Het artikel dat momenteel alle voorpaginas haalt is het schrijnend verhaal over de jongen die doodgestoken werd om een mp3 speler. Gewoon onvoorstelbaar! Onvoorstelbaar was ook het feit dat niemand zich in het geschil heeft gemengd vooraleer het uit de hand liep.
Laat me nu even een paar maanden teruggaan in mijn blogje:
Int midden van de nacht werd aan de deur gebeld door een vreselijk panikerende jonge vader die met tranen in zijn ogen smeekte om twintig euro voor de dokter voor zijn ziek kindje. Hij beweerde dat hij wat verder in onze buurt woonde en de volgende ochtend het geld zou terugbrengen.
Ik was natuurlijk zo dom om dit te geven, tegen het advies van ventje in. Maar toen geloofde ik nog steeds in de oprechtheid en eerlijkheid van mijn medemens en vond ik dat ik een mens in nood moest helpen.
Nu moet ik tot mijn grote spijt toegeven dat zelfs indien er een bloedende jonge man op mijn drempel ligt in het midden van de nacht en smeekt om hem binnen te laten, ik de deur hoogstwaarschijnlijk zal sluiten, hem laten liggen en onmiddellijk de 100 bellen, maar ik zou hem niet durven binnen laten, het zou ketchup kunnen zijn en er kunnen tussen het struikgewas in onze voortuin nog personen zitten.
Wat versterkt mijn wantrouwen nog meer?
Wel, verleden week hebben we weer eens mogen kennismaken met de kleine criminaliteit ge weet wel, diegene die ze niet meer willen straffen.
Ventje rijdt met de auto door de winkelstraat om me wat verder te komen ophalen.
Hij stopt om voorrang van rechts te geven aan een andere auto, wordt langs achter aangereden door een andere auto niet erg, maar toch wat schade hij stapt uit en de andere persoon ook, spijtig genoeg moet ik weeral zeggen: een allochtoon.
Bijna onmiddellijk komt er een andere allochtoon afgelopen die zegt: ik heb gezien dat gij achteruit gereden zijt. Ventje blijft kalm, de man die tegen onze auto gereden is vraagt of hij contant mag regelen en offreert 5 euro (!) dit zou hij natuurlijk niet offreren indien ventje achteruit was gereden. Ventje weigert natuurlijk en stelt voor om de autos even opzij te zetten om de verzekeringspapieren in te vullen om verder het verkeer niet te hinderen. Vooraleer hij de auto verzet schrijft hij in de auto op een klein papiertje de nummerplaat van de andere wagen op en legt dit op de passagierszetel.
Wanneer de beide autos geparkeerd staan, de andere in een zijstraat en ventje in de winkelstraat, stapt ventje uit met zijn verzekeringspapieren, de andere man komt met zijn mede-passagier naar hem en ventje vraagt om even te wachten want hij moet mij telefoneren om te zeggen dat hij wat later zal zijn.
Hij staat tijdens dit telefoontje aan de achterkant van onze auto. Wanneer hij zich omdraait ziet hij de twee anderen weggaan, in hun auto stappen en wegrijden. Terwijl hij telefoneerde hebben ze het papiertje met de telefoonnummer uit onze auto genomen.
Op dat moment weet ik nog van niets, maar ik zie van ver dat het gezicht van ventje op donderwolken staat. Hij vertelt het hele verhaal en ik zeg dat alhoewel de schade miniem is dit toch vluchtmisdrijf is.
Hij kent het merk van de auto : een zilvergrijze Mercedes en hij herinnert zich nog de eerste en derde letter N..M van de nummerplaat, maar niet het nummer.
We bellen broer 2 die bij de politie is om raad. t ja ge moet het toch gaan aangeven hoor want stel je voor dat die andere mannen die meer schade aan hun auto hadden zich op die valse getuige beroepen en het toch gaan aangeven, dan zijn ze nog in staat om jullie van vluchtmisdrijf te beschuldigen..
Goei raad, dus wij op zoek naar een politiekantoor. Wegens de omleidingen doen we er een kwartier over om bij het politiekantoor van de negende wijk te geraken.
Daar hangt een nota: wend u tot het politiekantoor op de Kleine steenweg in Wilrijk.
Wij naar Wilrijk.
Daar zien we weer een bord: Politiekantoor sluit om 19 uur, wend u dan naar Politiekantoor Hoboken Berkenrodelei. t Is nog maar kwart voor zeven dus ik spring uit de auto, loop naar binnen en zeg puffend: ik ben toch nog op tijd om hier iets aan te geven zeker?. De politieman kijkt me verwonderd aan en zegt, maar madammeke, voor aangiftes moet ge in Hoboken zijn!. Ik vertel hem dat kantoor Kiel doorverwijst naar Wilrijk en niet naar Hoboken.
Op zon momenten krijg ik altijd de slappe lach. Gelukkig kan de politieman meelachen. Allez man, zeg dat het niet waar is zeg ik, stel je voor dat ik geen auto had hoe lang zou ik nu al onderweg zijn?, de arme man kan er niets aan doen, laat me zelfs het lege kantoor zien waar hij zelfs al zou hij het willen niets zou kunnen noteren omdat er geen meubels of computer staat, en zegt dat we spijtig genoeg toch naar Hoboken moeten.
En wijle terug op weg...
Hoera, politiekantoor Hoboken is open en er is beweging en licht. We zeggen aan het loket dat we een vluchtmisdrijf komen aangeven en moeten even wachten.
Ventje vertelt int kort aan de politieman wat er gebeurd is. Hij zegt dat de kans om die mannen te vatten bijzonder klein is en vraagt of het de moeite is om daar een PV voor op te stellen.
Ik vertel hem dat we dit enkel doet op aanraden van broer Politie en bij dat magisch woord begint hij in de computer te tokkelen.
Wat later staan we met onze nutteloze PV terug buiten. We weten dat we de daders nooit zullen vinden. We weten dat dit niets is vergeleken met messteken voor een mp3 speler, maar waar is het begin van criminaliteit?
En nu wordt er overwogen om deze kleine criminaliteit gewoon te seponeren. Moeten wij burgers dit nu aanvaarden. De politie zou teveel tijd verliezen met al het schrijfwerk. Laat ze dan voor het schrijfwerk werkloze secretaresses aannemen!
Enfin zeg, waar gaan we naartoe ? Kan iemand het me uitleggen?
|