TEKEN EN SCHILDERTECHNIEKEN EERSTE DEEL VANAF 14/10/06
09-08-2006
ART . NR . 40 . - FIG . 21 . - DE DRAPERIE DOOR SCHULTZ - DAL
Art . Nr . 40 .
Fig . 21 .
" De tekening van een draperie omvat een waar bouwwerk . Geen enkele plooi bestaat onafhankelijk van zijn buurman ; men zou er geen van kunnen wijzigen , zonder het geheel te veranderen . " De aaneenschakeling van de plooien , waarvan de een als het ware uit de ander voorkomt , is een uiting van logica en zonder twijfel moet men daarin de oorzaak zoeken van het genoegen van meer intellectuele aard , dat men zou denken te beleven bij het zien van een mooie draperie . " Schultz - Dal .
FIG . 22 .
Fig . 22
FIG . 23 . - PENTEKENING
Fig . 23 .
Pentekening van een leerling .
FIG . 24 . - POTLOODSTUDIE DOOR HENRI GAZAN .
Fig . 24 .
Potloodstudie door
Henri Gazan .
FIG . 25 EN 26 . - ETS VAN ALBRECHT DURER
Fig . 25 en 26
De Heilige Familie met de vlinder ets van Albrecht Durur
FIG . 25 EN 26 . - ETS VAN ALBRECHT DURER
Fig . 26 .
Ets van Albrecht Durur .
Het vergrote fragment toont de werkwijze , die zo goed de plastiek van de draperie voelbaar maakt .
ART . NR . 40 . - FIG 27 . UITMUNTEND GEWASSEN TEKENING
Art . Nr . 40 .
Fig . 27 .
Uitmuntend gewassen tekening door een leerling . Zeer goede uitdrukking van de toonwaarden .
08-08-2006
ART . NR . 39 . - DE KOP - HOEDEN
Art . Nr . 39 .
De Kop
Hoeden
In een vorige les heeft je geleerd hoe men een kop moet construeren ; je weet dus dat zijn volume ongeveer overeenkomt met een eivorm ; je kent zijn assen en de verbindingslijnen , die naar gelang de perspectief , in de goede richting moeten lopen , zowel voor wat betreft de wenkbrauwen en de ogen , alsook voor de neus , de mond en de kin . Bij een studie van de hoed is het voldoende om de grote bouw van de kop , die hij bedekt , schetsmatig aan te duiden . De hoed verdient een bijzondere aandacht door de belangrijke plaats , die hij in de aankleding van de mens kan innemen . Nu gaan velen , zeer zeker , meer en meer blootshoofds lopen . Dit is een van de kenmerken van onze tijd en om zijn oorzaken behoeven wij ons hier niet al te zeer te bekommeren : zuinigheid , hang naar een natuurleefwijze , sportieve geest enz . Maar niettemin zijn er toch altijd velen , die een of ander hoofddeksel dragen . Als gevolg van de moeilijkheden , die de beginner schijnt te ondervinden bij het goed weergeven van dit onderdeel , lijkt het ons verre van overbodig om hieraan een hoofdstuk te wijden , dat , naar wij verwachten , veel belangstelling hebben zal .
Bouw en tekening van de hoed
Evenals de kleding , getuuigt de hoed ( of pet , baret enz . ) van de maatschappelijke klasse en zelfs van het karakter van hem of haar , die hem draagt . Een streng en ernstig mens zal niet hetzelfde op zijn hoofd zetten als een of andere pretmaker . En ook zal hetzelfde hoofddeksel niet op dezelfde wijze op het hoofd geplaatst zitten bij iemand , die prijs stelt op een correct uiterlijk en bij een vagebond . Ook dit is een onderwerp , waarbij uw observatievermogen van dienst zal zijn . Maak dus veel studies van hoeden van allerlei soort en in allerlei standen . Maar verzuim evenmin om schetsen te maken , waarin je met zorg het volume , de beweging en de stand van de hoeden vastlegt . De damesmode brengt mee dat er in ieder jaargetijde hoeden van verschillende vormen gedragen worden . Maar hoe ook hun afmetingen zijn , je moet hen altijd tekenen op zodanige wijze , dat er rekening gehouden wordt met het volume van het hoofd , dat zij sieren . Deze essentiele voorwaarde wordt vaak miskend door de beginner , en dat overigens niet alleen bij dameshoeden . Men moet zich ook rekenschap geven van de beweging , die aan iedere hoed eigen is , en die onder een bepaalde hoek het sterkst spreekt . Het is deze " decoratieve " zijde van de hoed , die de kunstenaar er op uit doet zijn om te grijpen en weer te geven . Het is ook weer door het uitvoeren van veel schetsen dat je er in kunt slagen om de karakteristieke beweging te pakken te krijgen . De gewone vilthoed , zowel voor dames als voor heren , bestaat uit een bol , die wat hoger of lager kan zijn en die meer of minder diep om de schedel heen sluit , naar gelang de mode of de persoonlijke smaak . Deze bol is voorzien van een rand , smal of breed en soms zo plat als een schijf , maar meestal toch enigszins gebogen . Men kan deze aan de ene of aan de andere kant naar boven of naar beneden vouwen . Wat men in zijn tekening niet moet verwaarlozen is het laten voelen van het ononderbroken verloop van de buitenste omtrek , die een complete rondgang om de de kop maakt : zijn zichtbare delen aan de linker - en rechterzijde moeten , onzichtbaar in het midden , met elkaar verbonden zijn . Deze omtrek beschrijft vaak een soort van 8 in meer of minder horizontale stand , waarvan een gedeelte achter de bol valt . Om je hiervan rekenschap te geven moet je verschillende hoeden ter hulp roepen , zoals een bolhoed , een slappe vilthoed en een hoge hoed , die je zelf kunt hebben of anders van vrienden kunt lenen . Zet ieder van hen op een steun en tracht het lijnenverloop van bol en rand goed na te volgen . Herlees in dit verband in de les ' Het Schetsen van Personen ' en wanneer je goed de grondbeginselen betreffende de normale hoed weer eens hebt bestudeerd , behoeft je daar slechts de varianten in stijl , fantasie of buitensporigheid in aan te brengen . Dit alles is wel zeer gewenst voor de illustrator , wanneer het er om gaat hoeden te tekenen van verschillende tijdperken en landstreken . Wat de dameshoed betreft beantwoordt de vilthoed wel min of meer aan bovenstaande beschrijving , maar de vindingrijkheid van de modeontwerpers kent geen andere wetten dan die van hun fantasie , hun smaak en hun meer of minder ontwikkeld gevoel voor schoonheid . Stellig vindt men in hun modellen soms herinneringen aan vroegere scheppingen , maar meestal zijn dat toch ook niet meer dan bescheiden interpretaties . Het is voor het overige deels om uzelf te laten oordelen over deze terugkeer van de mode tot zijn eerste liefdes door te verjongen , te veranderen , te vereenvoudigen of te compliceren , dat wij je enkele voorbeelden van hoedjes uit het verleden onder de ogen willen brengen ( plaaten XI , XII en XIII ) . Fantasie en zelfs buitensporigheid zijn geen deugd of ondeugd van onze tijd alleen . Het zou al te mooi zijn als er steeds alleen maar sprake geweest was van geslaagde verhoudingen , aangename combinaties van lijnenspel en volumes ! De " geklede " hoed in het bijzonder , wisselt voordurend en wordt nu eens diep in het voorhoofd , dan weer hoog op het kapsel , naar links of naar rechts hellend , op de ogen of achter op het hoofd gedragen , " in samenwerking " met de haartooi of zonder daarmee rekening te houden . In ieder geval dient de tekenaar in één opslag de goede " zit " van de hoed te kunnen beoordelen , goed zijn karakter te kunnen aanvoelen door een nauwlettend observatie van zijn proporties , de samenstelling van gladde en overdekte delen , kaal of versierd , en de wijze waarop dit " kunstvoorwerp " op het hoofd geplaatst is . Laten wij er bovendien aan denken dat er nog meer is dan vorm alleen ; het materiaal , waaruit het model gemaakt is moet uitgedrukt worden door een techniek , die in overeenstemming is met een of meer werkwijzen , die wij nogal langdurig bestudeerd hebben in de voorgaande lessen , zodat je bekend kunt zijn met hun kenmerken en mogelijkheden . Gedrapeerde lappen stof ,die vaak een hoed vergezellen ( zoals linten , tulbanden , sjaals enz. ) , zullen in het volgend hoofdstuk behandeld worden .
07-08-2006
ART . NR . 39 . - PLAAT XI - DAMESHOED
Art . Nr . 39 .
Plaat XI .
De dameshoed in de loop der tijden .
PLAAT XII - DE MANNENHOED
Plaat XII
De mannenhoed van de XII de tot de XVI de eeuw .
ART . NR . 39 . - PLAAT XIII - MANNENHOEDEN
Art . Nr . 39 .
Plaat XIII
De mannenhoed van de XVII eeuw tot heden .
06-08-2006
ART . NR . 38 . - DE VOETEN
Art . Nr . 38 .
De Voeten
Ook de voet heeft de naam lastig te tekenen te zijn . " Dat komt - en wij halen hier weer de schilder Schultz - Dal aan - omdat hij geen " aandoening " geeft . De hand " spreekt " : hij neemt , ondersteunt , omgrijpt , tekent enz .... Zijn vorm verraadt zijn actie , een vorm die zo veranderlijk en afwisselend is , vanaf de bolvorm der gebalde vuist tot aan de waaier van de uitgespreide vingers . De voet , van zijn kant , is bijna stijf en zijn uiterlijk verandert maar weinig . Twee of drie gevallen daargelaten , zoals een samengetrokken of zich schrapzettende voet , drukt hij vrijwel niets uit , omdat dit zo goed als onbewegelijke voetstuk niet in werking treedt . De tekenaar heeft niets om zich aan vast te grijpen , zoals men zegt , in dit massieve bouwsel van beenderen en pezen , dat men niettemin toch tot uitdrukking moet brengen . Daarenboven dwingt zijn platte en lange vorm tot een weergave in perspectief , dat wil dus zeggen in het verkort , gewoonlijk van voren gezien . Dat is niet altijd eenvoudig , vooral voor een beginner. Dit probleem van het tekenen van de voet , althans van de blote voet , komt ook voort uit een gemis aan oefening , aandezien de mensen in het dagelijks leven nu eenmaal gewoonlijk schoenen dragen . Maar , wat dat betreft , kan men toch de vorm van een schoen niet werkelijk goed begrijpen en dus weergeven , indien men de door hem bedekte voet niet volkomen kent . Zijn er overigens niet bepaalde omstandigheden , zoals strand - en kampeerscenes , waar de mensen blootvoets te zien zijn ? Wij dienen dus weer te beginnen met een stukje anatomie .
Anatomie van de voet
Laat deze studie je niet afschrikken . Evenals voor de hand , is hij onontbeerlijk voor het goed begrijpen van zijn verschijningsvormen , standen en houdingen . Er bestaan overigens tussen de hand en de voet talrijke overeenkomsten in hun structuur . Het verschil schuilt voornamelijk in de grotere beperking van de bewegingen van de tenen , vergeleken met die van de vingers . De voet zelf is intussen ook veel minder bewegelijk in zijn gewricht met het onderbeen ( buiging en strekking ) dan de hand is aan het einde der onderarm . Je zult daar overigens genoeg van te weten komen , als je onze afbeeldingen aandachtig bekijkt en de begeleidende tekst bestudeert . Tracht alle gegeven inlichtingen bij uzelf of bij een ander te controleren door te kijken en te betasten . De kennis , die je zich eigen dient te maken , zal zich zodoende veel beter in uw geheugen vastzetten : Je zult hem ook goed kunnen begrijpen , want je zult hem zelf ervaren , niet alleen met het gezicht , maar ook met het gevoel .
Het tekenen van voeten
Je begint met blote voeten te tekenen in een enkele lijn , zoals je gedaan heeft met de handen en wij verwijzen je naar wat wij daarover gezegd hebben . Het spreekt vanzelf dat je zich niet beperkt tot een enkele stand : wissel uw studies af . Plaat IX toont je een voldoende afwisseling van standen om je er toe aan te zetten vele studies te maken . Na deze tekeningen in lijn , gaat je over tot gemodelleerde tekeningen , waaraan altijd een constructie vooraf dient te gaan . Plaats uw model onder een gunstige belichting , zodat zijn relief duidelijk te voorschijn komt . ( zie fig . 16 en 17 ) .
Geschoeide voeten
Wij geven nog eens het woord aan de schilder Schultz - Dal : " Zij die beweren , dat er niets zo stompzinnig is als een blote voet , geven graag toe dat een voet met een schoen er aan zich geestvol kan voordoen . Het gaat dan niet alleen meer om zijn vorm , maar over zijn houdingen en bewegingen ; de manier , waarop hij zich neerzet . Wij zien daarbij een hele reeks van bijzonderheden , waarvan de zeer gevarieerde studie van veel belang en nut kan zijn . Wij kennen rustige , stevige voeten , die zich breeduit op de grond zetten en daar onbewegelijk blijven staan . Maar er zijn ook zenuwachtige en bewegelijke , die zich uittrekken en heen en weer draaien ... Er zijn er zware en lichte , stijve en soepele , rechte en gebogen . " Zij spelen een eerste rol bij het lopen , dat immers een uiterlijk kenteken is van een studie van ons eigen ik en dat , in het algemeen , zo goed onze leeftijd , gezondheid , humeur , moeheid , zelfs onze opvoeding en afkomst verraadt . De gang , die zo verschillend is bij buitenmensen en stedelingen en vaak erfelijk is , laat zich niet aan - of afleren , behalve misschien bij het toneel , waar men hem aan de beginnelingen onderwijst . En wat zijn er niet een eigenaardige en typische manieren van lopen ! ... Die van de zeeman , de ruiter , de boer en de soldaat : schuchtere en zelfverzekerde gang . De slepende gang van de grijsaard , die reeds door de aarde wordt aangetrokken , de onzekere gang van de herstellende zieke , waarvan iedere stap een herovering betekent en het getrippel van een kind . Maar het is niet alleen de stap , waarvoor wij onze voeten gebruiken ? Wij danken hem ook bij hardlopen , het springen en dan het dansen , triomf en meesterwerk der voeten ... "
Verschijningsvormen van schoenen
Schutz - Dal staat , terecht , stil bij de verschillende verschijningsvormen van schoenen : zo eenvoudig als deze zijn moge , het kan de kunstenaar niet onverschillig laten . Vanaf de grote houten klompen tot aan de elegante damesschoentjes , kleine slofjes , vertoont zich een geheel gamma van uiteenlopende soorten , laarzen van de ruiter , schoenen met klimspijkers van de bergklimmer , dunne en lage schoentjes van de wielrenner , rustige pantoffels van de burger , muilen , opzichtige schoenen van de snob , gedistingeerde schoenen enz . ( zie plaat X ) . De keuze van de schoen , zijn model , kwaliteit en de aard van slijtage en van zijn vervorming ( die altijd zeer persoolijk zijn ) verraden de persoonlijkheid . Deze bijzonderheden moet men niet verwaarlozen . Men dient een of andere figuur , die met een of andere bedoeling getekend werd ( wij denken hierbij aan de illustrator ) op logische en waarschijnlijke wijze te " schoeien " . Wat de slijtage en de daardoor onstane vormveranderingen betreft , hun weergave draagt ook sterk bij tot een indruk van waarheid en levenechtheid . Een paar gloednieuwe schoenen zien er koud en uitdrukkingsloos uit . Zij zullen eerst leven krijgen door de vorm , die een langdurig gebruik hen geven zal . Kijk maar eens naar het kunstmatig aspect van de schoenen , waarmee etalagepoppen voorzien zijn ... Een schoen vormt zich aan de voet en later zal het gebruik en de slijtage er hun stempel op drukken , precies zoals op een gezicht . Men gebruikt er overigens dezelfde woorden voor : rimpels , plooien , knobbels , afplattingen en barsten ... Het bovenstaande toont genoegzaam de belangrijke rol van de voeten en hun " gedragingen " voor de juiste karakteristiek van een of andere persoon .
Het tekenen van schoenen en geschoeide voeten
Het is raadzaam om eerst de schoen en wel de lege schoen te bestuderen . Hij vertoont immers de vorm van de voet , die hem " bewoont " . Het gaat hier natuurlijk niet om tekeningen voor een catalogus , waarbij het stiksel en de vetergaatjes zijn weergegeven met de koude precisie van een industrie-ontwerp . Maar het is toch noodzakelijk om te begrijpen langs welke weg zijn vorm en de samenstelling van onderdelen in de fabriek tot stand gekomen is . Zodoende zal men zijn verschijningsvorm beter onthouden en zal men fouten kunnen vermijden , die een tekening ontsieren door hem van een deel van zijn waarheidsgetrouwheid te beroven . In een voorgaande les hebben wij je al de raad gegeven om de schoen op een rechthoekig stuk papier te zetten , waarvan de perspectief niet moeilijk is en om die dan uw gids te laten zijn bij het bepalen van de richting van lijnen en van de verkortingen , die de vlakken en volumes te zien geven . Volkomen van opzij ( " en profil " dus ) gezien vertoont de schoen - evenals de voet - slechts geringe moeilijkeheden voor een behoorlijk uitgevoerde tekening . Maar dat is niet het geval wanneer men hem recht van voren ziet , van achteren en vooral bij de talrijke verkortingen , die onze ogen in verwarring kunnen brengen . Een uitstekende oefening bestaat uit het tekenen van de schoen door hem telkens met kleine stukjes om zijn as te laten draaien , alsof hij op een draaischijf staat . Men laat hem dan een complete draai maken in tien of twaalf étappes en men tekent hem dan in iedere stand . Wij merken hierbij op dat , wanneer wij je vragen om eerst een lege schoen te tekenen , wij dat doen omdat bovengenoemde handelingen dan gemakkelijker zijn uit te voeren . Maar het is nuttig om , na een of andere voet bloot getekend te hebben , hem met de schoen aan te tekenen en je begrijpt gemakkelijk waarom . Beperkt je er zich in ieder geval niet toe om de geschoeide voet na te tekenen , terwijl deze geheel op een of andere bodem rust . Je moet uw model ook afwisselende standen laten innemen door hem zijn voeten op verschillende hoogtes te laten houden . Zoals steeds , zal dan ook hier de perspectief een woordje komen meespreken . Tenslotte zal het model , evenals dat bij de handschoenen het geval was , nauwlettend bekeken moeten worden ( zie fig . 18 ) met het doel om de materie ( mat leer , glimmend leer , lakleer , peau de Suéde , fluweel enz .) met uitdrukking van stof weer te geven , waarbij je alle zorg besteedt aan de observatie van de verschillende toonwaarden . Wanneer je glimmende schoenen tekent , geef dan zeer precies de lichtglanzen weer , want deze suggereren het volume van de voet . Maak ook schetsjes buiten en maak hen zo natuurgetrouw mogelijk . De stand van de voet wordt bepaald door de houding van zijn bezitter en door de wetten van de perspectief . In het algemeen zal men bij een persoon , of deze nu stilstaar , loopt of rent , de verst verwijderde voet iets hoger zien dan de andere en eveneens zal men in normale gevallen , de voeten niet precies evenwijdig zien , aangezien hun punten iets verder van elkaar staan dan hun hakken . Wij herhalen dat de schoen een wezenlijk onderdeel uitmaakt van de persoon , waarvan je het karakter en de algemene verschijning moet uitbeelden . De handjes en voetjes van babies zijn heel bekoorlijk en hun slofjes , evenals de schoenen van jongens en meisjes , bieden een toonschaal van modellen , waarvan de vorm ( gewoonlijk met stompe , afgeronde neuzen ) geheel verschillend is van die , van volwassenen . Wat hun schilderachtigheid betreft , doen kinderschoenen overigens in het geheel niet onder voor die van volwassenen. Na de studie van de hand hebben wij uw aandacht gevraagd voor de wijze , waarop hij aan de onderarm bevestigd is en ook voor de arm zelf . Denk er dus ook goed aan om de aanhechting van de voet aan het been te observeren . Hij vertoont namelijk bij iedereen bepaalde overeenkomsten . Zo veroorzaakt bijvoorbeeld het onderste uiteinde van het dunne been , dat kuitbeen genoemd wordt en dat aan de buitenzijde zit , een lager gelegen en meer afgeronde verhevenheid ( buitenenkel ) dan degene die gevormd wordt door de punt van het scheenbeen aan de binnenzijde ( binnenenkel ) en die het andere been raakt ( zie fig . 19 en 20 ) . Met deze bijzonderheid , die men duidelijk kan opmerken bij de enkels van iemand , die men van voren of van achteren ziet , dient men goed vertrouwd te zijn . Er zijn natuurlijk wel fijne , slanke enkels en weer andere , die dik en vlezig zijn . Overweeg deze dingen goed , zoals overigens alle andere onderdelen van een lichaam , zowel bij mannen , vrouwen , als kinderen . Bij deze laatsten zijn de gewrichtsverbindingen gewoonlijk nogal mollig , zeker op de zeer jeugdige leeftijd . Ook het been heeft zijn eigen , individuele karakter . Zijn lengte , welving en dikte varieéren . De kuit bijv. vertoont zijn grootste dikte niet steeds op dezelfde hoogte ; ook is hij bij de een dikker dan bij de ander .
03-08-2006
FIG . 13 EN 14 . - SKELET VAN DE VOET
Fig . 13 en 14 .
Skelet van de voet : A , rug - of bovenzijde B , zool - of onderzijde
Skelet van de voet : A' , zijkant , binnen B' , zijkant , buiten
FIG . 15 . - SPIEREN
Fig . 15 .
Spieren : A , rug : 1, 1', pezen van de lange teenstrekkers , gedeeltelijk weggelaten om de onderliggende spieren te tonen - 2 , korte strekspier van de tenen ( vier scheden ) - 3 , pees van de lange kuitbeenspier . B , zool : 1 , afvoerder van de grote teen - 2 , zijn korte buiger - 3 , afvoerder van de kleine teen - 4 , zijn korte buiger . In het middengedeelte ziet men de buigspieren van de tenen en hun pezen zich vasthechten aan de teenkootjes . Daarboven de vier spoelwormspieren , wier functie gelijk is aan die van de hand , terwijl de korte strekspier van de tenen de eerste kootjes strekt en naar buiten buigt .
PLAAT IX - TEKENEN VAN VOETEN
Plaat IX .
Tekenen van voeten in lijn , enkele met schaduw .
FIG . 16 EN 17 . STUDIES VAN VOETEN DOOR SCHULTZ - DAL
Fig . 16 en 17 .
Studies van voeten in Siberisch krijt door Schultz - Dal . De reliefwerking is zeer fraai weergegeven .
FIG . 17 . - STUDIE VAN DE VOET DOOR SCHULTZ - DAL
Fig . 17 .
Studie van de voet door Schultz - Dal
FIG . 18 . - GEWASSEN TEKENING
Fig . 18 .
Gewassen tekening van geschoeide voeten door een onze cursisten .