E-mail mij

Druk oponderstaande knop om mij te e-mailen.

Archief per week
  • 20/11-26/11 2006
  • 13/11-19/11 2006
  • 06/11-12/11 2006
  • 30/10-05/11 2006
  • 23/10-29/10 2006
  • 16/10-22/10 2006
  • 09/10-15/10 2006
  • 02/10-08/10 2006
  • 25/09-01/10 2006
  • 18/09-24/09 2006
  • 11/09-17/09 2006
  • 04/09-10/09 2006
  • 28/08-03/09 2006
  • 21/08-27/08 2006
  • 14/08-20/08 2006
  • 07/08-13/08 2006
  • 31/07-06/08 2006
  • 24/07-30/07 2006
  • 17/07-23/07 2006
  • 10/07-16/07 2006
  • 03/07-09/07 2006
  • 26/06-02/07 2006
  • 19/06-25/06 2006
  • 12/06-18/06 2006
  • 05/06-11/06 2006
  • 29/05-04/06 2006
  • 22/05-28/05 2006
  • 15/05-21/05 2006
  • 08/05-14/05 2006
  • 01/05-07/05 2006
  • 24/04-30/04 2006
    Inhoud blog
  • ART . NR . 83 . - BESLUIT
  • ART . NR . 82 . b , - FIG . 38 - HET STRAND TE TROUVILLE - DOOR HAMBOURG .
  • ART . NR . 82 . b , - FIG . 36 - HET STRAND BIJ BANYULS - DOOR MEVR . DIVERLY
  • ART . NR . 82 . b , - FIG . 35 - LANDSCHAP DOOR FEUGEREUX
  • ART . NR . 82 . b , - ANDERE VOORBEELDEN
  • ART . NR . 82 . a , - FIG . 34 . - DE KUST VAN BRETAGNE - DOOR RENEFER
  • ART . NR . 82 . a , - FIG . 33 . - SCHETSTEKENING
  • ART . NR . 82 . a , - FIG . 32 . - ZEEGEZICHTEN
  • ART . NR . 82 . a , - FIG . 31 . - DE SEINE BIJ TRIEL - DOOR RENEFER
  • ART . NR . 82 . a , - FIG . 30 . - EEN GEZICHT OP HYERES
  • ART . NR . 82 . a , - FIG . 29 . - OP DE MANIER VAN JONGKIND
  • ART . NR . 82 . b , - FIG . 37 - STADSGEZICHT - DOOR PAULE RAY
  • ART . NR . 82 . a , - VERSCHILLENDE VOORBEELDEN
  • ART . NR . 82 . a , - FIG . 28 . - EEN ANDER LANDSCHAP
  • ART . NR . 82 . a , - FIG . 25 . - HET LANDSCHAP - DE SCHETSOPZET
  • ART . NR . 82 . a , - FIG . 26 . - HET LANDSCHAP - HET TWEEDE STADIUM
  • ART . NR . 82 . a , - FIG . 27 . - HET LANDSCHAP - LAATSTE STADIUM
  • ART . NR . 82 . - HET LANDSCHAP
  • ART . NR . 81 . b , - HET DIER
  • ART . NR . 81 . b , - FIG . 23 . - DE SCHETS VAN HET DIER
  • ART . NR . 81 . b , - FIG . 24. - DE VOLTOOIDE ARBEID VAN HET DIER
  • ART . NR . 81 . a , - EEN GEKLEDE FIGUUR EN EEN STRAATTAFEREELTJE
  • ART . NR . 81 . a , - FIG . 21 . - HET STRAATTAFEREELTJE
  • ART . NR . 81 . a , - FIG . 22 . - HET STRAATTAFEREELTJE
  • ART . NR . 81 . a , - FIG . 19 EN 20 . - DE GEKLEDE FIGUUR
  • ART . NR . 81 . - FIG . 18 . - HET NAAKT
  • ART . NR . 81 . - HET PORTRET EN HET NAAKT
  • ART . NR . 81 . - FIG . 16 . - DE SCHETS - HET PORTRET
  • ART . NR . 81 . - FIG . 17 . - VOLTOOIDE AQUAREL - HET PORTRET
  • ART . NR . 80 . a , - BLOEMEN
  • ART . NR . 80 . a , - FIG . 13 , 14 EN 15 - BLOEMEN - AQUAREL
  • ART . NR . 80 . a , - FIG . 10 , 11 EN 12 - BLOEMEN - AQUAREL
  • ART . NR . 80 . - OEFENINGEN IN DE PRAKTIJK
  • ART . NR . 80 . - FIG . 8 . SCHETSOPZET MET IETS ZWAARDER GEBRUIKT POTLOOD
  • ART . NR . 80 . - FIG . 9 . - VOLTOOIDE AQUAREL
  • ART . NR . 80 . - FIG . 5 EN 6 . - HET STILLEVEN
  • ART . NR . 80 . - FIG . 7 . - VOLTOOIDE AQUAREL
  • ART . NR . 79 . e , - VERWIJDERINGEN
  • ART . NR . 79 . d , - VERBETERINGEN EN DE TOETS
  • ART . NR . 79 . c , - OVER ELKAAR HEENGEBRACHTE TINTEN
  • ART . NR . 79 . b , - VERSMOLTEN TONEN
  • ART . NR . 79 . a , - VLAKKE TINT MET UITSPARING
  • ART . NR . 79 . a , - SCHEMA
  • ART . NR . 79 . - TECHNIEK VAN DE AQUAREL
  • ART . NR . 79 . - VLAKKE TINT
  • ART . NR . 78 . b , - PRAKTIJK - HET MATERIAAL
  • ART . NR . 78 . - PLAAT I - FIG . 4. - VERSCHILLENDE TINTEN
  • ART . NR . 78 . - PLAAT I - FIG . 3. - MODULATIES
  • ART . NR . 78 . - PLAAT I - FIG . 2. - VLAKKE TINT
  • ART . NR . 78 . a , - ( VERVOLG ) PRAKTIJK - HET MATERIAAL
  • ART . NR . 78 . - PRAKTIJK
  • ART . NR . 78 . - PLAAT I - FIG . 1 . HET MATERIAAL VOOR DE AQUAREL
  • ART . NR . 77 . - THEORIE - AQUAREL -
  • AQUAREL - SCHILDEREN EN DE SCHILDERTECHNIEKEN - VIERDE DEEL - ART . NR .76 . - INLEIDING
  • ART . NR . 75 . a , - FIG . 41 . HET BLOEMENMEISJE - ( BONNETERRE ) .
  • FIG . 40 . - STILLEVEN ( RENEFER )
  • ART . NR . 75 . a , - FIG . 39 . - HET KLEURPOTLOOD
  • ART . NR . 75 . a , - TECHNIEK - KLEURENPOTLOOD
  • ART . NR . 75 . - HET KLEURPOTLOOD
  • ART . NR . 74 . e , - HET PORTRET
  • ART . NR . 74 . e , - FIG . 37 EN 38 - HET PORTRET
  • ART . NR . 74 . d , - HET LANDSCHAP
  • ART . NR . 74 . d , - FIG . 35 EN 36 . - HET LANDSCHAP
  • ART . NR . 74 . c , - BLOEMEN
  • ART . NR . 74 . c , - FIG . 33 EN 34 - BLOEMEN
  • ART . NR . 74 . b , - VOORBEELDEN - STILLEVENS
  • ART . NR . 74 . b , - FIG . 31 . - HET PASTEL - STILLEVEN - SCHETSOPZET
  • ART . NR . 74 . b , - FIG . 32 . - HET PASTEL - STILLEVEN
  • ART . NR . 74 . a , - TECHNIEK VAN HET PASTEL
  • ART . NR . 74 . - HET PASTEL - HET MATERIAAL
  • ART . NR . 74 . - FIG . 30 . - PASTELDOOS MET ENKELE TONEN
  • ART . NR . 73 . e , - HET AFFICHE EN ANDERE VOORBEELDEN
  • ART . NR . 73 . e , - FIG . 26 , - ANDERE VOORBEELDEN
  • ART . NR . 73 . e , - FIG . 25 , - ANDERE VOORBEELDEN
  • ART . NR . 73 . e , - FIG . 24 , - ANDERE VOORBEELDEN
  • ART . NR . 73 . e , - FIG . 29 . - ONTWERP VOOR RECLAMEBILJET
  • ART . NR . 73 . d , - EEN DECORATIEVE COMPOSITIE
  • ART . NR . 73 . d , - FIG . 28 . - DECORATIEF LANDSCHAP
  • ART . NR . 73 . d , - FIG . 27 . - DECORATIEVE COMPOSITIE
  • ART . NR . 73 . c , - ZEEGEZICHTEN
  • ART . NR . 73 . c , - FIG . 23 - ZEEGEZICHT
  • ART . NR . 73 . c , - FIG . 21 EN 22 . - ZEEGEZICHTEN
  • ART . NR . 73 . b , - HET LANDSCHAP
  • ART . NR . 73 . b , - FIG . 19 EN 20 . - TWEE LANDSCHAPPEN VAN RENEFER .
  • ART . NR . 73 . b , - FIG . 17 EN 18 . - HET LANDSCHAP
  • ART . NR . 73 . a , - DE GEKLEDE FIGUUR
  • ART . NR . 73 . a , - FIG . 15 EN 16 . - DE GEKLEDE FIGUUR
  • ART . NR . 73 . - HET PORTRET
  • ART . NR . 73 . - FIG . 12 , 13 EN 14 - HET PORTRET
  • ART . NR . 72 . a , - BLOEMEN IN EEN LANDSCHAP
  • ART . NR . 72 . a , - FIG . 10 EN 11 . - BLOEMEN IN EEN LANDSCHAP
  • ART . NR . 72 . - BLOEMEN
  • ART . NR . 72 . - FIG . 7 , 8 EN 9 . - DE BLOEM
  • ART . NR . 71 . b , - DERDE VOORBEELD
  • ART . NR . 71 . b , - FIG . 6 . - DERDE VOORBEELD
  • ART . NR . 71 . a , - TWEEDE VOORBEELD
  • ART . NR 71 . a , - FIG . 4 . EN 5 . - HET STILLEVEN - TWEEDE VOORBEELD
  • ART . NR . 71 . - HET STILLEVEN
  • ART . NR . 71 . - FIG . 1 , 2 EN 3 . - HET STILLEVEN
  • ART . NR . 70 . b , - TECHNIEK VAN DE GOUACHEVERF
  • ART . NR . 70 . a , - HET MATERIAAL VOOR GOUACHE
  • ART . NR . 70 . a , - PLAAT I - HET MATERIAAL VOOR GOUACHE
  • SCHILDEREN EN DE SCHILDERTECHNIEKEN - DERDE DEEL - ART . NR .70 . - GOUACHE - PASTEL - KLEURENPOTLOOD
  • ART . NR . 69 . a , - LAATSTE RAADGEVINGEN
  • ART . NR . 69 . - HET DIER
  • ART . NR . 69 . - FIG . 41 .
  • ART . NR . 69 . - FIG . 40 . - DE EZEL DOOR PELAVO
  • ART . NR . 68 . d , - HET DECORATIEVE LANDSCHAP
  • ART . NR . 68 . d , - FIG . 37 EN 38 . - DECORATIEF LANDSCHAP
  • ART . NR . 68 . c , - DE FIGUUR IN HET LANDSCHAP
  • ART . NR . 68 . c , - FIG . 36 . - LANDSCHAP DOOR SHEDLIN .
  • ART . NR . 68 . c , - FIG . 35 . - BOSGEZICHT DOOR CHARLOT .
  • ART . NR . 68 . a , - FIG . 39 . - STADSGEZICHT DOOR ITHIER .
  • ART . NR . 68 . c , - FIG . 34 . - LANDSCHAP DOOR RENEFER
  • ART . NR . 68 . b , - TWEE ZEEGEZICHTEN
  • ART . NR . 68 . b , - FIG . 33. - BRANDING OP DE ROTSEN
  • ART . NR . 68 . b , - FIG . 32 . - STRANDGEZICHT
  • ART . NR . 68 . a , - FIG . 31 . - EEN MET DE KWAST GESCHILDERD LANDSCHAP
  • ART . NR . 68 . a , - EEN MET DE KWAST GESCHILDERD LANDSCHAP
  • ART . NR . 68 . a , - FIG . 30 . - TUINGEZICHT
  • ART . NR . 68 . - HET LANDSCHAP
  • ART . NR . 68 . - FIG . 26 , 27 , 28 EN 29 - LANDSCHAP
  • ART . NR . 67 . a , - FIG . 21 EN 22 - GEKLEDE FIGUUR
  • FIG . 25 . - NAAKT DOOR CALLEWAERT .
  • ART . NR . 67 . a , - FIG . 19 en 20 . - NAAKT - ONDERSCHILDERING EN VOLTOOIDE STUDIE .
  • ART . NR . 67 . a , - DE FIGUUR
  • ART . NR . 67 . - FIG . 24 . - PORTRET DOOR C . LE BRETON .
  • ART . NR . 67 . - FIG . 23 . - ZELFPORTRET VAN RENEFER .
  • ART . NR . 67 . - FIG . 16 , 17 EN 18 . - DE KOP EN HET PORTRET .
  • ART . NR . 67 . - DE KOP EN HET PORTRET .
  • ART . NR . 66 . - FIG . 15 . - EENVOUDIG BOEKETJE .
  • FIG . 14 . - DECORATIEF OPGEVAT BOEKET VAN RENEFER .
  • ART . NR . 66 . - FIG . 11 , 12 EN 13 . - BOEKET VAN ROZEN - IN DRIE STADIUMS
  • ART . NR . 66 . - DE BLOEM EN HET BOEKET.
  • ART . NR . 65 . a , - FIG . 10 . - STILLEVEN VAN RENEFER . - DE WERKTAFEL VAN DE KUNSTENAAR .
  • FIG . 9 . - STILLEVEN VAN SHEDLIN . - EXPRESSIONISTISCHE TENDENS .
  • ART . NR . 65 . a , - FIG . 6 . - STILLEVEN MET VRUCHTEN .
  • ART . NR . 65 . - FIG . 7 . - STERK VERGROOT ONDERDEEL VAN FIG . 5 .
  • ART . NR . 65 . a , - FIG . 8 . - STILLEVEN VAN BOSCO . - FLESSEN .
  • ART . NR . 65 . - FIG . 3 , 4 EN 5 . - STILLEVEN DOOR RENIFER
  • ART . NR . 65 . - FIG . 1 EN 2 . - ONDERDELEN VAN EEN STILLEVEN .
  • ART . NR . 65 . a , - ANDERE VOORBEELDEN
  • SCHILDEREN EN DE SCHILDERTECHNIEKEN - TWEEDE DEEL - ART . NR . 65 .
  • ART . NR . 64 . f , - VLAKTEN - LUCHT EN WOLKEN.
  • ART . NR . 64 . f , - PLAAT XVI . - EEN LANDSCHAP .
  • ART . NR . 64 . f , - PLAAT XV - EEN BEWOLKTE HEMEL .
  • ART . NR . 64 . f , - PLAAT XIV - EEN VLAKTE .
  • ART . NR . 64 . e , - ONDERDELEN VAN HET LANDSCHAP .
  • ART . NR . 64 . e , - PLAAT XIII - EEN BOOM
  • ART . NR . 64 . d , - ENKELE GEBRUIKSVOORWERPEN .
  • ART . NR . 64 . d , - PLAAT XII . - TWEE VOORWERPEN VAN AARDEWERK .
  • PLAAT XI . - EEN KOPEREN POT .
  • ART . NR . 64 . d , - PLAAT X . - SCHOTEL EN MAATBEKER VAN TIN .
  • ART . NR . 64 . d , - PLAAT IX . - EEN KRISTALLEN FLACON .
  • ART . NR . 64 . c , - GROENTEN
  • ART . NR . 64 . b , EN c , - PLAAT VIII - PERZIKEN - EN GROENTEN
  • ART . NR . 64 . b , - TWEEDE STUDIE
  • ART . NR . 64 . b , - PLAAT VII - ZIJDEN SJAAL - EN PEER
  • ART . NR . 64 . a , - DE EERSTE SCHILDEROEFENINGEN
  • ART . NR . 64 . a , - PLAAT VI - EEN LAP STOF
  • ART . NR . 64 . - OEFENINGEN IN DE PRAKTIJK
  • ART . NR . 63 . - PLAAT IV - HET MATERIAAL VOOR HET SCHILDEREN MET OLIEVERF
  • ART . NR . 63 . - PLAAT V - HET MATERIAAL VOOR HET SCHILDEREN MET OLIEVERF
  • ART . NR . 63 . - DE OLIEVERFTECHNIEK - HET MATERIAAL.
  • ART . NR . 62 . a , - VERVOLG - KLEUREN
  • ART . NR . 62 . - PLAAT III - KLEUREN
  • ART . NR . 62 . - PLAAT II - DE KLEUREN
  • ART . NR . 62. - PLAAT I - THEORIE VAN DE KLEUR
  • SCHILDEREN EN DE SCHILDERTECHNIEKEN - EERSTE DEEL - ART . NR . 62 .
  • BESLUIT VAN HET ONTWERPEN .
  • ART . NR . 61 . d , - FIG . 105 . - ONTWERP
  • ART . NR . 61 . d , - REPRODUCTIE EN DRUKTECHNIEKEN IN KLEUREN
  • ART . NR . 61 . d , - FIG . 101 , 102 EN 103 . - SCHEMATISCHE VOORSTELLING VAN KLEUREN
  • ART . NR . 61 . c , - FIG . 104 - HOE TE WERKEN
  • ART . NR . 61 . c , - FIG . 100 . - TEKENING IN LIJNEN EN SPATWERK VAN BECAN .
  • ART . NR . 61 . c , - HOE TE WERKEN
  • ART . NR . 61 . b , - FIG . 99 . - HET MATERIAAL VAN DE STEENTEKENAAR
  • FIG . 98 . - BOEKDRUK EN KOPERDIEPDRUK
  • ART . NR . 61 . b , - DRUKTECHNIEKEN
  • ART . NR . 61 . a , - FIG . 91 . - LOSSE DRUKLETTER
  • FIG . 92 . - VERGROTEN OF VERKLEINEN
  • FIG . 93 EN 94 .
  • ART . NR . 61 . a , - FIG . 95 , 96 EN 97 . - RASTERCLICHE'S
  • ART . NR . 61 . a , - REPRODUCTIE EN DRUKTECHNIEKEN
  • ART . NR . 61 . - FIG . 88 . - MODESCHOW
  • FIG . 89 . - ONTWERP - MODETIJDSCHRIFT
  • FIG . 90 . - HERENMODE .
  • ART . NR . 61 . - PLAAT VI - MODETEKENING
  • ART . NR . 61 . - DE MODETEKENING
  • ART . NR . 60 . a , - PLAAT IV - SCHETSEN VOOR EEN LAYOUT
  • FIG . 87 . - GEKOZEN SCHETS
  • ART . NR . 60 . a , - PLAAT V - UITVOERING VAN DE TEKENINGEN
  • ART . NR . 60 . a , - HET ONTWERPEN VAN EEN ADVERTENTIE
  • ART . NR . 60 . - FIG . 86 . - RECLAME - ONTWERPEN
  • ART . NR . 60 . - HET RECLAME ONTWERPEN
  • ART . NR . 60 . - PLAAT III - ( CASSANDRE EN DRODOVITCH ) .
  • ART . NR . 59 . e , - FIG . 85 - HET VOLTOOIDE ONTWERP - DOOR A. CREUZOT .
  • ART . NR . 59 . e , - FIG . 82 . - SCHETSEN VOOR EEN COMPOSITIE .
  • FIG . 83. - SCHETSEN VOOR DE COMPOSITIE .
  • ART . NR . 59 . e , - FIG . 84 . - UITGEZOCHT EN DAARNA UITGEWERKT .
    Blog als favoriet !
    Willekeurig SeniorenNet Blogs
    bernerhof
    blog.seniorennet.be/bernerh
    Teken en schildercursus fritske3
    TEKEN EN SCHILDERTECHNIEKEN EERSTE DEEL VANAF 14/10/06
    30-06-2006
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.FIG . 29 , 30 EN 31 . - IDEALE CANON VAN 8 HOOFDLENTEN
    Klik op de afbeelding om de link te volgen Fig . 29 , 30  en 31 .

      Alvorens  zich  te  gaan  bezighouden  met  de  verkortingen , is  het  nuttig  zich  nogmaals  de  ideale  canon  van  8  hoofdlengten  in  herinnering  te  roepen  ( zie  les  " schetsen  van  personen " ) .
    Vergelijk  nogmaals  de  vormen  bij  de  man  en  bij  de  vrouw .  Bij  de  vrouw  een  breder  bekken  en  enigszins  ronde  afhangende  schouders .  Bij  de  man  een  smaller  bekken  en  hogere , hoekige  schouders .
    Bij  de  vrouw  ligt  ook  de  taille  iets  hoger .
    Fig . 32  -  Gestyleerde  menselijke  figuur  bij  de  oude  Egyptenaren .

    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.FIG . 29 , 30 EN 31 . - IDEALE CANON VAN 8 HOOFDLENTEN
    Klik op de afbeelding om de link te volgen Fig . 29 , 30  en 31 .

    De  ideale  canon  van  8  hoofdlenten

    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.ART . NR . 33 . a , - DE VERKORTING

    Art . Nr . 33 . a ,

                             DE   VERKORTING

      Tekenen  is  vooral  kennis  van  vorm .  Maar  de  vorm  kunnen  begrijpen  als  zij  moeilijk  te  herkennen  is , of  beter  gezegd :  haar  duidelijk  eenvoudig  en  nauwkeurig  weergeven  om  haar  zodoende  voor  iedereen  begrijpelijk  te  maken , is  zeker  één  van  de  grootste  moeilijkheden  van  het  tekenen .
      Wanneer  is  de  vorm  moeilijk  te  begrijpen  ?... Als  zij  zich  zo  aan  het  oog  voordoet , dat  de  normale  verhoudingen  van  haar  afmetingen  min  of  meer  ontwricht  lijken .  Dit  is  het  geval  bij  de  verkorting , die  wij  overigens  al  herhaaldelijk  in  de  voorafgaande  lessen  hebben  besproken .
      De  weergave  van  de  verkorting  laat  geen  onvolmaaktheid ,  " ongeveer "  toe .  Hij  moet  duidelijk  uitkomen ,  zoals  men  gewoon  zegt : " Het  moet  er  zijn ! " .
      Het  oog  moet  van  het  begin  af  herkennen , dat  b.v.  dit  stompje  een  arm  is  vanuit  een  bepaalde  hoek  gezien  of  beter  nog  het  idee  van  een  stomp  mag  hier  niet  eens  bij  ons  opkomen ;  dadelijk  zonder  dat  men  erbij  hoeft  te  denken  moet  men  zien , dat  het  een  arm  is .  Kort  gezegd :  de  aanschouwer  moet  het  weergegeven  object  ( menselijk  lichaam  of  een  gedeelte  ervan )  kunnen  begrijpen , hoewel  het  op  een  eigenaardige  manier  getekend  is  en  een  vorm  heeft  die  totaal  van  zijn  normale  uiterlijk  of  van  zijn  gebruikelijke  voorkomen  kan  afwijken .  En  als  men  je  vraagt  of  je  het  zichzelf  afvraagt  :  Wat  moet  dat  voorstellen  " , dan  is  de  verkorting  mislukt , dan  is  het  doel  niet  bereikt .  
      Het  is  volstrekt  noodzakelijk  deze  moeilijkheden  in  de  weergave  van de  verkorting  te  overwinnen  en  wel  onmiddellijk .  Om  dit  te   bereiken , moet  je  de  vorm  eerst  nauwkeurig  kennen .  Wij  moeten  hem  dus  samen  onderzoeken , er  de  oorsprong  en  reden  van  zoeken , in  één  woord , hem  ontleden .
      Men  heeft  de  neiging , wat  trouwens  logisch  is , om  elke  vorm  zo  helder  en  volledig  mogelijk  weer  te  geven .  De  verkregen 
    " afbeelding "  komt  in  het  algemeen  overeen  met  de  " maximum  uitwerking "  van  het  voorwerp , en  in  het  bijzonder  die  van  de  twee  voornaamste  afmetingen :  de  lengte  en  de  breedte . 
      Het  kind  nu  ( als  men  volwassenen  leert  tekenen  moet  men  altijd  weer  op  het  kind  terugkomen , omdat  wat  het  gezichtsvermogen  betreft , zij  slechts  kinderen  zijn  en  men  bij  hen  overheersende  trekken  van  het  kinderlijk  gezichtsvermogen  terugvindt )  het  kind  dus , geeft  de  dingen  niet  weer  zoals  het  ze  ziet , maar  zoals  het  weet  dat  ze  zijn .  Feitelijk  ziet  het  kind  de  dingen  niet , als  men  onder  zien  de  begrijpende  opname  van  het  netvliesbeeld  verstaat .  Deze  reactie , dit  psychische  natuurwonder  voltrekt  zich  langzamerhand  onder  de  samenwerkende  invloed  van  ervaring  en  opvoeding . 
      Laten  we  terloops  letten  op  de  ( bijna  identieke ) overeenstemming  tussen  de  tekeningen  van  een  kind  en  die  van  de  primitieven .  Dan  zullen  wij  bijvoorbeeld  vaststellen , dat  in  de  Egyptische  kunst  ( welke overigens  maar  betrekkelijk  primitief  is )  bij  een  profielaanzicht  het  oog  niet  is  weergegeven , zoals  het  van  de  zijkant  gezien  wordt , dus  als  het  ware  afgesneden  van  zijn  onzichtbare  helft . 
      Bekijk  dit  encreux - relief  ( fig . 32 ) met  het  hoofd  in  zijaanzicht , terwijl  het  oog  in  vooraanzicht  is  weergegeven .  De  schouders  en  de  romp  zijn  ook  van  voren  gezien , de  benen  en  voeten  echter  van  terzijde .  Natuurlijk  heeft  de  kunstenaar  zijn  model  niet  zo  kunnen  zien :  dit  is  een  schematische  en  abstact  grafische  voorstelling .  Hij  heeft voor  iedere  bijzonderheid  de  meest  volledige  voorstelling  gekozen  en  -  dat  is  ook  wel  waar  -  die ,  welke  het  makkelijkst  te  tekenen  was .
      Tegenwoordig  zou  een  kind  van  een  jaar  of  tien , dat  niets  van  de  Egyptische  kunst  afweet , niet  anders  handelen .  Waarom , omdat  de  kinderen  en  de  primitieven  bewust  of  onbewust  de  perspectief  niet  kennen .
      Wat  is  nu  eigenlijk  een  verkorting .  Het  is  het  perspectivisch  aanzicht  van  een  vorm  die  over  het  algemeen  niet  geometrisch , maar  veeleer  menselijk  ( of  dierlijk )  is , of  van  een  gedeelte  hiervan .  Zonder  verkorting , zonder  perspectief  kan  men  slechts  een   " algeheel  overzicht "  weergeven , waar  de  hoofdafmetingen , vooral  de  lengte , in  hun  normale  verhoudingen  afgebeeld  zijn .  Dit  is  het , wat  vanzelfsprekend  het  uiterlijk  van  de  buitenwereld  uitermate  beperkt  en  in  het  bijzonder  dat  van  levende  wezens  en  hun  bewegingen . 
      Zelf  een  lezer , die  op  het  gebied  van  de  meetkunde  onkunde   is , zal  onmiddelijk  begrijpen , dat  bij  de  verkorting  van  de  drie  afmetingen , die  noodzakelijkerwijs  een  voorwerp  in  de  ruimte  bepalen , er  één  opgeofferd  moet  worden , dat  wil  zeggen :  verminderd  en  niet  in  zijn  werkelijke  grootte  weergegeven  wordt .  Deze  nieuw  verschijnende  grootte , die  de  werkelijkheid  vervangt , geeft  gewoonlijk  in  onze  ogen  de  lengte  aan .  Hij  ondergaat  de  verkorting .  Hier  komen  wij  bij  de  hoofdzaak  die  ons  de  sleutel  van  het  vraagstuk  levert . 
      Wij  hebben  gezegd :  Een  afmeting  is  verminderd , verkleind , verkort , maar  alleen  deze  ene :  noodzakelijkerwijs  blijven  de  twee  anderen  in  dezelfde  verhoudingen  tot  elkaar .  Hier  vinden  wij  dus  een  onverwachte , als  je  wilt  stotende , wanverhouding  tussen  afmetingen , waaraan  ons  oog  en  onze  geest  al  van  het  begin  of  aan  gewend  zijn .
      Laten  wij  deze  belangrijke  uiteenzetting  samenvatten  met  de  volgende  woorden :  Bij  een  vorm  in  de  verkorting  gezien  onstaan  nieuwe  verhoudingen ; die  met  onze  gewoonten  en  met  onze  visuele  ervaring  in  botsing  komen  en  die  geeerbiedigd  moeten  worden , hoe  verrassend  zij  ons  ook  op  het  eerste  gezicht  mogen  lijken .
      Met  nog  meer  nadruk  wijzen  wij  er  op  dat , als  de  lengte  door  een  aanzienlijke verkorting  verminderd  en  soms  tot  nul  gereduceerd  wordt , de  breedte , de  dikte  onveranderd  blijven  en  altijd  hun  relatief  normale  afmetingen  houden .  Is  dat  nu  alles  ?  Neen  !  Het  stipte  nadaan  van  deze  ongewone , nieuwe  verhoudingen  geeft  slechts  een  omtrek  of  zelf  -  en  dat  wel  eerder  -  alleen  een  fundering .  Een  gelijkmatige  lijn , die  deze  omtrek  bepalen  zou , zou  alleen  maar  een  onleesbare  lijntekening  vormen , waarop  de  tevoren  genoemde  verwarring  in  de  onderlinge  verhoudingen  zou  verhinderen  dat  wat  bekend  is  te  onderscheiden .  Men  zou  kunnen  zeggen  aan  een  vreemde  massa , een  zonderlinge  vorm  die  niets  voorstelt .  Bij  gebrek  aan  toonwaarden  en  relief  -  die  nooit  onmisbaar  zijn  -  ligt  een  intelligente  lijn  voor  de  hand .  Intelligent  komt  van  het  Latijnse  woord  intelligere  en  wil  zeggen :  begrijpen .  De  intelligente  mens  is  dus  hij  die  begrijpt .  Een  intelligente  lijn  is  een  begrijpende  lijn , die  de  perspectief  van  de  verkorting  begrijpelijk , verstaanbaar  maakt  en  de  oversnijding  verklaart .

                               Oversnijdingen

      Wat  noemt  men  in  de  schilderstaal  een  oversnijding  ?  Schematisch  gezien  komt  het  hierop  neer :  het  is  een  lijn  die  op  een  bepaalde  lengte  de  omtrek  volgt , en  deze  begrenzende  lijn  verlaat  om  in  de  vorm  zelf  te  dringen  ( fig . 38 ) .  Dit  ineenschuiven   herinnert  ons  aan  het  in  elkaar  zetten  van  een  lemmet  ( mes ), in  een  heft  ( handvatsel ), het  monteren  ervan  dus .  Dit  in  elkaar  schuiven  is  bij  een  normaal  ontwikkelde  vorm  haast  niet  te  zien , maar  het  is  onmisbaar  bij  het  aanduiden  en  uitdrukken  van  een  verkorting .  In dit  geval  lijkt  het  inderdaad  alsof   b.v.  de  delen  en  relief  van  een  arm  of  van  een  been  in  elkaar  doordringen , over  elkaar  schuiven , als  het  ware  in  elkaar  overgaan . 

      Ook  hier  is  wat  wij  vanaf  het  begin  van  deze  curcus  constuctie  genoemd  hebben  hoogst  noodzakelijk , want  zij  zal  ons  in  staat  stellen  een  verkorting  juist  en  onberispelijk  weer  te  geven .  Wij  zullen  overigens  later  op  deze  " constructie "  terugkomen  en  er  enkele  verklaringen , die  voor  onze  huidige  studie  belangrijk  zijn , aan  toevoegen .
      Nog  één  enkel  woord , om  te  eindigen  en  ons  op  het  terrein  van  de  waarneming  en  uitbeelding  terug  te  brengen . 
     
       Door  een  enkele  lijn  kunnen  wij  de  vorm  weergeven .  Wij  hebben  zojuist  beweerd , dat  de  waarden  en  het  relief  niet  onontbeerlijk  zijn .  Niet  onontbeerlijk , maar  toch  uiterst  nuttig .
      De  tekening  die  uitsluitend  bestaat  uit  een  lijn  is  een  vereenvoudigde  en  willekeurige  weergave  van  de  natuur .  Door  haar  vrijwillige  eenvoud  wint  zij  aan  stijl  en  accent .  Maar  het  is  moeilijk , zelfs  ondenkbaar , om  het  bij  een  verkorting  volledig  daarbij  te  laten .  En  hoe  koud  lijkt  niet  zo'n  lijnen - verwarring  in  vergelijking  met  een  tekening , waarop  ook  enkele  schaduwen  en  halftinten  aangebracht  zijn , die  niet  alleen  het  relief  suggereren , maar  als  het  ware  de  vorm  helemaal  naar  voren  van  het  papier  af  laten  komen .  Wij  hebben  bij  deze  uiteenzetting  een  tamelijk  groot  aantal  voorbeelden  gegeven , die  overigens  in  alle  opzichten  opmerkelijk  zijn  en  die  wij  aan  het  talent  van 
    Jacques  SCHUTZ  -  DAL  te  danken  hebben .  Door  de  eerlijkkheid  en  duidelijkheid  van  de  lijnen  zult  je  de  weergave  van  de  gevarieerde  en  gedurfde  verkortingen  beter  leren  begrijpen .
      De  studie  van  de  verkorting , die  overigens  heel  aantrekkelijk  is , juist  omdat  hij  het  onverwachte  schept , kunt  je  dus  niet  missen .  Je  zult  moeten  beginnen  hem  vol  vertouwen  en  zonder  vrees  aan  te  pakken .  Wij  hopen  dat  wij  je  niet  vervelen  als  wij  steeds  herhalen :  de  waarneming  is  altijd  waarborg  voor  succes .  


     


    29-06-2006
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.ART . NR . 33 . - HET UITWENDIGE
    Art . Nr . 33 . 

                           HET   UITWENDIGE

                           Bouw  en  richtlijnen

      Wanneer  je  het  eerste  gedeelte  van  deze  les  goed  heefd  bestudeerd , dan  heeft  je  thans  een  naukeurig  begrip  van  het  lichaam  en  weet  je  hoe  het  inwendige  van  de  mens er  uit  ziet .
      Wij  willen  je  nu  graag  zijn  uiterlijk  laten  bestuderen  en  je  bepaalde  richtlijnen  geven , die  je , wanneer  je  ze  goed  beheerst , zullen  helpen  uw  figuren  nauwkeurig  naar  de  natuur  of  uit  het  hoofd  te  tekenen .
      Bekijkt  je  bijvoorbeeld  de  schematische  figuur  22 ,  waarop  wij  bepaalde  contructielijnen  en  richtpunten  hebben  aangegeven .  Let  eerst  op  de  lijnen  van  de  hals :  de  V - vorm  van  de  twee  halsspieren  en  de  lijn  veroorzaakt  door  het  sleutelbeen .
      Let  bij  het  bovenlichaam  op  de  loodrechte  middellijn , die  je  tot  as  zal  dienen .  Wij  hebben  gezien , dat  deze  middelijn  altijd  duidelijk  zichtbaar  is , zowel  aan  de  voor  als  aan  de  achterkant .  Hij  neemt  de  buigbeweging  van  de  romp  aan , zoals  de  afbeelding  toont .  De  tepels  en  de  navel  vormen  drie  belangrijke  richtpunten .  Onthoudt  ook  nog  bij  de  romp  de  boog  van  de  borstkas  vlak  onder  het  borstbeen  en  de  gekartelde  uitsteeksels  op  de  ribben  ( zaagspieren  op  de  ribben ) .
      Bij  het  achteraanzicht  ( fig . 23 )  vinden  wij  weer  als  as  van  de  romp  een  verticale  middelijn , die  de  richting  van  de  wervelkolom  volgt . 
       Op  schouderhoogte  vormt  de  zevende  halswervel  een  steeds  zichtbaar  uitsteeksel ;  vooral  bij  magere  mensen  is  dit  goed  te  zien .  Het  is  overigens  niet  zelden  dat  men  bij  sterk  vermagerde  personen  de  gehele  middellijn  door  de  zich  aftekenende  wervels  kan  volgen .  Het  ondereinde  van  de  lijn  loopt  uit  in  een  ruitvorm , veroorzaakt  door  het  heiligbeen , dat  door  symmetrische  kuiltjes  aangegeven  wordt .  Het  schouderblad  is  vooral  aan  zijn  onderste  hoek  zichtbaar .  Zowel  van  voren  als  van  achteren  gezien  zijn  de  okselplooi , de  bouw  van  de  bekkenbeenderen  en  ook  die  het  dijbeenshoofd  duidelijk  waarneembaar .
      Bij  de  elleboog  veroorzaakt  het  uitsteeksel  een  lichte  plooi  in  de  huid .
      De  driehoekige  holte , aan  de  achterkant  van  de  knie  getekend , de  zogenaamde  knieholte , is  al  besproken .  Je  kunt  ook  duidelijk  op  onze  afbeeldingen  de  twee  verdikkingen  van  de  kuitspieren  herkennen  en  de  onderkant  van  de  Achillespees .  Tenslotte  rest  ons , wat  de  vorm  van  de  enkels  betreft , nog  op  te  merken , dat  het  enkelgewricht  aan  de  binnenkant  hoger  ligt  dan  aan  de  buitenkant , wat  wij  trouwen  al  op  een  voorgaande  pagina  vermend  hebben .
      Op  fig . 24  laten  wij  de  stand  zien  van  het  verschoven  bekken , dat  wil  zeggen , dat  het  lichaam  op  één  been  rust  in  plaats  van  op  twee .  In  dit  geval  dwingt  het  gewicht  van  het  bovenlichaam  het  bekken  tot  een  schuine  stand , zodat  het  bekken  als  het  ware  naar  buiten  schuift , hetgeen  wij  door  de  stippellijn  A B  hebben  aangegeven . 
      Je  moet  er  altijd  op  letten , deze  verbindingslijn  tussen  de  verschoven  punten  A B   in  overeenstemming  te  brengen  met  de  schouderlijn  C D . 
      Het  is  nuttig  na  te  gaan , waar  de  aanrakingspunten  zich  bevinden  als  de  benen  tegen  elkaar  staan .  Fig . 25  toont  bij  een  normaal  gevormd  lichaam  de  raakpunten , die  op  knieen  en  enkelhoogte  onstaan .  Tussen  de  dijen  merkt  je  al  naar  gelang  het  model  zwaarder  of  lichter  is , een  grotere  of  kleinere  tussenruimte  op  ;  bij  de  vrouw  is  deze  ruimte  evenwel  zeer  klein .  Tussen  de  onderbenen  ziet  je , dat  de  verdikkingen  van  de  kuitspier  de  tussenruimte  gedeeltelijk , opvullen .  
      Bij  zeer  sterk  gespierde  mensen  is  het  mogelijk  dat  de  kuiten  elkaar  op  deze  plaats  raken .  Er  dient  op  gelet  te  worden , dat  de  richtlijnen , die  de  knie  snijden  schuin  in  omgekeerde  richting  lopen  ten  opzichte  van  de  lijnen , die  de  enkels  snijden .  Als  je  de  schuine  stippelijn  op  fig . 25  volgt  ziet  je  dat  zowel  de  tekening  van  de  voorkant  als  die  van  de  zijkant  dit  aangeeft .  
      Het  been  ( dijbeen , onderbeen  en  voet ) vertoont  in  zijn  geheel  van  de  zijkant  gezien  gewoonlijk  de  vorm  van  een  zeer  langgerekte  S  lijn  tussen  de  verschoven  punten  A B  in  die  bij  het  heupgewricht  begint  snijdt , zoals  men  ziet , het  dijbeen  in  twee  gelijke  delen , maar  loopt  aan  de  voorkant  van  het  onderbeen  langs  de  omtreklijn .  Wij  hebben  dit  in  onze  schematische  tekening  met  opzet  enigzins  overdreven .  Het  is  echter  van  belang , dat  deze  langgerekte  S - vorm  goed  in  uw  geheugen  geprent  wordt , want  hij  komt  nog  duidelijker  tot  uiting , wanneer  alleen  één  been  het  lichaansgewicht  draagt  en  het  door  de  scheve  stand  van  het  bekken  dubbel  wordt  belast .  
      Bij  de  romp  kan  men  de  grootste  vormverschillen  tussen  het  vrouwelijk  en  het  mannelijk  lichaam  waarnemen .  Toen  wij  het  geraamte  bestudeerden , hebben  wij  vastgesteld , dat  het  bekken  van  de  vrouw  veel  breder  en  wijder  is  dan  dat  van  de  man .  Het  middel  bij  een  vrouwenfiguur  ligt  hoger  dan  bij  de  man  ( fig . 26 )  en  de  liesplooi , die  bij  de  man  zeer  sterk  getekend  is , valt  bij  de  vrouw  nagenoeg  weg .
      Wanneer  wij  nu  het  bovenlichaam  zowel  van  de  vrouw  als  van  de  man , beide  van  de  zijkant  bekijken , met  elkaar  vergelijken , vallen  de  verschillen  ons  nog  meer  op 
    ( fig . 27 ) .  Bij  de  man  is  de  ruglijn  lang  en  de  afvallende  lendenlijn  heel  kort , terwijl  bij  de  vrouw  het  tegenovergestelde  het  geval  is .  Sommige  vervormingen  van  het  uiterlijk  van  het  lichaam  worden  veroorzaakt  door  het  lichaamsgewicht  of  door  een  samendrukking .  Als  de  spieren  ontspannen  zijn , zijn  de  vlezige  delen  aan  de  wet  van  de  zwaartekracht  onderworpen ;  zij  kunnen  plat  of  misvormd  lijken  zoals  de  twee  voorbeelden  op  fig . 28  tonen .  Dit  noemt  men  toevallige  vervormingen , die  onafhankelijk  zijn  van  perspectief .
      
      
     


    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.ART. NR . 33 . - FIG . 22 , 23 en 24 . - HEUPSTAND
    Klik op de afbeelding om de link te volgen Art . Nr . 33 .

    Fig . 22 , 23  en  24 .

    Let  op  de  richtingen  van  de  lijnen  AB  en  CD  bij  deze  heupstand .

    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.FIG . 22 , 23 , en 24 . - HEUPSTAND
    Klik op de afbeelding om de link te volgen Fig . 23 .

    Heupstand

    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.FIG . 22 , 23 , en 24 . - HEUPSTAND
    Klik op de afbeelding om de link te volgen Fig . 22 , 23  en  24 .

    Heupstand


    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.FIG . 25 . - SCHEMA BENEN
    Klik op de afbeelding om de link te volgen Fig . 25 .

    Schema ,
     raakpunten  van  de  benen

    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.FIG . 26 en 27 . - HET MIDDEL BIJ MAN EN VROUW
    Klik op de afbeelding om de link te volgen Fig . 26  en  27 .

    Het  middel  bij  man  en  vrouw

    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.ART . NR . 33 . - FIG . 28 . - VORMVERANDERINGEN
    Klik op de afbeelding om de link te volgen Art . Nr . 33 .

    Fig . 28 .

    Vormveranderingen  veroorzaakt  door  het  gewicht  of  door  samendrukken , hebben  niets  te  maken  met  vormveranderingen  veroorzaakt  door  het  perspectivisch  aanzicht  ( verkortingen )

    28-06-2006
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.ART . NR . 31 . b , EN 32 - DE SPIEREN

    Art . Nr . 31 . b ,

                                 De  spieren

      Het  hele  beenderengestel  is  met  een  zeer  ingewikkeld  spierennet  overdekt .  Deze  spieren , welke  in  de  pezen  uitlopen  zijn 
    omgeven  en  van  elkaar , en  zelfs  van  de  huid  gescheiden  door  vezelige  vliezen .  Het  zijn  de  spieren , die  door  de  zenuwen  beheerst , als  motoren  dienst  doen  en  de  op  zichzelf  volkomen  willoze  beenderen  van  het  skelet  in  beweging  zetten .  Zonder  op  bijzondeheden  in  te  gaan  is  het  goed  op  schematische  wijze  te  tonen , hoe  de  spieren  te  werk  gaan  om  de  beweging  te  scheppen . 
       
    De  spieren  bestaan  uit  een  vlezige  bundel  vezels , welke  gewoonlijk  als  spil  eindigen  en  zich  door  middel  van  pezen  aan  de  verschillende  delen  van  het  geraamte  vasthechten . In  rust  bereikt  de  spier  een  zekere  lengte  A  B , maar  zodra  hij  door  de  zenuwen  tot  werking  wordt  aangezet  trekt  hij  zich  samen , vormt  zich  als  het  ware  tot  een  bal  en  naarmate  deze  aan  dikte  toeneemt  vermindert  zijn  lengte  A C .
    ( fig . 14 ) .   
      De  twee  schematische  tekeningen  van 
    fig . 15  geven  duidelijk  de  buig -  en  strekbewegingen  van  de  arm  weer , die  door  twee  heel  bekende  spieren  veroorzaakt  worden :  de  tweehoofdige  ( biceps )  en  de  driehoofdige  ( triceps )  armspier .  Op  de  eerste  tekening  ( fig . 15 )  ziet  je  de  biceps  zich  samentrekken , terwijl  de  triceps  uitgestrekt  is .  
      Daar  de  biceps  met  een  einde  aan  de  schouder  en  met  het  andere  einde  aan  de  onderarmbeenderen  vastgehecht  is , dwingt  hij  bij  die  samentrekking  de  onderarm  tot  buigen .  Op  de  rechtse  tekening  doet  zich  het  tegenovergestelde  voor .  De  biceps  is  gestrekt , maar  de  triceps  dwingt , het  uitsteeksel  van  de  opperarm  als  hefboom  gebruikend , de  onderarm  zich  in  het  verlengde  van  de  opperarm  uit  te  strekken .  Deze  demonstratie  toont  je  op  een  heel  theoretische  manier  hoe  de  spieren  ( motoren ) de  beweging  van  de  beenderen  ( hefbomen )   door  samentrekking  bewerkstellingen .  Maar  we  moeten  je  er  op  attent  maken , dat  de  arbeid  van  een  spier  meerdere  uitwerkingen  kan  hebben .  Wij  hebben  b.v.  gezegd , dat  de  biceps  de  onderarm  op  de  bovenarm  buigt .  Het  kan  net  zo  goed  gebeuren  dat  de  bovenarm  zich  naar  de  onderarm  toebuigt .  Een  turner , die  de  stutstand  maakt , beweegt  de  onderarm  niet , het  is  veel  meer  de  opperarm , die  zich  op  de  onderarm  vouwt , naar  de  onderarm  toegetrokken  door  de  biceps , die  een  groot  gedeelte  van  het  lichaamsgewicht  draagt .
      Wij  zullen  de  voornaamste  spieren  naukeurig  nagaan  en  even  stil  staan  bij  die , welke  op  het  naakte  lichaam  het  duidelijkst  te  zien  zijn  ( fig . 16 , 17  en  18 ) .
      De  twee  schuine  halsspieren  die  aan  de  voorkant  van  de  hals  een  V  vormen , bewerkstelligen  het  draaien  van  het  hoofd  naar  rechts  en  links , waarbij  het  gezicht  zich  naar  de  tegenovergestelde  zijde  van  de  zich  samentrekkende  spier  richt .  Maar  zij  neigen  ook  het  hoofd  naar  voren  en  buigen  het , ieder  naar  zijn  kant  toe .  Men  noemt  deze spieren  ook  wel  de  borstbeen  - sleutelbeen  -  tepelspieren . 
      Op  de  borstkas  dienen  de  grote  borstspieren  er  toe , de  armen  naar  het  lichaam  te  trekken ,  terwijl  de  schouderspier  de  arm  omhoog  heft .  De  buitenste  schuine  buikspier  zorgt  voor  de  draai -  en  buigbeweging  van  het  middel .
      Door  de  zeer  talrijke  spieren  van  de  onderarm  worden  de  verschillende  bewegingen  aan  de  hand  doorgegeven . 
      Op  het  voorste  gedeelte  van  de  dijen  ligt  de  geweldige  spanspier  van  de  dijschede , die  het  voorwaarts  heffen  van  het  been  tot  stand  brengt .  De  kleermakersspier  bewerkstelligt  dat  de  benen  de  neergehurkte  "  kleermakerszit "  innemen .
      Tenslotte  wijzen  wij  je  nog  op  de  voorste  scheenbeenspier  die  de  voet  opheft  en  vestigen  wij  er  tegelijkertijd  de  aandacht  op  dat  de  voorkant  van  het  scheenbeen  bijna  over  de  hele  lengte  van  het  onderbeen  vlak  onder  de  huid  ligt .
      Laten  wij  nu  tot  de  achterzijde  van  het  lichaam  overgaan .  De  monnikskapspier  trek  het  hoofd  achterover  en  heft  de  schouder  op .  De  brede  rugspier  buigt  en  draait  de  romp .  De  driehoofdige  armspier  aan  de  achterkant  van  de  arm  dwingt  de  onderarm  tot  strekking  ( fig . 15 ) .
      Als  men  de  vingers  heftig  beweegt  kan  men  duidelijk  op  de  onderarm  het  aanzwellen  van  de  hele  spierenbundel  zien  die  tot  taak  heeft  de  vingers  te  strekken .
      De  bilspieren  houden  het  lichaam  in  evenwicht  op  de  benen .
      De  tweehoofdige  dijspier  aan  de  achterkant  van  de  dijen  kan  het  onderbeen  naar  boven  buigen .  Van  achteren  gezien  merkt  je  op  dat  deze  spieren  uit  elkaar  lopen  om  zich  aan  weerskante  van  de  knie  vast  te  hechten , waardoor  zij  een  driehoekig  afgetekende  ruimte  vormen , knieholte  genaamd . 
      Op  de  achterkant  van  het  onderbeen  is  de  verdikking  van  de  tweeling  kuitspier  zichtbaar , die  in  de  Achillespees  uitloopt .  Door  zijn  bemiddeling  zorgen  zij  voor  het  heen  en  weer   bewegen  van  de  voet  ( kuitspieren  zijn  bij  hardlopers , fietsers , en  danseressen  bijzonder  ontwikkeld ) .
      Op  de  afbeelding  van  terzijde  gezien  vinden  wij  dezelfde  spieren , die  wij  zojuist  besproken  hebben  terug , maar  dan  op  een  heel  andere  manier .
      Evenals  wij  hiervoor  bij  het  geraamte  gedaan  hebben , zijn  ook  hier  de  tekeningen  van  de  anatomische  mens , van  de  voor - , achter -  en  zijkant , in  de  drie  schema's  van  fig . 19  nogmaals  vereenvoudigd  weergegeven .  Daardoor  zult  je  makkelijker  in  staat  zijn  de  voornaamste  spieren  in  uw  geheugen  te  prenten . 

                    De  vetlaag  -  De  huid

      De  uitsteeksels  van  de  beenderen  en  spieren  zijn  zodanig  door  een  vetlaag  omgeven  dat  zij  daardoor  soms  minder  zichtbaar  zijn .
      Bij  het  lichaam  van  de  vrouw  bijvoorbeeld , dat  minder  grove  beenderen  heeft  en  minder  gespierd  is  dan  dat  van  de  man , is  daarentegen  de  vetlaag  om  het  bekken  veel  zwaarder , waardoor  het  lichaam  ronder  en  gladder  is , terwijl  het  relief  van  het  mannelijke  lichaam  over  het  algemeen  oneffen  en  hoekig  lijkt . 
      De  huid  is  op  gepaalde  plaatsen  direct  aan  het  geraamte  gehecht , hetgeen  onveranderlijke  plooien  veroorzaakt , zoals  de  plooi  van  de  lies , van  de  oksel  en  de  lijn  die  de  as  van  het  lichaam  zowel  aan  de  voor -  als  aan  de  rugzijde  aangeeft . 
      Er  zijn  ook  de  toevallige  plooien , die  bij  bepaalde  bewegingen  ontstaan ;  bijvoorbeeld  aan  de  hals , als  men  het   hoofd  omdraait ; aan  de  elleboog  als  men  de  arm  strekt  en  aan  de  romp  als  men  zich  voorover  buigt . 
      Door  de  verharding  van  het  huidweefsel  zijn  bij  grijsaards  de  uiterlijke  plooien  blijvend  ingekerfd  en  dan  worden  dit  rimpels . 
      Zoals  wij  reeds  aangekondigd  hebben , volgt  hier  een  beknopte  anatomische  atlas  die  je  op  uw  gemak  zult  kunnen  raadplegen  om  de  op  de  vorige  bladzijden  verkregen  kennis  te  kunnen  vergroten . 

                  ANATOMISCHE   ATLAS
                      ( nadruk  verboden )
                          ART . NR . 32 . 


    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.ART . NR . 32 . - ANATOMISCHE ATLAS - SKELET V/D ROMP
    Klik op de afbeelding om de link te volgen Art . Nr . 32 .

    ANATOMISCHE    ATLAS

    Skelet  van  de  romp .

    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.ART . NR . 32 . - DE SPIEREN VAN ROMP EN HALS
    Klik op de afbeelding om de link te volgen Art . Nr . 32 .

    De  spieren  van  romp  en  hals .

    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.ART . NR . 32 . - SKELET VAN SCHOUDERGORDEL EN ARM
    Klik op de afbeelding om de link te volgen Art . Nr . 32 .

    Skelet  van  schoudergordel  en  arm .

    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.ART . NR . 32 . - DE SPIEREN VAN DE ARM
    Klik op de afbeelding om de link te volgen Art . Nr . 32 .

    De  spieren  van  de  arm .

    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.ART . NR . 32 . - SKELET V/H BEEN EN DE VOET
    Klik op de afbeelding om de link te volgen Art . Nr . 32 .

    Skelet  van  het  been  en  de  voet .

    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.ART . NR . 32 . - SKELET V/H BEEN EN DE VOET
    Klik op de afbeelding om de link te volgen Art . Nr . 32 .

    Skelet  van  het  been  en  de  voet .

    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.ART . NR . 32 . - DE SPIEREN V/H BEEN E/D VOET
    Klik op de afbeelding om de link te volgen Art . Nr . 32

    De  spieren  van  het  been  en  de  voet .

    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.ART . NR . 32 . - ANATOMISCHE ATLAS - SPIEREN V/H BEEN
    Klik op de afbeelding om de link te volgen Art . Nr . 32 .

    Anatomische  Atlas

    De  spieren  van  het  been

    27-06-2006
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.ART . NR . 31 . b , - FIG . 14 EN 15 - BICEPS EN TRICEPS
    Klik op de afbeelding om de link te volgen Art . Nr . 31 . b ,

    Fig . 14  en  15 .

    biceps  en  triceps




    >

    Blog tegen de regels? Meld het ons!
    Gratis blog op http://blog.seniorennet.be - SeniorenNet Blogs, eenvoudig, gratis en snel jouw eigen blog!