Enkele dagen geleden had ik een gesprek met het hoofd kine- en ergotherapie. Zij en Denise waren met mama op wandel toen ik op de afdeling toekwam. Het is een lieve dame, die meteen het probleem van het moeilijk lopen van mama aankaart.
Ze is rechtuit, wat ik ten zeerste kan appreciëren. Ze vindt het niet meer verantwoord dat nog slechts één persoon met mama gaat wandelen. We hebben haar al spijtig genoeg moeten schrappen uit deactiviteit Start to Walk, omdat ze echt niet meer kan. Er wordt wel dagelijks met haar een korte wandeling gemaakt hier op de afdeling. Dus wees gerust, we blijven ervoor zorgen dat ze nog beweegt. Maar ze heeft vanaf nu bij het wandelen wel twee begeleiders nodig. Het risico op vallen is groot geworden en dat moeten we voorkomen, hé? gaat ze verder. Ik vraag haar of het nu niet hoogtijd is dat mama kine krijgt en stel voor om er met de huisarts over te spreken. Maar ze legt verder uit dat mama niet zo zeer een lichamelijk probleem heeft, maar dat de oorzaak ligt bij haar dementie. Ze kan nog nauwelijks stappen omdat haar hersenen bijna geen signalen meer sturen naar haar benen en voeten. Hoewel ik ervan overtuigd ben dat het maanden en maanden zitten in de stoel er ook voor iets tussen zit, kan ik eerlijkheidshalve niet anders doen dan haar gelijk geven.
Alzheimer is weer de grote boosdoener. Hoe graag ik het ook wil, hij is niet te stoppen en gaat onverstoord verder met de verwoesting van mamas geest en lichaam.
En dat ondervinden Denise en ik zaterdagnamiddag. We hebben, zelfs nu met ons tweeën, de grootste moeite om mama rechtop te houden. Ze hangt weer tussen ons in, maar we geven geen van beiden op. Met dit prachtige najaarsweer willen we met mama naar buiten. We zijn er van overtuigd dat dit haar goed zal doen. We maken een zeer korte wandeling in de tuin van het rusthuis. Als we met mama naar de afdeling moeten terugkeren omdat ze een vieze pamper heeft, krijgen we haar na de verzorging niet meer op de been. Er zit niets anders op dan een rolstoel te halen voor haar. We gaan terug naar buiten en zoeken een zonnig plekje uit op het terras van de cafetaria. Mama geniet rustig vanuit haar rolstoel van het warme zonnetje. Zij beseft gelukkig niet dat ze weer een stap achteruit zet.
Woensdagnamiddag. Denise is op bezoek bij mama. Karoline, op wandel met Marcel, wipt ook even op mamas kamer binnen. Ik haal de vest uit de draagtas en houd die mama voor. Maar ze staat er zo verloren bij en bekijkt de vest nauwelijks. Ik ben toch een beetje teleurgesteld. Denise en Karoline troosten me meteen, want zij vinden in ieder geval de aankoop geslaagd.Ja, dit is echt iets voor je ma, echt haar genre, zegt Denise, die heel goed weet hoe mama vroeger gekleed was. Karoline doet nog verwoede pogingen om mamas aandacht te trekken door de nieuwe vest voor mamas neus te showen. Tevergeefs. We doen gewoon mama de vest aan, die haar trouwens perfect past.
We gaan de gang op. Marcel was ondertussen aan het toeren in de gangen. Als hij ons pad kruist, houdt Karoline hem meteen staande: Kijk eens, Marcel hoe mooi Marcella is met haar nieuwe vest. Maar Marcel heeft daar ook geen oog voor. Hij neemt mamas hand en zet met haar zijn wandeling verder. Denise, Karoline en ik kijken verbaasd toe. Marcel die er anders flink van doorgaat en moeilijk is bij te benen als hij stapt, loopt nu hand in hand met mama traag en heel voorzichtig de gang door. Wat een schattig, maar vooral vertederend tafereeltje: Marcel die werkelijk zorg draagt voor mama. In mijn haast om dit op foto vast te leggen, gebruik ik de flash niet en zie ik achteraf dat alle fotos mislukt zijn. Jammer!
Karoline gaat met haar man naar de leefruimte. Denise en ik nemen mama bij de arm en zoeken een rustige zithoek op in één van de gangen van mamas afdeling. En dan heeft zij ineens erg in haar nieuwe vest.
Ze schikt de kraag enkele keren goed en ze lacht tevreden. Of ze het nu echt door heeft, weten we niet. Mama vraagt glimlachend aan Denise: Schoon, hé? Maar ze heeft al tientallen keren deze namiddag gehoord dat die vest zo schoon is. Herhaalt ze misschien gewoon onze woorden? Denise en ik kijken elkaar aan, maar zeggen niets. Is mama toch nog blij met haar nieuwe vest?