DOESBURG,
EEN GEVULDE DAG
Op zat. 12
nov reden met ons vieren: mijn vrouw Aleide, Dirk , Vincent en ik naar de
Fruittentoonstelling van t Olde Ras te Doesburg, 13 km boven Arnhem.
Zie www.tolderas.nl
Het was al
enkele jaren geleden dat we er nog eens waren geweest.
Tijdens de
beginjaren , vanaf 1993 waren we de eerste Belgische bezoekers.
Toen
gebeurden de eerste exposities nog in een plaatselijke zaal. Daarna had men een
oogstfeest in de fruittuin tijdens het eerste weekend van september.
Nu gebeurt
alles in het eigen gebouw bij de inkom.
Links is er
een gans perceel met bomen en een beperkt kleinfruitaanbod.
Dit heb ik
eerst bekeken en zag diverse interessante dingen. Ook een minpunt. Waarom
verwijdert men niet de kankerboompjes, die daarenboven besmettelijk zijn?
Ik schafte
mij een nog transporteerbare, zwarte moerbei aan voor 35 . Een medewerker vertelde mij dat zij een
lekker ras met grote bessen hadden. Ik hoop dat ik hiervan een afstammeling
heb.
Mijn
huidige moerbeibessen stellen me wat teleur, zowel wat groottte als smaak
betreft. Vincent deed me wat twijfelen. Hij vond de knoppen wat te klein om van
een echt goed ras te kunnen spreken. Momenteel zijn het enkel nog bladknoppen
en geen dikkere vruchtknoppen. Wait and see. Als er dit jaar maar geen strenge
winter komt. Destijds vroren mijn moerbeien nr 1 en nr 2 kapot.
Het
fruitmuseum is smaakvol aangekleed en beeldig ingericht. Er was een knusse
restoplaats met lekkere appeltaarten.
Er was een
ruim assortiment mooi tentoongestelde vruchten. Vergissingen scherpen weer je
aandacht. Een paar prutsappeltjes voor Reinette Hernaut laten doorgaan vind ik
wel ergerlijk.
Benny J
Giesen, de stichter stond samen met een medewerker aan de info - en boekenstand.
Ik had de
bakpeer bij van de Hoge Dreef hier in Halle-Kempen, die ik eerst voor een St
Remy had gehouden en daarna met Vincent meer als een Brederode was gaan beschouwen.
De heer Giesen erkende er onmiddellijk een Catillac
(Cadillac) of Pondspeer in. De beschrijving in de Dictionnaire de Pommologie
van Andre Leroy klopt, behalve het gewicht. De vrucht kan zeer groot worden:
tot 900 gr.
Het is al
een oud ras van rond 1650.
Hij
bestempelt de vrucht als een derde klasse eetpeer van februari tot april; doch
als een eerste klasse bakpeer.
De proefstand van de Amateur Wijnmakersgilde, Arnolt Van
Gelre van Zutphen trok onze aandacht, vooral met de gistende mispelwijn.
http://start.at/federatie
De heer R.
V; Everdingen beschreef volgende werkwijze voor 20 l mispelwijn.
Je neemt 6
kg beurse, rijpe mispels. Je kneust deze en deponeert ze, met stenen en al, in
een vitragezak. Je werkt zeer hygiënisch en houdt de fruitvliegjes weg met een
ventilator.
De zak leg
je in een grote emmer van zon 15 l
Hierop giet
je 2 koffielepels looizuur en 1,5 kg witte suiker.
Verder neem
je 9 l water, waarvan je de helft aan de kook brengt. Je giet eerst het hete
water in de emmer om alles te laten smelten.
1 dag laten
staan bij kamertemperatuur.
Vervolgens
per 10 l 4 koffiellepels gistvoeding en
6 koffielepels universele gist bijvoegen.
Nu volgen 8
à 10 dagen open gisting. Wel de fruitvliegjes weghouden.
Met een
hout en en touw houdt hij de zak met de mispelpulp ondergedompeld.
Daarna het
sap overscheppen of overhevelen in dame-jeanne.
Afsluiten met waterslot.
Tijdends
het jaar dat er op volgt 3 4 keer overhevelen, tot de drank helder is.
Dan op
flessen trekken.
Zijn
confrater had een nog lekkerder en veel
eenvoudiger te bereiden drankje, namelijk notenlikeur.
Ten laatste
op St Jan, 24 juni, pluk je 6 noten en snijdt deze in 4. Na dit tijdstip lukt dit niet meer, omdat de
vruchten te hard worden.
Je
deponeert de stukken noot in een weckfles of bokaal; voegt er 50 gr suiker bij
en vult aan met brandewijn.
Om de 2
dagen opschudden.
Na 6 weken
filteren door een koffiefilter en het drankje is klaar.
De PROEF- VERKOOPSTAND
Er waren
heel wat appels en peren te proeven, waaronder meerdere zoete appels. Voor mij
waren die niet te pruimen, behalve misschien een Sweet Sixteen (sic)! De
Notarisappel springt velen in het oog, maar is voor mij al ver over zijn
hoogtepunt heen. Geef mij maar een Schone van Boskoop.
Roem van
Doesburg of zoiets mag er zijn. Ook de Bloedcoraal.
Meerdere
oude rassen vond ik weinig verdienstelijk.
Er was een
promotieplek voor Rubens, een nieuwe
kruising met vader Elstar (stuifmeel) en moeder Gala. Voor een commerciële
appel lijkt hij mij eerder klein, maar is dan wel zeer geschikt voor een kinderhand.
Het is een
Clubappel en voor liefhebbers als boom niet te verkrijgen.
Halverwege
de negentigerjaren was er te Doesburg een lanceringsstand voor de Ecolette, toen ook eerst voorbehouden
voor de beroeps, maar in die middens afgedankt, doch blijvend interessant voor
de liefhebber.
Bij de
peren was Beurré Lebrun op smaak. Een
andere lekkere peer was Président Loutreuil, mij verder onbekend.
In het
oogspringend was de rode Claps uit de frigo.Ik laat mij niet vangen door het
uitzicht alleen.
MINNEKENS
Voor mij waren
de ontdekking van de dag de Minnekens,
Japanse kwees, maar dan van reuzenformaat in de vorm van een hypergrote
citroen.
Ze zijn
spontaan gegroeid in de grote tuin van Mini
Salemink Smeitink
Peppelmansdijk 22 7011 JC Gaanderen (bij Doetinchem).
Mini, die
de proef-verkoopstand bemandde, vertelde dat de ink-namen typisch zijn voor het
achterland van Gelderland , tegen de Duitse grens.
De struik
staat er nu een 5 tal jaar, groeit fel en heeft stevige doornen, bloeit met
grote, rode bloemen en de gezonde, groen-gele vruchten moet je van de takken
draaiend afbreken.
Hoe deze nu
best verwerken?
Een drietal
jaar terug kreeg ik jonge scheuten mee, ook van een Japanse kwee, van de buur
van Luk Van Hauwaert in Polen. De buur was net de gezonde, matig-grote, eveneens
groen-gele, peervormige vruchten aan het oogsten.
Ik kreeg
jonge opslag mee. Die staan bij mij nog in opkweek. Ik moet voor hen nog een
goede, definitieve plaats zoeken.
13-11-2005, 22:34 geschreven door Daantje
|