Mijn meer dan 40 jaar ervaring met tuinieren en het telen van vele
soorten (klein)fruit zonder scheikundige bemesting en - spuiten wil ik
meedelen en zelf nog bijleren.
Voor de fruitliefhebber
19-12-2007
OP WEG IN KAMEROEN
Leen (mijn
oudste dochter) vandaag op weg in Kameroen
Dag grote en kleine
schatten verspreid over dezen aardbol,
Het is hier vakantie!!!
Dat geeft toch zo'n gelukzalig gevoel van niks moet; vrij te gaan en staan waar
je wil, (binnen de limieten natuurlijk want er zijn hier ook nog altijd de
grote putten in de weg!!!) Waarom is alles altijd relatief!!! Maar enfin :
vrijheid. Morgen (Dit is vandaag 19 dec!)
vertrek ik met de kindertjes (of eigelijk kinderen, de -tjes is er al af) naar
het hoge Noorden van Kameroen. Ik ga het avontuur nog eens wagen met de auto,
onze nu 2,5 jarige 4X4 Nissan X-trail. Ik zie er naar uit door de verscheidene
landschappen van Kameroen te rijden. Eerst gaat de tocht (Van Douala, de haven- en grootste stad (3 miljoen) van Kameroen), naar de hoofdstad
Yaounde, 260 km geasfalteerde weg, maar 3-baansvak en befaamd voor de vele
dodelijke ongevallen. (staat zelfs vermeld in Guiness Book of Records) Na
Yaounde verder in oostelijke richting naar Bertoua, diep in het regenwoud.
Vorige keer hebben we daar miereneter gegeten (met gekookte banaan). Normaal
eten (kip, rund, vis, enz. is duur en moeilijk te vinden) Daar overnachten we
bij dekatholieke zusterkes. Vorige keer
was dat in het stikdonker want de electriciteit was uitgevallen. Gelukkig heb
je niet veel licht nodig om te slapen! En boeiend om de volgende ochtend te
ontwaken in een kamer die je nooit eerder hebt aanschouwd en nog boeiender om
je kleren bij elkaar te zoeken. (Oei, is dat een kakkerlak in mijn schoen? Je
krijgt van die eigenaardige gewoonten : telkens je schoenen checken voor je ze
aantrekt.) Dan volgt er nog een stuk redelijk goede piste, donkerrode weg door
het regenwoud, met wat geluk kom je niet al te veel enorme kamions tegen die
gevallen woudreuzen naar de bewoonde wereld (zagerij) voeren want die kerels
nemen de hele weg in beslag omdat ze toch de grootste en de sterkste zijn.
Gelukkig rijden ze vooral 's nachts. Leuk door de dorpjes te rijden alhoewel er
wel erg veel en soms verborgen ezelsruggen (aanschouwelijker woord voor
verkeersdrempels) geplaatst zijn. De geiten en honden zijn soms vervelend.
Vooral omdat ze zo gewend zijn aan motorgeluid dat ze niet meer boezjeren,
luieriken! Luid toeteren helpt op den duur wel. En dan weer een plashalte
inlassen voor Isis want die heeft duidelijk de kleinste blaas en drinkt als een
kameel. De combinatie is vervelend, vooral als je een lange afstand piste wil
afleggen binnen een bepaalde tijd. En rondomrond regenwoud, bomen in alle
schakeringen van groen en hier en daar gele en rodefelgekleurde bloemen. De kinderen zijn er
snel op uitgekeken. Ik kan ze nu enkel meekrijgen met de belofte dat ze dvd's
mogen kijken op mijn widescreen laptop. Dat zal helpen. En af en toe luidkeels
meezingen met Natalia of K3 of een vorige Musical die we op school hebben
opgevoerd. Tot we een grote put tegenkomen en de CD-speler er de brui aan
geeft.... Het lastigste traject is Garoua-Boulai tot Ngaoundere, na de
afsplitsing naar Tsjaad. Omwille van het oliepipeline-project is de piste tot
daar goed onderhouden maar achter de afsplitsing is het putten troef. Een
herademing als je Ngaoundere bereikt, mijn favoriete stadje in Kameroen. Op
meer dan 1000 m hoogte gelegen, op hetAdamoua plateau, pittoresk, veel Peul of Fulbe die zorgen voor de melk
waar men heerlijke yoghurt van maakt. Mooi paleis van de Lamido, de
plaatselijke chef. Met wat geluk zien we een fantasia, een optocht van prachtig
uitgedoste paarden en ruiters, de nobelen die hun chef komengroeten. Die komen aangegalopeerd en stoppen
voor hun chef die onder een grote parasol zit, zijn hoofd helemaal ingepakt in
een spierwitte tulband die nog juist zijn ogen vrijlaat. Bij vele van die
lamido's zie je nog Arabische trekken en een lichtere huidskleur. Deze keer
gaan we op een 'ranch' overnachten die voor ornitologen het neusje van de zalm
is. Meer dan 200 vogelsoorten kan je daar in de omgeving observeren. We zullen
ons best doen en nemen alvast de kijker en het vogelboek mee. Nu gaat de tocht
verder door de savanne, het wordt hoe langer hoe droger, mindere bomen, bruine
kleuren troef maar als compensatie een oneindige horizon met tafelbergen in de
verte. Zaaalig.
We kunnenhet rustig aan doen want we moeten enkel naar
Garoua, hopelijk hebben we wat tijd om de omgeving te verkennen, een
wandelingetje te maken, fotootjes trekken tot de kinderen reclameren...
In Garoua blijven we
overnachten bij Bapak Sadjo, een moslimnonkel van Aminou waar we ons thuis
voelen en ik ga me informeren over het Benoue Park dat ik graag met de kinderen
en moeke zou bezoeken op de terugweg. Buffels, zwarte neushoorns, hippo's enz.
maar ook wel een regio met een slechte reputatie wat veiligheid betreft,
vandaar eerst even informeren.
Dan naar Going, zien hoe
moeke het stelt, Kerstmis vieren d.w.z. een rondedans met de dorpelingen en
bilbili bier drinken. Tweede Kerstdag mijn Amerikaanse collega Vikki met haar
dochter en vriend afhalen aan de luchthaven in Maroua, terug naar Going, gaan
dansen in een naburige wijk van het dorp en de volgende dag met zijn allen naar
WAZA nationaal park. Safari game drive 's avonds en 's morgens en in de
namiddag terug naar Maroua waar zij terug op het vliegtuig stappen. Wij terug
naar Going en enkele dagen later terugtocht met hopelijk een bezoek aan het
Benoue Park...
Ik kreeg een echt
interessant, oud boekje over peren terug in handen. Dr Joseph TheyskensLe PoirierTraité Pratique de sa culture. Description raisonnée des meilleurs
Variétés de Poires à cultiver en BelgiqueHistoire de la Pomologie Belge.
Klein formaat164 bladzijden. Een publicatiedatum kon ik
niet ontdekken.
Diezelfde man heeft
nog een ander werkje gepubliceerd.
La VigneTraité pratique de sa culture sous verre et à
lAir libre suivi de lhistoire des Vignobles de Belgique van 1885.
Meer gegevens heb ik
nog niet kunnen ontdekken. Wellicht is het meer dan 100 jaar geleden
gepubliceerd.
Gegevens uit de
praktijk spreken mij zeer aan.
Mijn ervaring met
peren is in vergelijking met appels zeer beperkt. Daar kan dus nog veel aan
gedaan worden.
Rond het begin van
de vorige eeuw was de peer nog fruitsoort nummer één in België. Il occupe le
premier rang.
De bedoeling is in de toekomst zaken die mij troffen door
te geven.
Ik ben aan het
uitkijken om nog een paar peren bij aan te planten.
Een van de
mogelijkheden zou Alexandrine Douillard
kunnen zijn.
De groeikracht is
goed, de schurftgevoeligheid beperkt. Regelmatige en zeer goede vruchtbaarheid.
Soms moet gedund worden, anders blijven de vruchten te klein. Vruchtvlees:
smeltend, zoet, zeer goede kwaliteit.
Willy Mahieu raadt
aan vanaf eind september te beginnen met het doorplukken, want te rijp geplukte
vruchten worden zeer vlug buikziek. Dus niet rijp laten worden op de boom.
Dit ras werd in 1849
bekomen door de heer Douillard, architect te Nantes, Frankrijk.
Ik ben er na een
onderbreking in geslaagd om contact te krijgen met Aleide in het hoge, droge
Noorden van Kameroen. Ter plekke is nog geen elektriciteit, zodat men voor het
bijladen van de GSM naar Kaele moet, de naburige stad.
Dank zij het
Jajah-programma op de computer kan ik goedkoop bellen naar haar GSM, tenminste als die
opgeladen is. Het bellen met Skype is iets duurder.
Ze is heelhuids
teruggekeerd van de busreis met dorpsgenoten naar het Mundangfestival van
stamgenoten in Tsjaad, waar de meesten van dit volk wonen.
Hun dorpen zijn nog
poverder dan in Going, waar al een paar gebouwen in betonstenen staan. Ginds
zag Aleide enkel hutten.
Ze was opgetogen,
want de Lawan, de dorpsoverste van Goig had aan het plaatselijk bestuur van CoZoeGo
(Comité Zoersel-Going) een groot terrein gegeven in het centrum van het dorp.
Sodecoton, de
maatschappij die de katoennijverheid in handen heeft, heeft de container al ter
plaatse gebracht. Men is begonnen met het maken van de kleistenen voor de bouw
van een gemeenschapshuis met vergaderlokalen, biblotheek enz.
Vannamiddag kreeg ik
bezoek van dorpsgenoot André De Bie, 79 jaar.Toen de senioren hier op bezoek
kwamen kon hij er niet bij zijn.
Zijn grootste
interesse gaat naar perzik. Destijds werd hij op weg gezet door Albert Van Riel,
een vriend uit Wommelgem, intussen overleden.
Een roodvruchtige,
lekkere perzik draagt zijn voorkeur weg. Zou het om een Sanguine de Savoie kunnen gaan?
Momenteel is André
aan het uittesten wat voor resultaat het uitzaaien van dit ras geeft. Het
lukkingspercentage is alvast gering. Met plakenting op andere
zaailingperziken kweekt hij dit ras verder.
Op de foto enkele medewerkers. De mevrouw met donkere pull is Christianne Degroux, dankzij wier creativiteit de stand een groot succes werd. Op de achtergrond enkele portretten van het bestuur in Going, geschilderd door Wilfried D'Hondt van Zoersel.
Dank aan alle medewerkers van Cozoego (Coöperatie Zoersel Going). Aleide is voor de zevende maal naar het hoge noorden van Kameroen in de Sahelstreek. Vorig jaar hadden ze eindelijk een goede oogst. Dit jaar weer veel minder. Een van haar projecten, dat al een aantal jaar succesvol loopt, is een graanproject. De container (het project van vorig jaar) die er met veel moeite en vertraging aankwam zal nu fungeren als opslag. Te Going naast de stad Kaele (meestal wel te vinden op een kaart van Kameroen) wonen vooral Mundangs. De meeste mensen van deze volkstam leven echter in het buurland Tsjaad. Ik ben benieuwd naar het verslag van Aleide, die vorige donderdag, daags na haar 74ste verjaardag voor de eerste maal meereed met een bus naar het grote Mundangfestival in Tsjaad.
In de wei hier
tegenover streek vorige zaterdag 8/12 een ooievaar neer. De gelukkige waarnemer
was Jef Heiremans, die om 9u30 met materiaal van bij ons vertrok naar de
Kerstmarkt. Jef is Natuurgids. Korte tijd daarna volgde ik. Spijtig heb ik niet
opzij gekeken.
Blijkbaar trekken
niet alle ooievaars naar het zuiden.
Bij de volwassen
ooievaars is het een iets ander verhaal omdat de meeste ooievaars uit NW
Europa afstammelingen zijn van reïntroducties. De vogels waarmee gestart
werd zijn een 3-tal jaren gekooid gehouden zodat ze hun trekdrang verloren en
niet in alle windrichtingen vertrokken toen ze werden vrijgelaten. Een groot
deel van de volwassen vogels blijft dus nog ter plaatse overwinteren, ook omdat
een deel van de ooievaars op latere leeftijd besluit om toch maar niet te ver
te vliegen (bijvoorbeeld het vrouwtje van Daknam (Lokeren) ging haar eerste
winter naar Spanje en is sinds ze broedt een lokale overwinteraar geworden). In
Nederland blijven ongeveer 500 ooievaars overwinteren, op een totaal van 600
broedparen = ongeveer 1200 volwassenen, dus ongeveer 45% van de volwassen
vogels.
Wat we de laatste
jaren ook merken is dat de ooievaars vorsttrek vertonen zoals de kievit, vriest
het in Nederland dan krijgen we in Vlaanderen groepjes van 5-20 ooievaars voor
korte periode te zien, wordt het warmer gaan ze snel terug naar Nederland.
Elk jaar staan mijn bomen weleens tot de hals in het water. En toch overleven ze dit steeds. Er was één uitzondering. Een kleine 10 jaar terug viel er midden september 100 ml regen. De bomen stonden decimeters onder. Als enige is mijn Cwastresse Double toen bezweken. Midden september waren de bomen ook nog te veel in groei. Het is ook de enige boom die in twintig jaar het loodje gelegd heeft. Niet te geloven! Behalve een keer dat de opstart in het voorjaar moeizaam was groeiden de bomen toch steeds voortreffelijk. De oogsten vallen meestal erg mee. De noot op de foto, een Coenen, gaf de laatste twee jaar overvloedig vruchten! En dit ondanks de steeds weerkerende winterse wateroverlast.
De laatste dagen heeft het overvloedig geregend en voordien was de grond al oververzadigd. Van terug aanplanten van de opgekuilde struiken en bomen is nog lang geen sprake. Soms komt er in februari een droge periode. Misschien dan? Hoop doet leven!
De rechter gracht staat een stuk minder hoog dan mijn linkerkant van de weg. Dit komt omdat de doorvoer verder onder de weg voor een stuk geblokkeerd is. In de verte merk je de Schijn die buiten zijn oevers getreden is.
Deze peer is een
zaailing van majoor Esperen van Mechelen in dienst van het leger van het eerste
keizerrijk (Napoleon). Hij zaaide deze peer tijdens een verlofperiode (1817-1820).
Sappige, vaste,
kleine tot middelgrote peer. Typisch is de zoete, meloenachtige smaak.
De groeikracht is
tamelijk goed, matig gevoelig voor schurft. De vruchtdracht treedt vroeg in en
is goed.
Plukrijp eind
september en bewaarbaar tot ongeveer midden november zegt Willy Mahieu.
Dat de seizoenen vervroegen
zie je duidelijk uit de mededelingen van Andre Leroy, de befaamde Franse pomoloog.
Hij zag de eerste in Frankrijk te Angers gekweekte vruchten, die geconsumeerd
werden op 3 december 1842. Hij vermeldt er nog bij dat de vruchten van 1843 nog
later gegeten werden. (Angers ligt in de Loirestreek een heel stuk zuidelijker
dan wij.)
Op de uitstap naar de Moezel (blog van 2 sept.) vertelde de wijnboer over de succesvolle
verwarring door ferromonen, zodat een schadelijk insect geen partner kon vinden
om te paren en er aldus geen schade meer was aan de druiven.
De biotelers spuiten met een viruspreparaat bij de
eileg van de fruitmot. De ontluikende wormpjes gaan er aan dood.
Onlangs werd het ferromoon Exomone®C van Makhteshim Agan Benelux & Nordic BV toegelaten.
Het is een ferromoon tegen de bekende fruitmotmade in de vruchten van appels en
peren.
Gebruik:
Men hangt de
val op (25 per Ha). Gaat 3 jaar mee. Op de bodem van de val ligt een plaat
met kuiltjes en daarin een speciaal poeder gemengd met het ferromoon.
De
aangetrokken mannelijke motten komen in contact met het poeder en de
vrouwelijke lokstof (ferromoon).
Het
ingepoederde mannetje is niet meer in staat vrouwtjes te vinden. Geen
bevruchtingsmogelijkheid.
Het mannetje
fungeert nu als een bewegende val voor andere mannetjes die op de lokstof die
hij meedraagt afkomen.
Bij contact
tussen de mannetjes wordt het poeder met ferromoon overgedragen en wordt
het verwarringssysteem versterkt. Dit heet Auto-Confusion of
Zelf-verwarring.
Dankzij deze
actieve vorm van verwarring wordt op een zeer effectieve manier gebruik
gemaakt van ferromonen met de hulp van het plaaginsect zelf.
De werkingsduur van het ferromoon is ongeveer 75 dagen
en dient dan vervangen te worden door een nieuw plaatje. Men heeft dus 2
plaatjes per jaar nodig.
Voorbereiding voor de aanstaande Kerstmarkt van zat. 8 13- 19u en zond. 9 10-17u in de Gemeentelijke Basisschool St Antonius-Zoersel. Frieda en Margreet toverden de heerlijke producten uit de tuin in sierlijke paketten.
Ik
ben je bijdragen op je blog aan het lezen. Van tijd tot tijd een paar.Boeiend.
Ik
ben op zoek naar een nashi-peer Kosui.Calle heeft die blijkbaar.Kent u
soms een andere kweker?U spreektin je blog veel over Hendrickx in
Kapellen.Ik vind niets op het internet,
wat heeft die zoal? Iemand suggereerde mij Luc Keustermans uit Merksplas (ken
ik ook niet).
Tot
slot zou je me een groot plezier doen met een antwoord op de volgende
vraag.Stel: je mag in je tuin maar 5
fruitbomen en 5 kleinfruitsoorten planten, welke zou je dan kiezen?
Antwoorden: Kosui ;
andere kweker? A. Hendrickx? Trouwens ik zou Benita (kruising Nashi x peer) verkiezen.
Andre Hendrickx,
verkooppunt Hoogeind Stabroek: woe. nam,
vrijdag en zaterdag: GSM 0475902122. Ik
heb zijn recente lijst nog niet ontvangen.
Luc Keustermans uit
Merksplas ken ik ook niet.
5 fruitbomen:
Opal (pruim), Comtesse de Paris en Jeanne dArc (peren), President vanDievoet (Cabarette) en Relinda of Otava. Maar
nog tal van mogelijkheden.
Kleinfruit
Rode bes: Mulka en
Detvan of Tatran enz.
Zwarte bes:
Titania, Ben Connan of Ben Sarek
Stekelbes: Worcester of Black Velvet, Martlett
Herfstframboos:
Joan Squire, maar praktisch alle rassen zijn de moeite waard
Blauwbessen: Brigitta
Blue, maar ook hier zijn praktisch alle rassen de moeite waard.
Ik zou er nog een zesde willen bijvoegen: een braamboos: Tayberry: (Medana( gestekeld) of Buckingham (stekelloos). Braam: Fantasia( gestekeld), Tornfree (stekelloos).
Mispel De mispel is een bizarre vrucht die eruitziet als een verschrompelde
rotte appel.Niemand weet wat ermee te doen en dat is begrijpelijk.
Gewoon rijp is hij niet te eten.Eigenlijk moet de mispel gegeten worden na de eerste
vrieskou,zodat hij kan rotten aan de boom.
Dan pas is hij eetbaar.Raar maar waar,het vruchtvlees moet je er met een
lepeltje uitscheppen en door een zeef jagen om de pitten eruit te halen. Mispelpuree Meng 100gr puree met 2 à 3 speculaas-koekjes en je hebt lekkere
mispelpuree!!
***
Mispels ken ik van
jongs af: We hadden twee bomen in onze boomgaard.
Ik at ze van zodra ze een begin van bruinworden
vertoonden.
In het Nederlands hebben we hiervoor het woord : BEURS.
De
pel is mooi effen bruin.
Om ze te eten kan
je de punt verwijderen en het vlees uitzuigen. Ik verwijder de punt en ook de
bovenste pel met de restanten van de bloemblaadjes. Het geheel gaat in de mond.
Enkel de afgekloven forse zaden blijven over.
Afhankelijk van de
temperatuur blijven beurs wordende mispels nog een paar weken goed.
Ik kijk beurse
mispels altijd na op aantasting , verrimpeling of vervorming. De rotting zet
zich dikwijls in met een wit schimmelpuntje.
Pas als ze echt
rot zijn krijgen ze het uitzicht van een verschrompelde rotte appel.
Beurse
mispels zijn heerlijk, maar rotte hebben een afschuwelijke smaak.
Hier is de nieuwe
nestkast, aangeschaft ter gelegenheid van 5 jaar Natuurpunt Malle-Zoersel. Knap
gemaakt in masieve eik door het Opvangcentrum voor vogels en wilde dieren
Brasschaat. Binnenin het makkelijk te openen voorpaneel zijn er zelfs trapjes
gezaagd om het naar boven kruipen van de vliegvlugge jongen te vergemakkelijken.
De woning voor de
rupsenpakkertjes is klaar. Nu is het een goed moment om nestkastjes uit te
hangen. De vogels hebben alle tijd om de mogelijk nieuwe woning voor het
volgende broedseizoen te taxeren en goed te keuren. Er komt een zot zinnetje in mijn hoofd: "En hedde gij meubelen, dan kunde gij trouwen met uw lief."
Ik heb de kast in
de Mutsu gehangen voor observatie van uit huis.
Vanmorgen had ik al
een prachtige bezoeker van de mezenbollen die ik pas gisteren ben beginnen
uithangen. De Grote Bonte Specht is een prachtige vogel. Verrukkelijk deze kleurige
vogel van zo nabij te kunnen bewonderen.
Even later kwam ook
de charmante kuifmees op bezoek. Alvast een uitstekend begin.
Vanaf oktober is
het interessant vetbanden aan te brengen tegen de wintervlinder, die vanaf eind
oktober en gedurende de winter actief wordt.
Terwijl ik dit zit
in te tikken zie ik een mannetje, 1,5 cm tegen de verlichte ruit fladderen. Het
is een grijsbruin vlindertje met fijne bruine bandjes over de vleugels.
De wijfjes van de Kleine Wintervlinder ( Operophtera
brumata L.) zijn schadelijk om wille van de rupsjes die in het vroege voorjaar soms
erg vreten aan de pas ontluikende bladeren en bloemen. In een later stadium
vallen de vele bladeren met gaten op en later ook de vervormde vruchten.
Als natuurlijke
vijanden zijn er vooral de meesjes die de rupsjes voeren aan hun jongen.
Nestkasten zijn onontbeerlijk in een boomgaard.
Het wijfje kan niet
vliegen en klimt nu tegen de stam en takken omhoog naar de uiteinden om daar
100-200 eitjes af te zetten.
Dit zeer talrijke insect
tast zowel fruitbomen als andere loofbomen aan. Nu ik dit schrijf, bedenk ik
dat ik nog nauwelijks naar de schade op andere bomen gekeken heb. Twee jaar
terug was er echter een massale landing op de rij fruitbomen het dichst tegen
de boskant. (Vorig jaar beschreven op de blog.) Zo goed als alle bladeren en
bloembotten vielen ten prooi. Zoiets had ik nog nooit gezien. Deze bomen hebben
dit jaar als compensatiewel prachtig
gedragen!
Naar ik vernam doet
deze plaag zich af en toe voor. Elk jaar zijn er evenwel veel Kleine
Wintervlinders. Misschien hebben ze een voorkeur voor sommige rassen. Ooit zag een
Jerseymac, echter toen nog een
kleinere boom te midden van andere hoogstammen, waar praktisch elke knop
aangetast was door een of twee rupsjes. Of vond moedermot het gemakkelijker op
het kleine boompje te klimmen?
De remedie is het
aanbrengen van vangbanden, ingestreken met een speciaal soort vet, zeer
plakkend en niet uitdrogend. Tegen de zomer worden die losgemaakt en opgebrand.
Ik heb mij beperkt
tot de perenboompjes en de kwees, omdat ik in eerste instantie die vruchten zoveel
mogelijk wil sparen.