Mijn meer dan 40 jaar ervaring met tuinieren en het telen van vele
soorten (klein)fruit zonder scheikundige bemesting en - spuiten wil ik
meedelen en zelf nog bijleren.
Voor de fruitliefhebber
30-09-2008
Comité Jean Pain 30 jaar (28/09)
Comité Jean Pain 30 jaar (28/09)
Was het in 74 of 76?
dat we in Brussel een film zagen hoe Jean Pain in het zuiden van Frankrijk het
houtgewas uit brandgangen composteerde en de compost gebruikte in zijn tuin
midden de wildernis. Die tuin was echt gebarricadeerd met boomstammen om de
everzwijnen buiten te houden.
Frederik Vanden
Brande van Londerzeel, 2 de Veltvoorzitter van 1978 tot 1980, vertaalde het boek
van Jean Pain Een andere Tuin. Op Hof ter Winkelen richtte hij zijn eigen
compostwerf voor compostering van vers houtgewas op. Hieruit groeide de vzw Comité
Jean Pain. De man kwam hier regelmatig op bezoek. Je weet: niemand is sant in eigen (Frankrijk) land.
Frederik kon 3
werkkrachten van het door de regering net gecreëerde Bijzonder Tijdelijk Kader, om
de werkeloosheid op te vangen, tewerkstellen. In Velt konden we 12 krachten aantrekken.Een
formidabele steun in de rug.
Frederik haalde de
woorden aan van Jean Pain: lAnnée 1981 sera lannée de lexplosition! . In
Readers Digest van mei/81 verscheen een reportage van 7 blz., in een oplage van
32.000.000 exemplaren.Reactie: 16.000
brieven. Zes weken daarop begaf het hart van Jean Pain.
Londerzeel groeide
uit tot een internationaal centrum. Personen uit 65 landen kwamen er al op stage.
Met Frederik kan het ook in het Esperanto.
Met Filip Robinet
en zijn opvolger Gerrit Van Dale werden er knappe medewerkers aangetrokken.
De overheid zag het
belang in van compostverwerking en richtte de Vlaamse Compostorganisatie, VLACO
vzw op. Gerrit heeft de cel Thuiscomposteren met de vorming en de begeleiding
van de compostmeesters onder zijn hoede.
Die begeleiding
waren we in Nederland vergeten getuigde Harry Winckels van VAM, Nederland.
Gerrit Van Dale
combineert zijn job met het Comité Jean Pain, waarvan hij onlangs de nieuwe
voorzitter werd, na bevordering van de 82 jarige Frederik Vanden Brande tot
erevoorzitter.
We waren blij met
het terugzien van Jean Cornelis, toen voorzitter van Velt Ukkel-Brussel, een
van de eerste Veltafdelingen en medestichter van de vzw Comité Jean Pain.
We genoten van het
verhaal van Luc Van Acker, nu in de top van Ovam, hoe hij met echtgenote en
dochtertje voor info kwam en ter plaatse aangetrokken werd als medestichter.
Gerrit leidde in
zijn eigen stijl de verschillende sprekers in.
De burgervader van
Londerzeel onderlijnde de pioniersrol van Frederik Vanden Brande. Bij een
vorige viering kreeg Frederik al de eretitel ereburger van Londerzeel, net
als Gerard Walschap.
Uit de toespraak
van de vertegenwoordiger van de provincie Brabant onthield ik hoe deze
provincie het verst staat met de steun voor het compostcentrum. Jan Vannoppen, sinds vorig jaar de directeur van Velt, bracht een gesmaakt eresaluut vanuit zijn ervaringsrijke achtergrond.
Het Comité heeft
ook zijn vertegenwoordigers in Brussel en Wallonië. Vanuit Frankrijk kwam
iemand aan het woord van de compostmeesterwerking te Valenciennes. Iemand
bracht ook een groet in het Spaans. Harry Swinkels van de Vuil Afvoer
Maatschappij (VAM) in Nederland, die al van veel vroeger compost maakt, was vol
waardering voor het werk in Vlaanderen.
Daarna bezochten we
de werf.
De bekomen compost
gaat reeds al de tijdnaar de 12 tuintjes
van dorpsgenoten. Haast iedereen teelt ook asperges. Die doen het blijkbaar
goed in al die humus. Ik meen een C (koolstofgehalte) van 35 te hebben gehoord!
Op Hof Ter Winkelen word je altijd hartelijk ontvangen.Daartoe draagt ook Lauraine bij, de echtgenote van Frederik.
Open Deur bij Karel Martinet door de Stichting Landschapsbeheer Zeeland te Heikant Hulst
Open Deur bij Karel Martinet
door de Stichting Landschapsbeheer Zeeland te Heikant Hulst
27
september, schitterend Herfstweer
Een
tot in de puntjes verzorgde ontvangst
Hier was tot kort
na de oorlog een vlasbewerkingsbedrijf gevestigd. Bolle, familie van ons, had
op De Reiger te Ichtegem een gelijkaardig bedrijf. Ik heb als kind dikwijls
naar het zwingelen staan kijken, het wegslaan van de lemen, de gebroken,
houtige omhulsels van de vlasdraad. Tijdens de wintermaanden werd een soort
ketel gevuld met lemen omgekeerd op de Leuvense stoof gezet. De lemen brandden
gedurende lange tijd en gaven extra warmte. Over meerdere
vlasbewerkingstoestellen werd uitleg gegeven door vakmensen uit de tijd.
De 100 jarige, machtige
schuur vormde een bijzonder attractiepunt. Op de oude dorpsvloer werd het
dorsen met de vlegel (vlei in het West-Vlaams) gedemonstreerd. Bij ons thuis werd
nog gedeeltelijk gedorsen tijdens de oorlog.
Voor de oorlog al had
de dorsmachine haar intrede gedaan. Uit mijn prilste kinderjaren herinner ik
mij nog Den Duvel met indrukwekkende zwarte snoet die met een brander verhit
werd. Met alle beschikbaar volk werd aan de lange, brede aandrijfriem tussen de
stoommachine en de dorsmachine getrokken om het aandrijfmechanisme op gang te
trekken.Tegen het begin der oorlogsjaren werd die stoommachine al vervangen
door een speciale tractor.
Een van de laatste dorsmachines
kon men in de wei aan het werk zien. Voor de bediening was maar één man meer
nodig, plus de man op de schelf om de schoven met de vork toe te leveren. Bij
volle werking is er nog iemand nodig bij het graan en bij het geperste stro.
Voor mij het
interessantste was echter de kennismaking met de Mobipers,
een complete sapbereidingsmachine van een jong echtpaar uit Zoelen bij Tiel, de
Betuwe, de fruitstreek van Nederland.
De machine werd
naar eigen ontwerp van de man gebouwd en is nu voor het tweede jaar in bedrijf.
De capaciteit is 500 l per uur. Het sap komt in een bag-in-box van 5 l
met tapkraantje. Blijft 2 j goed, geopend tot 8 weken.
De NBS heeft dit
najaar ook hen voor een paar dagen ingehuurd, naast iemand van Aken, met een
iets minder grote capaciteit, voor nog een 5 tal dagen. De bedoeling van de NBS
is om volgend jaar over een eigen sapmobiel te beschikken. Men dient vooraf in
te schrijven met minimum 75 kg en zich op het uitgestippelde moment aan te
bieden.
Het rendement sap
zou 70 % bedragen. Ik kon 190 l sap inladen.
Er waren nog andere
werkende toestellen als bv een haverpletter. Verder tochten met de huifkar.
Meerdere standen, waaronder een fruitstand van de Stichting Landschapsbeheer
Zeeland. Dit is een recent initiatief, gecoördineerd door Theo Aernoudts.
Karel verzorgde
geleide rondleidingen. Ik kon mij aansluiten bij de eerste, die na veel
omzwervingen via gebouwen en demonstraties tenslotte eindigde in zijn tuin.
Dank Karel voor de boeiende uitleg.
Zorba is onze halfwilde,
gesneden witte kater, gekregen van nonkel Andre Lagrou van Leffinge. Kleinkind
Jasmien heeft die destijds een beetje tam gekregen. Als die honger heeft is die
eventjes te aaien maar je moet opletten, want de klauwen zwiepen nog steeds zo
uit.
Vanmorgen lag er
een volwassen bruine rat aan de achterdeur.
Hij doet dus nog
steeds zijn werk. Maar ik vrees dat ook zangvogeltjes sneuvelen. Die worden
niet tentoongespreid maar opgepeuzeld. Een verdwaalde veer zegt soms genoeg.
Als dit van een merel is raakt mij dat niet. Hier zie ik geen afname van het
aantal.
Gans onze zuidgevel
is op dit ogenblik goed gebarricadeerd met insectendoek over de druiven. Na een
week is de vesting nog niet ingenomen.
In de voormiddag
bezoek aan het geboortehuis-museum van pater Damiaan te Tremelo.
Wie destijds
melaatsheid opliep werd veroordeeld tot afzondering. Een van die
vergeetplaatsen was een stuk van het eiland Molokai, afgesloten van de rest van
het eiland door een hoge bergrug. Pater Damiaan ging midden onder hen wonen,
bouwde er een kerk en woningen. Hij werd zelf besmet en stierf er in 1889, het
geboortejaar van mijn vader.
Het waren
protestantse zendelingen die het werk van pater Damiaan wereldkundig maakten.
Molokai behoort tot
Hawaï, nu de 50 ste staat van de Verenigde Staten.
De besmetting loopt
men op door speeksel. Als men met de handen uit een gezamelijke pot eet met
besmette personen in hun incubatieperiode van 6 jaar, is de kans groot om ook
besmet te geraken. Melaatsen voelen zich niet ziek. De zieke plaatsen, met in
die tijd afgrijselijke en stinkende wonden, zijn gevoelloos geworden.
Mits een
behandeling van 2 jaar geneest men nu volledig. Door goede verzorging tracht
men intussen niet te veel weefsel te laten verloren gaan.
Het
namiddagprogramma staat in het teken van de Hagelandse wijn te
Wezemaal-Rotselaar.
Eerst maken we met
gids Etienne Vanoosthuyse, een doorwinterde kenner, een flinke wandeling naar
en op de Wijngaardberg. Hij heeft zijn eigen wijngaard op een andere helling in
Rotselaar. Een van zijn buren hebben we eind der zestigerjaren nog leren
kennen: eerwaarde heer professor Bouts, natuurgeneeskundige, die er woonde op een
domein van 8 Ha. Hij is een vijftal jaar geleden op de gezegende leeftijd van 99
jaar en 11 maanden overleden.
Vroeger heeft men
op de Wijngaardberg van Wezemaal terrassen aangelegd voor wijnbouw. Op de
kam bouwde men met de uitgedolven ijzerzandstenen een 1,80 m hoge en 1,6 km
lange muur als beschutting tegen de Noordenwind. Dit was in de jaren 1810 tot
aan de verwoesting van de wijngaarden in Europa door de druivenziekte,
halverwege de 19 de eeuw. Dank zij enting op de onderstam van de Amerikaanse
druif, die hiertegen bestand bleek, heeft de wijnbouw zich opnieuw kunnen herpakken
en zich verder uitbouwen.
Al een tiental jaar
geleden zorgde de gemeente voor het materiaal en vormde zich Den Steenen Muur,
een groep van een 10-12 tal vrijwilligers, die iedere zaterdag voor het verdere
onderhoud en het wijnmaken instaan. De wijngaarden beslaan 1,2 Ha, goed voor
6.000 flessen. 30 % gaat naar de medewerkers, 10 % naar de gemeente en 60 %
staat ter beschikking voor het wijnproeven in kelder en garage van de wijnkelder "Den Steenen Muur" in het vroegere
gemeentehuis van Wezemaal.
Elk jaar is de
voorraad op. Verkoop komt er niet bij.
Bij het begin van
de wandeling zien we de opvallend grote kerk voor een dorp van 1300 zielen. In
vorige eeuwen was het een belangrijk bedevaartdoord naar St. Job. Een verdere
getuige hiervan is de imposante pastorij met kasteelallures met als pastoor een
Norbertijn van Averbode.
Bij het begin van
de wandeling op de Wijngaardberg is er een Pinot Noir wijngaard. Op de eerste
rij zijn de merels sinds een week, na het oogsten van de mais, duchtig beginnen mee te snoepen. Hoger op de berg komen ze
niet. De merels zitten enkel rond de huizen.
De druiven worden
gekweekt aan draden op een naar rechts gebogen gesteltak waarop de draagtakken
staan. Bij het begin van de buiging groeien de twee takken die voor de
vervanging moeten zorgen. Begin volgend jaar zal men de gesteltak met de
vruchttakken van dit jaar afzagen tot tegen de stam en de beste van de twee takken
vlak binden. Hierop zullen zich de nieuwe draagtakken ontwikkelen. De andere
tak wordt op 2 ogen ingeknipt die zullen instaan, de ene als nieuwe gesteltak
en de andere, ingeknipt op 2 ogen, zal zorgen voor de 2 takken als voortzetting
en vernieuwing van de wijnstok.
We zien een
vroegere boomgaard die stilaan ingenomen wordt door het bos. Hoger op de berg
is er enkel nog bos, tot we op een van de vroegere terrassen komen. Daar heeft
men een wijngaardje met het resistente ras Sirius (witte druif) aangelegd. Hier
kweekt men aan palen en zijn er meer vruchttakken. De trossen werden vorige
zaterdag geoogst.
Op de top zien we
eerst nog de restanten van een vroegere ijzerzandsteengroeve met erachter een overblijfsel van de vroegere Stenen Muur.
De andere kant is helemaal
in cultuur met een appelplantage. Men is volop bezig met een eerste tussenpluk van de Jonagold.
De volle paloxen worden tussen de rijen van een nieuwe perenaanplant gezet, misschien
om nog wat na te kleuren met de koude nachten.
We dalen iets
verder terug aan de zuidkant af en komen bij hun grootste wijngaard op de
helling. Bacchus is geplukt; Pinot gris en Dornfelder volgen eerstdaags; voor
de Chardonnay is het wachten tot eind oktober, begin november. Het plezante is
dat we van elk ras een besje kunnen proeven.
Terug in het
centrum nemen we plaats in de garage. Een andere groep heeft de kelder met
tongewelf ingenomen.
Het eerste
geserveerde wijntje, dat best heel goed smaakte, bleek een appelwijn. Daarop
volgde een Pinot gris, iets te zuur betoond. Dan de zeer goede, compelexe
Chardonnay. De Bacchus is vooral aromatisch. Dit jaar laat men de pel 1 dag
meegisten voor een nog beter resultaat. Voor mij was de max de Pinot Noir, de
ingrediënt voor de rode Bourgogne. Zonder pel bekomt men een witte wijn met een
zweempje rood. Mits enkele dagen meegisten van de pel wil men nu ook een rosé
maken. De rode Dornfelder is op. De pas 2 maanden oude Sirius is gewoon lekker. Het meest verrukte mij
een tijd geleden de Bio-Sirius 2005 van De Hageling,Tienen. Ik vond dat een
fenomenaal wijntje.
Ook in België
worden beslist zeer goede wijnen gemaakt. Wezemaal kent de stiel!
Dit jaar heeft men
iets minder druiven, maar die zijn, dank zij de goede septembermaand zeer goed
voorzien van suiker en zuur.
Je kan alvast gaan
proeven tijdens de Wijnfeesten op het laatste weekend van augustus volgend
jaar.
Fotos:
Wezemaal: oud
gemeentehuis met aanpalend wijnkelder Den Steenen Muur.
Aan de voet van de
Wijngaardberg.
Bij de Pinot noir
Bij de Steenen
Muur
De grote wijngaard
met Pinot gris, Bacchus, Chardonnay en Dornfelder.
Dornfelder heeft de
mooiste trossen. De onderste bladeren zijn weggenomen voor betere belichting.
Wat
leuk te lezen dat jullie bij Velt zijn geweest in onze mooie gemeente Gemert.
Ook toevallig is dat wij dit jaar met 75 kinderen een schooltuin hebben bij
Velt. Iedere week gaan onze kinderen onder schooltijd daar tuinieren. Vandaag
worden de erdperen geoogst.
Het
kaartje dat bij u is aangetroffen staat op dit moment nummer 1. 4 km voorsprong
op de nummer 2.
Jan
van der Veen (directeur van jenaplanschool De Pandelaar)
Sissinghurst,
de beroemde tuin van Vita Sackville-West en Sir Harold Nicolson, gecreëerd in
de dertiger jaren; sinds 1967 in het bezit van de National Trust, is steeds een
diepe schoonheidsbeleving.
Knappe fotos op www.invectis.co.uk/sissingKlik op de verschillende gedeelten op het
plannetje om een hele reeks fotos te zien.
Enkele fotos van
ons bezoek.
Wie Sissinghurst
bezoekt heeft een prachtig uitzicht vanuit de als museum ingerichte
woontoren.
Zicht op het
inkomgebouw.
Zicht op de vroegere
bedrijfsgebouwen en hoppeast. Hier werden de hoppebellen gedroogd voor de
bierfabricatie.
Sissinghurst is
bekend om zijn tuinkamers. Hier het centraal punt van de witte tuin.
De boomgaard.
In de boomgaard zagen
we een boom waarvan de vruchten een voor mij ongekende ziekte vertonen.
Bij een eerste zicht dacht ik aan hagelschade, maar dat is het niet. Wie
weet meer?
Wat een onverhoopt
succes: we kunnen mee met de shuttle! Er is haast niemand. We zien in de
verte nog een andere bus en een paar autos. We wachten voor een bord:
18.20 - 20.23 Calais. De shuttle rijdt alternatief op 1 spoor en doet er
ongeveer een uur over, anders 35 minuten. (Foto Magda Schuurmans)
We zijn nr 1. Achter
ons stond nog een auto. (Foto Magda Schuurmans)
Chauffeur Winnie. De
jonge Florens wist hem te charmeren. Voor ons was de tijd zo voorbij.
Brogdale is telkens
een belevenis met al die vruchten in vele vormen, kleuren en smaken.
1.Algemeen
zicht op het appelperceel. (Foto Magda Schuurmans)
2.Sierappels
(Foto Magda Schuurmans)
3.Is
dit geen aantrekkelijke pruim: Gordon
Castle. De smaak was ook goed.
4.Mij
trof de onlangs in speciale vorm gesnoeide pruimen op een opbrengstperceel.
Pruimen worden in blad gesnoeid, meestal na de oogst, maar in deze afhangende
vorm nog nooit gezien. Het betrof wel reeds uitgegroeide bomen. Moet gemakkelijk
zijn om te plukken. Wel altijd gehoord dateen pruim schuin opwaarts moet groeien om zijn groeikracht te behouden.
5.Idem
(fotos Magda Schuurmans).
6.Mooie
peren (fotos Magda Schuurmans).
7.Bij
dekwee Ronda. Dit ras viel op door zijn gezonde groei en mooie vruchten.
(Er is wel een maar, want hier wordt behandeld). Dit is nog een vrij recent ras
van Wädenswil (Zwitserland) en in 1984 in de handel gebracht. Zelfvruchtbaar en
minder vorstgevoelig. Fijnkorrelig vlees, weinig steencellen. Mag niet te laat
geplukt worden om wille van de bruinverkleuring van het vlees cfr Vranja.
8.Na
de ploughmans lunch of pie. Florens is voldaan.
9.We
vertrekken. De majestatische Libanonceder kun je vanop de M2 autoweg zien.
Net in de Prune de Prince dit balonkaartje uit het Nederlandse Gemert gevonden. De VELTafdeling daar heeft er een interessante tuin opgezet, die we met Velt Provincie Antwerpen bezochten. Ook aan het kruidencentrum De Sprenk brachten we een leerzaam bezoek. De tuin bevat heelwat natuurlijke elementen. Gemert ligt naast Helmond, laat ons zeggen de hoofdstad van de Peel. Daar gingen 'Beeckman en Beeckman' van Toon Kortooms op gymnasium. De eeneiïge tweeling haalde er glorieuze fratsen uit. Roger Windels gaf in het Sint Jozefinstituut, de gele doos, te Torhout in de grote klasruimte die wij 'Het Parlement' noemden les in aardrijkskunde aan alle 2 de klassen samen, met de epidiascoop, waarmee plaatjes uit een boek dat eronder gelegd werd, op een doek geprojecteerd werden. Tijdens een panne begon hij voor te lezen uit dat boek en hoorden wij voor 't eerst de naam Helmond. Die leerkracht heeft het daarna als senator nog tot in het echte parlement gebracht.
Sinds de
landeigenaar de site heeft overgenomen van de Trust (Stichting in Nederland,
VZW bij ons) is er heelwat geronoveerd. Rond het binnenpleintje zijn aantrekkelijke
winkeltjes opgetrokken en is het restauratiegedeelte uitgebreid. Het
plantcentre is nog beperkt, maar zou terugkomen.
De gidsen van
vroeger zijn blijven fungeren.
De wat aparte
vereniging: Friends of Brogdale functioneert niet meer.
De bomencollectie
wordt nu beheerd door de universiteit van Reading. East Malling Research,
waarbij zich de Brogdale Trust had aangesloten, en nog drie andere kandidaten
visten achter het net.
East Malling had de
intentie de collectie te verhuizen. Ze hebben het niet gehaald.
Tijdens ons bezoek
reed het smalspoor treintje.
Mijn bedenking: de
bezoekersfaciliteiten zijn veel verbeterd, maar zullen die bezoekers en
toeristen ook komen?
De vroegere trust
had gerekend op 100.000 bezoekers per jaar en ze moesten er ongeveer 10 jaar
over doen om dit aantal te bereiken.
Wij hadden een
mevrouw als gidse en we hadden de tijd om overal te komen.
De meer dan 2000
appelrassen vormen vanzelfsprekend de hoofdbrok. Overal konden we proeven. Bij
nog niet helemaal rijpe vruchten kan je wel merken of dit een lekkere appel zal
worden.
We stonden stil bij
de appel die wetenschapper Isaac Newton zag vallen en hem de wet van de
zwaartekracht openbaarde. Het ras werd naar hem hernaamd.
Als steeds wordt de
aandacht getrokken op de Roem Van
Vlaanderen. Dit is echter een Duits ras dat door iemand meegesmokkeld werd
en hier onder zijn nieuwe benaming ( Wie kan die mij zeggen, want ik ben de
echte naam vergeten?) aan de man gebracht werd.
De Knobby Russet was nog maar begonnen
zijn wratten te ontwikkelen, maar onder die erg ruwe schil steekt smakelijk
vruchtvlees.
De perenverzameling
had een tamelijk goede bezetting. Tijdens de bloei maart-appril had men hier
beter bestuivingsweer dan bij ons en blijkbaar minder vorst. Ik heb ooit wel
eens gezien dat er in Brogdale geen peren waren.
Mij is de kweepeer Ronda opgevallen. Mooie bladstand en
knappe vruchten. Lijkt mij een van de beste onder de 17 kweepeerrassen. Ik moet
er wel de bedenking bijmaken dat de bomen hier bespoten worden.
De pruimen waren
hier ook een mislukking dit jaar. Vorst en slecht bestuivingsweer.Dat weer kwam van het vastenland. We gingen
de late pruimen verkennen en ontdekten nog heel wat met te smaken vruchten.
Fotos
- Brogdale
- De 2 gidsen. Foto
Magda Schuurmans
- Gidse
- Bekoorlijke, rode
appel
- Blenheim Orange.
Hier nog weinig gekleurd. Met de huidige koude nachten zal kleuring zeker
toenemen. Wordt nu geplukt.
Eerst keukenappel;
in oktober dessertvrucht. Bewaart tot januari.
- Knobby Russet
(Foto Magda Schuurmans), bewaart tot maart. Onder de ruwe pel steekt lekker
vruchtvlees.
Weekend Engeland 13-14 september of een tocht met Hindernissen
Weekend Engeland 13-14 september of een tocht met Hindernissen
Met de brand in de
tunnel vorige donderdag moesten we uitwijken naar de ferry.
Bij een stop voor
Calais zagen we 4 jongeren ontsnappen uit een Poolse truck. Ze kropen door een
snede in het achterzeil.
Voor de eerste maal
een file zien aanschuiven voor de ferry.
Normaal hadden we
op de middag in Wisley moeten aankomen. Het werd half vier. Volgend jaar gaan
we terug en bezoeken dan zeker het nieuwe serrecomplex.
Op de universiteit
van Kent kwamen we ook te laat wegens vertraging door een ongeval. Men had het
buffet al afgeruimd. Gelukkig bereidde men voor ons nog een fish en ships
maaltijd, die ook smaakte.
Met 16 gingen we
daarna nog Canterbury bezoeken. Er was veel leven van de jeugd. Ooit een aanstaande
bruid met vriendinnen uitdagend fuivend gezien op haar vrijgzelinnenavond?
Het uurtje stappen
bergop tot de campus viel mij goed mee, ondanks het gevorderde uur (0u30, 1u30
onze tijd).
Waar: Julianastraat 98,
Heikant (Hulst) bij de heer Martinet, die al enkele keren een bijdrage leverde
voorde blog.
Open dag: 10.00u tot 17.00u
Erf excursie: 14.00u
Fruitpersen: tussen 10.00u tot 17.00u op afspraak
Activiteiten: excursie, demo dorsen & vlasbewerking, rondrit oude
wagen, verkoop agrarische producten, overdekt terras, tentoonstelling oude
fruitrassen, info over Zeeuwse erven.
Aanmelden voor de MoBipers voor 17 september
Het
aanmelden doen we om op die manier een planning kunnen maken en u niet al te
lang hoeft te wachten. U hoort vooraf hoe laat u aan de beurt zult zijn. Gezien
de ervaringen uit het voorgaande jaar, is het verstandig tijdig aan te melden.
Aanmelden bij: Mobipers: rudolfjan@mobipers.nl
of 06-1100 34 70
ten minste 75 kg ofwel 3 volle houten veilingkisten per adres /
persoonalleen fruit dat niet rot of beschimmeld is. Valfruit en fruit met
aantastingen door insecten zijn geen probleem
persen kost 1,- per liter. Contant afrekenen ter plaatse. (75 kg
brengt ongeveer 50 liter op). Het sap wordt verpakt in 5l pakken en is lang (2
jaar) houdbaar
Heeft u
nog vragen, neem dan gerust even contact met ons op.
Met veel interesse heb ik je blog doorgenomen,het is een
blog met mooie en duidelijke fotos Bij het eerste bericht schreef jeiets over de grond verbeteren met regenwormencompost,welnu
dat moet ik als compostmeester tegenspreken,de compost die gemaakt word,word
gemaakt door een speciale worm,namelijk de tijgerworm,bij ons compostmeesters
ook de compostworm genoemd. Deze worm leeft in de strooisellagen van vb. het
bos,het is een kleine rode worm met aan de onderkant een tekening in de vorm
van een tijger,vandaar zijn naam "de tijgerworm",deze worm komt
massaal voor in de verschillende compostsystemen en word vooral gebruikt om te
composteren in gesloten bakken,deze systemen worden gebruikt om te composteren
bij mensen die geen plaats hebben om een compostsysteem te plaatsen en toch
willen composteren,zo composteren levert een vette en natte compost op die je
het beste een tijdje laat drogen en daarna word het gebruikt,na menging met
tuingrond om kamerplanten te verplanten of
in te verspenen,
de hoeveelheid compost dat dit oplevert is onvoldoende om een kleigrond te
verlichten en ik denk dat je in het bericht bedoeld de gewoon gemaakte compost
in bakken,vaten of hopen, het levert niet alleen compost op maar ook een
vloeistof,"perculaat of wormensap" genoemd,dat je verdund kan
gebruiken bij de gietbeurten van kamerplanten. Ik heb hier op bloggen een blog
gemaakt,die volledig geweid is over het composteren op alle manieren,je kan er
ook een stukje nalezen over het composteren in een wormenbak. Hier is het
adres:
Dit wouw ik je even melden, zonder je artikels af te breken,daar
dit in geenszins mijn bedoeling is of was .
Met beleefde groetjes,
De compostmeester.
Ik wist nog niet dat de mestworm, Eusenia fetida, ook
tijgerworm genoemd wordt. Dit lijkt niet slecht gevonden met al zijn
streep-segmenten.Eind de jaren 70 werden we als landelijk
Veltsecretariaat overspoeld met aanbiedingen voor wormencompost uit Italië. Hier
ten lande waren er handige verkopers van wormen - en wormensystemen, mits een
serieuze investeringsprijs. Na een tijd van beiden niet meer gehoord.
Bij Heinz Erven zag ik zijn gemetste wormenputten met
nogal wat afvalfruit.
Een inventieve persoon (Firma Ecocult?), als ik het mij
goed herinner uit Westrozebeke, of was het Oostnieuwkerke (?), had in die tijd een
wormenbak ontwikkeld met worteldoek, bestaande uit 2 compartimenten.
In het middentussenstuk waren grotere gaten. Het nieuwe
materiaal (liefst al iets voorgecomposteerd) werd aan een kant aangebracht en geregeld
wat aangevuld. Gefundenes Fressen voor de mestwormen (tijgerwormen). Eens vol
en uitgewerktbegint men met het tweede
gedeelteen verhuizen de meeste wormen.
De edele wormencompost gebruikte ik bij de aanplant van bessen en aardbeien.
Wellicht gebruikte Aleide die ook voor enkele bloempotten. Ik zou moeilijk
ermee kleigrond kunnen verbeteren want ik heb zandgrond en zeker te weinig
pierenmest voor dit doel. Vorig jaar werd er nog gebruik van gemaakt van de
wormenbak. Na 25 jaar nog te gebruiken! In deze bak kan je alleszins meer
wormenmest bereiden dan in het moderne vat met kraantje.
Al een hele tijd geleden heb ik het meegemaakt dat in
onze volle beerput-overloop-sterfput, zich een massale klomp van mestpieren
gevormd had. Dank zij Aleide gebruiken wij zoveel als kan - nog van voor de
jaren zeventig van de vorige eeuw - natuurlijke zeep- en wasproducten. De meeste regenwormen in mijn min of meer uitgewerkte composthoop behoren tot de gewone soort Lumbricus terrestris
Het nu gebruikte wormenvat, naar Engels model, heeft
een kraantje om het percolaat (het gevormde, rijke vocht) af te tappen. Dit
systeem heb ik echter niet.
Ik heb eveneens het certificaat van compostmeester.
Op 28 augustus schreef
ik over de suikermaïs. Dat perceel met de superzoete rassen is nu
afgeoogst. Dit jaar was de opkomst van de zaden uitstekend. Er zijn jaren dat
dit veel minder is. Ik moet ook een tijdje (tot de nieuwe plant goed aan t
groeien is. Bij pas ontluikende planten weten de duiven de zaadkorrel te
vinden) afdekken tegen de houtduiven.
Nu oogsten we het
iets later gezaaide blok, een eind verwijderd van het eerste blok. Hier staat Kelvedon Glory, een gewoon F1 ras en Double Standard, zaadvast ras.
Uit de de fotos
blijkt wel een heel groot verschil. Ik heb sterk de indruk dat van Double
Standard tevens weinig kwaliteitsvol zaaizaad werd aangeboden als je de
variabiliteit bij de kolven ziet. Daarbij komt nog dat Kelvedon Glory een heel
stuk beter smaakt.
Het zaadvast ras
Double Standard kostte £ 1.37 (biologisch zaad).Kelvedon Glory F1 £1.05 (niet
biologisch zaad). In elk zakje 48 zaden.
Op de blog van 22/02/2008
en 14/06 bloei berichtte ik over mijn nieuwe zaailingbraam.
Een grote aanwinst
is het zeker niet. Dat is ook de normale verwachting. Een nieuw ras komt pas na
jaren op de markt en is de enige overlevende van vele duizenden zaailingen.
De bessen zijn
eerder klein en vrij zacht. De smaak valt echter wel mee. De ziektetolerantie
is wellicht ook niet van de beste; want het bovenste derde van de voornaamste
stengel stierf af. (Stengelziekte)
Ik laat de plant
nog een jaar staan. Dan is die beter uitgestoeld en de vruchten misschien iets
groter?
Met de Fruitwerkgroep van Velt-Beernem op stap (Vervolg)
Met de Fruitwerkgroep van
Velt-Beernem op stap (Vervolg)
Na de middaglunch op het domein Het Vinne,
provinciaal domein in de stad Zoutleeuw, was er wat tijd voor verkenning. Tot
aan de hoogstamboomgaard aan de overzijde ben ik niet geraakt. Achter de
motte, een terp waarop in de middeleeuwen een versterking stond is er een
nieuwe hoogstamboomgaard aangelegd in een schapenwei. Ik schat een zevental
jaar geleden. Enkele bomen waren al goed geladen. Men snoeit zodanig dat men
meer hangende takken kan bekomen wanneer deze gaan dragen.
Te Rijkel,
het domein dat we vervolgens bezochten met Willy Vandormael, viel mij deze
boomvorm nog sterker op.
Hier gaat begin juli al een aantal jaren de Dag van
de Kers door.
Willy vertelde over het probleem met een speciale
aantasting van de kersenbomen. Het kleine kersenvirus, beter bekend onder zijn
Engelse naam Little Cherry Virus. Op het zicht is aan de boom niet veel te
merken, doch de vruchten blijven klein en smakeloos. Het is begonnen bij de
hoogstam, maar tast nu ook de laagstam aan en wordt een groeiend probleem. In sommige
streken van British Columbia, Canada, ruimt men gedwongen alle kersenbomen op, ook de Japanse kersen, die geïnfecteerd kunnen zijn, maar wat men niet kan zien,
en is er een wachttermijn van 5 jaar voor heraanplant.
Willy heeft de rassen, telkens in drievoud, die hier
staan zelf geënt. Hier staan bv van de eerste Reginas (kers).Bij de appels proefde ik al een goed
smakende Reinette Descardre.
We stonden stil bij 2 bomen Bramley Seedling. De ene
was groen zoals men die gewoonlijk ziet.(Ze leken mij hier wel iets lichter
groen dan die bij mij). De vruchten ernaast waren veel meer gekleurd. Men is er
nog steeds niet uit of het wel een Bramley is.
De laatste halte was het Fruitmuseum in Borgloon.
Willy Vandormael, die er de bezieler van is, wist
boeiend over de verschillende oude attributen te vertellen, te beginnen bij een
oude veilingsklok. Nu koopt men soms erg grote hoeveelheden via het internet en
gelijktijdig verbonden met de verschillende grote veilingen.
De ruimte is hier beperkt, maar draagt bij tot de authenticiteit.
Wellicht krijgt men een veel ruimer pand als de
stroopfabriek van Borgloon je weet wel het oude gebouw dat door de mobilisatie van
het Limburggevoel verkozen werd tot het belangrijkste erfgoed van Vlaanderen,
terug opengaat.
We namen met een dankbaar gevoel afscheid van Willy
Vandormael, die deze week op 3 september 77 werd. Hij had zijn handen vol met
de kooplustigen van de streekproducten.
Het meest aftrek hadden de stroop en de vliersiroop.
Bezoek aan het
Bio-fruitbedrijf van Jos Swillen te Bekkevoort, op de Pellenberg na, het
hoogste punt van het Hageland (87 m).
Gestart in 1986, kweekte hij
geïntegreerd, schakelde in 99 over naar Bio samen met 4 andere collegas in de
streek. Wil nu bio-dynamisch gaan telen onder het Demeter keurmerk. De aanpak
in Oostenrijk was inspirerend. Hij zag hoe snoeien met de maankalender invloed
heeft op de boom. Over het nut van de preparaten heeft hij nog twijfel.
De controle van Blik, die
de bioproductie kontroleert bij de producent en in het verkoopscircuit, vindt
hij accuraat. Voorlichting ontvangen zij vooral van Marc Trapman.
De teler is vol lof over
de steun van Colruyt die ze van bij t begin in de overschakelingsfase gekregen
hebben. De 50 ton van vroeger vielen terug naar 20 ton, met meerdere problemen,
om dan terug te stijgen naar 30 ton. Nu is er veel meer arbeid nodig dan
vroeger. Het bodemleven is stukken verbeterd.Het spuiten met zwavel en de
toegelaten 6 kg koper, verdeeld over verschillende sproeibuurten, is hiervoor
geen bedreiging.
10 Ha fruit: klassieke
rassen: Jonagold Dacosta, Elstar, Boskoop en Greenstar. Plus nog wat Conference
en Lucas. Met de resistente nieuwe rassen als bv Topaz is er te veel bewaarrot
(Gloeosporium). Belgica is in bio te klein en te schurftgevoelig. Kanzi is de
lekkerste appel, maar bio niet te telen wegens veel te veel schurft. Zari als
zomerras?
Bemesting:
biochampignonmest of kippenmest (12 ton). In t voorjaar nog wat bloedmeel als
stikstofbron voor een betere groeistart.
Ferromoonverwarring van
fruitmot en vruchtschilvreter met een Chinees product met 800 nesteltjes per
Ha. Zeer straf spul. Doen het met rubberen handschoenen en oude kleren die
daarna bij de afval gaan, anders blijven ze blijvend belaagd door de
vlindertjes. De lokstof is zelfs nog wat effectief het volgende jaar.
Afwisselend wordt tegen fruitmot, die de wormstekigheid veroorzaakt, ook met
Carpovirusine gespoten in 4 beurten.
Vroeger veel last van
woelratten; nu al twee jaar geen probleem meer. Is het dank zij de vossen en de
zich uitbreidende steenmarter? Kraaien en kauwen doen erg veel schade, vooral
aan de peren.Waarom blijven dit beschermde vogels? Zij verjagen de torenvalken.
Buizerden die zich in de streek vestigen worden afgeschoten door de jagers.
Op het bedrijf toondehij de efficiënte rijenpoetser van Italiaanse
makelij. Na de pluk worden de rijen toegedekt naar de bomen toe. In het
voorjaar haalt men de bedekking weer weg. Tevens heeft men dan een zwarte
strook en is er minder bevriezingsgevaar.
Er was pas een
tweedehandse, moderne sorteermachine aangeschaft. Er zijn 2 koelcellen voor
korte bewaring. Voor de lange bewaring gaat men naar de veiling van Glabbeek.
We werden nog vergast op
een bekertje appelsap: eenzijdig erg zoet. Ik verkies mijn sap van een groot
sortiment appelen met meer ondersteunend zuur. Velen proefden de pas geplukte Elstar,
mooi op kleur en al heerlijk smakend.
Naar mijn mening bezochten
we hier een voorbeeldbedrijf op biogebied. Jos maakt ook deel uit van het
bestuur van Belbior, de vereniging van de Vlaamse biotelers.
P.S. de gefotografeerde
appel vertoont priksporen van de appelbloesemkever
Vanavond 5 september
nodigde Louis de geïnteresseerden uit in zijn fruittuin. Gelukkig hingen er een
paar richtingsaanduidingen want met de filles geraakte ik er met vertraging.
Intussen was de regen iets minder geworden om na een tijd zelfs op te houden.
Louis heeft bij de meeste
bomen op de verschillende gesteltakken telkens een ander ras geënt. Aldus heeft
hij vele honderden rassen staan. Vele rasnamen hoorde ik voor t eerst.
Er werd nogal wat
geproefd. Ook zijn hond proefde mee.
Alle appels staan op MM
106 onderstam in struikvorm.
Ik had de indruk dat de
groei op die plaats niet van de sterkste is. Natuurlijk zijn er altijd sterkere
groeiers.
De fruitbezetting valt dit
jaar, globaal gezien, tegen als gevolg van de nachtvorst in de Zennevallei.
De groei op de peren vond
ik wel goed. Het helpt natuurlijk dat ze geen of slechts 1 vrucht te voeden
hebben.
Echter aan de buitenkant
van een perenrij zijn 2 bomen aangetast door perenvuur.
We wandelden naast de
druivenrij en Louis liet ons proeven. Een onbekend ras met kleine, blauwe
bessen had een sterke focksy smaak, kenmerkend voor sommige Amerikaanse rassen.
De mooie, roze bessen van de Siegerrebe vielen het meest in de smaak. Wellicht
het best droeg Boskoop Glory, met zeer mooie trossen en een vrij goede smaak.
Het laatst wandelden we
bij de Colt-onderstammetjes van de kersen waarop Louis Gisela 5 ent als
tussenstam om de groei te temperen van de rassen die hij erop zal enten
Vanmorgen 4 rupsen van de
koninginnepage ontdekt op de knolvenkel.
De rupsen verschillen in
leeftijd: een nog vrij kleine, een grotere, een nog groter en een bijna (?)
volwassene.
Op de blog van 11 juni had
ik bericht over het voorbijvliegen van een koninginnepage en nog geschreven dat
de wortelen onbereikbaar waren wegens afdekking met insectengaas
Ik wist dat venkel ook als
waardpant geldt. Toch is het de eerste maal dat ik erop rupsen van de
koninginnepage opmerk en dan nog 4 ineens.
Af en toe kunnen we een vijg snoepen. De eersten, een goede maand geleden,werden wat men zou kunnen noemen rotrijp. Ik zoek de oorzaak in te veel vocht, want het gebouw waartegen die staat heeft geen dakgoot.De laatste weken kunnen we toch af en toe een rijpe vrucht snoepen. Rotte vruchten heb ik niet meer gezien. Het ras is een Brown Turkey.
Ik ken wel het gebruik om
groene okkernoten op genever te zetten en zo een likeur te bereiden.
Toen ik de verhoogde
aardbeibedden aanlegde gebruikte ik ook grond afkomstig van het kuisen van mijn
gracht. Grond uit andere grachten zou ik niet willen. Hier op de buiten, zonder
andere bewoners , is dit enkel de jarenlange ophoping van organisch materiaal.
In het restantje van de hoop ontdekte ik een vijftal groene bolsters van
walnoten.
Dat eekhoorntjes , gaaien
en eksters rijpe noten hamsteren is mij welbekend. Zo staan er bij mij links en
rechts wel een tiental jonge notenboompjes.
Maar groene noten?
Ik verdenk er de gaaien
van. Eekhoorntjes heb ik al maanden niet meer gezien. Een paar weken terug waren
er gaaien aan die kant druk doende aan het gaaiebekken en schelden. Waren ze
opgewonden om wille van het onderstoppen van de noten?
Of goldt het nog een ander
ceremonieel?
P.S. Op 6/9 's Morgens een jonge eekhoorn gezien. Was het plukken van de groene bolsters toch zijn werk? Wellicht moet hij het onderscheid tussen groene en rijpe noten nog leren?