WIE ZIJN WIJ? Mijn vrouw en ik zijn twee “oudere” senioren met een jong hart, vier kinderen en dertien kleinkinderen. We zijn beiden lid van een tafeltennis- en een wandelclub, genieten van klassieke muziek en moderne kunst. Ik speel af en toe piano in een nostalgisch salonorkestje, lees en praat graag over het heelal en ben sterk geïnteresseerd in veel aspecten van de Nederlandse taal en verkeers(on)veiligheid. Verder ben ik sinds 1995 bestuurslid van een zogenaamd "OKRA-trefpunt", een lokale afdeling van de grootste seniorenbeweging in ons land Vrouwlief schildert en tekent niet alleen, maar is ook een creatieve kokkin, houdt van bloemen en onderhoudt de tuin, naait graag en maakte vroeger avontuurlijke exploratiereizen naar Nepal, India, Mongolië, Atlasgebergte, … (is daar op mijn aandringen in 2005 mee gestopt). Ze leest snel en veel en houdt van Franse films.
oma tussen haar verfjes, kwastjes, papier, doek, javel enz.
Sommigen noemen me een kommaneuker (muggenzifter). Of ik die bijnaam verdien, moeten mijn bezoekers maar beoordelen. Op dit blog wordt in elk geval niet geneukt, misschien wel geluld (voor het eerste bestaan andere wipsites, pardon, websites). Op dit blog schrijf ik zowel persoonlijke “dagboek-notities” als commentaren, ernstig of luchtig, op uiteenlopende onderwerpen. De afbeeldingen zijn – tenzij anders vermeld – meestal geschilderd of op computer getekend door mijn echtgenote, waarbij haar 12 jaar academie-opleiding en workshops goed van pas komen. Tot eind 2008 toonde ze haar creaties trouwens op een eigen blog: http://blog.seniorennet.be/computeroma maar ze ziet meer in één gezamenlijk blog voor ons beiden.
01-06-2012
Radio Een: plus en min liever
s Morgens van 7 tot 7.45 uur ben ik een trouw luisteraar van Radio Eén: zeer gevarieerde reportages, actualiteiten, muziekske tussendoor, persoverzicht enz. Er zijn nochtans twee zaken die me ergeren (ik ben een kommaneuker voor iets, nietwaar? ). 1) het aantal Hollandse correspondenten wordt stilaan echt wel buitensporig groot. Op 30 mei hoorde ik in een half uur tijd vier VRT-reporters, aan hun accent te horen allemaalonmiskenbaar Nederlanders: Thomas Erbrink (Iran), Sander van Horen (Midden-Oosten?), Geert Grootkoerkamp (Moskou) en Michiel Vos (VS). Let op: ik heb niks tegen Hollanders (ben trouwens zelf een bovenmoerdijkse Kaaskop van geboorte ), maar zou het toch toejuichen mocht onze Vlaamse VRT eindelijk eens komaf maken van haar eeuwige minderwaardigheidscomplex tegenover onze Noorderburen. 2) de talloze versprekingen van sommige presentatoren: om de een of andere duistere reden struikelen ze regelmatig over hun woorden. Een aandachtige luisteraar zal meestal wel begrijpen wat de bedoeling was, maar toch vindt de struikelaar het doorgaans nodig nog eens extra onze aandacht te vestigen op zijn/haar verspreking, door in één adem - het woord beter of liever toe te voegen aan de verbeterde versie. Dan krijg je misbaksels als bv. Het KMI voorspelt regen tegen de vorige euh volgende week liever.Nog gekker wordt het als ze iets verbeteren dat helemaal niet verkeerd was, bv.: Het KMI voorspelt regen tegen de volgende week euh de volgende week beter.
TOE(kom)MAATJE. Oma vraagt aan kleine Laura wat ze voor haar verjaardag wil. "De pil", antwoordt het meisje zelfbewust. "De pil?", vraagt oma beduusd, "Uh, waarom de pil?". "Ik heb al zes poppen gekregen en ik wil er geen meer".
Mijn laatste blog dateert alweer van 7 mei. Denk niet dat ik geen items meer vind om over te zeveren, het integendeel is waar! Onderwerpen genoeg (in willekeurige orde): wandelen, muziek (Elisabethwedstrijd!), tafeltennis, taal, het heelal, Hollandse VRT-reporters (vanmorgen de 45ste aan mijn lijstje met namen toegevoegd ), welvaart/armoede, humor, mijn familie, mijn kookkunst(?!!), en ik zal er nog wel vergeten. Ik benijd mensen zoals Wim-del-Arte, een op La Palma wonende Vlaming die dagelijks (geloof het of niet!) moeiteloos de nodige inspiratie vindt om zijn blog te verzorgen (u kan de adembenemende fotos over zijn prachtige eiland bewonderen via http://blog.seniorennet.be/schetsblog. ) Maar ik dwaal af. Mijn grootste probleem is niet zozeer WAAROVER ik ga schrijven maar wel HOE ik het zal doen. Het doet meestal zeer lang voordat ik echt tevreden ben (en dan nog!) over mijn tekst; ik vrees dat ik mijn bijnaam van Kommaneuker destijds op mijn werk niet voor niks heb gekregen . Soms probeer ik om mijn inspiratie van het moment te volgen en daar niks meer aan te veranderen maar die opzet lukt gewoon niet. Is er een psycholoog (of psychiater?! ) in de zaal of een toevallige bezoeker - die mij een tip kan geven?
TOE(kom)MAATJE. Op sigarettenpakjes staat: Roken is dodelijk. Ik zou zeggen: Niet roken ook, je krijgt alleen wat meer respijt.
Zoektochten naar het mobieltje van oma hebben al vaker geleid tot grappige incidenten (zie bv. mijn blog van 31.12.2011). Het meest recente verliep als volgt. Om helemaal zeker te zijn dat zij nooit meer zou moeten zoeken naar haar GSM, besloot oma om het ding s nachts ALTIJD te bewaren naast haar bed en overdag in haar beha! Inderdaad een onfeilbaar systeem, althans in theorie. Vorige week op een middag. Oma wou een smsje versturen maar tastte tevergeefs tussen haar jongens (zo heten die vrouwelijke onderdelen tegenwoordig naar het schijnt): geen gsm te zien of te voelen! Hoe kon dat nu? Onmogelijk!! Ik heb een uur geleden nog gebeld en het ding daarna terug in mijn beha gestoken. Ik zei: schat, dat laatste klopt blijkbaar niet: je zal verstrooid geweest zijn en nog niet helemaal gewend aan je nieuwe opbergsysteem. Je gsm ligt in huis en we zullen het ding dus met de klassieke truc opsporen: ik bel je nummer en dan horen we waar we moeten kijken. Zo gezegd zo gedaan. Ik neem mijn gsm en vorm haar nummer. Ik hoor inderdaad haar beltoon maar tegelijkertijd een luide verschrikte gil. Wat was er gebeurd? Oma droeg haar gsm weliswaar nog steeds op haar lichaam maar het ding bleek ongemerkt naar een lagere regio gezakt te zijn!
TOE(kom)MAATJE. Vrouwelijk schoon kan je nooit precies in cijfers achter de komma uitdrukken, het zijn juist de afrondingen die het zo mooi maken (bron onbekend)
Vriezen en dooien zijn elkaars tegengestelden, maar waarom betekenen ontvriezen en ontdooien dan hetzelfde? En om een zatlap nuchter te krijgen, laat de politie hem een paar uur ontnuchteren. Ander voorbeeld: bloot en gekleed zijn elkaars tegengestelden, maar toch is ontbloten hetzelfde als ontkleden Het Franse woord Vendre betekent Verkopen, maar maison à vendre betekent huiste koop! En over Frans gesproken: wijlen mijn schoonmoeder, wonend in het Antwerpse, stamde eigenlijk uit een Franstalig milieu maar kon zich behoorlijk behelpen in het Vlaams. Ook tussen ons was de voertaal Nederlands/Vlaams ). Behalve die ene keer toen ik haar het volgende (on)zinnetje voorlegde dat ik speciaal voor de gelegenheid geschreven had: Genée ocunidez de skisse pascissi. Zoals ik verwacht en gehoopt (!) had, bekeek ze met gefronste blik mijn gekke tekst en kon er geen touw aan vastknopen; ik zei maman, zeg dezelfde zin nu eens vlot hardop!. Ze deed het en toen hoorde ze zichzelf zeggen: je nai aucune idée de ce qui se passe ici
TOE(kom)MAATJE (Uit de school geklapt): - Binnen in een klok hangt een tepel - Uit een Engels opstel: He shot three times and now he is dad - Vertaal in het Frans : "Duitsland was de vijand".La Germaine etait la viande. - Hij vond de WC niet en gebruikte toen maar zijn zaklamp. - Er waren veel Engelsen aan de kust, vooral Duitsers. (bron: onbekend)
Veel voetgangers denken dat ze veiliger kunnen oversteken (bij een zebrapad bv) naarmate het voetgangerslicht langer groen blijft. Helemaal fout! Soms is KORTER groen zelfs veiliger, zoals ik wat verder zal aantonen. De beschikbare oversteektijd hangt namelijk niet af van de duur van die groenfase zelf maar van de tijd die NA dat groene licht nog overblijft TOTDAT het kruisend verkeer weer op gang komt. Ik leg uit. Stel, u komt aan bij een zebrapad, het licht is nog groen en dus mag u oversteken; na enkele stappen ziet u het licht op rood springen; u mag natuurlijk hollen maar nodig is dat niet: met een normale pas zult u nog veilig de overkant bereiken vóórdat het kruisend verkeer op gang komt. Op voorwaarde natuurlijk dat alle verkeerslichten op het kruispunt correct op elkaar zijn afgestemd, en DAAR wringt soms het schoentje!! In mijn eigen gemeente heb ik al meermaals via metingen de proef op de som genomen en vastgesteld dat het kruisend verkeer vaak al groen krijgt wanneer een correct vertrokken voetganger de overkant nog niet bereikt heeft! Een concreet voorbeeld: ik heb 15 seconden nodig om een bepaald zebrapad over te steken, maar tussen de groen-/roodsprong direct na mijn eerste stap, en de start (groen) van het kruisend verkeer verlopen 14 seconden, dus kom ik 1 seconde tekort! Als ik dan zie dat de groenfase van het voetgangerslicht wel 15 seconden bedraagt, dan vind ik dat daar gerust zon 4 seconden af kunnen (uiteraard zonder te raken aan de cyclus voor het kruisend verkeer); mijn beschikbare oversteektijd stijgt dan van 14 naar 18 seconden. Samengevat: de eenvoudigste manier om de oversteektijd voor voetgangers te verruimen is dus niet het verlengen van de groenfase maar juist het INKORTEN ervan! Zo krijgt ook de laatste correct overstekende voetganger meer tijd om de overkant te halen, zonder dat het kruisend verkeer er enige vertraging door ondervindt! Jaren geleden heb ik aan mijn toenmalige schepen van verkeer een voorstel in die zin gedaan en hij deelde mijn visie maar kort nadien kwam er een coalitiewissel en mijn idee stierf een stille dood
TOE(kom)MAATJE. Een hardnekkige stotteraar krijgt van een vriend de raad om een snelcursus te volgen die hem van zijn handicap zou moeten genezen. Weken later komen ze elkaar tegen en de vriend vraagt: en? heeft de cursus geholpen? De andere antwoordt twee keer na elkaar zonder enige hapering: De kat krabt de krullen van de trap, de kat krabt enz De vriend reageert enthousiast: das fantastisch zeg, proficiat! Waarop de ander zegt: Jjjja mmerrcci, mmamamaarrr ggege hhhebt dddattt zzozo weiwweiniggg nnonoodddig!
Zoals ik in een lezersbrief (GvA) heb geschreven, kan ik goed begrijpen dat de naaste collegas van het slachtoffer het emotioneel niet aankonden om gewoon hun werk voort te zetten en dus terecht enkele dagen vrijaf kregen. Maar de wilde staking waarmee de rest van het MIVB-personeel duizenden verraste reizigers voor een voldongen feit plaatste, was volgens mij een brug te ver.
Een staking zo onmiddellijk na het incident was bovendien zinloos: het was immers al te naïef, te denken dat de eerder beloofde veiligheidsmaatregelen onder druk van die wilde staking nu ineens uitgevoerd konden worden. Een stakingsAANZEGGING zou daarom veel realistischer, publieksvriendelijker (en democratischer) geweest zijn en was een staking (voorlopig) afgewend . Overigens ben ik ervan overtuigd dat men dergelijke agressie-incidenten zelfs met de zwaarste maatregelen nooit helemaal zal kunnen uitsluiten.
TOE(kom)MAATJE. In mijn vorige blog (7.4) beloofde ik, te bewijzen dat voetgangers vaak belang hebben bij KORTERE groenfases bij oversteekplaatsen, in tegenstelling tot wat vaak wordt gedacht. Dat stukje zal voor zeer binnenkort zijn!
Ik begrijp niet waarom fietsersen voetgangers steeds samen in één adem worden genoemd als dé zwakke weggebruikers; voor de fietser gaat dit zeker op: al is hij (zij) nog zo voorzichtig, hij moet de weg meestal delen met het rakelings voorbij zoevend snelverkeer, dat hij bovendien niet ziet aankomen. Een eventueel zijspiegeltje geeft hem hooguit een vals gevoel van veiligheid en maakt de vrije ruimte zelfs nog smaller. Een voetganger daarentegen kan zich veel gemakkelijker (en sneller!) aanpassen aan verkeerssituaties en loopt dan ook slechts een uiterst klein risico op ongevallen: op voetpaden komen aanrijdingen sowieso weinig voor, en waar geen trottoirs zijn houdt een voorzichtige voetganger de linkerkant van de baan zodat hij tegenliggers tijdig ziet aankomen. Ook een verstandig gebruik van oversteekplaatsen (goed kijken!) en respect voor verkeerslichten maken van de voetganger de meest beschermde weggebruiker.
TOE(kom)MAATJE. Voetgangers pleiten soms voor langer groen bij oversteekplaatsen, terwijl ze juist belang zouden hebben bij korter groen! Maar das voor een volgende keer.
In mijn blog van 13.3 stak ik de loftrompet over onze ambitieuze kleinzoon Jascha, regisseur van een heuse musical Aladdin, waarvoor de kostuums en de decors (geschilderde doeken) voor een groot deel het werk waren van zijn kunstzinnig aangelegde oma. De (twee) uitvoeringen zouden plaatsvinden op 25.3. Rond 3 uur die nacht wordt oma plotseling uit haar slaap gewekt door het gejengel van haar GSM, die ze voor eventuele noodgevallen ook s nachts steeds stand-by heeft. Ze schrikt zich het hoempa, denkt aan een ongeluk, maar het is een sms van de regisseur, die blijkbaar veronderstelt dat zijn oma pas s morgens haar In-box wel zal openen om het volgende bericht te lezen: zeg oma, mag ik rond 11 uur die voorstudies komen halen die je gemaakt hebt voor de grote doeken?. - Oma, begrijpelijk een beetje geïrriteerd, antwoordt kortaf in sms-taal: ok. - Onmiddellijk reactie van Jascha: oei oma, zo laat nog wakker? oma: Ja, nu wel! Jascha: sorry, excuses!. Einde incident(je) en we hebben er eens goed mee gelachen! Met onze twee vrijkaarten trokken wij naar de avondvoorstelling, en genoten volop van het knap geregisseerde, geacteerde en gezongen schouwspel. Maar toen het einde van de musical naderde, begon ik me af te vragen waar de doeken van oma bleven, totdat bleek dat regisseur Jascha ze had voorzien als eind-apotheose: de 13 aan elkaar genaaide stukken verschenen breeduit op het podium, ondersteund door de muziek en bijhorende gezongen teksten. Ik had al enkele fotos genomen maar toen ik omas doeken zag en het applaus van de zaal hoorde, was ik zo geëmotioneerd dat ik domweg vergat om mijn camera boven te halen, stel je voor!!! (een betere fotograaf dan ik zou zon blunder niet gemaakt hebben). En ook oma zelf dacht er niet aan om mij wakker te schudden... Enkele acteurs/zangers:
Een van de podiumscènes:
Drie van de dertien voorstudies, verwijzend naar de grote podiumdoeken en tijdens de pauze en na de voorstelling afzonderlijk "geëxposeerd"
Nabestaanden van de 28 dodelijke slachtoffers van de busramp in Sierre staan voor een aartsmoeilijke opdracht: het verwerken van het verdriet om het plotse verlies van hun kind, broer, zus, echtgenoot, vader . De spontane menselijke solidariteit, over allerlei maatschappelijke, politieke en andere grenzen heen, moet een hartverwarmende troost en steun zijn voor degenen die achterblijven. Telkens na zon grootschalig ongeval moet ik steeds weer denken aan de dagelijkse dodelijke slachtoffers van kleinere ongevallen, waarvoor de kranten hooguit enkele regels op een binnenbladzijde overhebben. Het verdriet van hun nabestaanden is nochtans even gigantisch maar die hebben de pech vergeef mij het woordgebruik dat zij het moeten verwerken in beperkte familiale en sociale kring, zonder de ruime steun en sympathie van het grote publiek, politici en media. Ik begrijp dat het niet anders kan, maar blijf het verschrikkelijk vinden.
Na mijn mislukte pogingen van gisteren om een fatsoenlijke copie van de Aladdin-affiche op mijn blog te krijgen was ik het op den duur zo kotsbeu, dat ik me vandaag eens wil afreageren met een tweetal stomme moppen die me te binnen schoten. Daar gaat-ie: Ook al gemerkt dat tooghangers in een mop altijd Sjarel en Lowie heten? Neen?, nou die twee van mij wel. Luister. Sjarel en Lowie hangen aan de toog en de baas vraagt aan Sjarel: wat zou jij doen als je wist dat binnen een half uur de wereld vergaat?. Antwoord van Sjarel: ik zou seks hebben met alles wat beweegt Zelfde vraag van de baas aan Lowie. Antwoord van Lowie: Ik zou zeker niet bewegen! Haha. Een andere keer gaan de twee de bloemetjes buiten zetten in de rosse buurt. Bij een van de vitrines stelt Sjarel voor dat hij eerst gaat. Even later komt hij weer buiten en zegt: het viel tegen, mijn vrouw doet het beter, maar ja das persoonlijk natuurlijk. Als Lowie op zijn beurt buiten komt, zegt hij: Inderdaad, je had gelijk: jouw vrouw doet het beter! Haha (bis).
Ons nakomelingschap telt nogal wat kunstenaars van verschillende disciplines, al dan niet professioneel. Binnenkort regisseert onze kleinzoon Jascha in het Museumtheater te Sint-Niklaas een musical over het sprookje van Aladdin. (Hij is met deze musical overigens niet aan zijn proefstuk, maar dat terzijde) Wetend dat oma creatief, vlot en graag stoeit met zowel penseel als naaimachines en aanverwanten, sprak hij haar al tijdens de eerste voorbereidingen aan om een reeks van speciale decors (op doek) te schilderen en kostuums te naaien. Intussen zijn we maanden verder en omas opdrachten naderen hun voltooiing. Die decors op schilderijformaat stellen taferelen voor die verwijzen naar het verhaal, de doeken zijn aan elkaar genaaid en vormen zo een rol, die door twee acteurs geleidelijk wordt af- resp. opgerold volgens wat er zich op het podium afspeelt. Het is met grootvaderlijke en echtelijke trots dat ik de affiche van de musical toon, evenals een drietal fotos refererend aan de enthousiaste medewerking van oma aan het gebeuren. N.B. Jascha liet mij inmiddels weten dat de middagvoorstelling al uitverkocht is
Hierboven allereerst een klunzige copie (sorry!) van de (veel mooiere) affiche, met in het midden de regisseur, die zichzelf ook een rol heeft toebedeeld; en links en rechts onder hem twee van de kostuums die oma heeft gemaakt. Voor mooiere beelden: surf naar www.muze-cal.weebly.com
Oma in haar naaikamer bezig met de vervaardiging van enkele tulbanden (zie ook mijn blog van 8.1.2012)
Eén "decor-onderdeel" is afgewerkt; links daarvan, aan elkaar genaaid, hangen/liggen de volgende doeken te wachten op de (penseel)streken van oma
Voordat ze de eigenlijke decors (zoals hierboven) mocht schilderen, maakte oma eerst de nodige voorstudies op kleiner formaat, die ze ter beoordeling voorlegde aan de regisseur... (Op de tweede rij, tweede van links, herkent u de voorstudie van het tafereel hierboven)
Al sinds vele jaren pleeg ik regelmatig ik schat gemiddeld zon keer of drie, vier per jaar - een lezersbrief naar mijn krant. Ik had er nooit enig probleem mee als mijn blabla niet gepubliceerd werd: tenslotte oordeelt een redactie eigenmachtig of een brief al dan niet voor publicatie in aanmerking komt, zonder zich tegenover de auteur te moeten verantwoorden. Sinds enkele jaren echter stelt de redactie zich blijkbaar veel soepeler op: bijna elke brief die ik schrijf, staat s anderendaags in de krant. Maar onlangs liep het eindelijk nog eens mis. Wat is er gebeurd? Ik voel soms medelijden met lezers die zo flagrant blunderen inzake keiharde feiten, dat ze zich belachelijk maken tegenover familie en vrienden. Toen een bepaalde lezer blijkbaar dacht dat een indexsprong hetzelfde betekent als indexering, kon ik me niet meer houden en schreef het volgende aan gvabrieven@concentra.be:
Het siert GvA dat ze haar lezersrubriek openstelt voor de meest uiteenlopende meningen. Maar soms vind ik dat ze een objectief blunderende briefschrijver tegen zichzelf zou moeten beschermen door zijn brief niet te publiceren of eventueel passend te wijzigen. In GvA van 29.2 bijvoorbeeld maakt een lezer een nogal zielige indruk door het begrip "indexsprong" te hanteren zonder het te begrijpen, ondanks de ruime actuele media-aandacht.
Omdat ik af en toe wel houd van een beetje zelfspot, voegde ik daar het volgende aan toe ter attentie van de redactie: P.S. Mocht u mijn reactie een blunder vinden, gelieve die dan niet te publiceren, waarvoor bij voorbaat dank!... Mijn brief is niet verschenen, misschien dus toch een blunder?!
TOE(kom)MAATJE. De begrafenisstoet bestond uit één lijkwagen en vijf volkswagens (uit: Een slipje van de sluier, taalkronkels verzameld door Onze Taal)
Ziehier de (onverwacht supersnelle!) integrale reactie van de VRT op mijn blog van 5.3 (de onderstrepingen zijn van mij):
Net zoals De Standaard, die daar als eerste over bericht heeft, hebben wij bewust een aantal stappen verzwegen. Onze bijdrage (of het artikel in De Standaard) bevat dus niet zomaar een handleiding om oneerbare dingen te doen. Maar het is natuurlijk niet mogelijk om hierover te berichten zonder een en ander uit te leggen. Ook geloven wij dat de hedendaagse internetgebruiker onze berichtgeving niet nodig heeft om te vinden wat hij zoekt. Ook zonder onze tip hebben zij die weg al veel langer ontdekt. Het is natuurlijk in de eerste plaats de opdracht van de politie- en inlichtingendiensten om de maatschappij te beschermen tegen criminaliteit. Als nu blijkt dat die beschermers niet in staat zijn ons afdoend te beschermen, dan is het onze journalistieke plicht dat niet te verzwijgen of weg te moffelen. Een maatschappij die niet weet welke bedreigingen haar boven het hoofd hangen, kan zich ook niet doeltreffend beschermen. De ogen sluiten voor de tekortkomingen van de veiligheidsdiensten zal de veiligheid niet ten goede komen Ik ga met de VRT natuurlijk geen polemiek beginnen, maar in mijn tekst pleitte ik voor passende terughoudendheid en niet voor het verzwijgen van feiten. Ik blijf van mening dat labiele of naïeve geesten door teveel details nieuwsgierig worden en zich nog verder willen informeren.
Verbijsterd keek ik vorige zaterdagavond naar het VRT-journaal, en besloot mijn verontwaardiging aan onze nationale omroep mee te delen. Volgende reactie die ik vandaag naar het contactpunt op de VRT-website stuurde, spreekt hopelijk voor zichzelf:
"Ik betreur ten zeerste de gedetailleerde aandacht die uw 19 uur-journaal van 3.3.2012 wijdde aan het gemak waarmee men via het internet allerlei drugs kan aanschaffen en anoniem thuis laten leveren. Hoewel overtuigd voorstander van persvrijheid, vind ik toch dat de "ernstige" media een deontologische code zouden moeten hanteren om in bepaalde gevallen een passende terughoudendheid aan de dag te leggen en de meer spectaculaire details desnoods over te laten aan de "boekskes". Ik moet er niet aan denken dat mijn (klein)kinderen nog maar op het idee zouden komen om de "les" van de VRT eens aan de praktijk te toetsen."
Ik ben benieuwd naar het antwoord maar maak me geen illusies...
Geloof het of niet, aan mijn groen voetgangerslicht van gisteren heb ik uuuren geschreven, geschrapt, toegevoegd, volledig opnieuw geschreven, tot ik het op den duur zo kotsbeu was dat ik er een eind aan gemaakt heb, enfin aan mijn tekst bedoel ik Vanmorgen herlas ik mijn blabla nog eens en dacht: hier kan geen mens nog een touw aan vastknopen, ik ga één poging doen om het kort samen te vatten. Voilà, ik begin eraan, benieuwd of het lukt:
Ongeacht de lengte van een zebrapad hoeven voetgangerslichten nooit langer dan pakweg 8 à 10 seconden groen te zijn: ook wie pas in die laatste groenseconde zijn eerste stap op het zebrapad zet, kan veilig de overkant bereiken, dus vóór het kruisend verkeer op gang komt. Op voorwaarde dat alle verkeerslichten op het betrokken kruispunt correct zijn afgesteld. Niet overtuigd?, waag u dan in vredesnaam toch (nog?) eens aan mijn woordenvloed van gisteren 29.2
Senioren, gehandicapten, mensen met kinderen en gewone voetgangers klagen vaak over een te korte groenfase bij zebrapaden: voordat je aan de overkant bent, springt het licht alweer op rood. Ik zou zeggen So What?, Nou én? Die klacht berust nl. op een verkeerde interpretatie van het verkeersreglement. Een voetganger mag op elk moment van de groenfase aan zijn oversteek beginnen (eigenlijk logisch!). Of die groene fase nu lang of kort duurt, ook een laat overstekende voetganger, die al na enkele stappen het groen licht op rood ziet springen, zal nog veilig de overkant kunnen bereiken. Dat veronderstelt uiteraard dat alle lichten op het betrokken kruispunt correct op elkaar zijn afgesteld, en daar knelt soms het schoentje: als er te weinig tijd verloopt tussen die groen/rood-sprong voor de voetgangers en het eerste kruisend groen, kan een late maar nog correct gestarte voetganger de overkant niet tijdig bereiken. De bevoegde diensten dat te korte tijdsverloop eenvoudig verlengen door gewoon de groenfase voor de voetgangers met enkele seconden in te korten, uiteraard zonder iets te wijzigen aan de cyclus voor het kruisend verkeer. Jaren geleden heb ik de bevoegde instanties in mijn gemeente kunnen overtuigen om voor een bepaald kruispunt de voordien zeer krappe tussentijd met een viertal seconden te verlengen door het voetgangersgroen terug te brengen van 14 naar 10 sec., een winst dus van 4 seconden voor de voetgangers (zonder dat het kruisend verkeer ook maar een fractie van een seconde moest inleveren ).
Op aanraden van onze jongste zoon zijn oma en ik de voorbije donderdag gaan luisteren naar de 17-jarige veelbelovende Belgisch-Senegalese blueszangeres Aissata Djiby. Ze zong, begeleid door drie ervaren muzikanten en een aantal speciale gasten, een mix van klassiekers, vergeten parels uit honderd jaar Amerikaanse muziek en eigen nummers. Voor een volledig uitverkochte zaal van de Sint-Niklase Casino bewees ze dat ze ook de grote podia aan zal kunnen. Omdat ik (met moeite) slechts één arm kan gebruiken (de andere zit voorlopig nog dag en nacht in een draagverband) is autorijden dus sowieso onmogelijk; daarom waren we met de zoon meegelift. Zijn jongste dochter (12), die het concert ook had bijgewoond, keek na afloop belangstellend toe hoe haar 80-jarige oma mij via veel ingewikkelde manoeuvres weer in mijn jas wurmde en mijn wollen muts over de oren trok; het tafereel kwam op haar blijkbaar nogal vertederend over, want ze riep: ach hoe schattig!!
TOE(kom)MAATJE. Dit geneesmiddel verwijdert de bloedvaten (uit: Een Slipje van de Sluier, taalkronkels verzameld door het Genootschap Onze Taal)
als een voorval in de samenleving me treft, heb ik nog altijd de neiging een gazet te schrijven (Gaston Durnez, bekend auteur/ex-journalist (83) tijdens een interview in Kerk&Leven 18.1). Toen ik dat las, dacht ik verdomme, dat gevoel heb ik ook! Er gaat inderdaad vrijwel geen dag voorbij of er is wel een voorval vaak zelfs meer dan één dat me treft en waarbij ik de neiging voel om er een hele gazet over vol te schrijven. Het verschil met Durnez is natuurlijk wel, dat mijn gazet meestal (wo)ordeloos in mijn bovenkamer blijft hangen en ik al tevreden mag zijn als er af en toe een bruikbaar stukje leesvoer via mijn vingers en mijn toetsenbord op mijn blog belandt. Een willekeurige greep uit wat er in mijn hersenpan rondspookt aan mogelijke onderwerpen waarover ik zou willen schrijven: Griekenland; het verontrustende korte termijn redeneren van veel burgers en organisaties; de hypocrisie bij (sommige) leidende figuren; verkeers(on)veiligheid; de vele verschillen en overeenkomsten tussen oma en mij inzake tv, muziek, humor, samenleving, (klein)kinderen, sport, kunst; mijn fascinatie voor het onmetelijke heelal; het grote verschil tussen taal en spelling In mijn blog van 22.1 slaakte ik ook al een noodkreet wegens de overvloed van onderwerpen waaruit ik niet kon kiezen
TOE(kom)MAATJE. Valentijn. 14 februari zal voor ons altijd een pijnlijke herinnering oproepen. Vandaag precies een jaar geleden vertelde onze dochter dat haar man s ochtends na een bezoek aan de dokter thuis was gekomen met de mededeling dat hij een ongeneeslijke kanker had. Hij overleed acht maanden later, 56 jaar. Onze troost is, dat onze dochter en de vier studerende kinderen het verlies moedig verwerken.
In mijn straat worden de GFT-containers (Groente-, Fruit- en Tuinafval) om de 14 dagen opgehaald; ze moeten buiten staan om 6 uur en worden meestal kort daarna opgehaald en daarom mogen we ze de avond daarvoor al buiten zetten. Zoals veel straatgenoten stelde ik vast dat bij de laatste ophaalronde mijn container geweigerd was, volgens de aangehechte sticker omdat de inhoud vastgevroren was, uiteraard niet zo vreemd, gelet op de uitzonderlijke koudegolf. Om zon weigering te voorkomen, wordt de bewoners aangeraden hun container tot 6 uur op een warme plaats te stockeren. Naar aanleiding van deze situatie zond ik volgende e-mail naar de bevoegde instantie (MIWA):
( ..) Ik begrijp de reden voor de weigering maar als ik dat wil voorkomen moet ik om 6 uur de container buiten zetten, voor mij en veel mensen om uiteenlopende ernstige redenen moeilijk of zelfs onmogelijk Tijdens zeer warme zomerperioden wordt huishoudelijk afval soms extra vroeg opgehaald; daarover krijgen de bewoners vooraf bericht. Helaas gebeurt het omgekeerde niet bij zeer koud weer; misschien kan dat toch eens overwogen worden? Zoniet, kan ik alleen maar hopen dat het vriesweer niet nog eens 14 dagen aanhoudt ( ) Ik ben benieuwd welk antwoord ik van MIWA zal krijgen
In een ver verleden, toen mensen met een handicap nog gewoon gehandicapten genoemd mochten worden (sindsdien doken er allerlei krampachtige alternatieven op: met een beperking, met een bijzondere uitdaging, met het syndroom van xxx enz.), in dat ver verleden dus volgde mijn eega een uitgebreide vrijwilligersopleiding bij het Rode Kruis, waaronder een langdurige stage in een ziekenhuis. Tijdens die praktijkperiode leerde oma (toen nog mama ) enkele trucs om bepaalde handelingen makkelijker, efficiënter en sneller uit te voeren dan op de klassieke manier. Een daarvan was het met een schaar in kleine stukjes KNIPPEN van biefstuk en vergelijkbare vleessoorten in plaats van ze met een mes te lijf te gaan. Toegegeven, u zal bij een etentje in een sterrenrestaurant niet gauw een schaar tussen uw bestekken zien liggen, maar ik verzeker u: het is echt een gerief, vooral als het vlees wat minder mals is. Ook als uw tafelgenoten niet of moeilijk met een mes overweg kunnen (kinderen, bejaarden, zieken, gehandicapten), zullen ze u dankbaar zijn als u hun rosbief in handig eetbare stukjes klein wilt KNIPPEN. En ik weet waarover ik spreek, nu ik zelf (hopelijk slechts tijdelijk) noodgedwongen tot het leger der fysisch gehandicapten ben toegetreden (zie mijn blog van 28.1) en aangewezen ben op de ervaren handen van oma om mijn vlees te knippen.
TOE(kom)MAATJE. Ik vind mensen helpen uit medelijden verschrikkelijk. Je moet anderen iets geven omdat je zelf te veel hebt, niet omdat je de andere een sukkelaar vindt. Dat heeft al snel iets negatiefs. (Bert - zonde van de zendtijd - Gabriëls)
GRAAG UW COMMENTAAR op mijn schrijfsels! Laat me vooral weten wanneer u het ergens mee oneens bent. Ik ben trouwens niet bang voor kritiek, integendeel: het kan me aanmoedigen om (beter) na te denken voordat ik iets schrijf. Ik krijg liever kritiek dan nietszeggende plaatjes of andere (goedbedoelde) “boodschappen” die niks met mijn blabla te maken hebben.
Druk op onderstaande knop om een berichtje achter te laten in mijn gastenboek
De meeste afbeeldingen uiterst LINKS zijn FOTO'S van schilderijen (op papier, doek of andere materialen) die vrouwlief in haar schildersatelier gemaakt heeft. In deze RECHTERkolom staan afbeeldingen die ze op computer heeft getekend. U kan er ook vinden op haar eigen seniorennet-blog ("computeroma") maar de laatste tekeningen daar dateren van 27.10.2008: ze haat nl. de rompslomp van een eigen blog.... Maar gelukkig mag ik op mijn blog af en toe een of meer van haar creaties tonen. Ze inspireert zich meestal op het familiealbum, foto’s uit de media of bestaande kunstwerken, maar ze houdt niet van braaf copiëren en het eindresultaat wijkt dus nogal eens af van het origineel en benadert soms zelfs het abstracte, waarbij ze haar aangeboren kleurgevoel de vrije loop laat (tijdens haar academie-opleiding kreeg ze daarvoor felicitaties).