Mijn meer dan 40 jaar ervaring met tuinieren en het telen van vele
soorten (klein)fruit zonder scheikundige bemesting en - spuiten wil ik
meedelen en zelf nog bijleren.
Voor de fruitliefhebber
05-11-2005
COMPOST UITGEVOERD
Compost UITgevoerd
Ik maak
zelf nogal wat compost maar heb er meer nodig.
In de
buurgemeente Brecht heeft IGEAN een compostwerf waar groenten -, fruit en
tuinafval (GFT) gecomposteerd wordt.
Voor zover
ik weet is dit in Vlaanderen nog de enige werf waarbij men gebruik maakt van composteeresilos
, waarin het GFT-materiaal eerst door anaërobe (luchtvrezende) bacterieën wordt
gecomposteerd. Hierbij spoelen wat van de zouten uit. Het reeds gecomposteerde
materiaal wordt vervolgens buiten op hopen gezet. Er volgt een tweede
compostering, nu door zuurstofminnende bacteriën.
Ik heb 20
kubieke meter jong materiaal laten brengen. Dit zijn 250 kruiwagens. Door het
keren volgde een nieuwe composteringsperiode.
Vandaag ben
ik begonnen met het uitvoeren van de compost op de bramenhaag en peren en
pruimen ernaast.. Vooraf heb ik op de grond wat basaltmeel -gemalen vulkanisch gesteente, rijk aan
sporenelementen gestrooid.
Vervolgens
strooide ik wat bentoniet. Bentoniet is het interessantste kleimineraal dat bij
wijze van spreken acht armen heeft om voedingsstoffen vast te houden.
Hierop komt
een flinke laag compost, voor een hele tijd voeding van de bodem en de planten
die er op groeien.
Met de
kaalslag door mijn kleinfruitkooi en van de bramenhaag in het vooruitzicht,
verschoven naarvolgend voorjaar, had ik
twee jaar terug op een geschikte plaats enkele bomen gerooid en een nieuw
kweekperceel aangelegd.
Fluxys gaat
namelijk een tweede aardgaspijp aanleggen dwars door de tuin. De eerste dateert
al van 1968.
Nu heb ik
stevige palen geplant.
Er werden 3
draden gespannen: 1 op 1m80, 1 op 1m50, en 1 op 1m20.
Ik was er
verwonderd over dat de ranken of takken op die twee jaar zo fel gegroeid zijn
dat ik ook de hoogste draad al voor een flink stuk kon bekleden.
Volgend
jaar zullen ze al wat dragen, een balsem op de wonde voor de struiken die eraan
gaan.
Kippen en ander pluimvee als opruimers, vervolg (Met dank
aan Vincent voor de aanvulling)
Loslopend
pluimvee ruimt in de tuin veel onkruid en onkruidzaden op.
Denk maar
aan de gretig gegeten muur.
Zij ruimen
veel insectenlarven (maden), wormen en rupsen op. Denk aan de grauwe maden van
de langpootmuggen of emelten, aan de engerlingen, larven van meikevers, aan
ritnaalden, de maden van de kniptorren, aan larven van de taxuskevers enz.
Ze zijn ook
voorname opruimers van de pissebedden, die in tegenstelling met oorwormen, de
schil van appelen wel kunnen doorboren. Zij bevuilen ook de vruchten. Het Nederlandse vakblad
Fruitteelt van oktober meldde dat er dit jaar in de fruitpercelen meer
schade was opgetreden dan anders.
Aan de voet
van de fruitbomen overwinteren zowel de fruitmot als de appelbloesemkever.
Fruitmot is de de veroorzaker van de made die onze appelen waardeloos maakt.
De
appelbloesemkever legt een eitje in de nog gesloten bloemknop. Na korte tijn
begint de larve aan haar vraatwerk en is de knop verloren.In een goed vruchtjaar kan je dit beschouwen
als een vruchtdunning, maar in een beurtjaar zorgt de appelbloesemkever voor
een echte ravage.
Pluimvee is
hier een welgekomen opruimer.
Ganzen zijn
sterke grazers. In een boomgaard houden zij het gras kort en dit voorkomtstambasisroten zorgt voor minder schuilplaatsen voor woelmuizen.
Van in de
herfst krijgen mijn kippen de beschikking over de ganse tuin.
Ze krabben
heel graag in de bladeren onder de bomen en pikken uit de bovenlaag de poppen
van meerdere insecten. Met de ophokplicht kan deze operatie niet doorgaan.
Gelukkig weten de dieren niet wat ze missen!
Op dit
ogenblik ontpopt de kleine wintervlinder; ook de grote(re) wintervlinder, doch
deze is eerder een zeldzaamheid. Het wijfje kan niet vliegen. Het mannetje wel.
Je kunt deze kleine, bruine vlindertjes rond deze tijd tegen verlichte ramen zien fladderen.
Scharrelende kippen ruimen een aantal van de wintervlinders op.
De
wintervlinder kan heel wat schade berokkenen aan de ontluikende bladeren.
Van een
vriend kreeg ik dit voorjaar een telefoontje dat er aan zijn bomen haast geen
(gave) bladeren meer stonden. Zijn boomgaard is wel eerder een jungle, waarin
kippen zich zouden kunnen verschansen tegen vossen.
Kippen zijn
er nooit geweest. Kippen houden kan niet bij een vegetarier-veganist. Kippen zouden
anders in tijden zonder ophokplicht!- zeer goede medewerkers zijn om de
begroeiing toch iets in toom te houden.
Dat ik in
mijn tuin niet overmatig last heb van slakken, dank ik wellicht aan het
opruimingswerk van de kippen.
Een maand
terug liet ik ze hun hun werk doen in een verwaarloosd hoekje met oude
kleinfruitstruiken. Op korte tijd hadden ze het ganse terrein omgewoeld en
proper gekrabd. Nu was het veel gemakkelijker om er de restanten van de
netelwortels uit te halen.
Als antwoord in de MAILGROEP TUINIEREN heb ik net het volgende geschreven.
ALS JE
WEINIG PLAATS HEBT.
In een
kleine tuin zou ik eerst en vooral kleinfruit
aanplanten. De beste handleiding
die ik hiervoor ken is (toevallig ?) ook een uitgave van de Vereniging voor
Ecologische Leef en Teeltwijze vzw (VELT), namelijk Kleinfruit ISBN
90-800626-2-6.
Wat
grootfruit betreft is men aangewezen op een gezond ras (vooral +/- resistent
tegen schurft), geënt op een M9 onderstam of op een M 26. Vraag 2 appelen die
gelijktijdig bloeien en die niet beurtjaargevoelig zijn.
Op mijn blog /fruit gaf ik wat meer uitleg over
het onderscheid tussen laag half en hoogstam(Halfstam tegen hoogstam).
Kersen zou
ik laten wegvallen omdat de vogels met de vruchten tenminste wanneer die er
zijn- aan de haal gaan, tenzij je zeer goed afschermt. Enkel met een boompje op
Gisela 5 onderstam is dit te doen.
Vergeet
niet dat er zeer goede peren (mits een goede bemesting) zijn, geënt op kwee.
Gewoonlijk nemen deze bomen minder plaats in dan appels.
Ik heb
slechts ondervinding met een beperkt aantal rassen, waarover ik bericht heb.
Als pruim
zou ik Opal aanraden. Je hebt maar 1 boom nodig en die draagt elk jaar, eind
juli lekkere vruchten.
Mispels
worden stilaan een onbekende. Thuis in Ichtegem hadden we drie mispelbomen in
de haag staan. De grootste boom had eerder kleine vruchten, maar met een goede
smaak. De mispels aan de andere, grote boom waren minder van kwaliteit. De
derde was een jong boompje waarvan ik mij niets speciaals herinner.
In 1974,
met de vreselijk natte herfst kon men niet op het land.Overal liepen de beerputten (aalputten in het
West-Vlaams) over in de grachten en verbrandden de hagen. Toen gingen ook de
mispelbomen eraan.
43 Jaar
geleden plantte ik hier mijn eerste mispelaar. Ik heb die ook verder geënt op
meidoorn. Dit is het vroegste ras dat ik heb.
Hiervan
begonnen de vruchten te vallen en ik heb beide bomen geplukt.
Sommige
vruchten worden albeurs. Dit wil zeggen dat de mispel zacht en bruin wordt: het moment
om deze te eten. Ik heb altijd van de zoete, appel-bananensmaak gehouden.
Meestal
hoor je zeggen dat de mispel rot wordt. Dit is pas na een tijd het geval,
wanneer de vrucht niet gegeten of verwerkt wordt.
Ik heb
meerdere rassen. De andere zijn nog niet rijp.
In mijn
eerste blogs schreef ik over de schimmelaantasting.
Er zit
alvast momenteel- als het niet erger wordt -, een goede kant aan. Sommige vruchtbeginsels verdorden en
zorgden voor vruchtdunning. Daardoor zijn de resterenden nog beter uitgegroeid.
Als laatste heb ik de Baujade geplukt. Baujade is een Franse kruising van het Institut National de le Recherche Agronomique (INRA).
De vrucht is het resultaat van opeenvolgende kruisingen van de
sierappel Floribunda, die resistent is tegen schurft, met Rome Beauty,
Golden Delicious, Reinette du Mans en Granny Smith. Uiterlijk heeft hij
het meeste weg van deze laatste, maar is een zoetere appel, met wat
aroma.
De kleur is vrij groen. Na lange bewaring verschuift het accent naar geel.
Het is de vrucht die bij mij het langst bewaart (tot mei) en dan nog
behoorlijk smaakt. Dit jaar aten we de laatsten op half juni.
Het vruchtvlees is wit-groenig. De appel smaakt beter dan hij eruit ziet.
De productiviteit is uitstekend. Vorig jaar waren er echt te veel
vruchten. Toen waren ze klein. Dit jaar benaderen ze meer de
middelmaat. Ik plukte ongeveer 40 kg, wat zeker niet slecht is
voor een matig grote boom (op MM 106 onderstam). De meeste appelen kon
ik vanop de grond plukken. Ook deze vruchten begonnen nog niet te
vallen, maar ook hier was de vogelvraat vlug aan het toenemen. Bij het
plukken pits ik de vruchten af bij de inplanting van de steel.
De Ontario is een appel die uit de
Canadese provincie Ontario stamt. Het is een appel voor dubbel gebruik
keuken en dessert. Hij bewaart tot april. Dit jaar zal dit niet het
geval zijn, want mijn beide bomen zitten in een compleet beurtjaar met
slechts een paar vruchten.
Op het groeipunt van een tiental toptakken zag ik gisteren
een bloemtros. Nog nooit voordien zoiets gezien. Dit verschijnsel
deed zich alleen op de boom op onderstam 111 voor, niet op de MM
106. Ik heb ze
weggeknipt, want bloei gaat met veel energie van een boom lopen.
In de
mailgroep Tuinieren is het doen om potas. Scheikundige potas is regelrecht vergif. Daarom geenpotas gebruiken. Die is toch genoeg.voorradig in de bodem
Als je de
mail leest van iemand anders,dan is dit duidelijk niet het geval.
'Ik heb een keer patentkali gebruikt voor het planten van aardappelen.
Gewoonlijk is de oogst hier schraal.Hoe raar het ook moge
klinken. Die keer toen ik patentkali gebruikt had was de oogst overvloedig en
toch lekker. Is dit ook vergif?
Ik gebruik potgrond, kompost enz. ' In mijn
tuin, waarin sinds 1963 geen scheikundige meststoffen meer gebruikt zijn, kan
ik niet klagen. Toch zie ik bv dat wortelen positief reageren op wat bijkomende
kaliumbemesting via vinasse.
Peren en
pruimen hebben die bijbemesting ook nodig.Zo gaat al mijn houtasse naar mijn pruimenbomen. Houtasse bevat naast
potas, ook nogal wat kalk en voor pruimen is kalk onontbeerlijk.
Patentkali
is in de biologische teelt, alhoewel een delfstof, omstreden, omdat de kalium
te vlug zou opgenomen worden. Tomaten worden er al eens mee opgepept. Beroeps
moeten eerst toelating hebben om patentkali, in geval van noodzaak, te
gebruiken.
Vele mensen planten halfstammen in hun tuin. Na
enkele jaren moet men helaas bestatigen, dat deze bomen veel te groot worden.
Tussen een hoogstam of een halfstam is er geen verschil, alleen de stamhoogte.
Inderdaad moet men rekening houden met het toekomstig
boomvolume.
Er zijn mensen die zomaar een hoogstam planten in een
kleine tuin, waar ze beter een 5 tal laagstammen zouden zetten.
Doch zomaar een halfstam gelijkschakelen met een
hoogstam is ook niet correct. Alles hangt af van de gebruikte onderstam. Een
halfstam is een stam van ongeveer 1 m 30 of iets meer.
Een hoogstam meet 2 m 20.
In mijn blogs fruit heb ik het er meerdere keren over
gehad.
Een
hoogstam ent men meestal op een zaailing. Doch ik heb
ooit een Schone van Boskoop als struik, op 60 cm (laagstam) gekocht. Later bleek dat er geënt was op een
zaailing. De omvang van de kroon is deze van een hoogstam en hij is
minstens 9 m hoog. Geënt als een
hoogstam komt daar nog anderhalve m bij.
Mijn voorkeur gaat naar een lage halfstam. Ik heb
geënt op M 26, MM 106 , M 7 en MM 111. Beide laatsten moet ik wel meer in toom
houden daar ik de bomen niet veel hoger wil dan 5 m.
( Hierbij hou ik rekening met mijn leeftijd. De tijd dat ik als enige
naar de hoge eksternesten klom in de populieren, ligt al 55 jaar achter
mij!) Ik plant op rijen van 4m en in de rij ook op
4 m, soms iets minder , als ik weet dat het ras niet zon sterke groeier is. Ik
kan mij dit permiteren, daar ik voldoende ruimte heb. Hierbij moet je weten dat ik teel op zandgrond.
Er
zijn groeikrachtiger gronden. Moest ik zon grond hebben, dan zou ik hoogstens
een MM 106 gebruiken, om niet een te grote boom te bekomen.
Ik heb mijn
zaailing Aleida genoemd, naar mijn
echtgenote Aleide.
De boom
staat er al een kleine 20 jaar.Tot
vorig jaar stond hij gedeeltelijk in de schaduw van een Acasia, die vorig jaar
bezweken is onder een stormwind. In zijn val heeft hij de toptakken van de
appelaar mee afgerukt.
Dit jaar
waren er nog meer vruchten dan vorig jaar. Een gevolg van de domper op de
kopgroei?
Het is een
gemiddeld grote appel, groen en een ietsje rood gestreept. De smaak voldoet
voor een winterappel.
Dit jaar
zal ik het ras iets meer in de gaten houden. Ik weet nog niet hoelang de
natuurlijke bewaring is. Een winterappel is het alleszins.De vruchten begonnen nog niet te vallen, maar
anderzijds hadden de merels het, sinds korte tijd, sterk op de
vruchten gemunt.
Om te plukten moest ik ze met de duimnagels afpitsen op de inplanting
van de lange, fijne steel. In de hand lukte het nog onvoldoende.
De zwarte vlekken van de regenvlekkenziekte vallen nogal mee.
Wat
kankergevoeligheid betreft valt het eveneens mee. Ik heb slechts een paar kankertakjes
weggebroken.
De laatste
tijd hoor je veel over de Polen die naar hier komen werken.
Deze zomer
reden we met twee busjes met Esperantisten verschillende dagen door Polen, naar
het 90 ste Esperanto Wereldcongres in Vilnius, de mooie hoofdstad van Lithauwen.
In vele tuinen
hingen nog de kersen en krieken. Nergens heb ik een merel kunnen bespeuren. Die
zijn blijkbaar al vroeger naar de Westerse contreien getrokken. Alleen vraag ik
mij af waarom? Fruit is er in overvloed. Zoeken zij warmere streken op ?
k Heb er mijn
oude Vogelgids van Peterson op nagekeken. De merel is een vogel van gans Europa,
behalve het hoge Noorden.
Zie http://www.weerstation.be
Het was
heerlijk werken in de tuin.
Ik heb mijn
laatste aardappelen uitgedaan. Ras Texla.
We kopen dit biologisch pootgoed met enkele vrienden aan in Nederland. Naar
mijn ondervinding is het een tamelijk sterk ras tegen de Phytoftora of
aardappelplaag, die dit jaar weer vrij vroeg toesloeg. In augustus was alle
groen loof verdwenen. Met de aardappelplaag verbetert het niet de laatste jaren. De schimmels worden agressiever.
Begin
september heb ik er een pand worteldoek over gelegd. Na een tijdje is alle
onkruid dood en verschrompeld. Ik had het vandaag heel gemakkelijk om de laatste
aardappelen in de blote grond te rooien met de haak. Ik heb er een met zeven
tanden. Bij mij thuis in West-Vlaanderen deden we het met de viertander: een
haak met vier tanden.
Op de
terugweg zondag stopten we te Sint Amandsberg bij Christian De Kezel.
Als knaap zaaide
hij ooit Kiwis met succes. Zijn interesse was blijvend gewekt.
Hij schreef
er zelfs zijn thesis over als bekroning van de studie industrieel ingenieur tuinbouw.
Rond en tegen het huis groeien diverse rassen kiwi. ( Actinidia
deliciosa ).
Om niet verrast te worden door late nachtvorst heeft hij een
beregeningsinstallatie aangebracht. In tijden van droogte kan hij ook water
geven. Aldus kunnen de vruchten optimaal uitgroeien. Kiwi's zijn lianenplanten en vergen een goede vochtvoorziening.
Ze mogen niet lijden onder droogtestress.
Hij heeft
niet alleen de gewone kiwi, maar ook de gele, de Siberische ( Actinidia kolomicta
) en de kleine, "mini kiwi" of "haarloze
mini kiwi" of "baby kiwi" genoemd
(Actinidia arguta).
Met kennersoog wordt er gezaaid, geoculeerd en geënt. Alles maakt een zeer verzorgde indruk.
Kij
realiseerde de pas verschenen cd-rom: Kiwifruit,
succes met kiwis 30."
Voor inlichtingen en bestellingen zie http://kiwifruit.tuinkrant.org/ "
Er groeien
kiwis tegen het huis en aan verschillende zijden.Het knapste vond ik de kiwi-pergola naar de
garage. We proefden de rijpe, kleine, groene mini kiwis. Een, lekkere
vrucht die je in zijn geheel nuttigt. Deze vrucht heeft geen haren. Het ras Issai is een vrouwelijke, Japanse,
zelfvruchtbare cultivar. Deze plant is reeds in enkele zaken te vinden.
Planten van nieuwe bomen
Ik woon op de zandgrond in Damme en wil mijn fruitbomen vervangen. Ik zoek
goede resistende appels en peren en ook een notelaar, halfstam of hoogstam. Daarnaast
zoek ik ook een betrouwbare handelaar. Daarmee bedoel ik een handelaar waar ik
zeker koop wat ik bestel.
In
West-Vlaanderen kan je terecht bij Willy Mahieu te Jabbeke. Tel 050 8112 35.
Van zijn
hand is pas bij LannooAppels en PerenLaagstammige fruitbomen van A tot Z verschenen.
Ik heb hier geen recente catalogus, maar ik betwijfel of hij de
recentere, resistente rassen heeft. Na te vragen.
( Sommige hiervan vind je wel
bij NBS. Zie www.nbs-vzw.be )
Dit wil
niet zeggen dat sommige van de oudere rassen niet waardevol zijn!
Dit jaar
werd de tweejaarlijkse Pomexpo voor de eerste maal gehouden in het Musée de
plein Air (Openlucht Museum), een
Bokrijk in t klein.
De
perententoonstelling had plaats in een grotere schuur. De appelen vonden onderdak
in een driekamershuisje, wel wat klein. Michel Ponchaux, de voorzitter van de
Croqueurs de pommes Nord Pas -de -Calais,
waarvan ik lid ben, verwelkomde mij in het zijkamertje, met zijn fruitexpositie
en boekenstand. In dezelfde kamer toonde ook Jean Wisnievsky zijn vondelingen van
de mijnterrils. Hij is een oudmijnwerker van halverwege de zeventig. Hij ziet
er nog kerngezond uit en praat nog altijd even enthoesiast over zijn passie.
Een kleine tien jaar terug bezochten we zijn ruime stadstuin in Lens. Hij
kweekt er heel veel eigen, maar ook bekende rassen. Alle plaatsen en plaatsjes
worden benut. We maakten toen met hem een wandeling op de afvalbergen van de
mijnen en waren verwonderd over de vele appelbomen, gekiemd uit weggeworpen
klokhuizen.
De grote
tent was er vooral voor de kinderen, met diverse natuuronderwerpen, waarbij
fruit en groenten een opvallende plaats vonden. Er was voor hen veel animatie. Hier
stonden ook de toeristische diensten van de verschillende regios van Frans
Vlaanderen en Picardië.
Veel
aantrek had de tent van het fruitpersen en met het proeven van het verse sap. Veel volk ook voor de proefstand met in
de oven bereide poire à cuire (bakpruim) St Mathieu, die veel weg heeft van een
St Remy, onze bakpruim.Lekker! Men liet ook 3 rassen langzaam gebakken appelen ( 40 minuten
in een oven van 120 °) proeven :Reinette
de
France (de beste), maar ook de bruine Reinette de Flandre en de
groen-gele Reinette de Capucins smaakten. Deze laatste viel mij
eveneens op als goede
eetappel: geelactig vlees, zeer fijn, rijk aan suikers en zuren, zeer
aromatisch.
Ik wil dit ras zeker aanplanten. Eetrijp van bij de pluk, half oktober
tot
nieuwjaar. Om wille van de zwakke groeikracht teelt men best op een
sterkere
onderstam.
Rond een
paar pleintjes stonden kramen met streekproducten, waaronder nogal veel biologisch geteelde. Fruit, groenten,
bonen, erwten, wortelen van een streekras, pompoenen (o.a. de olijfpompoen),
gerookte, gevlochten lookstrengen in diverse maten, veel ciders en
fruitlikeuren, honing en producten met honing. Veel geitenkazen enz.
Zon dagen
zijn vooral interessant voor de ontmoetingen. Joan Morgan, van The New Book of
Apples was met een vriendin van Brogdale onder de plas gespoord.
Michel
Duflot, ook een oude bekende, trof ik bij Jacques Bosschaerts, de pomoloog van
Mortsel, die telkenjare gevraagd wordt voor de determinatiestand.
In
Vlaanderen was hij de pionier met twee grote fruittentoonstellingen in het
Arboretum te Kalmthout halverwege de zeventigerjaren.
Op zo'n plaats moet men het hebben van het goede
weer. Dat was er, evenals de vele bezoekers. Daar we er vroeg waren,
moesten we geen km stappen naar de wagen, zoals de laatkomers.
Gisteren,
in de wagen vertelde ik dat ik wellicht mijn lekketrste appel, de Otava, van
Tjechische oorsprong, zou verliezen aan kanker. Nu is het wel zo dat de boom op
de slechtste plaats in de tuin staat, het in de winter natste punt. Nadat
vroeger alleen de kleinere takken aangetast werden, tast de kanker nu de
gesteltakken en de stam erg aan. De kwaadste plekken heb ik wel uitgesneden,
maar dit is gewoonlijk maar een tijdelijk soelaas. Daarop suggereerde Vincent
een halfstam van een niet kankergevoelig ras te planten; de gesteltakken voor
een gedeelte af te zagen en op de takstompen enten van Otava te zetten. Dan blijven de gesteltakken intakt .
Hij dacht aan een Bramley Seedling.
Ik heb al
een alternatieve oplossing. Ik heb een Eggremont Russet op MM106 , die het al
13 jaar vertikt om te dragen.Ik denk
echter dat ik een ander ras heb, een van de vergissingen op de boomkwekerij. Echter
nog nooit een takje kanker bespeurd.
Mijn
conclusie: Hierop ga ik de Otava
kroonenten.Tijdens de winter worden
de gesteltakken afgezaagd op een stomp van ongeveer 30 cm. Als ik ga entenwordt de stomp nog een 5 tal cm ingekort. Ik
zal dit doen eind maart, begin april als er weer leven in de boom komt. Dan
laat de bast gemakkelijker los om een insnede te maken en de bast op te lichten
om er een schuin gesneden ent onder te schuiven. Het lukkingspercentage ligt
gewoonlijk zeer hoog.
Het voordeel van het omenten op een iets oudere boom is dat de enten flink groeien en al het derde jaar na de enting dragen.
Ook in Nederland kan je naar een grote fruittentoonstelling op zat. 12 en zond. 13 november in het museumgebouw 't Olde Ras, parallelweg 1 te Doesburg, boven Arnhem.
In 1992 werd de Stichting Behoud en Bevordering van de Fruitcultuur
opgericht. We zijn daar meerdere malen geweest en hebben er
interessante contacten gelegd.