Ondanks het miezerig weer voel ik me stukken beter.
Mijn grijze wolk wordt elke dag wat lichter van kleur en ik krijg mijn gevoel voor humor weer terug, oef
Gisteren was het weer kleindochter dag en zodra ze binnenkwam moest de video van de Drie Biggetjes weer op, ze kan er maar niet genoeg van krijgen.
U vraagt - wij draaien, waarvoor heb je anders een verwen-nana hé?
Wat later trokken we samen naar de supermarkt, want de muizen vielen dood in mijn kasten en ons prinsesje moet eten.
Ze nam het mini winkelkarretje met vlaggestok en manoeuvreerde gezwind tussen de mensen.
Let op dat je niet tegen de mensen hun benen rijdt lieveke moest ik voortdurend zeggen, want ze keek steeds achterom en praatte tegen mij terwijl ze verder liep.
Bij het brood (alle bakkers in Antwerpen zijn nu op vakantie denk ik) vroeg ik of ze een koffiekoek of een broodje wou.
Voor mij vijf pistoleekes zei ze met een ernstig gezicht.
Laat ons het op twee houden antwoordde ik even ernstig.
Wat verder kwam ik een buurvrouw tegen van wie onlangs de man is overleden.
Je kan dan niet anders dan even vragen of alles goed gaat.
Nu moet je weten dat sinds ik die mevrouw ken en dat is héél lang ze elke keer vitte en foeterde op die echtgenoot: hij was (en dit zijn haar woorden) knettergek, maniakaal, te lui om dood te doen, en de figuurlijke nagel van haar doodskist.
Je zou dan denken dat het overlijden van zon man een verlossing voor die dame zou zijn.
Nee hoor
mis poes!
Ze stond daar naast de afdeling charcuterie haar ogen uit te bleiten en zei dat ze hem zo vreselijk mistte.
Ik wist werkelijk niet hoe ik moest reageren. Ik begon te denken dat ze misschien samen een soort sadomasochiste relatie hadden gehad, en dat ze de kwellingen van vroeger mistte.
Maar ik ben Freud niet, dus ik beperkte mijn antwoorden en troost tot de gebruikelijke nietszeggende : hmmms en haaas op de gepaste ogenblikken.
Kleindochtertje werd uiteindelijk mijn redding, want ik moest haar achterna hollen voor ze haar karretje helemaal had volgeladen met choco mousse.
Terug thuis, na het middageten, installeerde ons prinsesje zich op de vloer. Ze legde zoals de vorige keer de speelmat op de grond en installeerde daarop haar poppen familie en terwijl ik aan tafel verder met Excel zat te zwoegen, hoorde ik glimlachend haar met de poppen babbelen.
Blijkbaar was de mat plots de kribbe geworden en zij was de kinderverzorgster die de babys verzorgde.
Met een zacht, lief stemmetje suste ze stilletjes een van haar babys: shhhh
ge moet zo niet wenen, uw mama komt strakjes hoor, ik blijf hier bij u
.
Toen rinkelde mijn telefoon en ik hoorde tot mijn verbazing de stem van Zus Engeland.
Nu wist ik dat ze op vakantie kwamen bij broer Ardennen, maar broer had me gezegd dat ze pas die avond zouden arriveren.
Dag zusje
ben je thuis? vroeg ze.
Euh watte, wat bedoel je? stamelde ik, Waar ben je dan?
We zijn nu in Zaventem en we zouden graag eerst naar Antwerpen komen, want broer Ardennen moet daar nog verder werken aan de auto van uw zoon 2. Er is een misverstand geweest over ons aankomst uur.
t Is hier niet voor niets de zoete inval en ik zei natuurlijk dat ze welkom waren.
Ik keek beteuterd rond overal lag er speelgoed ik had al enkele dagen niet meer gepoetst het gras in de tuin stond hoog, de Wisteria achter in de tuin was door de stormwind naar beneden gekomen en lag op een hoop. De wind had de meeste appels van de boom geblazen.
Mijn keukentafel lag vol met mijn paperassen rond mijn laptop
Ik stond even voor een moeilijke keuze : oftewel als een gekke witte tornado rondknotsen om alles toonbaar te maken, ofwel gewoon foert zeggen en alles te laten zoals het was.
Ik koos voor het laatste.
Zus Engeland woont in een prachtig huis, heeft geen kleinkinderen en nooit ligt er rommel.
Maar ik bleef toch standvastig bij mijn foert.
Een half uurtje later arriveerden ze. Vermits broer Ardennen niet wist hoelang hij nog moest werken om de auto van zoon 2 terug aan de praat te krijgen, vroeg ik of ze die avond allemaal bleven eten vooraleer naar de Ardennen te vertrekken.
Ik piekerde wel of de frikadellenkoek die klaar stond om gebakken te worden wel voldoende zou zijn voor zoveel personen, maar ach
met een beetje goede wil, het vlees wat dunner gesneden en voldoende aardappelen, groenten en saus zou het wel lukken.
Schoonbroer geen kleine kleuters gewoon moest even wennen aan de aandacht die ons klein madammeke van hem opeiste, maar hij gaf het shhhhhten vrij snel op. Kleindochter in een volhoudertje.
Ik vertelde schoonbroer dat ze grootvaders gewoon is die op de grond willen liggen voor haar en die haar toelaten om hun rug als trampoline te gebruiken.
Ze is het niet gewoon om geshuuusht te worden.
Toen ze uiteindelijk een gezelschapsspelletje - niveau driejarige kleutertjes - op de salontafel legde en hem ook een kaart in zijn handen duwde om mee te spelen, gaf hij de strijd op.
Met één oog op de TV gericht om toch de Olympische spelen te kunnen volgen, deed hij zijn best om actief deel te nemen aan ons lotto spel.
Om vijf uur werd kleindochter afgehaald door haar oom en tegen alle opvoedkundige wetten in, kocht ik haar om met de belofte dat ze een centje voor haar spaarpot kreeg, indien ze alles mooi opruimde.
Ze ging aan de slag en ik overhandigde haar met plezier een blinkend twee euro stuk dat zij met evenveel plezier in haar glitter handtasje stak.
Tch tch tch zei zus zonder kleinkinderen dat zou je toch niet mogen doen hoor!
Best mogelijk maar de rommel was weg en ik kon nu onze eettafel helemaal uittrekken en dekken.
Ik begon te koken en alles was klaar toen ventje en broer Ardennen thuiskwamen.
Het eten bleek uiteindelijk meer dan voldoende en ik zei dat ze maar een dessert moesten vragen aan schoonzus Ardennen wanneer ze daar aankwamen.
Ventje en ik wuifden ze uit en met een vermoeide zucht zei ventje dat hij zich ging klaarmaken voor zijn wekelijks bezoekje aan zijn moeder.
Hij zag er doodvermoeid uit na zijn lange dag werken als Bob de Bouwer en ik zei dat hij beter zijn bezoekje zou uitstellen.
Een goede moeder begrijpt dat een zoon soms te moe kan zijn om op bezoek te komen verzekerde ik hem.
Na een kort telefoontje bleek schoonma dat inderdaad te begrijpen!
Zo zie je maar.
Met een glimlach dacht ik even terug aan het gedicht dat bij HUISMUSJE op haar blog staat :
LOSLATEN
(Nel Benschop)
:wink: