Patiënten met de ziekte van Alzheimer dwalen vaak rond. Dat probleem van het steeds heen en weer lopen van Alzheimerpatiënten die verward zijn wordt gezien bij 65% van de patiënten die in een instelling verblijven en bij 36% van de patiënten die nog thuis wonen.
Naarmate de ziekte verergert, neemt de desoriëntatie in tijd en ruimte toe: het verlangen om zich te verplaatsen wordt dan opgewekt door allerlei impulsen zoals een bekende gaan bezoeken, onveiligheidsgevoel, verveling, angst, pijn, enz. Bij een opname in een rust- en verzorgingstehuis verliest de patiënt zijn familiale referentiepunten. Dat brengt hem uit evenwicht en beangstigt hem. Angst verergert het ronddwalen en zou de risicos op verdwalen en vallen nog verhogen.
Het risico dat de patiënt loopt, is voor het verplegend personeel in een rusthuis een zeer belangrijke bron van stress. Als iemand niet ter plaatse blijft op zijn kamer of de gemeenschappelijke leefruimte, de gangen op en af gaat, dichtbij u blijft staan, u overal bij volgt, verdwaalt op andere kamers, enz. kan dat erg vermoeiend zijn. Nochtans speelt de omgeving een doorslaggevende rol: de omgeving moet constant informatie geven zodat de patiënt zich in tijd en ruimte kan oriënteren, en dat heeft een geruststellend effect.
Op de website http://www.e-gezondheid.be/nl/tijdschrift_gezondheid/sante_gezondheid_ziekten/Ziekte_van_Alzheimer_patient_ronddwaalt-3785-821-art.htm> geven Dr. Stefanie Lehmann en Dr. Burton enkele mogelijke aanbevelingen i.v.m. de bestrijding van de risicos op ronddwalen. Zij vinden dat om het welzijn van de patiënt te verbeteren men de wereld aan diens functioneren moet aanpassen en niet omgekeerd en dat een goed observatievermogen van het verplegend personeel kan volstaan om heel wat problemen op te lossen.
Mogelijke aanbevelingen:
· Rust, ruimte... Zorg voor een weinig lawaaierige, goed maar niet overdreven verlichte, goed aangeduide en veilige plaats.
· De patiënt wil wandelen? Wel, wandel wat mee en profiteer ervan om de persoon te helpen de weg terug te vinden. Regelmatige, gerichte wandelingen volstaan vaak om aan hun behoefte tegemoet te komen en de atmosfeer te ontspannen.
· Verplicht de persoon niet te blijven zitten en bind hem of haar vooral niet vast: dat zal de behoefte om zich te verplaatsen alleen maar aanwakkeren.
· Zorg voor regelmaat: opstaan, toilet, maaltijden, activiteiten.
· Zorg voor speelse of artistieke activiteiten, laat de persoon helpen bij het huishouden (linnen plooien, de tafel afruimen), bestrijd verveling.
· Behandel angst en depressie. Gedragsstoornissen zijn vaak het gevolg van angst en depressie. Er bestaat geen geneesmiddel tegen ronddwalen. Kalmeermiddelen verhogen de kans op slaperigheid en dus op vallen!
· Handhaaf het waak-slaapritme (opwekkende activiteiten s morgens, relaxatie in de late namiddag).
|