Tijd : enkele weken geleden.
Plaats : ons echtelijk bed om vier uur ‘s morgens.
Ik word wakker omdat ik een heel lichte slaper ben en voor één keer is mijne zilveren ook wakker, iets wat héél zelden gebeurt. Hij schudt eerst hevig met z’n arm en wrijft vervolgens met zijn linkerhand over zijn rechterhand.
Waarschijnlijk is al dit geschud en gewrijf de reden waarom ik nu ook klaarwakker ben.
Ikke : “wat is er shoeke? Last van uw arm?”
Mr. Silver mompelt : “mijn vingers zijn helemaal voos, da’s vreselijk ambetant.”
Ikke : “voos ...hmmmm… eens naar laten kijken indien dat blijft duren, zou een zenuw kunnen zijn dat gekneld zit…sloppel.”
Mr. Silver antwoordt : “zzzzzzzzzz”.
Hij slaapt terug, ik ben klaarwakker en kijk dan op TV naar de hondenfluisteraar.
Tijd : een week later.
Plaats : bij de huisarts.
Ik ben op consultatie voor maag en darmproblemen en Mr. Silver voor z’n voze vingers.
De dokter vermoedt dat Mr. Silver lijdt aan een carpale tunnel syndroom en verwijst hem door naar de dienst Fysische geneeskunde voor een EMG.
Tijd : gisteren
Plaats : ziekenhuis Sint Augustinus : dienst Fysische geneeskunde
Ik ga mee met mijne zilveren zuiver voor morele steun. Hij heeft mij het voorbije jaar al zo dikwijls gesteund bij de vele dokters bezoeken.
We zijn op tijd, maar de dokter loopt een half uurke achter. Ik heb al veel erger geweten.
De dokter is een man van weinig woorden en hij vraagt Mr. Silver om plaats te nemen op een behandelingstafel. Vervolgens begint hij stilzwijgend met electrische pinnen her en der te steken in de arm en het hand van mijne zilveren.
Bij een nogal felle electrische schok schrikt Mr. Silver en zegt tegen de zwijgzame arts : “pas op dokter, want als ge zo blijft verder doen vliegen seffens mijn schoenen van mijn voeten.”
De arts kan er niet om lachen…ik wel.
Nog erger dan de electrische schokken zijn daarna de naalden die in hand en arm gestoken worden. Ik zie Mr. Silver bleekjes worden rond zijn neus.
Het onderzoek is eindelijk afgelopen en de dokter zet zich achter zijn bureau en kan plots praten.
“ ’t ja … dat is duidelijk Carpale tunnel syndrome, ofwel kunt ge daar een spuit cortisone in geven, ofwel kunt ge dat bij de handchirurg laten opereren. Ik zou voor het laatste opteren, dan zijt ge er in één keer vanaf en het is een minimale operatie dat door een eerstejaars assistent kan uitgevoerd worden, zelfde dag binnen en buiten, ge moet zelf maar kiezen….”
Een hele monoloog en er kan zelfs een glimlach af.
Ook voor deze specialist was het waarschijnlijk een pietluttig iets vergeleken met de zware gevallen die hij dagelijks te zien krijgt.
Plaats : in de auto op weg naar huis
Mr. Silver : “ weet ge … mijn vingers zijn precies veel minder voos, ik zal wachten tot het erger wordt en dan zien we wel hé?”
Ikke : “natuurlijk shoeke, ’t is uw rechterhand en ge zijt tenslotte linkshandig, weet maar te zeggen wanneer het terug erger wordt en dan maken we dan wel een afspraak.”
Mr. Silver : “ maar dat onderzoek deed wel pijn zenne.”
Ikke : “ natuurlijk shoeke, maar ge hebt het ongelooflijk moedig doorstaan”. J
|