Kenzaburo Oë - De dag dat de keizer hoffelijk mijn tranen droogde
Kenzaburo Oë
(1935) kreeg in 1994 de nobelprijs voor de literatuur. In eigen land is hij ondanks
zijn populariteit, omstreden. Oë gaat in
zijn werk politiek gevoelige thema's namelijke niet uit de weg. Zo zijn het
einde van de Tweede wereldoorlog en de rol van de keizer belangrijke thema's in
De dag dat de keizer hoffelijk mijn tranen droogde.
Ik besefte dat
ik ontelbaar veel boeken heb gelezen over WO2, over oorlogstrauma's, etc. Maar
nog nooit een roman vanuit de Japanse belevingwereld. En daar gaat dit boek nu over.
De 35-jarige ik-figuur dicteert vanuit zijn ziekenhuisbed (sterfbed?) (in een
psychiatrische inrichting?) zijn testament, zijnde een "histoire
contemporaine" waarin zijn vader, extreem keizergezind, een hoofdrol
speelt. Terwijl zijn moeder de doem met zich meedraagt dat haar vader wegens
hoogverraad tegen de keizer ter dood is veroordeeld. (Aan deze doem gaat de
ik-persoon tenslotte ook ten onder).
Volgens het
nawoord (dat TE LEZEN is) moet dit boek gelezen worden als een kritiek op de
Japanse keizer. Het keizerschap is iets dat Japan en Japaners aan handen en
voeten bindt. En dit komt tot uiting in deze roman. Schrijnend en hard. Rouw
geschreven met een groot psychologisch inzicht dat de personages zelfs voor
ons, westerlingen, toch nog mensenlijke maakt. En ondanks de voor ons
irrationale reacties en handelingen toch nog begrijpbaar. Oë is een literair
supertalent.
Kenzaburo Oë
is geen politiek activist maar een schrijver die geen enkel onderwerp uit de
weg gaat. Hij legt mensen en culturen onder een microscoop en beschrijft dit
meedogenloos. Daarnaast heeft Oë bijzondere literaire kwaliteiten en
psychologische inzicht. Dit boek heeft mij aangegrepen en een onuitwisbare
indruk op mij achter gelaten. Ondanks ik het al heb horen vertellen, heeft
vooral dit boek een aanvullende dimensie geöpenbaard om de rol van de Japanse
keizer in WOII in te schatten. Het is geen gemakkelijk boek. Het vergt
inspanning en soms wat doorzettingsvermogen. Maar het is uiteindelijk een
belonend boek. Een 6/10 !
Willem is
stilletjes de laatste tijd. Willem voelt zich niet zo goed. Al langer.
Schrijven gaat nauwelijks. Laat staan de blog onderhouden. Ja ik heb nog
gelezen. Neen ik heb geen goesting meer om dat op te schrijven.
Net zo
vanavond. Willem moet koken. Moppie werkt laat. Te laat om nog te koken. Eten
als ze thuiskomt is leuk. Het was nog voetbal ook. Frankrijk Engeland. Geen
interesse TV staat toch op op de achtergrond.
Willem had zich wat neergezet. Eventjes wachten op Moppie. Met zijn
nieuw boek. En
Het was drie
kwartier later. Willem was uitgevallen. Weggegleden. Eventjes kapot gegaan.
Niets erg ? Neen dat overkomt iedereen van rond de 50 wel eens ? Neem ik aan ?
Ja toch ? Maar niet op een terrasje op een ontspannende zaterdagmiddag ? Of
achter het stuur tegen 120 op de autostrade ? Of zo maar op het werk. Neen, u
maakt mij niets wijs. Normaal is dat niet meer.
Dus woensdag
is het zover. Onderzoek. Hersenscan, hartonderzoek, longonderzoek ik slaap nu
al niet meer. Gaan ze het vinden. Kunnen pilletjes helpen ? Of kan niets meer
helpen ? Piekeren helpt niet. Wij zien wel. Ik heb in elk geval een reis
gepland en kijk er naar uit.
Sinclair
Lewis, de man die momenteel op een vierde plaats staat in mijn literaire
toplijst. Hoofdstraat is inderdaad op enkelen na het beste boek dat ik ooit
gelezen heb. Babbitt heeft hij onmiddellijk na dat meesterwerk geschreven. Op
internet staan (bijna, er zijn altijd maloten in de wereld) alleen positieve
reviews. In het Engels. Want dit vermoede meesterwerk heeft zijn laatste
Nederlandse druk gekend in 1944. Moeilijk te vinden dus
Geschreven
in 1922. Ongeveer de periode die ook gecovered wordt door John Steinbeck met
zijn Dustbowl Trilogy. Maar oh wat een verschillende wereld. Lewis
gaat bij de rijken kijken. Ver weg van de miserie van de werkende kleine slaaf
uit die tijd. George F. Babbitt is een redelijk rijk vastgoedmakelaar in de
verzonnen maar oh zo typisch Amerikaanse stad Zenith. Op zich is dit reeds een
aanklacht op de eenheidsworst die vele Amerikaanse steden zijn, in vergelijking
met de historisch en cultureel rijke steden in Europa. In een cartooneske stijl die reeds in De
Hoofdstraat zichtbaar is schets Lewis de hypocriete leegheid van een rijk
bestaan. Babbitt is het typevoorbeeld van de conservatieve conformistische
Amerikaan. Leuk getrouwd, leuke kinderen, leuk huis, leuke wagen en leuke job.
Hij is zon man vanhet jaar nul waar zelfs de nulmeridiaan door zijn achterste
loopt. Arbeiders hebben hun domme idiote positie in de maatschappij aan
zichzelf te danken omdat ze te weinig gedreven zijn hogerop te komen. Ethisch
Moreel moeten naar buiten uit de hoogste standaarden worden voorgewend maar
vooral zichzelf wijsgemaakt. In de praktijk zijn er altijd wel (drog)reden om
toch maar af te glijden. De drooglegging is natuurlijk een fantastisch gegeven
voor een schrijver die hypocresie wil blootleggen. Gow zo slecht is dat niet
dat drankverbod voor de lagere slaven om tegen zichzelf te beschermen. Goed
denkende mensen op niveau (van Babbitt dus) mogen toch wel een glaasje ?
George
(georgie..ome george ) zit dus in een langgerekte midlife crisis. Hij rebeleert
tegen zijn statisch leven. Zijn materialisme gaat voor alles en hij dient dat
doel door een mijn naam is haas houding. De groepscultuur van de boys onder
elkaar wordt gekoesterd. Zowel in de kring van de vastgoedmakelaar, de
genootschap van de ondernemers, de club als in zijn persoonlijke
vriendschap druipt Babbitt van de olijke
jongens onder elkaar mentaliteit. Ook zijn morele zekerheden wankelen, en hij
gaat driftig op zoek naar een maîtresse. Die hij dan ook lijkt te vinden in
zijn femme fatale Tanis Judique. Zijn beste vriend breekt zijn hart (verwijzing
naar homo-liefde ?) door een vreselijke daad te stellen en in de gevangenis te
belanden.
Natuurlijk
moet er een arbeidersstaking bij komen. Babbitt is eerst een grote tegenstander
van zulke werkonderbreking en verkettert de stakers tot het crapuulschap. Maar
toch Babbitt rebeleert en gaat liberaal denken. Hierdoor zet hij een ganse
machinerie in gang tegen zichzelf. Maar alles loopt goed af. Er is wel een
klein gezondheidsprobleempje voor nodig, maar Babbitt blijft Babbitt .een man
van het jaar nul.
De eerste
100 bladzijden zijn magistraal goed. Zulk een karaktersschepping is in de
literatuur zeldzaam. De zelfingenomen blaaskaak is zo echt, u haat hem en
krijgt toch alweer wat sympathie op dezelfde bladzijde. Een man van vlees en
bloed. Dan zakt het boek een beetje weg in te karikaturale schetsen en alle te
stereotype toestanden moeten de revue passeren. De laatste 100 bladzijden rijst
het niveau terug naar het betere nobelprijzenwerk. Alleen het einde is zo
teleurstellend amerikaans dat het afbreuk doet aan de rest van het boek.
Ondanks dat toch een dikke 7/10.
Een dun
tussenwerpsel. Genomen, inderdaad, voor zijn dikte. Op internet is weinig van
dit boek te vinden. Het is geschreven in 1955, in de literaire hoogtijd van
Böll. Zoals steeds bij Böll speelt het verhaal zich af in het net-naoorlogse
Duitsland. Niet overheersend aanwezig hier maar toch een belangrijk decorum.
Een jonge man leeft alleen in een stad. Werkt daar. Is verloofd. En op een dag
vraagt zijn vader een meisje op te vangen aan het station en naar haar
studentenkamer te brengen. De rest van het verhaal speelt zich af op de dag dat
het meisje aankomt. Hij wordt op slag verliefd. Tot over zijn oren ! Wij komen
een aantal dingen over zijn leven te weten, breekt met zijn verloofde en ja
wat en ? Hier stopt het verhaal.
Een echte
Böll. Solide. Goed geschreven door een scherpe observator. Zeker geen
tegenvaller. Maar in een oeuvre als Böll misschien maar een gewoon boekske. Een
dik verdiende 6/10.
Ach de
geloofwaardigheid van de pers...de honden die niet meer geloofden smullen
terug. Twijfel is er niet meer. Ze ejaculeren luid over een gepeild dieptepunt
van Vlaanderen. Volgesn RTBF en La Libre haalt NVA 38% van de Vlaamse stemmen.
Wat is er
mis met mijn mooie Vlaanderenland dat God er zoveel lemmingen heeft in onder
gebracht. Zo'n massa politieke leeghoofden die achter de rattenvangen van A'pen
aanhollen ? Vlaanderen moet iets vreselijk mispeuterd hebben in een vorig leven
om een bevolking te verdienen die zo massaal en zo vol jolijt zelfmoord wil
plegen. Den Grooten Vlaemschen leider huppelt van het ene bewijs naar de andere
bevestiging van zijn politieke leegheid. Mag hij een ganse bladzijde
volschrijven over de ideologische motivatie van zijn politieke denken dan
slaagt hij er niet in één positief voorbeeld te geven. Hij blijft aan de
collaboratie steken, en meldt onmiddellijk dat wij ons daar (moeten) voor
schamen. In tijden waar politieke keuze de toekomst van generaties zal bepalen
haalt de man de media met ....zijn dieet en zijn vermageren. In politieke constellaties
die van geen hout pijlen meer weten te maken kan den grooten Vlaemschen leider
niet eens een politiek alternatief beleidsplan voorstellen. Neen, hij moet de
media halen met wat loos natrappen naar diezelfde media ! En de seconde dat hij
toch iets politieks zegde...was het toegeven dat tegen 2014 het BDW programma
moest worden uitgediept. Met andere woorden, BDW had niets in 2010 en heeft nog
niets politieks te bieden !
En achter
zo'n luchtbakker loopt een groot deel van Vlaanderen ? Voorwaar een triestig
moment. Een hoogtepunt van zieligheid. Voor al wie echt begaan is met de
toekomst van onze Vlaamse kinderen en kleinkinderen. Gelukkig is het de Waalse
media die laat uitschijnen dat wij niet met hun toekomst inzitten en deze
willen vergooien aan een politiek oplichter. Wij kunnen hier op zijn minst
verwijzen naar de traditie van Vlamingenhaat en verkeerde beeldvorming die deze
media verspreiden.
De moderne schandpaal...Lynchen op zijn Wild-Vlaams.
Pol viel.
Over twee dames. Ex-collegas. Hij had er wat mee gerotzooid. Ongewenst zeiden
ze. Pol zou klacht indienen wegens laster en eerroof. Ach meer was het niet
voor mij. Een rancuneuze ondergeschikte die een ietwat vrijpostige man met
macht wou treffen. Dat was het. Tot de volgende morgen. In Reyers laat had de
VRT zich eens laten gaan. Beide dames mochten hun verhaal komen doen. Weinig
overtuigend maar gow ze waren toch op TV geweest.
Maar de
poorten van de hel waren opengezet. De ganse pers smeet zich op dit schandaal.
Pol dit, Pol dat en nooit poisitief. Pol had losse handjes, potelde,
intimideerde .pol was een levensgenieter zoals het werd afgedaan. De klacht van
Pol bleef uit. Toch die eerste dag. Maar ze bleef achterwege en liet op zich
wachten ! Zo erg zelfs dat pol op een volleerde NVAers begon te lijken. Veel
beloven maar niets doen ! En toen liep Pol weg. Hij gooide de handdoek. Geleerd
van zijn voorzitter en als goede nieuw Vlaemsche natuurlijk met de nodige
natuurlijke aanleg.
Maar de Pol
zijn leven was voorbij. Gedaan met politiek. Gedaan met journalisme. Ach veel
zullen we niet aan de Pol missen. Politiek was hij al eens kompleet links laten
liggen door de kiezer. En het is niet omdat Pol plots opportunistisch van klak
verandert dat Pol een goeie politieker is geworden. Wie vroeger niet op de Pol
stemde, had geen enkele rationeel overtuigende reden om nu wel op die politieke
onbenul te stemmen. Journalistiek had Pol ook al enkele jaren zijn hoogtepunt
achter zich. Sinds hij expert was bij het VTM nieuws, keek er bijna geen kat
meer.
Ach ja Willem
is niet zo voor opportunistische kazakkendraaiers die dan nog naar NVA lopen.
Maar er moeten vragen gesteld worden bij de rol van de pers in de val van Pol.
De pers heeft de democratische rechtspraak opzij geschoven en eigende zich de
rol van rechter toe. Keer op keer gooide ze de Pol voor de volkswoede. Zonder
verweer. Zodanig zelfs dat de meest kalotige NVA-sekteleden gingen geloven in
een politieke orkestratie.
Maar dan
kwam ? Tja wie ? Anne de Crébillon Vlaanderens natte droom uit Fabian. Oei riskeer
ik nu iets ? De VRT was een grote gore boel waar gepampeld en dedingest werd
naar lieve lust, liefst nog ongewenst ook. Alweer sprong de media op het
verhaal De kwaliteitskrant liet zelfs reacties toe. Een zeker Ireen H.
beschuldigde daar een jeugdidool van mij van vreselijke dingen maar ze was niet
zo goed thuis in dat forum en appeleerde dus waarom haar bijdrage niet
verscheen want ze vond ze niet. Rancune druppelde een beetje.
s
Anderendaags was er geen houden meer aan. Op radio1 had de asschrant arrogante
interviewster er blijkbaar alle plezier in de opgebelde getuigen bijna een
akte van beschuldiging te laten uitspreken. De Jos was opgejaagd wild. Ze
sloofden zich uit op radio 1 De Jos moest bloeden hangen nog beter. Neen Cas
Goosens wou niets zeggen. En oei Piet van Roe openden een glimp in de echte
toestand. Een relatie. Ook Paula Semer was, naast waardig en sereen, ook
redelijk mysterieus met te verwijzen naar gewild tegen ongewild en te vragen
sexuele relaties niet te vermengen met sexueel ongewenste vettigeheden. Willem
voelde aan zijn water dat er hier grenzen werden overschreden
Het werd
erger in de loop van de dag bont en blauw geslagen. Zonder getuigen ? Willem
had moeite met het aanvaarden. Toch niet Jos Muzen hebben hun eskuzen Willem
geniet nog. Maar alweer geen klacht. Geen laster, geen eerroof. Jos ?
De pers
heeft weer gelyncht. Terecht ? Of niet te bed ? Maar wij mogen nu toch vragen
gaan stellen over de rol van de pers in deze schandalen ? Leven wij niet in een
democratische rechtstaat ? Waar moordernaars, verkrachters en andere
smeerlappen recht hebben op privacy en die, zolang niets wettelijk bewezen is,
in de pers worden aangeduid met hun initialen ? Mogen wij niet vragen waarom de
pers wel mag wat Filip De Winter op algemene snoeiharde afkeuring mocht
ontvangen en waarmee hij de link naar het nazisme weer aanzwengelde ? Als die
man een crapuleuze crimineel die een misdaad aan het plegen is, op internet zet
is de perswereld te klein. Als enkele rancuneuze trienen met de vinger wijzen
en wat krijsen over ongewenste handelingen dan mag naam en toenaam en fotos,
films, .niet alleen op internet maar ook op alle papier en in de volle ether !
Neen dit is
niet meer in overeenstemming te brengen met het democratisch rechtsgevoel. Dit
is lynchen wildwest toestanden. De middeleeuwse schandpaal .zijn wij dan echt
niet geëvolueerd ? Ook al zijn de beschuldigingen ongeveer van het meest
barbaarse middeleeuwse niveau dat ik ooit gehoord heb in mijn leven ! Mochten
ze waar zijn .Jos dan bent u de grootste smeerlap die ik bij naam ken !
toch niet om
een actie te beginnen om een lokaal politicus te schaden. Dit had dan ergens
begin oktober moeten gelekt worden en niet nu !
Swoit, ik
vind het een zeer smakelijk vettig verhaal ! Genieten is het met volle teugen.
Politici die iets terug doen voor het volk in ruil voor hun schier eindeloze
graaierijen uit onze geldbeugel....ze hebben iets zielig belachelijk.
Neem nu keizer Steve van Hasselt die bij den bok gedaan wordt door zijn
hoerenbezoek. Om je te bescheuren van het lachen...de val van de Robert heeft
mij deugd gedaan.
En Leterme zijn veelwijverij....ach ge zult er maar mee getrouwd zijn. Zijn
vlucht naar Parijs...ik zou er het aandeel van zijn madam in willen kennen.
En nu de pol....pol de mol !
En kijk nu
plots wordt het op Vlaamse fora iets anders....het wordt vergoelijkt. Ach die
pol...een schavuit. Die vrouwen hebben het zelf gezocht, misschien hadden zij
het graag, misschien hoopten zij in ruil voor wat gepotel ergens sneller
hogerop te komen...wat ik allemaal las, sloeg mij met verbazing en deed de
nieuw vlaemsche meute nog wat dieper zakken in mijn achting. Ik moet toegeven
dat ik de bodem van mijn achting heb moeten laten verdiepen door De Nul
Dredging want ze zaten al zo laag als mogelijk was.
Vele nieuw
vlaemschen vinden het vreemd dat die vrouwen toen geen klacht indienden, ten
tijde van de feiten....diezelfde nieuw vlaemschen die over smeerlap-priester
huilden en schreeuwden en het dood normaal vonden dat de slachtoffers van
sexuele intimidatie in de kerk geen klacht (durfden) in (te) dien(d)en.
Wel wat ik
vreemd vind is dat PVDD, pol de mol, geen klacht indient tegen Humo.
Ondertussen liggen de zielige potelarijen van pol al een week in de Vlaamse
huiskamers...iedereen heeft gelezen wat een zielig ventje dat polleke is. Op
voorhand blies hij nochtans hoog van de toren...hij zou klacht indienen ! Awel
Pol waar blijft u klacht .... of bent u minder doortastend met klacht indienen
dan met vrouwen ? Bent u bang pol ? Bang van de poorten van de hel....
Pol heeft,
na ongeveer alle partijen te hebben afgeschuimd en daar door de voorraad
vrouwen te zijn heengepoteld, gekozen om thuis te komen bij de NVA. ZIjn
belofte klacht in te dienen lijkt zeer sterk tot nieuw vlaemsche prietpraat te
gaan vervallen....op dat punt (veel beloven en niets doen) lijkt de pol
inderdaad zijn thuis gevonden te hebben in de NVA.
De moeilijke
boeken een beetje beu, op zoek naar eens iets anders kwam Pasen gelukkig
gevallen dit jaar. Ik kreeg een boek cadeau. Gij leest graag gij zeit ze. Ik
nam het aan. Het ontgoochelde mij al van voor ik wist wat het was. Veel te dik.
Verdomd, ze weet toch dat ik geen dikke boeken lees ..507 bladzijden bleek het.
Als het echt goed was, nog net haalbaar. Als .
Stefan Brijs nog
nooit iets van gelezen. Wou eigenlijk in iets anders beginnen, maar wou Moppie
niet ontgoochelen. Ik begon dus demonstratief in het geschenk. Ach de eerste
bladzijde viel mee. John Patterson zijn verhaal .en Martin Bromley. Het zijn
vrienden, ondanks hun tegengestelde karakters. John is een lezer en een literatuurliefhebber.
Milton, Keats, Dickens, Kipling . Uit ander hout gesneden is de familie
Bromley, bestaande uit pa, ma, Martin en een hele reeks zusjes. Ze zijn
luidruchtig, deels analfabeet, onbesuisd en dierlijk in hun verlangens.
Bindende factor is moeder Bromley. Zij was het die John borstvoeding gaf, nadat
zijn eigen moeder overleed in het kraambed. Lezer en vechtjas zijn
zoogbroeders.
Martin gaat
in het leger de eerste wereldoorlog is uitgebarsten. De sociale druk om het
land te gaan dienen is groot. John weerstaat de druk. Ondanks Martin zich tegen
hem keert. En ook Martins zus op wie John verliefd is, ontwikkeld een
schrijnende antipathie voor zijn vermeende lafheid. Doch verliest z'n vader,
die postbode was, bij een zeppelin bombardement. Zo wordt hij ook bij de oorlog
betrokken. Hij komt bovendien te weten dat Martin gesneuveld is.
Wanneer John
in het tweede deel, Het westfront, zelf in de loopgraven staat, besluit hij uit
naam van Martin brieven te schrijven. Zolang hij schrijft, en mevrouw Bromley
leest, leeft Martin. Dit samenspel is van een ontroerende schoonheid
In kalme,
haast bedeesde zinnen voert Brijs ons verder mee, de oorlog in. Het zijn zinnen
waarin niemand zal verdwalen. Brijs is er in geslaagd een toegankelijk en
aantrekkelijk boek te schrijven over loyaliteit, vriendschap en heldendaden.
Mooi. En aangrijpend. Met levende personages. Een van de weinige boeken waarbij
ik emotioneel geraakt werd. Knap ! Een historisch werk, maar Brijs trapt niet
in de val de lezer te overdonderen met historische details en andere vervelende
geschiedkundige feitjes. Zijn kennis vormt de achtergrond (en de voorgrond) van
het verhaal. Het resultaat is een wandeling door De Groote Oorlog. Alleen al
daarom is 'Post voor mevrouw Bremley' een belangrijk boek: het is een pil tegen
het Groote Vergeten.
Het Lisa
Simpson essay. BDW schreef het als samenvatting van zijn voordracht op de dag
van de geschiedenis. Het essay had weinig om het lijf, en laat daar nu net het
grote belang in liggen.
Ik weet het voor mensen die De Wever's discour genegen zijn is dat een
ontgoocheling.
Maar voor wie de prietpraat van dat Vlaemsch nationalistje al lang doorzag is
het gewoon een bevestiging van zijn inhoudloosheid.
De
historicus De Wever kan de nationalistisch politicus De Wever een fenomenale
dienst bewijzen door argumenten voor een Vlaamse identiteit aan te reiken. En
kijk die historicus mag op de dag van de geschiedenis een voordracht geven. Die historicus/politicus mag een samenvatting
daarvan in De Standaard plaatsen en wat doet hij met die kans....
Veel woorden
produceren die "weinig om het lijf" hebben.
Hij verknoeit die unieke kans ... alweer
Hij kan net geteld
één voorbeeld geven van een basis van Vlaamse groepsvorming en komt aandraven
met een verhaal, de collaboratie, waar wij ons over schamen...
Een zwaktebod !
Het bewijs dat BDW niets voorstelt als politicus !
Dat het Lisa
essay weinig om het lijf had, is natuurlijk net het grote belang van dit prozastukje.
Ofwel
1° BDW heeft geen zinnige argumenten voor zijn verhaaltje van een Vlaamse
volksidentiteit die een onafhankelijk Vlaanderen zou ondersteunen. Dan is hij
een politiek gevaarlijk oplichter
2° BDW is kompleet ongeschikt om van zulke prachtige kansen gebruik te maken
zijn verhaal te onderbouwen...en dan ook is hij een gevaarlijk politiek
charletan.
Prachtig
essay .... ook al had het weinig om het
lijf !
Ach, hoe
oubollige ouderwets. Een boek over landbouwers die moeten vechten om te
overleven. Willem heeft zich enkele weken geleden vergalopperend door de
Vlaamse exponenten van deze literatuur, Felix Timmermans, Ernest Claes, .te
veroordelen tot boring saai .oubollig en niet meer van deze tijd. Bij deze mijn
oprechte excuses aan die man van Brugge.
Hoe het
groeide een beschrijving van hoe een man erin slaagt een woestenij in Noorwegen
tot leven te brengen. Een verhaal van mensen die moeten wroeten om te kunnen
leven. Als kleinzoon van een keuterboer, als zoon van een landbouwer spreekt
dit verhaal mij aan natuurlijk. De landbouwproblemen van 1917 zijn dezelfde als
deze van 2012. De menselijke gedragingen van toen kunnen best geprojecteerd
worden in deze tijd zonder vervreemdend te werken. Het vergt een beetje
inlevingsvermogen, dat wel. Misschien een beetje kennis van de strijd die de
landbouwer zelfs de dag van vandaag moet voeren maar het boek is zeer belonend.
Isaak
vestigt zich in een gebied waar niemand woont, ver weg van een dorp en nog
verder weg van een stad. Bossen en moerassen zijn zijn omgeving. En een
koperrots. Isaak vindt een vrouw, bebouwt het land en verovert blad per blad
meer en meer terrein om de wildernis. Hij bouwt regel per regel een leven op.
Een goed leven, geholpen door het geluk van de koperrots die toevallig in zijn
land ligt. Hij krijgt kinderen en wroet verder. Technologie komt hem, volgens
financiële toestand, helpen. Hij krijgt kinderen. Maar het leven gaat door. Ook
als hij, lees de omstandigheden zelf maar, zes jaar zijn vrouw moet missen.
Maar ze komt terug .en zijn boerderij bloeit en groeit. Einde deel één.
Deel twee is
er aan gebreid. Minder interssant, literair gezien. Wat informatie betreft,
noodzakelijk. Het verhaal van de buren .en ondertussen details van Isaaks doen.
Een
fenomenaal deel één. Zou zo in mijn literaire top tien belanden ! Deel twee is zwakker.
Dus ik twijfel nog. Maar het is een grote aanrader ! Een fenomenaal boek zeer
weinig geëvenaard. Hoe oubollig zulke verhalen mogen zijn, dit boek had mij
gevangen. Elk vrij moment sloeg ik het open. Niet echt mijn gewoonte, maar nu
onomkoombaar. Top 20 boek zonder twijfel.
En actueel mensen
blijven mensen. Maar het pleidooi voor abortus is echt wel actueel. Het moet
voor 1917 fenomenaal vooruitstrevend geweest zijn. Maar beste Willem, dit boek
werd door de nazis aan hun soldaten meegegeven als ultieme hulde aan arbeid.
Die Hamsun was een Hitlerfan van het zuiverste water .
So What ?
Hoe het groeide leest als een trein. Het is een hulde aan mensen als mijn
grootouders, mijn ouders. Noeste wroeters, echt hardwerkende Vlamingen. Mensen
die hemel en aarde moesten bewegen om eens enkele uren de zee te kunnen zien.
Mensen die dagelijk 16 uur in de weer waren om hun gezin een leven te kunnen
geven. Mensen verbonden met de natuur. Zonder franjes, met hun kleinheden. Met
hun grootsheid in hun stilzwijgende koppigheid. Hamsun zet hier echte mensen
neer. Geen geïdealiseerde halfgoden. Maar echt karakters waarin men zich kan
inleven. Wiens tegenslagen ook de lezer beïnvloeden, wiens diepste momenten
aanslaan en de eigen diepe momenten oproepen. Maar ook mensen wiens vreugde,
geluk ook een positieve mood voor de lezer meebrengt.
Deel 2 is
minder of ik daarom hoe het groeide in mijn toplijst ga opnemen is nog
twijfelachtig. Maar het boek maakt zeker een goede kans. Een dike 7,5/10. Het
eerste deel is een dikke 9,5 waard. Een ontdekking, ook al is het oud en
misschien niet meer modern. Maar een menselijk beleven is van alle tijden ! Een
aanrader. Moeilijk te vinden, maar de zoektocht meer dan waard !
de show is
voorbij...de schande van Bart Peeters kan vergeten worden.
Niet betrokken idioten hebben hun kippevel gehad.
De ouders zijn thuis.....
Het gemis wordt nu pas duidelijk.
De lege kamer, het onbeslapen bed.....
De deur die niet open gaat op het normale uur van thuiskomst.
Nooit meer wij lusten geen spruitjes meer
Vrolijke vrienden....wat een gezeik van een sensatiezoekende TV moron.
De vrolijke vriend of vriendin komt niet meer thuis.
Etenstijd zonder honger.
Tranen zonder camera.
Verdriet zonder facebook-opgeklopt medeleven.
Zelf verwerken.
Waarom.
Nog eens Waarom ?
Er rijden zoveel bussen.
Waarom die ?
Neen de TV sensatie geeft geen antwoorden.
Die zak zingt een liedje.
Een emo liedje....voor de anderen.
Niet voor ons...
Wij lijden in stilte. Weg van de wereld
Hij faked medelijden.
Hij of zij is weg....
Vrolijke vrienden bijgod...de smeerlap.
Wat nu ?
Neen ze zijn niet in de hemel
Neen er zijn geen sterren extra
ze zijn dood
ze zitten niet meer aan tafel
ze maken geen lawaai meer
ze hebben geen wil meer
hun bed blijft leeg
ons hart ook....
Niemand begrijp het individuele verdriet
Niemand lijdt onder het verlies zoals de ouders.
Zelfs Willem schiet tekort...
Willems kinderen leven nog
Willems ouders zijn te vroeg heegegaan
Verdriet schrijnt...ook na 15 jaar.
Bart Peeters heeft een andere TV show.
Bart Peeters zijn kindjes zijn gelukkig en blij.
Bart Peeters ook.
Hij fake-te.
En de grootste emotioneel maloten, zij fake-ten mee.
Maar de leegte schrijnt...bijt stukken uit de maag
nijpt samen aan het hart
doet de honger vergaan tot de ziekte toeslaat.
Niemand lijdt als de achtergeblevenen.
Bart Peeters is naar huis...morgen is hij het leed vergeten
Het bed blijft leeg
Ook morgen
en de dag erna
en erna
en erna
erna
na
a
Beckett kan
niet veel meer misdoen na Molloy en Mallone sterft. Ook als was Droom van
matig tot mooie vrouwen een afknapper van formaat. Dus met volle overtuiging
in Murphy begonnen. En het sloeg aan. De eerste zin is al een klapper van
formaat : de zon scheen, daar ze geen andere keus had, op het niets nieuws
Waaaw ! De beste openingszin uit de literatuur van de laatste 2 millenia. En ja
daar gingen wij. Becketts eerste roman in. Natuurlijk hebben wij wat gegoogled
naar dit boek. Niets in het Nederlands. Niets substantieels in elk geval. In
1938 geschreven en nauwelijks een uitgever gevonden. Nochtans, achteraf blijkt
dit een redelijk goede Beckett te zijn. In het Engels zijn honderende webpaginas
volgeschreven over deze roman. Niet allemaal even accuraat en to the point.
Maar Beckett leeft in de Engelstalige wereld, zoveel is duidelijk.
Beckett
paradeert graag met kennis die anderen niet hebben. Ongebruikelijke woorden,
verwijzingen naar legenden, mythen en volksverhalen een openstaande
internetlijn is handig en nuttig bij het leven van Murphy. Doch niet echt
noodzakelijk. Murphy blijkt een rare kwast (oh wat een verrassing bij Beckett)
die door zijn vriendin, Celia een Iers hoertje, wordt gedwongen te gaan werken. Na veel gewild
nutteloze omzwervingen krijgt Murphy uiteindelijk een baantje in een
gekkengesticht. Hij moet de patiënten gadeslaan via een ronde door het gebouw.
Het vergaat hem fantastisch, doch hij komt om bij een nogal duister incident
(zelfmoord, ongeval ?). Een groepje nog veel raarder kwasten onder aanvoering
van Celia gaan op zoek naar Murphy .doch kunnen alleen zijn laatste wens
trachten uit te voeren.
Vervreemding
is het sleutelwoord in deze roman (en vele andere Beckett werken). Absurde
zinloosheid, nostalgische verveling. De
onzekerheid van het leven wordt snoeihard naar voor gebracht. Zeker de afkeer
van, de ergernis aan de mensheid. Het is absurd in de zin van zinloos. Het
zinloze van de individueel menselijke gedragingen is de kapstok van de roman.
Niet alleen het zinloze van het titelpersonage, maar ook van de omringende
personages. Het verhaal eindigt in een gelaten chaos. Het boek eindigt met een
gebroken vliegertouw. Symbolisch ? Allicht ! Wie Murphy leest kan niet voorbij
het schaakspel naar het einde van de roman. Gedetailleerd opgeschreven en
bekommentarieerd, maar eigenlijk noodzakelijk om na te spelen. Dan pas blijkt
dat de filosofie van de roman (van Beckett in het algemeen) zich ook
weerspiegelt in dat spel ! Merk op dat Murphy de partij opgeeft (in een zo goed
als gewonnen positie).
Murphy als
metafoor voor het absurde (van het) leven. Het doelloze als doel. Het zinvolle
voorbij. Moeilijk. Soms lijkt de gelezen zin geen enkel uitstaans te hebben met
de vorige en is het alsof de volgende een kompleet nieuwe dimensie opent ten
opzichte van de vorige. Zeker de
hoofdstukken waar het groepje maloten met elkaar aan het discuteren is, eisen
een doorzettingsvermogen die aan liefde voor Beckett grenst. Vele mensen
zullen dit boek ver voor halfweg wegleggen. Wie het geijkte paradigma van de normale
literatuur weet te doorbreken zal een zeer belonend boek hebben aan Murphy.
Niet te diep graven, geen bedoelingen zoeken waar zinloosheid als verklaring
volstaat. En Murphy eindigt als een goed boek ! Moeilijk .niet echt aan te
raden aan mensen die een vlotte hap lezen zoeken. Maar voor mij een 6/10 waard.
Het
busaccident. Ik werd wakker. De wekker, u kent dat wel. Veel lawaai, een graai
naar de knop en lap, daar bleirt de radio. Het was woensdag. Ik kon dus nog een
kwartiertje soezen voor ik echt uit bed moest. Het signaaltje van het nieuws
irriteerde mij. Zoals elke dag. Maar alweer luister ik, recht zitten op de rand
van het bed, naar de eerst woorden van het nieuws. Busongeval, doden, kinderen,
Zwitserland.
Het bleken
er 22. Dode kinderen. 28 doden in totaal.
Ik werd even stil. Bleef zitten, zette de radio wat harder. Sierre, tunnel . Ramp.
Als ouder sneed een trilling door mijn lijf. Mijn dochter moet binnen de 2
weken langs diezelfde tunnel die kant uit. In een bus. De pijn van het verlies,
door het leven mij reeds meermaals geleerd, knaagde weer maar eens in mijn
hoofd, in mijn lijf, in mijn leden. Ach U zult het maar thuis krijgen. Meneer,
er is iets gebeurd wij weten niet ?! Neen, echt niet. Gsm ?
Neen die
wordt niet beantwoord ? Dat wil niets zeggen, meneer. Maar Bijgod, ik zou al
in de auto zitten. Sierre- Sion is niet zo extreem ver. Willem kan rijden. Ver
rijden. Uren onzekerheid. Martelen en niet in Guantanamo. Mensen verdienen dit
niet. De kinderen zeker niet. Willems hart krimpt samen. Moppie, echt uit bed
als de wekker krijst, wist van niets. Ze kromp ook samen bij het nieuws.
En dan begon
het.
Muziek op de radio bleek van een ongekende meligheid. Alsof de ouders van de
getroffen kinderen nu naar de radio zouden luisteren.
De ramp werd aangegrepen voor een nooit geziene emotionele opgekloptheid.
Willem leefde mee, met het verlies van de ouders. Maar bleef rationeel. Hij
kende die mensen niet. Schreien in het openbaar verlicht het persoonlijke leed
niet van de zwaar getroffen achtergebleven ouders. Naar melig lamijnige muziek
moeten luisteren al even min. Het emotionele gezwam tussen de strookjes kon mij
niet begeesteren. Een minder begaafde nicht pleurde Facebook vol met
opgekloptheid en fake aandoenlijkheid of leefde ze echt zichzelf zo destruktief
in, in het schrijnende verlies van ouders ergens 100 en 200 km verder weg ? De
mens als emotioneel groepsdier.
Hoe meer
tijd er verstreek, hoe meer bij Willem de zorg opkwam dat hij niet normaal is.
Willem kan zich wel inleven in de pijn van verlies. Niet van een kind, dat
heeft het leven mij gelukkig tot hier toe bespaard. Maar Willem kan niet mee
met de opgeklopte emotionaliteit die de pers aan de dag legt. Willem vindt het
vreselijk (woordeloos erg) voor de ouders, broertjes, zusjes, grootouders familieleden.
Maar het leven gaat verder. Het lot heeft beslist, ver weg van Willem. Willem
is geraakt, maar niet KO. Ook niet emotioneel. En mijn verbazing groeit. Mensen
die nooit meer naar de kerk gaan stromen massaal naar een gebedswake. Waarom ?
Het gemis van collectief rouwen ? De steun van de groep ? Het bewijs van de
mislukking van het afbreken van de religie ? De slachtoffers zullen er echter
niet door terug komen .het leed van de achterblijvenden zal er niet door
verzacht worden.
Geen woorden helpen dagen van nationale rouw ten
spijt. Deemoedig stil zijn ach het helpt ook niet. Maar is oprechter dan de
opgeklopte show de krokodillentranen de mediatieke meligheid. Het is gewoon
overdreven. Hoe groot het persoonlijke leed ook moge zijn
Weer een NVA flater van jewelste...stopt dit ooit eens ?
Allé
lap...Die raad van Europa of toch het het Comité voor juridische zaken ervan
weet ook weeral wie die NVA en die BUB'ers zijn !
Het Comité
voor juridische zaken heeft net gezegd dat het zich onmogelijk kan uitspreken
over elk dossier dat een oppositiepartij uit een lidstaat aandraagt.' Maw....zeg zageventen !
En ze
verwijzen die "klacht" dan maar door naar één of ander goed klinkende
commissie de Venice Commission.
Ofte de klacht wordt van Pontius naar Pilatus gestuurd.
Van het kastje naar de muur om er vanaf te zijn
De Venice
Commission is vooral een onafhankelijke denktank met experts, die normen
uitwerkt voor verkiezingen en andere elementen van het staatsrecht. En zo
vullen ze die NVA handen weer met een dode mus !
Dat BUB'ers
zich daar aan laten vangen en mee laten paaien....ach niemand neemt die sullen
ernstig, tenzij om er eens goed op te kloppen (nietwaar Vlaams Belang ?)
Maar dat een
zo opgehemelde intellectueel als De Wever zich voor zulke onzin laat spannen ?
Zijn verstand is duidelijk mee vermagerd met zijn buik ! En zijn IQ volgt heel
duidelijk zijn taille !
U hebt het
deze week ook wel gehoord of gelezen. De Wever vindt van zichzelf dat hij niet
te veel verdient. Dit naar aanleiding van een inlevering die de verantwoorde
politici zichzelf hebben opgelegd. Hij moest, beweerde hij 500 euro per maand
netto inleveren. Het zijn er effectief 195.
De Wever
stond te dreinen als een klein kompleet miskweekt jong. Een grienkop om mee
naar het wereldkampioenschap te trekken. En dat is dan die man die de kleine
werkende mens zijn loonsindexring misgunt. Die de kleine werkmens die 20 euro
per maand extra wil afpakken. 20 euro die voor vele mensen het gat tussen de
inhoud van het loonzakje en de lengte van de maand effectief beperken met een
brood en wat toespijs extra.
Zon vieze hypocriet
is deze 5700 euro netto + onkosten natuurlijk verdienende profiteur ! U zult
het maar eens moeten proberen. Zulk bedrag elke maand opstrijken van uw bedrijf
en in ruil alleen maar wat loze en persoonlijke uitvallen doen naar de collegas
die wel werken. Ondertussen luidkeels zitten beweren dat een andere afdeling
van het bedrijf profiteurs en hangmatverslaafden zijn. En bovendien zelf
persoonlijk geen schijntje uitvoeren en uzelf koesteren in een breedsprakerige
resultaatloosheid. Nou, ik durf wedden dat er in de privé niet zo veel in zon
situatie rondlopen. Mocht u bovendien, net zoals De Wever doet, gaan roepen dat
het kapotmaken van het bedrijf uw grootste doel is .nou, zo kunt u het niet
maken in de privésector. Toch niet voor 5700 euro netto op de maand !
Als De Wever
reden heeft om zijn bek open te trekken, dan zal het toch wel zijn om ootmoedig
dank u wel te zeggen aan het bedrijf dat zijn leeglopers strapatsen
tolereert en zijn destructieve respectloze nonsens elke maand beloont met een
bedrag waar ik verdomme 4 maand moet voor gaan werken !
En maar
emmeren over voorbereidingen...nou moe....Wie licentiaat is moet toch de
leerstof van de derde graad humaniora zonder al te veel voorbereiding onder de
knie hebben. Mijn ervaring (4 jaar les gegeven in 4-5-6 middelbaar en 4 jaar
les aan universiteit Toegepaste wetenschappen vakgroep Textiel) is dat er na
het eerste jaar geen voorbereiding meer wordt gedaan !
Klassenraden...man
man man één keer om de drie maand ! Om dood van te gaan.
Ik zat dan nog in de schoolraad ook...die aansloot op de klassenraad en een
reden was om de 5de en 6de Duvel naar binnen te werken.
Oudercontacten...2x per jaar miserie miserie miserie ik werd daar echt
oververmoeid van...van dat gezanik van die ouders met hun geniale kinderen die
geen punten haalden.
Buitenschoolse activiteiten...ik ben 2 keer mee geweest (gratis !!!) naar
Italië met de laatstejaars. Ik heb mij moeten forceren daarvoor...dat ik er nu
nog blauwe plekken van heb !
Studiedagen....met zoveel tegenzin naar toe geslagen door de directie. Wie wil
er nu naar studiedagen ? Wie is er nu geïnteresseerd in bij te leren ?
Het ergste
was natuurlijk de verveling !
Na het tweede jaar humaniora had ik het bezien. Altijd hetzelfde...geen
evolutie in wat men moest aanbrengen (buiten de vorm). Saai en boring...met
collega's die van verlof naar verlof zwalkten over een pad van ziektedagen.
U moet zich,
mocht u ervaring in de echte privé-sector hebben, maar eens voorstellen dat u
naar uw baas trekt met het volgende
Meneer (of mevrouw) de baas vanaf nu wil ik
- 20, maximaal 30 uur werken op de week !
- 1,5 uur middagpauze
- 4 maand vakantie
- recht op 30 dagen vastgelegd ziekteverlof per jaar dat ik, als ik ze niet op
gebruik mag overdragen naar het volgend jaar...eindeloos door.
- en vroeger stoppen dan de rest van uw werknemers. Als die pummels op 60 op
pensioen gaan wil ik echt wel op 58 !
En natuurlijk wil ik daar een hoog fultime loon voor !
Uwe meneer of madam den baas zal in
het beste geval niet meer bijkomen van het lachen. De meeste mensen echter
zouden zich groen en blauw ergeren aan uw eisen en u onmiddellijk ontslaan.
Onderwijsmensen zijn verwende nesten !
Het enige dat daar moeilijk is, is drang naar werken te kunnen onderdrukken. Zodanig
zelfs dat wie in het onderwijs blijft meestal genetisch begiftigd is met een
meer dan normale afkeer van werken. Wat zich uit in het feit dat wie lang in
het onderwijs blijft eigenlijk maar in twee groepen kan onderverdeeld worden :
1° De kleine groep van begeesterde geboren lesgevers. De
leraars die we op ons 50ste ons nog kunnen herinneren als mijlpalen in ons
leven. Spijtig een kwijnende groep.
2° Een groeiende groep die voor niets anders goed zijn en niet zouden overleven
moesten ze op de arbeidsmarkt moeten gaan zoeken naar een inkomen. De grote
groep leraars dus die we ons blijven herinneren omdat wij op zoek moesten naar
bijlessen (of uitleg aan de slimste van de klas vragen) omdat ze nauwelijks
interesse hadden in hun job en het kwisteam en de volleybalclub veel
belangrijker achten dan de toekomst van de jong-volwassenen waar ze hun kennis
zouden moeten aan overgedragen hebben.
En dan gaan
die pummels nog staken ook !
Het einde is nabij !
Een heel
dikke turf. Een uitdaging zou ik het eufemistisch noemen, zeker met mijn
mentaliteit dat wie schrijft geen goed schrijver is als die meer dan 250 paginas
nodig heeft om te zeggen wat er te zeggen valt. Maar de Forsyte saga is
onderverdeeld in zeer kleine hoofdstukjes. Ik heb zij niet geteld maar ze
opsommen vult de eerste vijf paginas van het boek.
Na ongeveer
drie paginas slaat de paniek al toe. Een diaree namen .man man man precies het
telefoonboel van Londen zonder nummers. Gelukkig ontdekte ik op tijd de
stamboom die de binnenzijde van de harde kaft van het boek siert. Het werd
handiger te lezen. Doch wie wil doorploegen is het geraden een veel
gedetailleerder stamboom af te printen van internet.
En de
hoofdstukjes regen zich aan elkaar. Galsworthy kan een potje vertellen. Een
kunstenaar verteller. Elk hoofdstukje onthult net dat ietsje meer. Een soap, in
boekvorm. Elke dag een hoofdstukje ? Op feestdagen een dubbele aflevering ? Het
verhaal wordt zo visueel gebracht dat de personages gewoon echt voor je ogen
staan. Hun gedragingen, hun gedachten hun doen en laten is natuurlijk en echt
diep menselijk. En elke keer blijft er net dat dingetje onverklaard die zelfs
haters van dikke boeken tot het einde laat doorgaan. Een zeldzame eigenschap alleen
De Ontdekking van de Hemel (Mulisch) heeft mij ooit voorbij de 800 bladzijden
gebracht. Ook in kleine hoofdstukjes meen ik mij te herinneren.
Het verhaal
is redelijk eenvoudig. Het leven van elke dan van de nieuwe superrijken in
Londen rond de eeuwwisseling van 1900. Soames, ongelukkig getrouwd, wil zijn
vrouw wat meer uit Londen weg en wil haar een fenomenaal fantastisch huis
bouwen. De architect, verloofd met een achterneefje van de bouwheer, trekt er
echter met zijn vrouw van onder. Het huis raakt echter wel afgewerkt. Na een
schokkende gebeurtenis komt de architect om het leven. Zelfmoord of een ongeluk
? Soames en zijn vrouw Irene gaan gescheiden leven. Dit duurt zon twaalf jaar.
Dan komt de volle neef van Soames in beeld als executeur van een erfenis die
Irene begunstigt. Ondertussen heeft Soames zijn zinnen gezet op Annette een
dochter van een restauranthoudster. Zij zullen trouwen. De volle neef van
Soames hokt samen met Soames ex vrouw. Zowel Soames en Annette en zijn neef en
Irene krijgen een kind. Soames een meisje, Irene een jongen. En ja hoor .die
worden verliefd .Hoe dat afloopt. Nou dat moet je zelf lezen. Het boek is het
meer dan waard.
Door zijn
dikte is de Forsyte Sage steeds op het schap gebleven. Onterecht blijkt nu ik
het boek uitgenoten heb. Een fenomenaal verteller boeiend, realistisch echt aantrekkelijk.
Galswothy is een van die zeldzame schrijvers (Marquez is die andere
vertelgrootheid) die zo boeiend vertelt dat het zou boeien zulk boek op café
voor te lezen. Zo fenomenaal zelfs dat ik niet genoeg heb .en Een moderne comedie,
het vervolg op de Forsyte Sage zeker ook zal lezen. Het boek krijgt van mij een
9/10. En dat is gewoon omdat de perfectie in theorie niet zou bestaan .want dit
komt echt wel heel dicht in de buurt.
Neen
dochter, ik kan uw studie niet meer betalen Dit zinnetje beklijfde mij. Het
blijft hangen en draait in mijn hoofd. Het kwam van een 49 jarige man.
Slachtoffer van Bekaert. Ontslagen door smeerlappen als Bert De Graeve. Mensen
die miserie alleen maar kennen om uit te delen aan andere mensen. Onmenselijke
varkens die het leven ontnemen aan andere mensen. Maar zelf genoeg geprofiteerd
en geschraapt hebben om nooit aan hun kinderen te moeten zeggen dat ze niet
meer kunnen studeren omdat een papa of mama werkloos gemaakt is door rijke ellendelingen.
In zulke momenten begin ik te hopen dat er toch nog een God bestaat zodat
bandieten als de De Graeves van deze wereld toch nog gestraft kunnen worden.
Ook al is het in het hiernamaals en zullen weinig andere mensen kunnen genieten
van zulke straffen, het geeft een beetje steun aan mijn
rechtvaardigheidsgevoel. Alleen weet ik dat god niet bestaat en dat rijke
klootzakken in deze wereld altijd aan het langste einde trekken ! Bah !
Het was
heugelijk, memorabel zelfs. Bart Wellens wint in Essen. Ja, Willem is een
wielerfan. Is trouwens zeer eenvoudig. Na vol gegeten te zijn op een
zondagmiddag, lui in de zetel met de zappie in de hand op het juiste moment het
juiste knopje indrukken. En dan wakker blijven.
En aan dat
laaste mankeerde het wel eens de voorbije jaren. Zeker in de winter als de
wegwedstrijden en rittenkoersen zijn vervangen door het uurtje Vlaams
veldhuppelen. Nauwelijks sport te noemen. Wat zich bewijst als de beoefenaars
van deze Vlaamse folklore eens deelnemen aan echte sporten zoals wielrennen op
de weg of mountainbiken. Als u de
veldtrappelaars al in de uitslag terug vindt, opgeven is één van de grote
verdiensten van die Vlaamse folkoristen, dan zoekt u best de lagere regionen af
om ze snel terug te vinden.
Maar toch,
het heeft iets sympathieks. Zeker als Bart (go Bart go want Willem is echt wel
Wellens fan) een rol vooraan speelt. De benen niet stijf houden Bartje brengt
niets op ! Ach ook Pauwels is sympathiek. En Stybar. Leuk Nederlands dat die
man praat. En zeer goed trouwens. Maar de voorbije jaren was daar ook ene
zekere Sven Nijs. Nu ken ik die man niet persoonlijk. En ik zal mij dus
stierlijk vergissen. Maar als die vent zijn gezicht op TV komt, krijg ik een
onstuitbare kakaanval. Vloeibaar. Een monsjisjikop een arrogante praler. Poef,
de start gegeven, dhr Nijs dartelt op kop, dhr Nijs wint. Willem in slaap.
Gelukkig is
er dit jaar een beetje spanning in gekomen. De egoïst wint niet meer alles. Hij
is over zijn top. En het geluk helpt een handje. Neem nu Essen. Willem sprong
op, riep Ja! Ja! Ja! Kijk nu! Hij staat daar ! Hahahahahahha toen Nijs van Baal
daar met zijn veloke op de rug naar huis kon ploeteren. Toen hij daar in die laatste bocht op zijn gat
ging .Mijn rechterhand tot vuist gebald, een klop in in mijn half opgestoken
linkerhand en YES !!! roepend.
Ook gisteren
ging hij neer. Neen ik riep niet meer. Eerlijkheid gebied te zeggen dat dhr
Nijs een kei is in het Vlaamse veldfladderen. Hij heeft een magistrale
fietsbeheersing en een nauwelijks te benaderen stuurgevoel. Nu hij niet meer
alles wint, is hij plots pakken sympathieker geworden. Ha nee geen overloperij
Bart Go Bart go, ni pleuje maar toch. Nijs kan het veldrijden nu wat zout en
peper leveren. Tegengewicht voor de alles overheersende anderen. En mocht hij,
alleen met een buitenlander strijden voor een overwinning, ach ja, ik zal, in
stilte verwacht niet te veel van mij, supporteren voor Sven. De wereld lijkt
warmhartiger als hij eerlijk verdeelt is. Ook al gaat het maar over een uurtje
Vlaams volksfeest.
Ene zeker
Marc Reugebrink mag een kerstessay schrijven in De Standaard. Over de ontmenselijking van de
maatschappij. Volgens deze auteur is een deel van deze kwalijke tendens te
merken in hoe de maatschappij met kunst, meer bepaald literatuur omgaat. In
niet mis te verstane bewoordingen laat deze Nederlander blijken dat hij
zichzelf toch wel heel goed vindt. Maar
tussen de lijnen valt te lezen dat het maatschappelijk succes dat hem te beurt
valt, een beetje aan de kleine kant is. Natuurlijk ligt dat zeker niet aan zijn
kwaliteit, die is hoog. Zeg maar zeer hoog, zegt hij zelf. Maar het zijn de
media. Die zoeken boerenlullen om op te voeren. Of aan alles lak hebbende
onbenullen zoals een Brusselmans.
Nu is het
eerste dat mij opvalt als ik dat kerstessay lees dat Reugebrink 10 woorden
nodig heeft om er één te zeggen. Een oeverloos eindeloze diarree aan woorden. Dat alles in een stijl
waar zelfs een leesverslaafde bibliofiel een punthoofd van krijgt. Onbegeesterde
en niet geïnspireerde woordenbrij. Woordenkramerij om ter meest. Dat zulke
mensen geen breed maatschappelijk succes hebben, is met de ogen toe zonneklaar.
Dat zulks in de literaire wereld kan overleven, ja zelfs prijzen bij elkaar
schiet, is alleen mogelijk dank zij de
beschermende houding van de inteeltige ons-kent-ons kliek die het literaire
kunstwereldje in stand wil houden. Hierin gesteund door een pers die heftig
meewerkt aan het zuiver houden van het door de in-crowd aanvaarde paradigma van
wat kunst of literatuur zou moeten zijn. Dat hiervoor niet welkome meningen
worden gecensureerd en niet conformistische geluiden worden geweerd (bvb
Brusselmans) maakt de angstige bloedarmoede, die er in de ernstige Nederlandstalige
literaire kringen heerst, alleen maar
meer duidelijk. Dat deze Reugebrink zich van wild natrappen moet bedienen ligt
overduidelijk gefundeerd in de frustratie door het eigen onvermogen zich
schrijvend tot een maatschappelijk relevant niveau op te tillen. Dat literatuur
weldegelijk een breed respect krijgt in de maatschappij werd onmiddellijk
duidelijk door de vele reactie van mensen omtrent dit onderwerp.
Niet alleen
de stijl is ondermaats, hetzelfde geld voor wat voor de inhoud moet doorgaan. Een
verzameling open deuren en andere reeds dood beschreven evidenties. Elke
individuele verantwoordelijkheid afschuivend naar de maatschappij. Blind voor
de realiteit van de belangrijkheid van de economie, maar vooral gefrustreerd
door het succes van anderen. De ontmenselijking van de maatschappij is al veel
mooier, veel schrijnender, veel literairder, veel boeiender, veel
aantrekkelijker beschreven. Ik denk zo maar voor de vuist weg aan Brave New
World (Huxley) of 1984 van George Orwell.
De Standaard
presenteert hier een mooi voorbeeld van iemand wie reeds veel eerder zou moeten
aangeraden zijn iets anders te gaan doen dan schrijven. Te zien aan de
kwaliteiten van de pleegsels lijken pareltjes rijgen, bloemschikken of
misschien zelfs duivensport nauwer aan te sluiten bij de auteur zijn
capaciteiten. Blijven proberen wat men echt niet kan, leidt tot zulke schabouwelijke
kerstschrijfsels. Zo slecht hebben ze het
nog nooit gebakken bij de Vlaamse kwaliteitskrant. Door zulke mensen een dergelijk
breed forum aan te bieden laat men ze in hun eigenwaan van goed bezig te zijn.
Erger nog het zou kunnen worden gezien als een aanmoediging verder te krasselen
in de wanstaltigheid. Door meningen te censureren laat De Standaard zien dat ze
ijverig meewerkt deze mediocere uitwassen tegen alle fatsoen in te willen
beschermen. Als Dylan dan toch bij dit
kerstmonster (en Dylan kent wat van kerstmonsters) moet worden gesleurd, dan is
zijn Is there a hole for me to get sick in? heel wat beter geschikt dan het
gebruikte There must be some way out of here.