o primavera
heerlijke bloemennaam,
betekent ook begin
Over mijzelf
Ik ben Van Overstraeten Nicole, en gebruik soms ook wel de schuilnaam yasmin.
Ik ben een vrouw en woon in Halle 1500 (België) en mijn beroep is gepensioneerde leerkracht Nederlands.
Ik ben geboren op 30/06/1946 en ben nu dus 78 jaar jong.
Mijn hobby's zijn: poëzie, theater, oosterse cultuur, muziek en koken.
Ik publiceerde 4 dichtbundels (De dagen van de winter, Jagen, Sapkracht en De tuinen van Thevenet). In 2006 acteerde ik in 'De koffers zijn gepakt', een theaterproductie van het Masereelfonds, als eerbetoon aan Bertold Brecht.
een lief okerkleurig scharminkel
literatuur, cultuur, small talk
09-06-2014
het komt eraan
niet het onweer en de hagelbuien, maar poetry international 2014!
ik hou volgende dagen vrij om de esbattementen te volgen op livestream.
toch in meander reeds een voorproefje ontdekt:
Antoine de Kom Dichter en forensisch psychiater Antoine de Kom (Den Haag, 1956) begon in de jaren negentig met het publiceren van poëzie. Hij debuteerde in 1991 met de dichtbundel ‘Tropen’, later volgden de bundels ‘De kilte in Brasilia’, ‘Zebrahoeven’, ‘Chocoladetranen’ en ‘De lieve geur van zijn of haar’. Antoine de Kom is van Surinaams-Nederlandse afkomst en bracht een groot deel van zijn jeugd in Suriname door. Zijn gemengde afkomst en de ervaringen uit zijn jeugd hebben in belangrijke mate zijn poëzie bepaald. Met zijn zesde bundel ‘Ritmisch zonder string’ won hij de VSB poëzieprijs in januari van dit jaar. Op 10, 13 en 14 juni aanstaande zal de dichter optreden in Rotterdam tijdens het Poetry International Festival.
wat ik vooral mis? het licht dat op een zwarte ouderwetse lincolnjas te warm is van zichzelf te heet voor de tijd van het jaar: in elke hoek van de zachtgele kamer heb ik een ventilator die me de wenkbrauwen doet fronsen, een knagend schuldgevoel iets dat opwindt in de stilte rond rotan het kraken van stoelen terwijl in de tuin de kleuren eindelijk tot bedaren zijn gekomen.
ik ben de vliegen hier in dit huis. en met de spiegels ben ik één. al ontbonden een voetstap het knielen de kus op de grond dierbaar ten teken van wat groen groen doet lijken.
we zullen allemaal een voor een op onze eigen dag in zwarte warme duisternis verdwijnen. je mag dan wel tien instrumenten om je nek bespelen – when the saints go marching in. de heilige theresia van lisieux stelt me voor raadselen. ergens in de filipijnen vroeg iemand waarom het rozen regent als bruine tantes ritmisch dansend zonder string en in hun handen klappend op het altaar goddelijk genot in goddelijk genot veranderen. rozen die zwaar geuren en zwoel de naaktheid van hun dans bloter maken dan bloot dalen op ons neer.
Kopters zijn dieren bijzonder bedreven in het ontkurken van de grote stilte. zij bewegen fluisterend en beloven nooit. rond het middaguur werpen zij lange overlijdensadvertenties af. opdat men zich berge en verblind door hun lichten geen palm meer ziet. aan de sushibar probeerde ik weer de onvindbare vis terwijl een begeerlijke chinese zich gelukkig achter haar haren verborg. ik at inktsoep. zei iets. eigenlijk gaat dit gedicht over de noordzee waar als booreiland zich een designer toont en hij ontwierp in hun volle omvang de berghellingen van de vijzelstraat. daar ging een man overboord die vertelde dat de zee bij lihue heden ten dage volstrekt onbegaanbaar is. in haar parkje ontmoette ik de koningin die niet meer was. zij stond waardig maar wenend tussen haar rozen. op het bordes een vonkend dovende diamant. dichten is zulk doven. zij nam potlood en peillood. keek met aarzelende ogen naar een man die haar (onder ons gezegd) net iets te vaak bedankte. bedanken is wel hoffelijk maar vooral voor de vaak zei ze en een verkoolde steen rustte in de palm van haar hand. nergens is het beter dichten dan op aanrollende golven. men neme een stevige regel en houde zich daaraan vast. de golven breken op. de regel wordt schuimend gedicht en als de golf op het punt van omslaan komt is de bladzij altijd sneller. dichten is zulk omslaan golven zijn al brekend en ontrollen dan pas echt hun poezie. bij een eiland hoort een witte broek. de blote voeten in het zand zeggen dat zon en lichte afzondering het bestaan draaglijker maken. voeten in zand. handen in ontroostbaar water.
voor de rest: een getroebleerde periode achter de rug. mijn waterkoker slaat voortdurend aan, zonder dat wij hem aanzetten, mijn horlogebandje kapot (zweette ik zo erg?), mensen vertellen weer hun afschuwelijke verhalen (ik wil altijd zeggen: kijk, mensen, naar de wereld, hoe mooi!), mijn pc wordt overrompeld door rare popups (eergisteren begon een meisje zomaar een liedje te zingen!), a. heeft kletterende ruzie met zijn zus en soms kraakt mijn rechteroor. maar een lieve dame stuurde me al twee keer een mail: wil je artisjokken?
voorts ontwikkelde ik de laatste dagen de vreemde gewoonte om thee op te eten ipv te zetten, en finaal maakte ik gisteren deze rozenkiekjes in coloma. mijn batterijen waren zowat leeg, dus ik moest me beperken tot enige fotookes, anders was dit een afzonderlijke reportage geworden...
de foto is een beetje wazig, naar daarom niet minder mysterieus!
argh! al meer dan een halve week achterstand opgelopen door rugpijn. ik noem mijn pijn mister lum en praat ook met hem. het was duidelijk een lichte vorm van lumbago, die dan toch meesterlijk besliste over mijn activiteiten: ik kon een paar dagen niets anders dan liggen, want elke beweging deed pijn. een reden te meer om lui in mijn bedje te blijven en mijn huisgenoten te belasten met de huishoudelijke karweitjes. natuurlijk heerlijk veel boekskes gelezen...
bovenstaande cover is van een boek van alessandro baricco: de barbaren, een essay over de mutatie. een weird boek! alessandro bezigt een bizarrre schoolmeesterachtige stijl, die nog grappig is ook, en wil aantonen dat we in een veranderende tijd leven. hij heeft zeker een punt: zijn stelling dat de tijd van het zeggen plaats heeft moeten maken voor communicatie, vind ik wel een doordenkertje.
en chardonnay is tegenwoordig wat hij noemt een hollywoodwijn, die wijnkenners en traditionele wijnboeren grijze haren bezorgt. toch dacht ik direct: ach, dat exclusieve, welke gewone mens kan zoiets constant ervaren? ik ben heel blij met een gekoelde chardonnay op een zomers terrrasje, en het kan me worst wezen als die niet volgens de regels is gemaakt. ik luister naar mijn eigen smaakfeetje. als ik vrolijk ben en het snikheet is, vind ik elk gekoeld drankje hemels...
la superba van ilja leonard pfeijffer las ik al een tijdje geleden, maar tijdens mister lums' heerschappij vernam ik dat ilja er een prijs mee had gewonnen: de libris literatuurprijs 2014 (zie http://www.deredactie.be/permalink/1.1966416). sinds ik zijn dichtbundel dolores heb gelezen, is ilja 1 van mijn favoriete schrijvers!
een flinterdunne tanizaki, de zwevende brug der dromen. een meesterwerk. kon niet anders dan door een japanner geschreven zijn: met een sensuele pen van fluweel borstelt hij een beeld van zijn adoptieve moeder. ik post een link: http://fr.wikipedia.org/wiki/Jun%27ichir%C5%8D_Tanizaki
dit is een literaire thriller met een setting in het oude egypte! los van het ophelderen van de moordzaak en de zoektocht naar smokkelaars door luitenant bak, genoot ik van de zintuiglijkheid in dit verhaal. en vooral: de gouden gloed waarin alles wordt gedompeld door oppergod re, de zon. het gloeiend hete zand, de glimmende gebruinde (geoliede) en gespierde torso's van de mannelijke personages, de gracieuze en sensuele lichamen van de dames, de gouden enkelbanden, de lapis lazuli in ringen en armbanden, de parfums, de zon op het dak van de citadel, de azuurblauwe hemel.... de schrijfster - of is het de vertaalster? bezigt een verrukkelijk-pulpeuze stijl. alleen een vrouw kan dit zo. ahum!
een kleine pessoa. lief boekje. ben te weten gekomen dat pessoa nogal geïnteresseerd was in vrijmetselarij en in kabballa. de inleiding is superinteressant, het verhaal zelf is niet af. maar achteraan volgt een soort synopsis, door pessoa zelf geschreven. wat een tipje oplicht van de sluier: ook pessoa was in zijn schrijven georganiseerd.
laatste boekje, met dank aan mister lum. de auteur is een palestijn uit ramallah. eigenlijk een politiek boekje, maar verweven in een subliem verhaal. ik vond deze schitterende passage: je me suis abstenu d'entrer dans des conditions politiques, philosophiques ert historiques sur les révolutions, leurs commencements et leurs fins, et comme toujours, je ne me suis laissé émouvoir par aucune prétention idealiste. j'ai une longue expérience des masques. je ne penche pas spontanément pour la marge en tant qur telle. la marginalité n'est pas pour moi une valeur en soi et ceux qui s'en garganisent ne me fascinent pas. je dirais même que mes méditations m'ont révelé que la marge n'est pas moins cruelle envers la marge de la marge que le centre lui-même ne l'est envers la marge.
(uit wikipedia: een flashmob (Nederlands: "flitsmeute") is een (grote) groep mensen die plotseling op een openbare plek samenkomt, iets ongebruikelijks doet en daarna weer snel uiteenvalt. Flashmobs worden veelal georganiseerd via moderne communicatiemiddelen zoals het internet. Het aantal deelnemers staat niet van tevoren vast; hoe meer deelnemers, hoe succesvoller de flashmob.)
argh! een flashmob is dus gewoon het nieuwe woord voor happening! op een bepaalde plek, op een bepaald moment, verschijnen flashmobbers in een menigte en doen enkele ongewone acts. daarna verdwijnen ze weer en laten hun publiek stomverbaasd (stupéfait, éberlue) achter: wat was dat nu voor een voorstelling??????
zaterdagnamiddag wilden wij naar de tentoonstelling to the point, over het pointillisme (tussen haakjes: een schitterende tentoonstelling!) in het ing-cultuurcentrum op de koninklijke plaats in brussel. daar het verboden was foto's te nemen van de tentoongestelde werken, stelde anne voor 'te flashmobben'.
dit was de aanzet: anne zet een soort breakdance-move in, natasja kromt haar linkerbeen en lieve speelt de bewonderende toeschouwster. zij had mooie fragiele oorbelletjes aan, daarom laat zij zich fotograferen in zijzicht.
deze heren wisten nog niet dat zij moesten flashmobben, maar zij zijn flashy en mobby puur natuur. zij naderden zo rap dat ik hun voeten miste!
dit is een kruising tussen een leuke foto en een flashmob. spijtig dat ik niet kon meedoen, anders hadden we - meegesleept door mijn gebruikelijk enthousiasme - veel meer gemobd dan geflashed!
mijn versie van een flash: ik laat me fotograferen met de trappen van de kerk. euh! ik bedoel natuurlijk met de catalogus van de tentoonstelling. mijn sjaal (gekocht bij paprika) mobt.
dit begint er al op te lijken: samen met n. een venitiaans dansje op de koninklijke plaats!
n. wou flashen, maar zoals altijd moet ze diep nadenken voor ze in actie schiet. toch een mobbige foto!
is dit een flashmob of een fotoshoot? psssst.....! deze jeunehomme is misschien een voormalig fotomodel dat toevallig mee kwam doen!
een gelukte mob. dit is een voorstelling van de januskop uit de romeinse mythologie. janus was de god van de poorten, van het begin en het einde. hij wordt afgebeeld met twee gezichten, die de tegenovergestelde kant uitkijken. in de literatuur wordt de term januskop gebruikt om te benadrukken dat iets diverse - vaak tegengestelde - eigenschappen of karakteristieken kan hebben.
een manier om mekaar te plagen: de lepels kruisen! maar n. zit er toch maar tussen...
(argh! zucht, zucht! wanneer zullen die kleine kindjes ophouden met dat gedoe... au!....)
w. komt, wippend op 1 been en met mijn foto-etuitje zwaaiend, uit de tearoom. mooie flashmob!
l. wil absoluut nog een foto in zijaanzicht. zien jullie allemaal mijn mooie belletjes?
in het centraal station nog een laatste flashmob. a. en t. kijken demonstratief naar het aankondigingsbord.
zegt l. tegen w.: en de volgende keer koop jij nu echt een jasje. en als je thuiskomt en je eet prinsessenboontjes, oppassen dat je niet smost, want op een prinsessenboontje kun je makkelijk uitglijden...
de mooiste mob. t.'s vingers houden krampachtig de rode tas met schoenen van camper vast.
t. is bang dat hij, door een onzichtbare macht gedreven, de schoenen zal dumpen in de glas-papier-rest-pmd vuilbak, die in aantrekkelijke kleuren op elk perron flashed.
eindelijk was het zover: de damespoëzieavond in het literair cafe den hopsack op donderdag 3 april in de grote pieter potstraat in antwerpen! 9 dames, 9 muzen, 9 dichteressen hadden hun medewerking toegezegd! dagen, neen, weken, neen, maanden bij voorbaat was ik al bezig met de voorbereiding. uitnodigingen sturen, mailen, nog eens mailen, nog eens mailen, een programmaatje samenstellen, in betweenen tussen de vvl, de dames en het management van den hopsack enz... ik was zo geobsedeerd door het woord donderdag, dat ik mij voor 2 theatervoorstellingen in het cc 't vondel hier in mijn stadje van dag vergiste: de voorstellingen gingen door op vrijdag en ik stond daar reeds aan de deur op donderdag! in mijn perceptie moesten alle events op donderdag plaatsvinden!
ik had de dames op het hart gedrukt hun voordracht te beperken tot 5 minuten. 5 minuten! argh! dat leek zo weinig! maar het moest van het management, want negen dichteressen op het podium in anderhalf uur... dat was schuiven en puzzelen en vooraf inoefenen met de klok naast zich. maar tegenwoordig gaat dat zo: theater- en circusacts worden tot op de minuut voorbereid, reporters bij voorbeeld krijgen vijf en een halve minuut spreektijd, niet meer, niet minder... ik vroeg de dames dus een strakke timing aan te houden.. en het lukte! stipt om 22 uur sloten we af! van solidariteit gesproken! ik wil de dames hierbij feliciteren voor hun professionaliteit en hun enthousiaste inzet! bravo en nog eens bravo! hieronder een kleine reportage van dit heuglijk event (foto's zijn van geertje, ik schreef de commentaren). in de bijlage (naar beneden scrollen aub) wil ik een keuze van de voorgedragen gedichten en verhalen opnemen.maar dat komt nog!
oeps! bij aankomst moest ik natuurlijk pronken met mijn mooie rode tas... de dame met het hoedje is renée, de heer met de hoed is tony, voorzitter van de vvl.
in mijn intro verklapte ik waarom op de affiche stond: de tiende muze. ik citeer uit mijn speech: 9 muzen, zegt u? Op de affiche staat nochtans: De Tiende muze? Wie is dan die 10de muze? Grappenmakers zullen beweren dat ik misschien die 10de muze ben. Maar neen, ik zet een stap opzij en verwijs naar de grootste dichteres uit de klassieke oudheid, onze illustere voorgangster, Sappfo van Lesbos (ca. 625-565 v. Chr.), die door de Griekse filosoof Plato in een flitsend epigram geprezen werd als de Tiende Muze. Ik wil hierbij zeker ook vermelden, dat dichteres Renée van Hekken eigenlijk op het idee kwam een vrouwenpoëzieavond in te richten in Den Hopsack. Daarom geef ik haar zo dadelijk als eerste het woord...
jaja, renée had een schitterend idee! hierboven leest ze haar valentina-gedichten. ik kijk bewonderend naar haar mooie hoed!
edith de gilde kwam helemaal uit den haag naar den hopssack. zij begon te schrijven en te publiceren op haar vijftigste. wat een revelatie! haar poëzie is heel verdicht en zij leest haar gedichten zorgvuldig, met intense aandacht. het resultaat was wondermooi!
met opzet heb ik de rode oogjes niet weggewerkt! dit lijkt wel een bijeenkomst van vampiertjes! of waren het vamps? links ziet u ann van dessel, rechts vooraan erika de stercke uit gent. rechts, verborgen in het duister, ziet u melissa leboeuf!en de dame die op de achtergrond elegant applaudisseert is rose.
erika de stercke neemt veelvuldig deel aan slams in nederland en belgië. zij deed ook mee aan poëziefestivals zoals 'Dichters in de Prinsentuin in Groningen' en 'Onbederf’lijk Vers in Nijmegen'! maar vanavond wilde zij niet slammen! jammer! haar gedichten vond ik desondanks superleuk!
'christina guirlande ontroerde met een gedicht over haar moeder die altijd naar zee wilde maar daar nooit aan toe is gekomen....' (dit stukje nam ik over van de blog http://mededelingen.over-blog.com/article-de-tiende-muze-123212823.html. moet u zeker lezen!). christina is een waardige en stijlvolle dichteres, van wie ik een reeks verrukkelijke gedichten over rozen heb gelezen... zie mijn blogbericht van 12/04/2011!
lut natens was voor mij eigenlijk een onbekende! zij las een mooi gedicht voor over haar jonggestorven broer, met zachte stem...
zusterlijk naast elkaar op de bank: patricia de landtsheer, christina guirlande, melissa leboeuf. van patricia en melissa heb ik geen podiumfoto, jammer! maar ik wil hier onmiddellijk aan toevoegen dat ik hun professionele voordracht enorm kon waarderen! wat een prachtige, sterke dames! bravo! links nog eens de doordringende blik van ann en rechts de besnorde bert bevers...
ann van dessel is een fenomeen! haar gedichten zijn heel sterk, tegelijk grappig en tragisch en zij leest ze rechtstaand voor, heel levendig, met de nodige gebaren en een flitsende energie! waw, ann, supertof!
en hier zijn we, de negen (tien) muzen: achteraan van links naar rechts Patricia De Landtsheer, Melissa Leboeuf, Lut Natens, Christina Guirlande, Renée Van Hekken, Nicole Van Overstraeten, Edith de Gilde en Erika De Stercke. Vooraan Ann Van Dessel en Annmarie Sauer.(foto Geertje Hoefnagels)
daar annmarie sauer alleen maar op deze foto voorkomt, publi ik hier tot slot een schitterend engelstalig cherokee-gedicht, dat zij vertaalde voor publiek geheim 7. (zie ook bijlagen)
How Madwomen Survive
I come from a long line of madwomen and of this, I am proud. Strong women with determined resiliency, open minds, and hands that knew no idleness. A great grandmother who became accustomed to the whiskey-colored breath of strangers in order that her children be fed.
A grandmother who captured and killed the white chickens of neighbors for the same reason. And a mother who tried and failed and tried and failed and tried and failed and tried and failed to understand the reasoning
behind the lies of men who said they were her lovers. I come from a long line of madwomen and of this, I am proud. There is a difference in madness and craziness: Craziness causes one to twirl and twirl until a great breath sucks her spirit home leaving her mind and body to laugh on their own.
Madness allows the mind and body to function while the spirit dances to the heartbeat of the stars. I come from a long line of madwomen and of this, I am proud. Women who folded their shame into the gathers of their pride wrapped them both around their ankles and continued to dance, letting everyone know they were not afraid to dance backward if it meant survival.
I come from a long line of madwomen and of this, I am proud.
verleden week bracht ik drie bibliotheekboeken ongelezen terug (rikka pulkkinen- vreemdeling, carmien michels- wij zijn water, en zelfs een murakami- kagoeroecorrespondentie). reden: eerst en vooral verveelden deze boeken me na enige pagina's; ten tweede besloot ik de boeken die ik al enkele maanden geleden van een vriend ter inzage had gekregen eindelijk en helemaaaal uit te lezen! vooral valse papieren, een narratief essay van de mexicaans-italiaanse valeria luiselli wou ik uitlezen en herlezen, want deze dame intrigeert me. niet alleen heeft ze hetzelfde kapsel als mijn dochter en roept zij bij mij iedere keer weer een vers uit een oud gedicht van me op: mijn zwerftochten in de vierendertigste straat (jaja, toen ik jong was telde ik de straten in brussel!), maar een jonge vrouw die schrijft over wat zij schrijft: niet zo evident! in het eerste hoofdstuk, de anderhalve kamer van brodsky, is zij op reis in italië en bezoekt het kerkhofeiland san michele in de baai van venetië, om het graf van jozeph brodsky te vinden*. dit hoofdstuk, verspreid over elf pagina’s, verdeelt valeria dan nog in vijf stukjes, waarboven de naam van een hotel (hotel bellevue, hotel alla salute, hotel grutti palace enz…) prijkt. waarschijnlijk logeerde brodsky in deze hotelletjes, want hij hield erg veel van italië. de vertalingen van zijn gedichten in het italiaans vond hij trouwens super, want het rijmschema in het italiaans is hetzelfde als in het russisch!ëïï wat nu opvallend is: die stukjes zeggen niets over die hotels of de omgeving, maar vertellen daadwerkelijk over haar zoektocht naar brodsky’s graf. zij filosofeert over brodsky’s eenzaamheid, verwijst naar andere dichters en beroemdheden (zoals ezra pound!) die daar ook zijn begraven, citeert gilbert keith chesterton* en john ruskin* en beschrijft, zonder zich te verliezen in dromerige contemplatie (daar is zij, zegt zij zelf, te ongeduldig voor!) op pakkende wijze de sfeer op het kerkhof van san-michele… terwijl ze aan een sigaretje lurkt! deze techniek past zij toe in het hele boekje: tien hoofdstukken, verdeeld in aparte hapklare blokjes, doorspekt met narratieve paragrafen with a touch of melancholy, waarboven zij vreemde titels schrijft en metaforen geïnspireerd op ruines en verval niet schuwt. zij linkt haar observaties aan kunst, filosofie, architectuur en literatuur en refereert uiteindelijk naar het schrijfproces en de verbeelding.
* valeria flaneert door mexico-city, haar thuisstad, geeft haar ogen de kost en laat daarbij haar gedachten en fantasie de vrije loop. daarna (of tegelijk?) schrijft zij alles op, daarbij puttend uit haar toch wel rijke belezenheid en eruditie. in een van mijn favoriete stukjes (twee straten en een stoep, p.55) denkt zij na over de term saudade. ze begint met een wetenschappelijke uiteenzetting over het begrip melancholie, onderzoekt daarna de oorsprong van de term nostalgie en probeert tenslotte het woord saudade uit te leggen – eigenlijk een niet uit te leggen woord: waar de pijn te horen is in de samenklank van de eerste twee klinkers, (en) doet denken aan dingen die tegelijkertijd mooi en verdrietig zijn: zeeschepen, treurwilgen, wierook, hagedissen..(p 62). deze tristesse vind ik ook terug in de hoofdstukken waarbij valeria luiselli het heeft over ruines, verval en restauratie in de stedelijke architectuur. het stof van mexico-city stuift zo van de bladzijden omhoog.. . zij vertelt over 'stoftochten' in steden, want waar anders verzin je titels als á velo, bouwmaterialen, brug in onderhoud, cement, in aanbouw, relingo’s, verhuizingen, woningmarkt, staatsburgerschap (want voor papieren moet je naar grote stoffige gebouwen in de hoofdstad)?
* relingo’s zijn stukjes braakliggende grond, ontstaan in mexico-city, op plekken waar men omwille van de aanleg van een grote snelweg, de paseo de la reforma, een reeks gebouwen met de grond gelijk maakte. langs de paseo de la reforma, de indrukwekkende façade die ermee pronkt de toegangsweg te vormen naar een keizerlijk mexico-stad dat al lang niet meer bestaat, loopt een patroon van kleine open plekken, van pleintjes waar ooit iets was maar waar nu alleen nog maar braakliggende stukken grond zijn. het oorspronkelijke grindpatroon van de stad werd doorkruist door deze snelweg en van de rechthoekige terreinen bleven dus driehoekige of trapeziumvormige stukken over, waar onmogelijk nog kon op gebouwd worden. deze terrains vagues inspireren luiselli tot overdenkingen omtrent stedelijke architectuur, commentaren bij roland barthes’ essay over de eiffeltoren, de terraines vagues van de catalaanse architect ignasi de sola-morales, het huis voor de kunsten en handenarbeid, speciaal bedoeld voor doven, gebouwd op de relingo dichtbij metrostation hidalgo, de muurschilderingen in de oude miguel de cervantes bibliotheek, het begrip lingering… uiteindelijk vergelijkt zij steden en aanverwante bouwkundige esbattementen met het schrijven zelf, dat zij een omgekeerd restauratieproces noemt. schrijven is niet hetzelfde als bouwen: schrijven is juist het maken van relingo’s, het achterlaten en verspreiden van stiltes en leegtes, van relingo’s in de taal. de zwerftochten die we gedurende onze lectuur maken brengen de ruimtes in beeld waarin we ons tijdens onze intieme momenten begeven.
* oef: wat ik eigenlijk zeggen wil - bij luiselli voor een keer geen onderwerpen als: relaties, familiegeschiedenissen, passionele liefdes, reisreportages e.d. luiselli’s verhaal is een amalgaam waarbij architectuur, sociologie, filosofie, geschiedenis en literatuur de ingrediënten zijn. luiselli kun je oppervlakkig lezen als een soort bevreemdend avontuur, een zwerftocht doorheen steden als venetië, mexico-city, new-york. maar bij nadere lectuur ontdek je een wereld van schoonheid, waar je kunt in verblijven en je nooit of nooit zult vervelen. want haar metaforen zijn toepasbaar op wat wij voortdurend in ons eigen leven ervaren, op de manier waarop wij bewegen in de stad, met de overweldigende aanwezigheid van grootschalige architectuur, dichte infrastructuur en ook het verval.
de relingo’s, de terrains vagues in de stad (en in onszelf) gelden dan als ultieme rustpunten, als sluipwegen naar herinnering en verbeelding.
• ik vond dit hoofdstuk zelfs integraal op internet terug: http://issuu.com/uitgeverijkaraat/docs/valeria_luiselli_joseph_brodsky) • http://fr.wikipedia.org/wiki/G._K._Chesterton • http://en.wikipedia.org/wiki/Ruskinian
al een maand deze blog niet aangevuld. ziek geweest (griep, hoofdverkoudheid, vervelende oorontsteking...). me bijna 3 weken mottig gevoeld. kamerarrest. als het winderig was of regende, mocht ik niet naar buiten. het was ALTIJD WINDERIG EN REGENACHTIG IN DE VOORBIJE WINTER. van de gelegenheid gebruik gemaakt om te rommelen in mijn kamer/werkkamer (of liever: alles zogezegd te ordenen en tot de ontdekking komen dat ik altijd te weinig plaats heb, teveel boeken...).
toch ook zo moedig geweest in de weekends vrijwillig te werken in de oude post, als suppoost en gids. fijn!
op dit ogenblik de derde van een reeks tentoonstellingen omtrent de duisternis en het licht.... net nu is het tweede luik van no lights on bezig: (zie ook deze link: http://www.ringtv.be/videos/zina-20-februari).
licht!
ach, mijn relatie met licht is bizar. eigenlijk wil ik me al jaren verbergen in de schaduw. ik ben eenschaduwvrouw. eigenlijk ben ik bang van licht.
maar sinds verleden jaar zoek ik het licht.
eens kijken: maar in twee van mijn gedichten heb ik het duidelijk over geen licht/licht:
licht, verblindend wit licht. laat me niet alleen in dit licht.
(vlier, uit de bundel sapkracht, 1999)
ben tussen haakjes, schaduwvrouw met gradaties. want er is
schaduw en schaduw. spetterschaduw, donkere schaduw. chillen toch, die schaduw. maar niets - zeg het nu zelf – is aangenamer dan halfschaduw. eigen schaduw benadert kernschaduw. aan buitenste begrenzing dringen eindelijk lichtstralen door. onvermijdelijke bijschaduw, op de grens van, onder open kroon bijvoorbeeld. ach mijn liefste, koester mij, koester mij! fluisterzon op aangezicht, nekje in het duister. no more light, no more light!
(schaduwvrouw, chlorofyl 2, uit de bundel de tuinen van thevenet, 2012)
jaja, licht is soms beangstigend. soms ook fantastisch. sinds enige dagen zit ik in de zon in mijn tuintje. heb al een knalgeel boterbloemeke ontdekt en de bloempjes van de forsythia bloeien schroomvallig open.
daar is de lente, de zon!
daar is het licht!
ik publi hier een kleine fotoreportage, gerealiseerd door mijn vriendin anne de cremer. zij heeft een naturel oog voor composite, lichtinval, ritme. sommige foto's zijn bijna professioneel. soms overstijgen ze de mainstream-fotografie en bekomt ze een supertake. een publicatie in een glossy magazine waardig!
veiled lady lamp van damien gernay.
een authentiek mijnlampje, omgetoverd tot een kunstobject door jos devriendt. de petroleum is vervangen door een led-lampje!
dit is echt een goede foto.
lichtvlek op het schilderij van wannes lecompte wordt als het ware herhaald en ondersteund door de zonnevlek op de fotolijst van jan marechal.
knappe compositie, dynamisch, ritmisch...
ook hier kondigt de spinachtige move op het schilderij van wannes lecompte de designlamp van nathalie dewez aan.
ja, dames en heren, er is zonlicht, daglicht, neonlicht, spotlicht, eeeuh.... kaarslicht, gloeilamplicht, hallogeenlamplicht, spaarlamplicht, ledlicht ....
niet gemerkt dat een bezoekster zo'n mooie sjaal aanhad...
dit zijn realisaties van de brusselse nathalie dewez: de standing moon-lamp en de spinachtige staande lamp, heel stijlvol en elegant!
het licht in de de spinlamp kun je dimmen!
de installatie van franziz denyz wekte heel wat vragen en reacties op. een enigmatisch kunstwerk!
de kunstenaar liep stage in japan, daarom deze materialen: papier(karton), hout, steen...
de lampion bestaat uit een stapel vierkante kartonnen lijstjes, geel geschilderd en samengehecht met kopspeldjes. de stenen vond franziz in een veld in de rupelstreek. het zijn bakstenen die te lang in de oven hebben gelegen en dus mislukt zijn. de lamp is een luxueus designermodel, genaamd tolomeo, van de italiaanse designer michele de lucchi en geproduceerd door artemide.
tja, het was een hele discussie omtrent deze installatie. hoe kun je het commentaar van franziz deniz interpreteren:
beter eerst een italiaanse designlamp ontwerpen, voor je je waagt aan een japanse lampion...
tot slot: nog even mijn administratie in orde brengen en de visitekaartjes nalezen...
verleden donderdag fantastisch theater in het cc 't vondel!
een jonge toneelgroep uit gent met de vreemde naam het kip speelde een 'bijna vrouwelijk' stuk, want twee actrices , een vrouwelijke regisseuse (lies pauwels), een regieassistente...
laisse tomber: theater waarvan ik totaal ondersteboven was. tegelijk hilarisch en dramatisch, met een splendid overacting. de fysische capriolen van actrices ineke nijssen en leen roels waren overrompelend, zij gaven zich volledig. hun lijf was het middel waarvan zij zich bedienden om intens af te dalen de hel van het menselijk bestaan. en ze zongen de longen uit hun lijf: beautiful people (in een versie van melanie), honesty van billy joel...
waarom kwam plots de naam antonin artaud in mijn gedachten, de naam grotowski?
op bepaalde momenten kon ik het lachen niet laten, op andere momenten bracht hun spel me in verlegenheid, ik schaamde me dood. de teksten waren bloedmooi, het decor sober, de accessoires de kers op de taart: grotesk, obsceen, mooi, spuuglelijk... leen roels, zou zij de volgende dag uit bed zijn geraakt?
op de dag na gedichtendag gebeurde er een drama in leuven. de krantenkoppen logen er niet om:
Twee studentes komen om bij zware kotbrand in Leuven
dichter mark meekers had daags voordien nog een ontmoeting met deze dames en schreef een gelegenheidsgedicht. echte dichters kunnen dat, gelegenheidsgedichten schrijven...
Beste Nicole, Donderdagavond (op gedichtendag) raakten ik en de Limburgse dichter Herman Rohaert in gesprek met twee leuke Ierse meisjes. Ze kochten zelfs een bundel van Herman. Acht uren later verdwenen ze in de brand van hun studentenhuis. Een te uitdrukkelijke demonstratie van het lot. Groet, Mark
31 JANUARI 2014
voor Dace en Sara
twee giechelende meisjes en de eerste winterbloem op de ruit van een uitgewoonde kamer. dakpannen braken de stilte van hun slaap, vensters sprongen stuk, dwongen
de buren wakker te worden, te kijken hoe de muil van de hel openging, een peuk het gloeiend oog werd van ’n woedende draak, niets meer uit de brand te slepen viel.
vuur discrimineert niet, volgt zijn eigen on- verbiddelijke wet, maakt geen onderscheid tussen beddenlinnen, hout, papier of mensen- haar. nooit zullen ze kinderen horen joelen.
Sint-Brandaan, open jouw Ierse hemel voor hen. vaders identificeren hun dochters. ze snikken in mij na. geef hen 'n vermoeden van licht, groter dan elk verdriet.
gisteren gedichtendag. ik mailde een gedicht naar vrienden en bekenden.
begon mijn vaderlandeen aantal jaren geleden, daarna verdween het in een map. onlangs, bij het recupereren van teksten op mijn doorgebrande usb-stick, vond ik het terug. ik schrapte en schaafde. eindelijk was ik tevreden met het resultaat.
verrassing:
kreeg leuke reacties.
sommige (fijne) collega-dichters vonden mijn vaderland gewoon mooi en bedankten me hoffelijk.
anderen deden hun best om gauwgauw ook een gedicht te sturen, voelden zich geroepen om ook een gedichtgedichtgedicht te schrijven (in overtreffende trap).
vertederend!
de gedichten die ik kreeg zijn geïnspireerd, roerend, grappig.
maar nog fijner vond ik het, dat ook 'gewone mensen' (niet-dichters) een reactie binnenstuurden.
blij was ik, dat mijn mini-project zoveel succes had.
heb me dus danig geamuseerd.
in bijlage verzamelde ik enige reacties en de (toch heel fraaie) gedichten.
hierbij dank ik iedereen (met een virtuele zoen!) die moeite deed om mee te doen..
mijn vaderland het land van mijn vader, mijn vaders vaderland - het land dat mijn grootvader bewerkte.
ogenschijnlijk diep liggend in de bellingenstraat (komende van de edingense steenweg moesten we rechts, net vóór de windmolen van hondzocht, het straatje in) het huis van grootvader, links op honderd meter. zijn land rechts op tweehonderd meter. zei toen nonkel roger: prachtig toch, wonen op een plek waar je de wijde horizon ziet! leve het platteland, de boerenstiel, het land van mijn vaders vader!
we hielpen die zomer met de oogst. ’s avonds rustten we uit bij het vuur. we aten aardappels, zwartgeblakerd, met zout uit de hand. om de beurt dronken we dorstig van amberkleurig schuimend tafelbier. daarna speelden we voetbal in het kniehoge gras aan de rand van het land van mijn vaders vader. de reusachtige hond van nonkel roger rende wild tussen mijn wijde spreidstand, ik viel bijna om van verbazing! plots had ik een rijdier, een paard. ik reed trots als een pauw op mijn paard, prinsesje van organdie op het land van mijn vader, mijn vaderland.
nu werd ik overrompeld met taalpareltjes uit, vermoed ik, het verzekeringswezen.
nog nooit zo gelachen.
Uw computer heeft mij een kind toebedeeld. Maar ik heb zover ik weet helemaal geen kind. En al helemaal niet van Uw computer waar ik niets mee had. Want die snertjongen was overal en nergens op de straat. Ik moest meerdere scherpe bochten nemen voor ik hem goed raakte.
Wie mijn portemonnee gestolen heeft kan ik niet zeggen, aangezien er van mijn familie niemand in de buurt was. Zelfs mijn eigen man niet. Laat dat duidelijk zijn.
Uw argumenten zijn werkelijk zwak. Voor zulke lelijke uitvluchten moet u toch echt een dommer iemand zoeken maar die zult u bijna niet kunnen vinden. Ik heb het daar met mijn overbuurvrouw over gehad. Die begreep het ook al niet.
Meteen na de dood van mijn man ben ik helemaal weduwe geworden. Het is maar dat u het weet en dat u dat onthoud want ik word al behoorlijk vergeetachtig.
Ik had de hele dag planten ingekocht. Toen ik de kruising naderde, groeide er plotseling een flinke struik in mijn gezicht en ik kon het andere voertuig totaal niet meer zien.
Mijn fiets kwam van het voetpad af, raakte een Porsche en reed zonder mij verder.
verleden zondag (8 december) om halfnegen in de ochtend reeds op de trein naar antwerpen. in het literair café den hopsack stond een literair ontbijt geprogrammeerd. dichters die in 2013 in het ledenblad publiceerden, mochten hun ding doen en het beste gedicht zou een prijs krijgen.... deelnemers waren Ward Mertens, Ann Aelterman, Raf de Bie, Sarah Buys-Devillé, Anke Dingemans, Kristiaan Geerts, Joris Iven, Frederik Van Rooyen, Marc Schoeters, Walter Simons en Cecile Vanhoutte.
wanneer ik een literaire voordracht bijwoon, stel ik me dikwijls daarna de vraag: wat heb ik nu in 's hemelsnaam van die esbattementen onthouden, welke naam, welk gedicht, welke verzen... ? meestal blijft er bitter weinig ‘hangen’. het meest herinner ik mij de passie waarmee dichters hun gedicht hebben voorgedragen, of ze behoorlijk articuleerden, of ze correct, met gevoel voor timing en ritme, voordroegen….
soms herinner ik mij alleen een paar woorden uit hun voordracht, af en toe een vers. dikwijls denk ik: de gedichten zouden aan het publiek moeten worden getoond, op een scherm geprojecteerd, uitgedeeld op losse velletjes… dan zouden de teksten veel beter tot hun recht komen.
toen ik na de optredens naar het toilet schuifelde, sprak een langharige man me glunderend aan en zei: ‘twas goed hé!' en ik beaamde rustig zijn enthousiasme. maar op de trein buitelden alleen woorden als kabeljouw, havermoutpap, papaver, kutje, en het vers ik kom voorzichtig nader door mijn hoofdje... vond ik het echt goed? ik vond het vooral een sympathiek optreden, met grappige, frisse momenten ... en redelijk onbekende dichters, behalve joris iven dan...
de eerste dichter was mijn maatje ward, die blijkbaar dol is op havermoutpap.
Samenwerkingsovereenkomst
Tenslotte zal ik weer beginnen met het afbreken van zinnen op de juiste plaats, dat zorgt voor betekenis- verschil. Havermoutpap is wat ik wil. Ik zal gedichten schrijven op het ritme van de trein, het ritme valt samen met wat in mij klopt. De gaten dicht ik met rozijnen. Ik zal rijmen wanneer het mag. Nooit om het effect, nooit bij twijfel over de schrijfwijze van een moeilijker woord. Zaterdag is gesuikerde havermoutpapdag met kruiden. Ik leg de dieren in mij voorgoed het zwijgen op, dat brengt mijn lezers in de war. Ik zal nooit rijmen lapjeskat met HAVERMOUTPAP HAVERMOUTPAP
Ingrediënten volgens mijn grootmoeder: havermout, melk. Meng en breng aan de kook. Voeg toe: suiker, kaneel, kardemom, gedroogd fruit. Zal ik de inhoud op één regel schrijven? Is deze wijze verwarrend? Gaat het om snel oplosbare of de indikking van een gewoon kwartier? Koken moet op gevoel. DIT IS HET DEFINITIEVE RECEPT VOOR HAVERMOUTPAP
Over twee weken schrijf ik een doorbraakgedicht, over vier een bundel: ik ben een drachtige koe uitroepteken. In ontbloot bovenlijf zal ik poseren op de achterflap met in mijn mond een sigaret. Na ontvangst van de C. Buddingh’-prijs zal ik de tweede druk verbeteren: elke ik wordt geschrapt en ook alles wat is gelogen. Mijn uitgever zal negatief reageren en niemand zal mij nog geloven. Ik zal uiteindelijk alles opeten.
ward bracht het publiek in de war, zette de mensen op grappige wijze op het verkeerde been. was dit nu een gedicht of een recept voor havermoutpap? de besmuikte giechellachjes, de olijke kuchjes, de verdoken kreetjes uit het publiek spraken boekdelen...
ward somde ingrediënten op, gaf technische tips, niet voor het koken van havermoutpap, maar voor het schrijven van een gedicht! breek je zinnen af op het juiste moment, volg het ritme, rijm als het moet, let op de spelling, denk na over de lengte van een vers... tegelijk verklapte ward aan de aandachtige luisteraars grootmoeders recept voor havermoutpap.
in het laatste deel van samenwerkingsovereenkomst simuleert ward zijn succes als dichter. zijn eerste bundel verschijnt: hoe zal hij zich gedragen bij de presentatie? voor de foto wil hij uit de kleren, zal hij uitdagend een sigaret roken...
haha, blijkbaar zijn er raakpunten tussen koken en poëzie schrijven!
de waarde van dit gedicht is de grappige, relativerende en ook lenige manier waarop ward de aanmatigende droom van succes, het schrappen van het ik, waarachtigheid en geloofwaardigheid in de literatuur mixt met zoiets alledaags als een gezellig potje havermout koken...
bravo, zou ik zo zeggen, gedicht (en voordracht) geslaagd, tien op tien!
dit zijn ward, ikzelf en joris iven aan de ontbijttafel. ward en ik zien er een beetje verwaaid uit, we waren eigenlijk beiden doodmoe. joris ziet er netjes en sportief uit: ruitjeshemd, kortgeknipt kopje, goed zo...
joris kreeg de prijs voor wat me toekomt, het beste gedicht. (op deze foto, die een beetje wazig is, ziet u hem samen met frank devos.)
Wat me toekomt
Ver en thuis. Zo valt het altijd, altijd in mijn wijd open handen die omhelzen willen wat toch
ontglipt, en wat ook aan tijd onttrokken is, het glijdt, als door akkers en door aders,
zoals niemand het had kunnen voorzien, het glijdt als bloed, warm en golvend, nergens
stremmend, nooit stollend, geheel onverwacht naar wat verwelkomend en
omhelzend op ons beiden te wachten staat, of ligt. Ik kom, voorzichtig, nader.
tja, wat joris voorlas, hoeft bijna geen commentaar, want het was perfect. ook zijn voordracht was helemaal ok. de innigheid waar dit gedicht over gaat kon joris schitterend en tegelijk intens vertolken. hij bracht als het ware het publiek tot stilstand. iedereen luisterde ademloos.
als water vloeiden zijn woorden door het zaaltje, heen en weer golvend en glijdend als bloed en borrelend als een natuurlijke heetwaterbron, een geiser...
en het zijn maar drie zinnetjes! de eerste en de laatste zin bevatten drie/vier woorden, de middelste meer dan zestig, met een tiental komma's, een knap enjambement (wat toch/ ontglipt), een langgerekte vergelijking om het wegglippen van wat aan tijd onttrokken is (het moment van intensiteit, van tederheid, het... ) te omschrijven, een paar herhalingen (altijd, altijd, wat, wat, het glijdt, het glijdt) die het ritme voeden, en nuanceringen uitgedrukt door bijvoorbeeld een hulpwerkwoord van modaliteit: zoals niemand het had kunnen voorzien. hulpwerkwoorden van modaliteit drukken uit hoe de spreker de verhouding tussen de beschrijving en de werkelijkheid ziet: als een wenselijkheid, een mogelijkheid enzovoort.
joris iven wil met wijd open handendat wat ons beiden te wachten staat, maar wat ons ontglipt (de liefde?) verwelkomen. tederheid, menselijk contact, liefde: een mogelijkheid, een wenselijkheid, een droom. maar laten we voorzichtig zijn: liefde kan ontroerend zijn, we kunnen er ook door gekwetst worden...
in het laatste vers drukt het bijwoord voorzichtig deze kerngedachte uit.
joris iven benadert menselijke communicatie behoedzaam en schroomvallig, met verwelkomende tederheid.
van woensdag is het geleden dat ik mons bezocht, hoofdstad van henegouwen en een van de charmantste waalse steden die ik ken.
ons doel was de tentoonstelling Andy Warhol. Life, Death and Beautyte bezichtigen.
deze tentoonstelling is erg leuk. maar foto's maken was verboden (zucht!).
de belangstellende hoeft de titel van de tentoonstelling maar te googelen, om alle info te zien en te lezen.
aan het einde kon je van jezelf een warhol-foto laten maken, die ook in dit blogbericht niet getoond mag worden (nogmaals een zucht!).
alleen op deze website http://www.popmaton.com/ is hij te bewonderen!
ach, altijd gevonden dat ik een nogal warhol-achtig kapsel heb, daarom in dit bericht om te beginnen en uitzonderlijk een foto van mezelf.
ietwat dromerig wacht ik tot n. klaar is om te vertrekken...
zij moest nog gauw haar railpass invullen!
mons is een half uurtje sporen van uit halle. vreemd dat we altijd naar brussel trekken om te shoppen en cultuur op te snuiven. een kwartiertje langer op de trein en we belanden in een waals walhalla... haha!
mons is een stad met veel draaiende en stijgende en dalende straatjes, nog allemaal geplaveid met kinderkopjes.
heel pittoresk, maar niet geschikt voor naaldhakken...
de achterzijde van de prachtige sint-waltrudiskerk. waltrudis is de patroonheiiige van mons, leefde in de zevende eeuw.
mons bezit een schitterende lijst van beschermde historische gebouwen en gevels. hier de gevel van een charmant oud spaans huis (la vieille Maison Espagnole (XVIe siècle)). op de achtergrond het belfort (1661-1669).
we lunchten in de oudste en meest kwaliteitsvolle brasserie op de grote markt, l'excelsior. de perrier-flesjes hadden warempel een warhol-etiketje!
en klimmen maar, en shoppen ...
toen we ons verstopten voor dronken studenten (was het saint verhaegen of zo, ze hadden bekladde kashpoesjeirs aan en stonken kilometers ver naar bier) een hip vintage winkeltje ontdekt. n. vond een splinternieuw bontjasje (nep natuurlijk) van esprit voor 15 euro... en ik kocht een roodbrokaten jas, superfeestelijk voor... 3 euro! echt heel mooi, passend en als gegoten.. bij een volgende gelegenheid trek ik ze aan, ik lijk wel angela merkel in kerstoutfit.
jaja, die avond doodmoe om negen uur naar bed, we hadden stang moeten lappen in mons, maar het was de moeite!
jaja, dit is de juiste omschrijving van wat er gebeurde deze zomer
al enige maanden geurde zij naar engelenzweet en kruidenboter
voelde zich elke nacht zweven op de eenenveertig milligram valeriaan
liep halfnaakt tussen de rimpeltjes
hij kwam de kamer binnen liep niet stapte niet
maakte een entree met sensueel lachje om de lippen
heupwiegend schouders in erotische kramp oeps!
etta james krijste I don't want you to be no slave;/ I don't want you to work all day;/ but I want you to be true,/ and I just wanna make love to you....love to you......love to you...ooooohhooh......love to you... keek zij werkelijk zo geil als het meisje op de vriendinnenheuvel in het cocacolalightmanfilmpje keek zij omfloerst als jodie foster in taxi driver van martin scorcese? met robert de niro? oeps ben broeds denkt zij maar o wee dat kan niet ben bijna zeventig mijn borsten wijken horizontaal naar links naar rechts heb love handles bubbelbuikjes geur naar engelenzweet en krudenboter dat kan niet dat kan niet…. ooooh!
Salon op zondag; bij Lieve Bollaert Tentoonstelling, Meerdere kunstvormen Lieve Bollaert nodigt drie hedendaagse kunstenaars uit om werk tentoon te stellen in haar atelier: Patrick Keulemans, Jan Locus en Liesbeth Marit.Iedereen met interesse voor cultuur kan hierover van gedachten komen wisselen. De werken van de kunstenaars dienen als katalysator.Het wordt een informeel gebeuren. Iedereen is welkom en brengt een stukje taart of gebak mee. Lieve zorgt voor koffie!
Wanneer zo 10/11/13 van 14:00 tot 18:00 zo 17/11/13 van 14:00 tot 18:00 zo 24/11/13 van 14:00 tot 18:00 Waar Atelier van Lieve Bollaert Vestingstraat 48, 1500 Halle
dit bericht heb ik krek overgenomen van uit in vlaanderen. het evenement is al een weekje achter de rug. vanochtend (om 4 uur, in bed) besliste ik dit bericht af te werken, want een volgend bericht stuwt mijn tokkeldrang reeds in het honderd. de lectuur vannacht van het boekje bonsai, van de chileense auteur alejandro andrés zambra infantas bracht mij terug naar het verleden. ik kreeg een visioen (neen, niet van zwemmende herten of wadende paarden), maar van een hotelkamer in parijs, waar ik met mijn toenmalige geliefde rond sluimertijd dazai osamu las en yukio mishima, en onmiddellijk herinnerde ik me ook een gesprek op de parijse metro met een prachtige peruaanse jongen, die me vertelde dat hij nederlands studeerde, want hij had gezien dat ik een boekje bijhad, geleend van de bibliotheek van de belgische ambassade: herman teirlinck. de jongen leek op zambra.
terug naar de vestingstraat in halle. kunstenares lieve bollaert verrast iedereen met nieuwe initiatieven, projecten, tentoonstellingen. een unicum hier in halle, waar tot nu toe heren kunstenaars de plak zwaaiden. ik stelde haar deze pertinente vraag: of zij zichzelf zag als een vrolijke kunstenares. na enige momenten van aarzeling vertelde ze me, dat zij wou uitdrukken hoe een vrouw zich voelt in deze samenleving. net wat ik enkele jaren geleden zelf ook zou hebben gezegd. alhoewel ik nu in woestijnmeisje, zelfbedacht runenspel beweer:
ach liefje, luister niet naar zijn gefluister. je alfabet, je namen, het is niets. je liefdes, het is niets. je schaamte, je bedrog, je verraad, het is niets.
sweetheart, it’s nothing....
ik kom dus in opstand, schud het juk van me af, op weg naar de vrijheid, het licht...
dichteres annemarie estor, winnares van de herman de coninckprijs 2013 voor haar bundel de oksels van de bok* worstelt blijkbaar met hetzelfde gedachtengoed: het leven van de vrouw is een nachtmerrie-achtig avontuur, de man (die symbool staat voor de samenleving), laat haar voelen dat hij haar nekje ook kan doen knakken:
Soms sprak hij of hij messen klemde met zijn tanden. Dan legde hij zijn spieren op mijn appel, liet hij voelen dat mijn nek ook knakken kon
maar annemarie kiest voor de overgave. zij wil opgaan in iets groters, iets goddelijks. zij kruipt door de modder omdat ze dat zelf wil en incasseert de blutsen en de builen. zij denkt, voelt en handelt zonder gêne*.
lieve bollaert handelt ook zonder gêne, maar is een dame die het emancipatie-gedachtengoed omzet in daden. geen gezwets over overgave, vrijheid, het licht enz... daarbij geeft zij ook andere kunstenaars een plek in haar atelier... waw!
dit schilderij is van liesbet marit. een extra-large rode short opgehangen aan een wasdraad? rood, nachtblauw, zwart...
is liesbet ook een lady sans-gêne, loopt zij te koop met dit supersexy kledingstuk of wil zij iets anders uitdrukken? de short lijkt gedragen, beetje rafelig. ben je dat als vrouw ook na een tijdje: extra-large, versleten, rafelig...?
dit is een mooie foto van het atelier van lieve. op de achtergrond links foto's van jan locus, uit zijn project devoted.
hier demostreert lieve bollaert de installatie oefentafeltjes voor kwispelstaartletters van patrick keulemans. vond ik superleuk! kijk naar de paardenstaart aan de zijkant van de lessenaartjes!
patrick keulemans maakte ook deze werken van barmhartiigheid. alsof zij op een straatnaambord of een reclamebord prijken. de werken, bedoel ik.
de volgende studies van gezichtsuitdrukkingen, vrouwentorso's en dansende moves zijn natuurlijk van lieve zelf. indrukwekkend, krachtig en soft-rauw, zou ik zeggen....
ik maakte ook een foto van de potjes...
een leuk toemaatje: ik werd geinterviewd door ring tv! klik op deze link, sesam zal openen...
vijftig tinten aubergine opgedragen aan david foster wallace, die in de bleke koning super literaire fragmenten afwisselt met technische passages en dat alles op 1 bladzijde
wie had ooit gedacht dat op die bewuste donderdagochtend 31 oktober 2013 op de ninoofsesteenweg nummer 58 in het winkeltje met de buitengewone naam exclusive (enig! apart! bijzonder! uniek!) een kledingzaak onvergelijkbaar in zijn soort want bestemd voor dikke dames de vloer omhoog kwam in de pashokjes ik voelde me wankelen wiebelen zweven neen toch zei ik is dit nog het effect van mijn jaarlijks broeds zijn of is het hier plots italië of tokyo of brazilië
vreemd dat omhoogkomen stopte even plotseling als het begonnen was had net een dure tuniek gepast met dromerige auberginekleurige bloemenmotieven had net bij mezelf gezegd de kleur van mijn rode schoentjes in dit neonlicht is prachtig je ziet de regenvlekken niet toen de strenge verhuurster er onverwijld werd bijgehaald zij was de buurvrouw en de eigenares van huizen en huizen en appartementen in de wijk de man van kathleen (de mollige beeldschone gerante die prachtige donkerrode robijnen tranen aan haar hals droeg) kwam kwaad binnen geschuifeld toen begon een lang gesprek over vochtinsijpeling en click clack vloeren en boormachines en advocaten en verantwoordelijkheden
ondertussen had ik al de kledingrekken afgeschuimd op zoek naar de juiste outfit om gedichten voor te dragen op de antwerpse boekenbeurs ik sloop als een dievegge in de nacht tussen de bijna vechtende panelleden altijd opnieuw naar het pashokje met de omhoge vloer trok alle roze en mauve en auberginekleurige ook zwarte met luipaardmotieven tuniekjes aan paste zeven pantalons met elastieken band het verslag werd opgesteld ze gingen het onderzoeken
waarom moet jij optreden vroeg kathleen ik zei dat ik gedichten schreef oh! zei ze als ik jong was las ik ook gedichten maar nu ik lees ik chicklits zie ze liggen onder de toonbank ik lees ze als ik me verveel in de winkel ik zal je een bundeltje meebrengen zei ik morgen beslis ik welke outfit ik kies moet nu naar huis zo gebeurde het dat ik op halloweendag 1 november nogmaals auberginekleurige tuniekjes paste bij kathleen eindelijk had ik er eentje gevonden met elegante mousselinen voorpanden vijftig tinten aubergine dacht ik
in de winkel waren er ondertussen twee dikke dames bijgekomen de ene was mooi inktzwart gekleed de andere met een dikke bobbelbuik bloeide in oranjerode bloemenprints misschien was zij ook broeds bedacht ik op haar leeftijd oeioeioei lees eens een gedicht zei kathleen en ik las it’s not only rock 'n roll baby, not only rock ‘n roll de dame in bloemenprints trok grote ogen bij het woord condoom zij had zeventig tinten grijs gelezen mijn gedicht was nog niet zo erg zei ze het zijn vijftig tinten grijs zei kathleen geen zeventig heb ze alle drie echte pornografie in het derde deel kom je maar pas te weten waarom ze het doet
hoe is het met je vloer vroeg ik misschien werkt de click clack vloer door de kou antwoordde kathleen het is een hele klus een click clack vloer leggen er moet speling zijn tussen de randjes en de muur maar de inktzwarte dame vroeg toen een grotere maat
een rasschrijver! daarvan geniet ik het meest: zo gewoon, vlot, onderhoudend, grappig, vliedend, schijnbaar ongekunsteld schrijven. af en toe is karl ove ook heel diepzinnig: omdat de diepzinnige fragmenten ingebed zijn in het voortkabbelend gebabbel, vallen zij des te meer op. herkenbaar: in de dagelijkse stroom van gebeurtenissen, conversaties enz... zegt iemand plots, zonder het zelf te willen, iets ongelooflijk grappig, dromerig, diepzinnig, hilarisch, metafysisch, bovennatuurlijk, paranormaal enz...
natuurlijk kan ik ook genieten van wat ik noem hoogstaande literaire taal, met veel kronkels en additieven. maar soms veel vermoeiender om te lezen. eist veel meer concentratie, veel meer traagheid. maar ik wil meezweven op gevleugelde woorden, op lichtheid, als een donsveertje in de wind.
knausgaard is ook heel noordelijk: hij leeft voor de helft van de tijd in een donkere omgeving (6 maanden dag, 6 maanden nacht), zijn eetpatroon is herkenbaar (acht boterhammen), zijn hang naar drank ook. en hij schrijft 's nachts....
Deze notities zonder titel komen uit het boek mumyōshō en zijn geschreven in de japanse 12de eeuw. het zijn gesprekken omtrent dichters en gedichten. kamo no chōmei (鴨長明, 1153 of 1155–1216), auteur, dichter en essayist) geeft goede raad aan dichters die zich in het schrijven van de tanka willen bekwamen.
vreemd, deze tekst op de cover:
il arrive aussi qu'une dame récemment entrée au palais, ou au contraire rompue à tous ses usages, vous adresse, en guise de ce qu'elles appellent "une équivoque", un ou deux vers d'un poème que vous n'avez jamais entendu. si on comprend ce qu'elle veut dire, on lui répondra comme on veut. mais si le sens reste obscur, on peut répondre par un simple "vous n'y songez pas..." pareille réponse est adaptée à tous les cas. elle convient aussi bien pour le cas où la dame vous exprime son amour que pour celui où elle vous fait des reproches ou se plaint de vous. si vous le dites sur un ton de fâcherie, vous semblerez avoir cédé à un mouvement d'humeur, mais vous pourrez toujours tourner le reproche en un spirituel badinage.
kamo no chômei, des procédés pour le cas où une femme vous adresse un poème, notes sans titre, vers 1212.
de laatste vrucht van marleen. een overdaad aan kijk- en leesgenot! ik schrijf eerstdaags een recensie voor de auteur. en er zit een echt spiegeltje in dit boek!
mijn recente aankoop!
maar… o, wat een plezier was het om te lezen! als de letters hun juiste klank hadden gekregen en zich tot woorden vormden die ik kende van mijn eigen mond en die van de anderen, als de samenstelling van de woorden alle verklaringen van de wereld voortbracht en verhalen die bij elkaar mijn hoofd van binnenuit bekleedden alsof dat benige gewelf de muren vormde van het museum en de bibliotheek van de universiteit van kopenhagen… (p.26)
Het moet je maar overkomen, dat je grootvader Lieven Colardyn heette. Dat deze man, een architect, in het interbellum een excentrieke kubistische villa ontwierp, een der stoutmoedigste bouwkundige kunstenaarsidealen in België.
Het moet je maar overkomen, dat je grootvader stierf enkele maanden vóór je geboorte.
Het moet je maar overkomen, dat je zussen voor je vijftigste verjaardag in datzelfde huis in Tiegem een feestje organiseerden, waarbij je schliderijen en beeldhouwwerken zouden worden tentoongesteld naast kunstwerken van je grootvader. Dat je daar gedichten zou voordragen en je oudste zus de gedichten van Lieven Colardyn…
Het moet je maar overkomen, dat het op die bewuste dag, 13 oktober 2013, pijpenstelen regende. Dat het stormde. Bomen en struiken zwiepten gevaarljk van links naar rechts, bladeren en takken zwabberden door de lucht, de tuin van Villa Zonnekracht* was gevaarlijk gebied...
*
Toch reisde ik stoutmoedig naar Tiegem, want het hele verhaal rond de familie van kunstenaar Hans Claus intrigeerde me en de affiche op de uitnodiging (ontworpen door Ilse Kerkove) prikkelde mijn verbeelding...
De Tiegemberg in Tiegem, waar Villa Zonnekracht werd gebouwd, is bijna de Vlaamse Ardennen, op de grens tussen Oost- en Westvlaanderen. ik slaagde erin door het grote raam toch een foto van de tuin te nemen, met een doorkijkje: een glooiende heuvel, een stormhemel die geen spatje zon toeliet, de einders mistig. Toch een mooi fotooke, vind ik.
Dit is de vreemd kubistische (?) ingangsdeur van de villa. Deze foto leende ik van de nieuwssite van Anzegem.*
Alsook deze foto. Villa Zonnekracht is nu een permanent museum, waar schilderijen en beeldhouwwerken van Lieven Colardyn worden tentoongesteld. Eigenlijk had ik graag een foto van de villa zelf gepu, maar de enige foto die ik heb gevonden op internet is beschermd.
Een eigen foto. Beelden van Hans Claus vormden een mini-zuilengang aan het begin.
Soms was het moeilijk het onderscheid te malen tussen de kunstwerken van Hans en de kunstwerken van Lieven. Maar dit is duidelijk geen schilderij van Hans. Oeps! koestert deze mooie dame met het lange haar daadwerkelijk een doodskop?
In een apart zaaltje hingen 'politieke kunstwerken', waaronder een dubbelportret van Osama Bin Laden. Mooie baard!
Aan de muur een monumentaal wandtapijt waarop een massa donker gekleurde mensen in de rij staan, hoogstwaarschijnlijk bij een voedselbedeling. Opeengepakt als sardienen in een blikje. Een aanklacht.
Detail.
Hans Claus heeft 4 zussen. Hij is de jongste (niet van de zussen, wel van het gezin). Deze leuke zus (in zwart en rood) zong een liedje van George Brassens, Elle est à toi cette chanson...
En deze dame droeg krachtig gedichten voor van haar grootvader Lieven Colardyn. Ik was helemaal weg van haar cognackleurige ribfluwelen pantalon!
Het koor met de mooie naam Acantus fleurde het (natte) gezelschap op met een keur aan Vlaamse, Italiaanse en Engelse liedjes. De jongeman in het midden en de jongedame aan de piano zongen samen If I needed you, een track uit de film The broken circle breakdown. Zo mooi, ik kreeg er zowaar kippenvel van.
Lieven Colardyn maakte dit beeld en droeg het op aan Vlaanderen, dat in zijn tijd nog worstelde met zijn 'profilering'. Een mooie vrouw als symbool voor Vlaanderen... Tof! Ineens moest ik denken aan het schilderij De Vrijheid leidt het volk (La Liberté guidant le peuple) van de Franse schilder Eugène Delacroix, waarbij ook een naakte dame symbool staat voor heropstanding. Maar de Française is wel wat dynamischer....
Nog een prachtig beeld en een mooie foto, al zeg ik het zelf. Dit lijkt me dan weer Egyptisch, zo mysterieus en statig. Alhoewel Egyptische beelden in de verte staren en niet naar de hemel.
Dit is Hans Claus, de feesteling. Hans publiceerde reeds 7 dichtbundels. Het supersterkgedichtWolf hieronder komt uit de bundel Overwicht, opgedragen aan zijn moeder.
Wolf
Op het einde lacht een wolf je toe. En heel het bos krijgt rillingen omwille van het sprookje dat verstilt.
Dat het van harige monsters zou afhangen dat de wereld moegedraaid een laatste wending neemt, zo van ik om jou en jij om mij, wie had dat gedacht?
Och, het draait op het einde hoe dan ook om een vruchteloze poging lief te hebben, grootmoeder zijn voor een gulzig beest dat loert naar alles wat in ons aan liefs beweegt, het is een beeld
goed aan mij besteed. Met klasse, in een laatste blijk van eerbied voor het leven lach ik, wolf geworden grootmoeder zijnde, de jager in the face
Tegelijk wil ik hier ook vermelden dat Hans zich engageert voor het lot van de gevangenen. Hij is directeur van de gevangenis van Oudenaarde en wil het gevangeniswezen hervormen naar Scandinaafs model. Bewonderenswaardig!
* Een vriendelijke meneer gaf ons achteraf een lift naar Oudenaarde. Hij bleek een operazanger te zijn. Hij vertelde ons over een operazanger die oefende in kopstand: kwestie van zijn hele lichaam te betrekken in de muziek!
Leuk verhaal.
Nog een kiekje van het prachtige Gothische stadhuis....
En met deze foto wil ik dit bericht afsluiten. In Oudenaarde helpen ze de mensen zo een gasboete te ontwijken...
* Deze villa, Tiegemberg 56, werd ontworpen in enge samenspraak tussen bouwheer Lieven Colardyn (1894-1962) maar ook beeldhouwer en kunstschilder én de jonge architect Lucien De Munnynck. De werken duurden, in twee bouwfases, toch vijf jaar. In de villa, die nu onbewoond is, zijn veel beeldhouwwerken en schilderijen tentoongesteld van Colardyn. Een enig museum !
je zou het niet zeggen: al meer dan 15 dagen herfst! in mijn tuin bloeit (nog steeds) een crèmekleurige met zachtroze-hartjes hibiscus, struiken en bomen beginnen nu maar pas te verkleuren. ondanks mistige ochtenden en avondkilte loop ik in zomerkleren rond. zwarte winterjassen en dikke pulls, bweeeeeek! moet er niet aan denken! ik wil kleur, kleur en nog eens kleur!
omdat het zo fijn nazomert, wandelen we graag in parken en tuinen. eeuwigdurend vakantiegevoel, heerlijk! en een weelde aan plantjes en bloemen om te ontdekken...
deze boom heeft toch al een kleurig randje....
maar het schattig ezeltje in de wei trekt er zich niks van aan en graast onverstoorbaar verder...
deze zachtglooiende plek is pas gemaaid...
dit lijken wel krokusjes! maar ik vrees dat dit de uiterst giftige herfsttijlloos is.
de herfsttijloos bevat op basis van drooggewicht zowel in de knol als in de bloemen en zaden 0,3-1,2 % colchicine, een sterk vergif.
op wikipedia vind ik dit:
'Er was een tijd dat kinderspeelgoed vooral door de natuur werd
aangereikt. In de zaaddozen van de herfsttijloos rammelen de zaden.
Kinderen plukten deze zaaddozen wel. Het werd dan een levensgevaarlijk
rammelaartje. Sommige kinderen aten de zaden en overschreden de
dodelijke dosis colchicine. De dodelijke dosis wordt geschat op circa
20mg.Eén zaad bevat ongeveer 4 mg colchicine.'
toch een supermooi bloemke...
kamperfoelie wordt ook wel 'geitenblad' genoemd. dat komt overeen met het franse 'chèvre-feuille', het duitse 'geißblatt' en het italiaanse 'caprifoglio'. de bloemen hebben vooral 's avonds een sterke zoete geur.
en dit is waarempel het bergamotkruid, het plantje wiens etherische olie aan earl grey tea zijn typische smaak geeft.
we vonden ook chocoreiplantjes...
en de warmgele goudsbloem, een wondehelend en ontstekingsremmend kruid.
tja, het is dan toch herfst. we struikelden bijna over de stekelige bolsters van de paardekastanje!
zo. dus toch weer herbegonnen met bloggen.
dit is een vrolijk bericht, want na deze prachtzomer wil ik de hele winter opgewekt zijn.
alsof ik in het zonnetje loop, op de kade van een kleine vissershaven aan de adriatische rivièra...