Na het les geven en nog wat boodschappen halen, kom ik woensdagnamiddag pas na 4 uur bij mama aan. Denise is al met mama op wandel in de gangen van het rusthuis. Mama weet eigenlijk niet goed wie ik ben.
Denise is blij van mij te zien. Ze moet mij iets vertellen: Je weet dat jouw mama al sinds maanden mijn naam niet meer zegt. Wel, vandaag deed ze dat wel. Toen ik deze namiddag bij haar kwam en haar een kus gaf, zei ze tegen mij: Denise is nog niet geweest!. Mama zei mijn naam en in een flits van een seconde was alles weer weg.
Ik vind het gek: mama die tegen Denise zélf zegt dat Denise nog niet op bezoek is geweest. Kloppen doet het plaatje niet. Wat gaat er toch om in dat zieke hoofd? Als we even later in de cafetaria een tafeltje uitkiezen, vraag ik: Kom mama, ga je neerzitten? Denise was al gaan zitten, mama kijkt naar haar en zegt: Ja, bij Denise! En spontaan gaat mama op de stoel zitten naast Denise!
|