijde . Natuurlijk heeft de kunstenaar zijn model niet zo kunnen zien : dit is een schematische en abstact grafische voorstelling . Hij heeft voor iedere bijzonderheid de meest volledige voorstelling gekozen en - dat is ook wel waar - die , welke het makkelijkst te tekenen was . Tegenwoordig zou een kind van een jaar of tien , dat niets van de Egyptische kunst afweet , niet anders handelen . Waarom , omdat de kinderen en de primitieven bewust of onbewust de perspectief niet kennen . Wat is nu eigenlijk een verkorting . Het is het perspectivisch aanzicht van een vorm die over het algemeen niet geometrisch , maar veeleer menselijk ( of dierlijk ) is , of van een gedeelte hiervan . Zonder verkorting , zonder perspectief kan men slechts een " algeheel overzicht " weergeven , waar de hoofdafmetingen , vooral de lengte , in hun normale verhoudingen afgebeeld zijn . Dit is het , wat vanzelfsprekend het uiterlijk van de buitenwereld uitermate beperkt en in het bijzonder dat van levende wezens en hun bewegingen . Zelf een lezer , die op het gebied van de meetkunde onkunde is , zal onmiddelijk begrijpen , dat bij de verkorting van de drie afmetingen , die noodzakelijkerwijs een voorwerp in de ruimte bepalen , er één opgeofferd moet worden , dat wil zeggen : verminderd en niet in zijn werkelijke grootte weergegeven wordt . Deze nieuw verschijnende grootte , die de werkelijkheid vervangt , geeft gewoonlijk in onze ogen de lengte aan . Hij ondergaat de verkorting . Hier komen wij bij de hoofdzaak die ons de sleutel van het vraagstuk levert . Wij hebben gezegd : Een afmeting is verminderd , verkleind , verkort , maar alleen deze ene : noodzakelijkerwijs blijven de twee anderen in dezelfde verhoudingen tot elkaar . Hier vinden wij dus een onverwachte , als je wilt stotende , wanverhouding tussen afmetingen , waaraan ons oog en onze geest al van het begin of aan gewend zijn . Laten wij deze belangrijke uiteenzetting samenvatten met de volgende woorden : Bij een vorm in de verkorting gezien onstaan nieuwe verhoudingen ; die met onze gewoonten en met onze visuele ervaring in botsing komen en die geeerbiedigd moeten worden , hoe verrassend zij ons ook op het eerste gezicht mogen lijken . Met nog meer nadruk wijzen wij er op dat , als de lengte door een aanzienlijke verkorting verminderd en soms tot nul gereduceerd wordt , de breedte , de dikte onveranderd blijven en altijd hun relatief normale afmetingen houden . Is dat nu alles ? Neen ! Het stipte nadaan van deze ongewone , nieuwe verhoudingen geeft slechts een omtrek of zelf - en dat wel eerder - alleen een fundering . Een gelijkmatige lijn , die deze omtrek bepalen zou , zou alleen maar een onleesbare lijntekening vormen , waarop de tevoren genoemde verwarring in de onderlinge verhoudingen zou verhinderen dat wat bekend is te onderscheiden . Men zou kunnen zeggen aan een vreemde massa , een zonderlinge vorm die niets voorstelt . Bij gebrek aan toonwaarden en relief - die nooit onmisbaar zijn - ligt een intelligente lijn voor de hand . Intelligent komt van het Latijnse woord intelligere en wil zeggen : begrijpen . De intelligente mens is dus hij die begrijpt . Een intelligente lijn is een begrijpende lijn , die de perspectief van de verkorting begrijpelijk , verstaanbaar maakt en de oversnijding verklaart .
Oversnijdingen
Wat noemt men in de schilderstaal een oversnijding ? Schematisch gezien komt het hierop neer : het is een lijn die op een bepaalde lengte de omtrek volgt , en deze begrenzende lijn verlaat om in de vorm zelf te dringen ( fig . 38 ) . Dit ineenschuiven herinnert ons aan het in elkaar zetten van een lemmet ( mes ), in een heft ( handvatsel ), het monteren ervan dus . Dit in elkaar schuiven is bij een normaal ontwikkelde vorm haast niet te zien , maar het is onmisbaar bij het aanduiden en uitdrukken van een verkorting . In dit geval lijkt het inderdaad alsof b.v. de delen en relief van een arm of van een been in elkaar doordringen , over elkaar schuiven , als het ware in elkaar overgaan .
Ook hier is wat wij vanaf het begin van deze curcus constuctie genoemd hebben hoogst noodzakelijk , want zij zal ons in staat stellen een verkorting juist en onberispelijk weer te geven . Wij zullen overigens later op deze " constructie " terugkomen en er enkele verklaringen , die voor onze huidige studie belangrijk zijn , aan toevoegen . Nog één enkel woord , om te eindigen en ons op het terrein van de waarneming en uitbeelding terug te brengen . Door een enkele lijn kunnen wij de vorm weergeven . Wij hebben zojuist beweerd , dat de waarden en het relief niet onontbeerlijk zijn . Niet onontbeerlijk , maar toch uiterst nuttig . De tekening die uitsluitend bestaat uit een lijn is een vereenvoudigde en willekeurige weergave van de natuur . Door haar vrijwillige eenvoud wint zij aan stijl en accent . Maar het is moeilijk , zelfs ondenkbaar , om het bij een verkorting volledig daarbij te laten . En hoe koud lijkt niet zo'n lijnen - verwarring in vergelijking met een tekening , waarop ook enkele schaduwen en halftinten aangebracht zijn , die niet alleen het relief suggereren , maar als het ware de vorm helemaal naar voren van het papier af laten komen . Wij hebben bij deze uiteenzetting een tamelijk groot aantal voorbeelden gegeven , die overigens in alle opzichten opmerkelijk zijn en die wij aan het talent van Jacques SCHUTZ - DAL te danken hebben . Door de eerlijkkheid en duidelijkheid van de lijnen zult je de weergave van de gevarieerde en gedurfde verkortingen beter leren begrijpen . De studie van de verkorting , die overigens heel aantrekkelijk is , juist omdat hij het onverwachte schept , kunt je dus niet missen . Je zult moeten beginnen hem vol vertouwen en zonder vrees aan te pakken . Wij hopen dat wij je niet vervelen als wij steeds herhalen : de waarneming is altijd waarborg voor succes .
29-06-2006
ART . NR . 33 . - HET UITWENDIGE
Art . Nr . 33 .
HET UITWENDIGE
Bouw en richtlijnen
Wanneer je het eerste gedeelte van deze les goed heefd bestudeerd , dan heeft je thans een naukeurig begrip van het lichaam en weet je hoe het inwendige van de mens er uit ziet . Wij willen je nu graag zijn uiterlijk laten bestuderen en je bepaalde richtlijnen geven , die je , wanneer je ze goed beheerst , zullen helpen uw figuren nauwkeurig naar de natuur of uit het hoofd te tekenen . Bekijkt je bijvoorbeeld de schematische figuur 22 , waarop wij bepaalde contructielijnen en richtpunten hebben aangegeven . Let eerst op de lijnen van de hals : de V - vorm van de twee halsspieren en de lijn veroorzaakt door het sleutelbeen . Let bij het bovenlichaam op de loodrechte middellijn , die je tot as zal dienen . Wij hebben gezien , dat deze middelijn altijd duidelijk zichtbaar is , zowel aan de voor als aan de achterkant . Hij neemt de buigbeweging van de romp aan , zoals de afbeelding toont . De tepels en de navel vormen drie belangrijke richtpunten . Onthoudt ook nog bij de romp de boog van de borstkas vlak onder het borstbeen en de gekartelde uitsteeksels op de ribben ( zaagspieren op de ribben ) . Bij het achteraanzicht ( fig . 23 ) vinden wij weer als as van de romp een verticale middelijn , die de richting van de wervelkolom volgt . Op schouderhoogte vormt de zevende halswervel een steeds zichtbaar uitsteeksel ; vooral bij magere mensen is dit goed te zien . Het is overigens niet zelden dat men bij sterk vermagerde personen de gehele middellijn door de zich aftekenende wervels kan volgen . Het ondereinde van de lijn loopt uit in een ruitvorm , veroorzaakt door het heiligbeen , dat door symmetrische kuiltjes aangegeven wordt . Het schouderblad is vooral aan zijn onderste hoek zichtbaar . Zowel van voren als van achteren gezien zijn de okselplooi , de bouw van de bekkenbeenderen en ook die het dijbeenshoofd duidelijk waarneembaar . Bij de elleboog veroorzaakt het uitsteeksel een lichte plooi in de huid . De driehoekige holte , aan de achterkant van de knie getekend , de zogenaamde knieholte , is al besproken . Je kunt ook duidelijk op onze afbeeldingen de twee verdikkingen van de kuitspieren herkennen en de onderkant van de Achillespees . Tenslotte rest ons , wat de vorm van de enkels betreft , nog op te merken , dat het enkelgewricht aan de binnenkant hoger ligt dan aan de buitenkant , wat wij trouwen al op een voorgaande pagina vermend hebben . Op fig . 24 laten wij de stand zien van het verschoven bekken , dat wil zeggen , dat het lichaam op één been rust in plaats van op twee . In dit geval dwingt het gewicht van het bovenlichaam het bekken tot een schuine stand , zodat het bekken als het ware naar buiten schuift , hetgeen wij door de stippellijn A B hebben aangegeven . Je moet er altijd op letten , deze verbindingslijn tussen de verschoven punten A B in overeenstemming te brengen met de schouderlijn C D . Het is nuttig na te gaan , waar de aanrakingspunten zich bevinden als de benen tegen elkaar staan . Fig . 25 toont bij een normaal gevormd lichaam de raakpunten , die op knieen en enkelhoogte onstaan . Tussen de dijen merkt je al naar gelang het model zwaarder of lichter is , een grotere of kleinere tussenruimte op ; bij de vrouw is deze ruimte evenwel zeer klein . Tussen de onderbenen ziet je , dat de verdikkingen van de kuitspier de tussenruimte gedeeltelijk , opvullen . Bij zeer sterk gespierde mensen is het mogelijk dat de kuiten elkaar op deze plaats raken . Er dient op gelet te worden , dat de richtlijnen , die de knie snijden schuin in omgekeerde richting lopen ten opzichte van de lijnen , die de enkels snijden . Als je de schuine stippelijn op fig . 25 volgt ziet je dat zowel de tekening van de voorkant als die van de zijkant dit aangeeft . Het been ( dijbeen , onderbeen en voet ) vertoont in zijn geheel van de zijkant gezien gewoonlijk de vorm van een zeer langgerekte S lijn tussen de verschoven punten A B in die bij het heupgewricht begint snijdt , zoals men ziet , het dijbeen in twee gelijke delen , maar loopt aan de voorkant van het onderbeen langs de omtreklijn . Wij hebben dit in onze schematische tekening met opzet enigzins overdreven . Het is echter van belang , dat deze langgerekte S - vorm goed in uw geheugen geprent wordt , want hij komt nog duidelijker tot uiting , wanneer alleen één been het lichaansgewicht draagt en het door de scheve stand van het bekken dubbel wordt belast . Bij de romp kan men de grootste vormverschillen tussen het vrouwelijk en het mannelijk lichaam waarnemen . Toen wij het geraamte bestudeerden , hebben wij vastgesteld , dat het bekken van de vrouw veel breder en wijder is dan dat van de man . Het middel bij een vrouwenfiguur ligt hoger dan bij de man ( fig . 26 ) en de liesplooi , die bij de man zeer sterk getekend is , valt bij de vrouw nagenoeg weg . Wanneer wij nu het bovenlichaam zowel van de vrouw als van de man , beide van de zijkant bekijken , met elkaar vergelijken , vallen de verschillen ons nog meer op ( fig . 27 ) . Bij de man is de ruglijn lang en de afvallende lendenlijn heel kort , terwijl bij de vrouw het tegenovergestelde het geval is . Sommige vervormingen van het uiterlijk van het lichaam worden veroorzaakt door het lichaamsgewicht of door een samendrukking . Als de spieren ontspannen zijn , zijn de vlezige delen aan de wet van de zwaartekracht onderworpen ; zij kunnen plat of misvormd lijken zoals de twee voorbeelden op fig . 28 tonen . Dit noemt men toevallige vervormingen , die onafhankelijk zijn van perspectief .