Deze namiddag is het droog buiten en het is helemaal niet koud. Dus daar gaan Denise en ik van profiteren om met mama te gaan wandelen in het park van het rusthuis. We lopen, op weg naar het zonnige deel van de tuin, eventjes in de schaduw. t Is koud, moppert mama. Ze heeft een warme jas aan en een grote sjaal om, dus ik reageer niet meteen. Van zodra we in de zon lopen, voelen wij de warmte. En mama ook. Oh, het wordt warm
zegt mama heel opmerkzaam. Denise en ik zijn een beetje verwonderd dat mama toch deze gewaarwording van warmte ervaart. We leggen meteen uit dat het warmer wordt door de zonnestralen die op ons schijnen. Mama knikt overtuigd van ja. En ze geniet zichtbaar. Ze blijft stilstaan, haar gezicht naar de zon gericht en, - alsof ze het allemaal wel weer goed begrijpt,- tot tweemaal toe herhaalt ze: Oh
dat zonneke doet deugd!
|