Foto
Inhoud blog
  • GOMMAAR TIMMERMANS OVERLEDEN
  • Toespraak bij de opening van uitgeverij
  • Speciale tekening van Felix Timmermans
  • Wat andere kunstenaars over de kunst van Timmermans schreven - Flor van Reeth
  • Intervieuw met Tonet Timmermans - Jooris van Hulle
  • Beste bezoeker
  • Op bezoek bij Tonet Timmermans - Denijs Peeters
  • Timmermans in Baarn - Huub van der Aa
  • Felix Timmermans en Camille Melloy - Etienne De Smedt
  • Ge zijt uw eigen baas en uw eigen koning - Bart Van Loo
  • Boerenpsalm tentoonstelling in Mol
  • Felix Timmermans was voor alles Dichter - Erik Verstraete
  • Laat het nu stil worden - Herman-Emiel Mertens
  • De Stille Timmermans - Marcel Janssens
  • Pallieter - Fons Sarneel
  • Begrafenis van Felix Timmermans op 28/01/1947 - Gaston Durnez
  • Job Deckers en de lokroep van Schoon Lier - Roger Vlemings
  • En waar de ster bleef stille staan - Felix Timmermans
  • De Fé herleeft in Lier - Paul Depondt en Pierre De Moor
  • " E Vloms keuningske " - Gaston Durnez
  • Sint Gommarus - Felix Timmermans
  • Timmermans ter ere, een selectie uit zijn picturaal werk - G. Carpentier-Lebeer
  • Bij de heilige Anna klinkt hardrock-muziek - Frans van Schoonderwalt
  • En als de Ster bleef stille staan... - J.J. Vürtheim Gzn
  • Felix Timmermans, de Liersche Breughel - Caty Verbeek
  • Het afscheid van Felix Timmermans - Redactie
  • De Poëzie van Felix Timmermans - De Nieuwe Gazet 09/08/1947
  • Uniek dat auteur alles van zijn werk heeft bewaard - Frans Keijsper
  • De fijne nostalgie van Felix Timmermans - Rigoberto Cordero y Léon
  • Lier gegroet, nog duizend pluimen op uw hoed - Willem Hartering
  • De Timmermans-tegeltjes - Ward Poppe en Philip Vermoortel
  • Pallieter wint het van Wortel - Gaston Durnez
  • Het spekbuikige Brabant en het magere Kempen land - Marcel Pira
  • De Zeemeermin - Bert Peleman herdenking op 11/07/1986
  • Profiel van Felix Timmermans - Etienne De Ryck
  • Lia Timmermans - zo was mijn vader - Manu Adriaens
  • Felix Timmermans in Waalwijk - Arthur Lens
  • Overeenkomst - Van Kampen
  • Ronald
  • Mooie Faience steentjes van de Fé
  • Mooie opdrachten - uniek materiaal
  • Bij de recente Duitse vertaling van Adagio - Stijn Vanclooster
  • Dit schreef Gommaar
  • Waarom ik van Timmermans hou. (deel 1) - Viktor Claes
  • Waarom ik van Timmermans hou. (deel 2) - Viktor Claes
  • Felix Timmermans - Uit mijn rommelkas
  • Felix Timmermans, zijn succes en zijn schrijversplannen - Redactie
  • Een Tafelspeech en een Interview - Karel Horemans
  • De Muziek in het werk van Timmermans - Louis Vercammen deel 1
  • De Muziek in het werk van Timmermans - Louis Vercammen deel 2
  • Streuvels en Timmermans - Jan Schepens
  • Reimond Kimpe - Joos Florquin
  • Pallieter in Holland - Cees Visser
  • Intimations of Death - Schemeringen van de Dood
  • De Blijdschap van Guido Gezelle en Felix Timmermans. - Gaston Durnez
  • Toespraak gehouden in Hof van Aragon - Philip Vermoortel
  • De schrijver Antoon Coolen in Hilversum - P.J.J.M Timmer
  • Felix Coolen
  • Pallieter verboden - redactie Het Vaderland
  • Over Pallieter. - Voordracht in het Foyer-Concertgebouw op 24 januari 1919.
  • Beste vrienden - redactie
  • 'Ik heb mijn kinderdroom waargemaakt' - Lieve Wouters
  • De man achter GOT - Andy Arnts
  • Gestopt met tellen, Hoeveel boeken ik geschreven heb - P. Anthonissen
  • Liefde is nooit verboden - Frans Verleyen
  • Felix Timmermans overleed vandaag - Bertje Warson
  • Saluut bij een honderdste verjaardag - Marc Andries
  • Timmermans op de planken - Daniël De Vos
  • Gaston Durnez Exclusief - Etienne Van Neygen
  • Vlaamser dan Vlaams. - Hans Avontuur
  • Felix Timmermans en Averbode - G.J. Gorissen
  • Een tweede leven voor Timmermans en Claes - Patrick Lateur
  • Een Brief aan Felix Timmermans - Johan De Maegt
  • Dichter und Zeichner seines Volk - Adolf von Hatzfeld
  • In de Koninklijke Vlaai - Felix Timmermans
  • Fred Bogaerts - Adriaan De Bruyn
  • De Natuur blijft verbazen
  • Kluizekerk sloot definitief - redactie
  • Timmermans heeft geen Fascistisch Bloed - Lode Zielens
  • Om er even bij stil te staan - Etienne De Smet
  • Tekeningen
  • Aan boord met Felix Timmermans - Anton van Duinkerke
  • Gommaar Timmermans - GoT 90 jaar
  • Het Menu - Bonni Konings
  • Onuitgegeven handschrift van Felix Timmermans
  • Zet uw ziel in de zon - Gaston Durnez
  • Stijn Streuvels 70 jaar - Felix Timmermans
  • Anton Pieck: een vriend van Vlaanderen - K. Van Camp
  • De Pallieter kalenders. - Marc Somers - Deel 1
  • De Pallieter kalenders. - Marc Somers - Deel 2
  • De Pallieter kalenders. - Marc Somers - Deel 3
  • Zelfportret - Felix Timmermans
  • Ik had zo graag Felix geheten! - Daniël De Vos
  • Tony Fittelaer: « Kozijn Felix was een buitengewoon mens » - Vandecruys Geert
  • In en over Juffrouw Symforosa - Arthur Lens
  • Bij Pallieter thuis - Redactie
  • Kalender 1932 - Felix Timmermans
  • Mijn eerste boek - Felix Timmermans
  • De Fé vulde een kamer - Martine Cuyt
  • Met Timmermans op literaire bedevaart naar Lier - Jaak Dreesen
  • De Toverfé - Wannes Alverdinck
  • " Er gebeurt iets… Timmermans herdacht " - Jan Vaes
  • Bij Marieke is de Fee nog thuis - Marc Andries
  • Oosters Geschenk van Clara Timmermans (Haiku's)
  • Een soep met vier troostende mergpijpen - Gaston Durnez
  • Met Felix Timmermans op stap door Lier - Jos Vermeiren
  • Professor Keersmaekers over Felix Timmermans - Jaak Dreesen
  • Honderd jaar geleden werd Felix Timmermans geboren
  • Tonet Timmermans overleden 26/03/1926 - 16/04/2020
  • Briljante vertegenwoordiger van de volkskunst ! - Al. Slendsens
  • De goede Fee op zoek naar de Kern - Gaston Durnez
  • Saluut bij een honderdste verjaardag - Marc Andries
  • Een ministadje uit de voltooid verleden tijd - Frans Verstreken
  • Felix Timmermans, Tekenaar en Schilder - Denijs Peeters
  • In defence of Timmermans - Godfried Bomans
  • Hoe Pallieter werd onthaald door Nederlands publiek - Karel van den Oever
  • Adriaan Brouwer - Sirius
  • De Pallieter rel - Lode Zielens
  • Boerenpsalm - Willem Rueder
  • De zachte Keel - Frans Verstreken
  • Feestelijke Groeten
  • Merkwaardige gesprekken - Gommaar Timmermans
  • En als de Ster bleef stille staan - Top Naeff
  • Gaston Durnez - Overleden
  • Felix Timmermans - Rond het ontstaan van Pallieter
  • Een barre winter in Schoon Lier - Henk Boeke en Claus Brockhaus
  • Interview met Gommaar Timmermans - Bertje Warson
  • Felix Timmermans werd onrecht aangedaan - W. Roggeman
  • Gesloten wegens nieuwe schoenen - Toon Horsten
  • Boerenpsalm - Peter Claeys
  • Gommaar Timmermans - Paul Jacobs
  • Ernest Claes - Felix Timmermans en voordrachten in Duitsland
  • De Molen van Fransoo - Felix Timmermans
  • De Vroolijkheid in de Kunst - Carel Scharten
  • Adagio - Felix Timmermans
  • Hoe ik verteller werd - Felix Timmermans
  • Pallieter wordt honderd jaar - Bertje Warson
  • Openingstoespraken - Timmermans-Opsomerhuis 1968
  • Toespraak Artur Lens Archivaris - 1968
  • Toespraak Hubert Lampo - 1968
  • Timmermans als Schilder en Etser - Floris Van Reeth
  • Felix Timmermans, Dichter und Zeichner seines Volk.
  • Felix Timmermans - Theo Rutten
  • Gesprek onder vier ogen - Fred Bogaerts 70 jaar
  • Timmermans over De Pastoor in den bloeienden Wijngaerdt
  • Tooneel te Brussel
  • De vroolijkheid in de Kunst
  • Stamboom van Felix Timmermans
  • Timmermans over "De Pastoor uit den Bloeienden Wijngaert
  • Felix Timmermans over den Vlaamschen humor
  • Adagio - Lia Timmermans
  • De nachtelijke Dauw - Felix Timmermans
  • Felix Timmermans geschilderd door Tony Claesen - 2018
  • De Nood van Sinterklaas - Felix Timmermans
  • De Vlietjesdemping te Lier - Felix Timmermans
  • Pallieter naast Boerenpsalm
  • Pallieter in het klooster - Cees Visser
  • Info FT Genootschap
  • F T Fring bestaat 25 jaar
  • Timmermans en de Muziek - Daniël De Vos
  • Fons De Roeck
  • Is Timmermans Groot ? - Felix Morlion O.P.
  • Renaat Veremans vertelt - José De Ceulaer
  • Vacantie bij de oude boeken - Gaston Durnez
  • Foto's van Oude Lier 1
  • De Pastoor uit den Bloeyenden Wijngaerdt
  • Brief Gommer Lemmens - 11/06/2013
  • 70 jaar geleden ....
  • Overlijden van de Fé
  • Luisterspel Pallieter 2016
  • Bibliotheek van de stad Lier
  • Anton Thiry - Gaston Durnez
  • postkaarten
  • Een Mandeke Brabants fruit
  • Clara Timmermans overleden
  • Covers van Pallieter
  • Pallieter en Felix Timmermans
  • Toespraken 25/6/2016 - Kevin Absillis, Kris Van Steenberge en Gerda Dendooven
  • De Lierse Lente - Ronald De Preter
  • Felix Timmermans - Emiel Jan Janssen
  • Pallieter honderd jaar - Gaston Durnez
  • Adagio - Frans Verstreken (Hermes)
  • Pallieter, een aanval en verdediging
  • Foto's 1
  • Driekoningen-Tryptiek - Jacques De Haas
  • Over Pallieter (25/01/1919)
  • Timmermans' werk in het buitenland
  • De Eerste Dag - Felix Timmermans
  • Het Kindeke Jezus in Vlaanderen
  • Fred Bogaerts - Felix Timmermans
  • De Harp van Sint Franciscus - Gabriël Smit
  • Timmermans en Tijl Uilenspiegel
  • Felix Timmermans ter Gedachtenis
  • De Vlaamse Timmermans - Paul Hardy
  • Timmermans was Einmalig - José De Ceulaer
  • Levenslied in schemering van de dood - Gaston Durnez
  • Expositie in De Brakke Grond te Amsterdam
  • Bij de Hilversumsche Gymnasiastenbond
  • Timmermans als schilder en tekenaar - W.A.M. van Heugten
  • De onsterfelijke Pallieter - Tom Vos
    Zoeken in blog

    Beoordeel dit blog
      Zeer goed
      Goed
      Voldoende
      Nog wat bijwerken
      Nog veel werk aan
     
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Felix Timmermans
    Vlaamse schrijver, dichter en schilder * 1886 - 1947 *
    13-06-2013
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Felix Timmermans en de Rembrandtprijs (deell 2)

    j0xl.jpg 

       
    Zonder uitzondering behandelen in het Vlaamsch geschreven gedichten dit eene : Vlaanderen en de liefde van den dichter tot de duurbare Vlaamsche aarde. Overal breekt de mythus van het volk door. Daarom maken ze figuren uit Bijbel of geschiedenis tot hun eigene, (Vermeylen: «De wandelende Jood » — de Clercq: « Tamar ») maar hemel en aarde blijven Vlaamsch. Zelfs het Evangelie laten ze op Vlaamschen bodem zich afwikkelen, zooals zoo pas de zich roemvol aanmeldende schrijver Felix Timmermans. Hij schrijft daarover zoo eenvoudig van hart als ware het nog nooit beschreven. Het werd een «wundervoll ruhiges und ausgereiftes Werk». De taal heeft de klankrijkheid van Gezelle en de bonte pracht van Streuvels. Dat Vlaanderen is doorheen alle internationaal gemaakte staten « die überstaatliche Heimat besonderen Menschentums ». Al de personen schijnen zoo uit de Middeleeuwen tot ons gekomen. De kindsheid van Kristus werd tot een symbool voor het zoeken naar een vaderland.

     

         Bij de bespreking van een heele serie « Volks- en Märchen-bücher » wordt Timmermans, vergeleken bij het overige, een reus genoemd: « Diese Dichtung ist ein rührend schönes Lied, ein Bild voller Farbe und Pracht; alles durchflutet von herrlichem Rhythmus und süssester Melodie, — aber keine Profanierung. »  Het boek heeft iets van de innigheid en de naïeveteit der oude Vlaamsche meesters. Vooral de karakterteekening van Maria, den Pastoor, Jozef worden geroemd, en de bladzijden behelzend het verhaal van het huwelijk, de armoede, de reis, de geboorte noemt men aangrijpend. « Ein Buch voller Duft und Frische, von einer so urwüchsigen und starken Frömmigkeit erfüllt, dass man sich an dieser aus der Unmittelbarkeit einer weder von Dogmatik noch von Sentimentalität angekränkelten Religiosität innerlich erbauen kann. »

         Wilhelm Conrad Gomoll eindelijk zegent de uren waarop hij Timmermans leerde kennen als een vreugdebrenger. Waar hij voor het eerst dezen dichter las, zal hij nu voor hem optreden als voor een man, een mannelijken geest, ver van alle sentimentaliteit. Hij is van de aarde maar niet aan de aarde gebonden. « Das Jesuskind » is het rijpe werk van een uitverkoren dichter, «ein beglückendes Geschenk ». En "Pallieter" is een hoorn van overvloed, met beelden van de geniaalste teekenaars : Ostade, Steen, Bruegel. « Diese Dichtung wäre etwas für die Hände des jungen und des alten Goethe; beide würde den Dichter grüssen und sein Werk mit Stürmen des Jubels loben! »

         « Pallieter » daarentegen kende niet een zoo eenstemmigen, onverdeelden lof. Reeds in 1917 aangekondigd in de brieven uit Holland, die J. G. Talen regelmatig in « Das literarische Echo » verschijnen liet, naar het voorbeeld van Heinrich Bischoff, wees hij op de uitzonderlijke qualiteiten van dit literaire meesterwerk. In harmonische versmelting van aardsch en hemelsch, van zinnen en ziel is het gegroeid tot een symfonische prozahymne aan Gods schepping. Schrijver haalt het oordeel aan van Robbers, de Meester, Netscher.

         «Die schone Literatur» vindt het echter niet zoo schoon. Zinnen- en hartelusten te over; dik opeenliggende verfvlekken; alles blinkend in de stralende zon. Maar reeds na enkele bladzijden heeft men genoeg. En als men dan toch plichtsgetrouw voortleest, wordt men er zoo «übersatt» van, dat men het zijn leven lang wel niet meer wil openslaan.

    « Es ist eine in sich selbst verliebte Genre-Kunst oder Kunstfertigkeit, die sich bald erschöpft hat, aber sich nicht genug tun kann. » Zoowel het grove als het innige werken lastig.

    Alles bijeen een interessante kennismaking, waaraan men echter ongaarne wordt herinnerd. Weer andere tijdschriften halen gulzig heele hoofdstukken aan, wijzen op de sterke verwantschap met Rubens, op het grundniederdeutsch (niederrheinisch) karakter van de stemming, ook van de landschappen, maar voor en boven-al op de levensvolheid, die in al de zorgen en nood zooveel te meer welgekomen is.

         Met dit boek staat men voor een nieuwe wereld, een nieuwe taal, een nieuwe letterkunde: alles is goed, het woord, de mensch. In Duitschland is de literatuur na den oorlog op een dood punt gekomen, de fantasie schijnt alle bevruchtende kracht te hebben verloren; de wensch naar gezonde zinnenbevrediging blijft onvervuld. Niet zoo in Vlaanderen. Nergens is de kunst zoo in volk en land geworteld als hier.

         De Vlaamsche letterkunde is eeuwige heimatkunst : men leze slechts «Advokat Ernst Staas», het meest gelezen werk na Conscience, en « Der Arbeiter » of « Die Ernte ».

    Maar nu is Timmermans gekomen! Dat boek «Pallieter» is een literair veulen; men wordt meegesleurd met de onconventioneele uitgelatenheid en nergens kan men zich ergeren aan de bokkesprongen van den schrijver. Een boek van overweldigende Lebensbejahung.

    Wat «Symforosa » betreft, « Hier liegt eine Dichtung vor von so reifer Ehrfurcht vor dem Kleinen und solch herzlicher Liebe zu Landschaft und Volk, dass man das Büchlein am liebsten allen lieben Menschen, die man kennt, in die Hand drücken möchte. » Er zal wel zelden op zoo eenvoudige wijze een zoo groote hulde gebracht zijn aan het menschelijke in de kunst van een dichter.

         Waar Richard von Schaukal (Die schöne Literatur) zich geërgerd heeft over de derbheit in dit werk, vindt hij geen echo bij de vrouwelijke critici. Integendeel, de echo van Pallieter's ziel is steeds rein en onmiddellijk, en met een ware geestdrift wordt de inhoud van het boek naverteld : « Es gibt kein Buch der Weltliteratur, in dem irdische Schönheit so im Wort eingefangen ware.» Men stelt onwillekeurig de vraag : is het leven zoo? Is dit niet te vol licht? En daarbij denkt men aan de andere dagenmelkers, aan Knulp van Heyse, en Maïtre Breugnon van Rolland. Maar deze daggenieters kennen ook inzinkingen; hun kracht echter zit in den strijd om leven en dood, — de geest van den mensch overwint alles.

         Die toon ontbreekt bij Timmermans, maar men voelt het niet aan als een gebrek. Ook hier sterft de natuur, maar dat wordt een deel van de groote symfonie. Pallieter leeft met geest en ziel alles mee; altijd weer heeft de natuur het gezicht van Pan, overal vindt hij God terug, — en toch is het boek vol verscheidenheid, ondanks deze eenzijdigheid. Zijn humor is zoo aardsch, zoo oorspronkelijk en kinderlijk, als men hem slechts vindt in de Duitsche en Nederlandsche beelden uit de Renaissance. « Ich habe, glaube ich, noch nie und nirgends solche Fähigkeit des in Wortekleidens feinster Nuances gefunden wie hier, ... alles Leben, Leben für alles, was in uns lebt. »


                      orta.jpg
     

         De menschen hebben allen zin voor de legende verloren (men denke aan het Duitschland van 1926), en dat moet de verwondering verklaren over een werk als «Das SpieI von den heiligen drei Königen». Wie echter den zonnigen schrijver kent van « Pallieter », « Das Licht in der Laterne » of « Das Jesuskind » is niet meer verwonderd. Men staat hierbij toch voor een zeldzaam begenadigd kunstenaar, zoo oerecht dat hij zijns gelijke niet zoo spoedig zal vinden. Geen enkele poging om het wonder van Bethlehem te vermenschelijken, is zoo geslaagd, is zoo gegroeid tot legende, zoodat men gelooven moet.

         De taal is betooverend-schoon, met al den eenvoud van het volkslied. Het belangrijke tijdschrift, dat met deze bijdrage zijn nieuwen jaargang opent, verwijst verder naar de heidensche elementen, welke nog immer in de volksziel wonen (« De Kerstmissater»).

    Wij moeten Felix Timmermans dankbaar zijn voor dien blik in de machtige diepten en de warme schoonheid der Vlaamsche ziel. Zoo wordt ook de Vlaamsche strijd een lichtend voorbeeld in onzen strijd voor ons volksdom. Wij moeten het Vlaamsch-Germaansche strandgoed redden. Wanneer een jaar later hetzelfde tijdschrift, van de hand van een anderen criticus een bespreking brengt van «Der Pfarrer vom blühenden Weinberg» blijft de bewonderende toon even sterk. Men kan, wat de intrige betreft, zich afvragen of het offer voor de bekeering noodig was, maar in ieder geval is het scheppen der gestalten van het meisje en den pastoor groote kunst. Trouwens, er is in de figuur van dezen pastoor niet de minste parodie, het blijft een meesterstuk. Men kan Vlaanderen om dezen landschap-dichter benijden; moge hij een nog ruimeren lezerskring vinden.

     

         De versmelting der beide door Verschaeve aangeduide polen worden als volgt onderstreept : Timmermans is « begnadet mit einer seltenen, reinen Dichtergabe, ein Mann von heute nur noch vereinzelt anzutreffender Naturverbundenheit, die zur unverbrüchlichen Gottesverbundenheit wird.». En de uitgesproken katholieke tijdschriften treden eensgezind deze zienswijze bij. Er is niet een dat den «Pastoor» ook maar in het minst als komisch gaat aanzien: « Es ist unmöglich, die Schönheit eines Werkes in Worten darzulegen, das von einem jener Seltenen, jener wahrhaft Begnadeten verfasst wurde, der ein ursprünglicher Dichter ist, einer, der mit einzigartigen, unerhört neuen, kühnen und frischen Anschauungen Natur und Leben gestaltet.

    »...In dem Werk lebt die ganze Fülle und Grosse des Christentums und der katholische Kirche. Mit besonderer Genugtuung und leisem Neid, dass wir keinen Timmermans haben, setzen wir diese Wunderblume auf das Stoppelfeld unseres Literaturstreites. Erst an der Blume merkt man recht, was ein Stoppelfeld ist. » , terwijl het tijdschrift « Volk und Reich » zijn zeer korte maar beteekenisvolle bespreking aldus besluit: « Wem die Hast des Lebens noch stille Stunden schenkt, der moge sie doch mit Büchern wie diese feiern!»      Hemel en aarde. Realisme en kunstenaarsfantasie. Om zijn «Pieter Bruegel» heeft men Timmermans in Vlaanderen hoog geroemd, maar men weigerde haast eenstemmig er den schilder Bruegel en nog veel minder er zijn werken in terug te vinden. Het tragische ontbrak in deze « vie romancée », en dat was ten opzichte van de figuur van Bruegel op zijn zachtst uitgedrukt een kleineering. Duitschland deelt deze meening niet, al gaat ook hier de critiek uit van de twee niet te verzoenen standpunten, dat van den scheppenden kunstenaar (Timmermans) en dat van het behandelde onderwerp (Bruegel en zijn doeken).

         In dit boek treft men eindelijk menschen aan, door wie de volle adem van hemel en aarde gaat. Zelfs wie nooit schilderijen van Bruegel zag, ziet den schilder leven.

    Ook bij dit « derbe, frohe, sauf- en fresslustige » volk kan men spreken van « der Norden ». Norden en levensvreugde, Norden en katholicisme zijn geen tegenstellingen, dat wordt hier aan Duitschland getoond door het « herzhafte, brausendc Vlandern » 

         En dan die stijl! De «Inselverlag» heeft in alle opzichten met dit hoek zich overtroffen — ook de schrijver in uitdrukkingen als « birnengelbe » of « biergelbe » avondschemering zit Bruegel, zit ook zijn tijd, een tijd van fantastisch-groteske tegenstellingen, — ook godsdienstige. In dit werk wordt een geheel volk geschilderd. Alles wat in de vroegere werken aanwezig was, in « Pallieter », « Jesuskind », « Pfarrer », « Symforosa » vinden wij hier bijeen, — « Pallieter » werd nog overtroffen. Waar de aquarellistische achtergrond bij Charles de Coster tendencieus wordt, dient hij bij Timmermans uitsluitend als levensecht kader. Toch vinden wij in onderwerp en opbouw veel gelijkenis met Ulenspiegel, — waarschijnlijk is dit karakteristiek voor de Vlamingen.

         Naast al het literaire maakwerk kan men zich sterken aan dit oorspronkelijke boek. Weer anderen roemen het als een der sterkste werken in den jongsten tijd geschreven en verdedigen het als een door en door christelijk verhaal. Oppervlakkige lezers zien slechts worsten en spek (b.v. de episode der wijndrinkers), en toch is dit realisme een christelijk realisme.

         Timmermans' stijl is een soort neo-impressionisme van het woord, waarin beeld naast beeld wordt gezet. Waar de vertelling begint is het boek spannend, meesterlijk. Daarentegen hebben vele bladzijden, alleen gevuld met beschrijvingen en tijdsbeelden iets vermoeiends, «gewollt Altmeisterliches. Hier wirkt der Stoff als Volkskunde durch sich selbst, aber nicht durch seine Darstellung. Das ursprüngliche und so überaus kühne, offenbarende Wesen der Malerei Pieter Bruegels ist ganz im Stofflichen belassen und historisch erklärt, aber nicht eigentlich wirkend als heutig erfasst oder in seiner ganzen Grosse vermittelt. » 

         Een andere stem roemt juist het tijdlooze en daardoor actueele als de groote gave van het boek, ondanks alle historische kleur.


    xkkd.jpg
     

         Laten wij den weerklank ter zijde, verwekt door de publicatie van enkele novellenbundels. Echte kenners van Timmermans worden wel eens wrevelig door het ontbreken van zin voor verhouding bij de samenstelling er van, door het opnemen zoowel van kaf als van koren; — de « stijl » echter blijft onveranderd allen betooveren. Meer problemen stelt een onderwerp als « Franzisus » . Sommigen vinden er den « Pieter Bruegel » in terug, bij alle afwezigheid van zuiderschen pathos; het is bewonderenswaardig met welke aardsch-vreugdigen eenvoud en zinnelijke frischheid de moeilijke kerkpolitieke en filosofisch-koene houding van Franciscus wordt uitgebeeld. Anderen voelen het duidelijk aan hoe, ondanks alle liefdevolle verdieping in de wereld der fioretti, de dichter onder een totaal anderen hemel tehuis is. De verwantschap in het kinderlijk geloof is echter zoo sterk, dat het ons niet loslaat vóór het slotakkoord. Dit wordt evenwel niet algemeen aanvaard. Het Vlaamsche landschap laat zich niet achter Franciscus spannen; daarvoor is het leven van den Heiligen Frans te uitsluitend Roomsch geloofsgoed geworden. Trouwens, vette kleuren zijn niet geëigend voor de Italiaansche middeleeuwen, en ook de mystiek is niet Timmermans' sterkste zijde.

    « Man muss unwillkürlich und mit Bedauern an die entzückende Treuherzigkeit des "Jesuskind in Flandern" denken. »

         Op een paar uitzonderingen na, welke aan «Bauernpsalm» maar vooral aan de figuur van boer Knoll den langen, intellectueelen weg verwijten, die werd afgelegd om tot dit boerenleven door te dringen, welke ook op een inzinking wijzen ten overstaan der vroegere werken, kent ook dit boek eenstemmigen bijval. En meteen roemt men de kunst der Vlamingen om al het natuurgebeuren zoo diep in zich op te nemen, en vraagt men zich af wat zij, die Vlamingen (Streuvels b.v.) zouden ondergaan indien zij over land konden schrijven dat hun toebehoort. Het boek is meer dan het is tot een menschentype geworden.

         Een onvergetelijk schoon, van literair standpunt gezien volmaakt, wat levensinhoud betreft overrijk boek. Het is niet te verwonderen dat Timmermans door zijn Duitsche toehoorders bij iedere lezing stormachtig wordt toegejuicht.

    *

         Wij willen bovenstaande objectieve doorsnede van de stemmen in Duitschland rond en over Timmermans niet aanvullen met eigen beschouwingen. Deze stemmen werden, uit de massa literatuur over het werk van den jongsten Rembrandtprijs zóó gekozen, dat zij de weergave zijn van — in al zijn verscheidenheden — den totaalindruk en den totaal-invloed der Timmermansche kunst in Duitschland. Alleen een paar vaststellingen.

         Het is niet waar dat het succes van Timmermans uitsluitend zou te wijten zijn aan de tijdelijke inzinking van het Rijk rond de jaren 1921-26. Wij zien immers nà 1933 dit succes almaar stijgend gaan, en het verschijnen op de boekenmarkt van de Pillecijn, Roelants, Walschap, van Cauwelaert, Matthijs, om van de volledige Streuvels-uitgave te zwijgen, heeft dezen bijval in niets laten verflauwen, integendeel. Het valt niet te loochenen dat de «oppervlakkige» Duitsche lezer in Felix Timmermans dèn vertegenwoordiger der Vlaamsche letterkunde ziet, en misschien soms wel van den Vlaming, maar kleeft ook dit euvel niet aan ónze oppervlakkige lezers wat buitenlandsche schrijvers betreft? Dat het den anderen het zuiver inzicht echter in geenen deele heeft vertroebeld, bewijst de immer stijgende vraag naar Vlaamsche werken, ook van de allerjongste auteurs. Het is Timmermans die hier de deuren heeft opengestooten, en daarmede ook de poorten naar de wereldliteratuur.

         De Duitsche kritiek is heelemaal niet gevangen geworden door het «drollige» in Timmermans' kunst. Zij heeft vooral gewezen op deze opene aanvaarding van het leven, op de innige verbondenheid met bodem en natuurleven, op de « Bejahung » van het leven, welke uitsluitend het voorrecht is der sterken en levensgezonden. Timmermans heeft er mede toe geholpen dat de Duitsche letterkunde bevrijd werd uit het « salonfähige », uit het ellenlange geredeneer, uit de « schöngeisterei », en uit al die ismen, welke het internationalisme ook aan de Duitsche kunst lieten knagen.

         Twintig jaar vóór Timmermans vond Streuvels een ook voor den Vlaamschen mensch vereerende waardeering in Duitschland. Doet het iets af aan de beteekenis van Streuvels dat hij dertig jaar later in Timmermans een gelukkigen gangmaker aantrof? Terwijl Noorsche uitgevers het middel vonden om de geheele wereld te doen grijpen naar de werken van Noorsche schrijvers, — ook van veel minderwaardige! — zou zonder Timmermans Vlaanderen nog lange jaren in diezelfde wereld zonder literair echo gebleven zijn. En was niet juist de Vlaamsche kunst honderden jaren lang Vlaanderens eenige gezant?

         Dat de schrijver Felix Timmermans ook in Duitschland nog steeds een omstreden figuur blijft kan ons slechts verheugen, want uit dit heen-en-weer groeit het dieper inzicht. Groeit de volle waardeering voor ons kunnen, groeit de waardeering voor de grootsche taak, welke den Vlaming, in het Germaansche volkerencomplex dient voorbehouden te worden. Deze ruimte heeft Timmermans mede voor ons veroverd, in deze ruimte, waar zijn werk als werk van eigen bloed en eigen bodem werd toegejuicht, is hij ons voorgegaan.

    Wien kon men beter den Rembrandtprijs toevertrouwen?

         Moeten wij ongeduldig worden als wij zien dat ons beeld, het beeld van den Vlaming nog niet in zijn totaliteit tot den Duitschen bloedsbroeder is doorgedrongen? Beleefden wij niet dien wijdingsvollen eerbied, waarmede Verschaeve's rede over « Bedeutung und Weltort der vlämischen Kunst» te Berlijn werd opgenomen? En is daar niet een wijdvertakte, zoowel in Duitschland als in Vlaanderen wijdvertakte Vlaamsch-Duitsche Arbeidsgemeenschap, om bij dit bevruchtende en vruchtenrijke geven-en-nemen de besten uit de volksgemeenschap op het gemeenschappelijke arbeidsveld hun krachten te laten meten?

     

    ***********

    13-06-2013 om 00:00 geschreven door Mon

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    08-06-2013
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Timmermans van pessimist tot levensgenieter - Carlos Alleene

    Felix Timmermans, van pessimist tot levensgenieter

     

    Door Carlos Alleene  -  1947.

     

         Er bestaat niet de minste twijfel over dat de honderdste geboortedag van Felix Timmermans (1886-1947), wellicht Vlaanderens meest populaire auteur, in Lier en omgeving uitgebreid zal worden gevierd. Werk en leven van Timmermans zijn altijd onafscheidelijk met de kronkelende Nete en Lier verbonden geweest.

    Ontegensprekelijk omwille van toeristische redenen heeft de stad de herinnering aan de beroemde Vlaamse schrijver levendig gehouden met een Timmermanspad, terwijl in de zomermaanden in de binnenstad houten richtingsaanwijzers, geïllustreerd met scènes uit het werk van Timmermans, worden geplaatst.


                      timmermansfelix14.jpg
     

         Nog altijd wordt zijn naam onmiddellijk geassocieerd met "Pallieter", ofschoon hij heel wat andere nog altijd lezenswaardige parels op zijn naam heeft staan : "De zeer schone uren van juffrouw Symforosa, begijntje" (1918), "Boerenpsalm" (1935), "Adagio" (1947), "Adriaan Brouwer" (1948), "Pijp en toebak" (1933), ",De pastoor uit den Bloeyenden Wijngaerdt" (1923) en het overbekende toneelstuk "En waar de ster bleef stille staan" (1925).

         Het werk van Timmermans werd in ruim vijfentwintig talen vertaald. Zijn succes werd grotendeels in de hand gewerkt door zijn sappig taalgebruik en de creatie van Pallieter, het symbool van iemand die trek heeft in het leven.

    Leopold Maximiliaan Felix Timmermans werd in Lier geboren op 5 juli 1886. Aanvankelijk was hij werkzaam in de kanthandel van zijn vader. Hij was een autodidact die grote belangstelling had voor de schilderkunst.

         Om de techniek van het schilderen en tekenen onder de knie te krijgen volgde hij lessen aan de tekenacademie van zijn geboortestad.

    Hij debuteerde als schrijver met een bundeltje gedichten, waarna hij een zware morele en religieuze crisis doormaakte ten gevolge van occultistische en symbolisch decadente literatuur. De crisis bleef voor zijn onmiddellijke omgeving niet onopgemerkt : Timmermans werd door de pastoor van het Begijnhof uit zijn kamer aan de Lierse Grachtkant gezet.

    Hij werd er van verdacht spiritistische séances te hebben georganiseerd. Duidelijke sporen van deze periode in zijn leven zijn terug te vinden in zijn officiële debuut, de verhalenbundel "Schemeringen van de dood." (1910).

     

         De bundel ademt een somber!, pessimistische sfeer die in zijn later werk niet meer terug tevinden is. Opmerkelijk dat "Schemeringen van de dood" altijd in de schaduw van zijn andere boeken is blijven staan. Ongetwijfeld is dat toe te schrijven aan het feit dat deze verhalenbundel lange tijd niet meer te koop werd aangeboden. Pas in 1960 werd het boek in de overbekende "Vlaamse Pockets" opgenomen en kwam dat andere facet van zijn literaire betekenis weer aan het licht.

    Romancier Hubert Lampo heeft in zijn monografie "Felix Timmermans 1886-1947" (een uitgave van het ministerie van Nationale Opvoeding en Cultuur; de aandacht gevestigd op de novelle "De Kelder".

     

         Schrijft Lampo : "Het is een van de topnovellen uit de Vlaamse literatuur, waarbij de vergelijking met een E.A. Poe niet alleen het thema, doch ook de beklemmende atmosfeer omspant en dicht bij ons, aan de grote Jean Ray herinnert."

    Los van die veeleer opvallende benadering van Timmermans' debuut kan algemeen worden gesteld dat "Schemeringen van de dood" verhalen bevat waarin de vrijwel overal aanwezige dood tevergeefs wordt ontvlucht, terwijl de visie van de schrijver op de wereld op zijn minst als zwaar pessimistisch mag worden bestempeld.

     

    Pallieter: reactie op oorlogsellende.

         Het verschijnen van "Pallieter" in 1916 was zonder meer een belangrijk keerpunt in het leven van Timmermans. Het boek was een grote lofzang op het teruggevonden leven en het maakte de schrijver in één klap beroemd. Pallieter was een adamisch personage, iemand die met volle teugen van het leven en de natuur geniet en niet door innerlijke verscheurdheid of wat dan ook uit zijn evenwicht kan worden gehaald. Het gigantische succes van dit boek werd veroorzaakt door de levensblijheid die erin vervat ligt.

    "Pallieter" werd kort na het verschijnen begroet als een gepaste reactie op de dreigende oorlogsellende. Voor Timmermans was "Pallieter" het begin van een volwaardige artistieke carrière. Voortaan zou hij enkel nog van zijn grafisch en literair werk leven. Pallieter is geenszins een heidens genieter, zijn genot is dat van een simpel iemand die precies in het beamen van het leven grote vreugde vindt. Bovendien verschijnt de pastoor geregeld in het verhaal. Meer nog : Pallieter sluit zich met zijn kermisgasten bij de processie aan en draagt zelfs een kaars. Nadien wordt een grote door Pallieter geregisseerde danspartij gehouden in een weiland.

         De pastoor is er wellicht onbewust dirigent van een alternatieve viering van de vreugde van het leven. De pastoor is eveneens te gast bij Pallieter thuis als er een breugeliaanse kermismaaltijd opgediend wordt. Als zijn jonge vrouw Marieke zwanger is wordt behalve Fransoo de kunstschilder ook de pastoor van het heuglijke nieuws op de hoogte gebracht.

    Het is beslist geen toeval dat Timmermans de pastoor in, "Pallieter" nergens aan geloofsverkondiging laat doen. Hij heeft als het ware een paradijselijke pastoor naast levensgenieter Pallieter geplaatst. Zijn omgang met de mensen en de manier waarop hij de liturgie viert illustreren voldoende hoe hij de verkondiging van de blijde boodschap ziet.


    kristagroenendallodejan.jpg
    Opvoering Boerenpsalm 1967 : Krista Groenendal, Lode Jansen en Gust Ven


    De innerlijke wereld van Boer Wortel.

         Na de eerste wereldoorlog werd Timmermans van activisme beschuldigd en week hij onder druk van de omstandigheden naar Nederland uit waar hij tot 1920 verbleef. Hij hield er geregeld lezingen en verdiende er zijn dagelijkse boterham als schilder, tekenaar en schrijver. Timmermans was in Nederland geen onbekende. Net als alle andere auteurs van "Van Nu en Straks" (Karel van de Woestijne, August Vermeylen, Cyriel Buysse, Stijn Streuvels) had hij bij een Nederlandse uitgeverij onderdak gevonden.

         Zijn werk werd door uitgeversmaatschappij Van Kampen op de literaire markt gebracht.

    Kon na zijn verblijf in Nederland begon een opvallende produktieve periode en publiceerde Timmermans o.a. de romans : "Anna-Marie" (1921), "De pastoor uit den Bloevenden Wijngaerdt" (1923), "Pieter Brueghel, zoo heb ik u uit uwe werken geroken" (1928) en de verhalen : Karel en de Elegast" (1921), "De Vier Heemskinderen" (1922), "Driekoningen-triptiek" (1923), "Het keerseken in de lanteern" (1924), "Pijp en toebak" (1933), plus enkele autobiografische of gelegenheidsgeschriften : "Uit mijn rommelkas" (1922), "Schoon Lier" (1925) en "Lierke-Plezierke" (1928).

         Deze romans, verhalen en geschriften zijn zeer wisselend van kwaliteit en worden vooral gekenmerkt door een uitgesproken aandacht van de schrijver voor het folkloristische en het leven in Lier, een blijkbaar onuitputtelijke inspiratiebron. Pas op rijpere leeftijd breekt hij op  een veeleer onopvallende manier min of meer met de buitenwereld, de folklore en de natuur op zichzelf in zijn tweede meesterwerk "Boerenpsalm" (1935).

         Dit sterk geschreven werk onderscheidt zich van zijn andere romans door de manier waarop Timmermans hier de innerlijke mens beschrijft. Op subtiele manier brengt hij door middel van Boer Wortel de conflicten van een mens die met zijn geloof en geweten overhoop ligt onder woorden. Wortel komt nergens openlijk in opstand tegen de godsdienst. Integendeel, zijn kijk op de wereld, het leven en de dingen wordt voor de volle honderd procent door de pastoor bepaald.

     

    ******

    08-06-2013 om 00:00 geschreven door Mon

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 1/5 - (1 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    07-06-2013
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.De Pallieterige vergissing - Karel Van de Woestijne

    De Pallieterige vergissing.

     

    Door Karel Van de Woestijne - Nieuwe Rotterdamse Courant -  28 October 1922.

     

         Er zijn menschen die het geluk te slikken krijgen als eene dagelijksche beproeving. Onder dezen is Felix Timmermans, de zes en dertigjarige vader van Pallieter.

         Op dit oogenblik wordt hij te Lier, zijne geboortestad, gevierd, waarbij eene traditie van vóór den oorlog weer aangeknoopt wordt, - traditie, die evenzeer algemeen-Belgisch als speciaal-Vlaamsch moet heeten, aangezien ze opklimt tot Camille Lemonnier, die het eerste slachtoffer was van den letterkundigen roes des volks, toen hij met zijn prachtigen roman Un Mâle eveneens den grooten Belgischen Staatsprijs voor Literatuur kreeg. Op Camille Lemonnier volgden velen, die konden doen gelooven, dat België, en meer bepaald Vlaanderen, het gezegend land der schrijvers is. Feitelijk zijn wij in hoofdzaak het land van feest-vieren, en zelfs de letterkunde wordt als aanleiding daar niet te slecht voor geacht. Intusschen, voor feest-vieren bleek België een paar jaar na den oorlog minder geschikt, toen de geleden schade aan een paar nieuw-bekroonden in 1921 goed werd gemaakt. Reeds in 1922 is daar weer verandering in gekomen: Felix Timmermans kreeg óók de officieële drieduizend francs, en het mocht niet waar zijn, dat deze bij uitstek populaire personaliteit op dat gulden lauwerbed zou gaan rusten zonder dat het even door den goedgunstigen volke luidruchtig pallieterig zou worden opgeschud. Doch, zooals Lafontaine zegt, en zooals gij reeds weet door een Brusselsch berichtje, dat hier uit het Amsterdamsche Handelsblad werd overgedrukt : Timmermans, die de beproeving moest kennen van een nieuwe en lange teug aan den beker van den roem, werd van dien dronk onwaardig gekeurd en behandeld als iemand, die niet veel minder was dan een oplichter. En... aldus wordt, wel te verstaan, de geboden eerewijn een soort kruidwijn: een wijn doormengd met den peper van eene oproerigheid, die den Vlamingen - zij houden van prikkels - bijzonder lief is. Men wil Timmermans van zijn arme drieduizend frankjes berooven: te grooter wordt Timmermans in de waardeering van zijne tallooze bewonderaars.

    (Quelqu'un troubla la fête, Pendant qu'ils étaient en train,)

                         18791238.jpg 

         Natuurlijk winnen de bewonderaars het gemakkelijk van de kleinzieligheid der vitters. Die vitters betoonen een administratieven aanleg, waar zelfs de ijver van de bevoegde administratie, die der schoone kunsten en letteren, bij verbleekt. Want deze administratie heeft nog geen uitspraak gedaan; de minister wien het aangaat heeft nog geen oordeel gestreken; het Koninklijk Besluit, waarbij Felix Timmermans werd bekroond, werd nog niet verbroken, - voorzoover het reeds verschenen is, wat ik niet weet en voor het oogenblik niet nagaan kan.

    Hoogergemelde vitters konden dus wel wat wachten met de ontnuchterende gal die ze door de heildronken gingen mengen, - gal die trouwens honig en kaneel zou worden in bedwelmenden malvezijn. Zij begingen derhalve eene psychologische fout, en tevens eene fout tegen den administratieven smaak, aangenomen dat deze bestaat, hetgeen zij leeren betwijfelen.

         Eene fout tegen de logica begingen zij echter niet: het dient toegegeven. De werken van Felix Timmermans, die werden bekroond en heeten: Het Kindeken Jezus in Vlaanderen en De zeer schoone Uren van Juffrouw Symforosa, Begijntje, verschenen inderdaad voor het tijdperk, dat ditmaal in aanmerking kwam. Wat meer is: zij werden in het verslag over het voorafgaande tijdperk, de knappe brok literatuurgeschiedenis van Arthur Cornette, behandeld en beoordeeld. De jury, wier spreekbuis de heer Cornette was, had ze zachthandig maar beslist afgewezen, zooals vroeger Pallieter door de Koninklijke Vlaamsche Academie voor den Beernaertprijs afgewezen werd (de heer Timmermans moest het toen afleggen voor mejuffrouw Virginie Loveling, zooals hij het ditmaal doen moest voor den heer Cyriel Buysse). Natuurlijk gevolg van dit alles was, dat het Kindeken Jezus en het Begijntje Symforosa zoo niet undesirable, dan toch te oud in jaren bleken om opnieuw voor het jongst-verloopen literaire tijdvak in aanmerking te komen.

    Desniettemin werden zij met goud bekroond: eene vergissing dus.

    Aan wie nu ligt ze, die vergissing, geopenbaard op het joligste oogenblik?

         Die pijnlijke vraag is er in de eerste plaats eene voor den nieuwen minister van wetenschappen en kunsten, den heer Léon Leclère. Deze is een beroepshistoricus: hij zal dus tot de bronnen opklimmen. Hij zal vragen naar het verslag van de jury die Timmermans heeft bekroond: het zal vermoedelijk blijken, dat deze jury haar rapport nog niet heeft ingediend. Want weer heeft men maar bekroond, zonder de redenen der bekroning te kennen: eene Belgische gewoonte, die ditmaal eenige toekomstige omzichtigheid ten gevolge hebben zal, naar wij althans hopen. - Bij gebrek aan verslag der jury zal de minister aan het bevoegde ambt volgende vragen stellen:

         Primo, heeft Felix Timmermans-zelf zijne twee boekjes ter beoordeeling ingezonden? Zoo ja, dan is Timmermans de eerste schuldige. Hij is de hoofdzakelijke aanleiding tot de vergissing, hij, die wist dat zijne werkjes niet meer in aanmerking konden komen. Zulk bedrog - het woord is niet te grof - moest zelfs Pallieter, zij het uit naam der vaderlandsche lol, zich niet permitteeren, en het zou maar billijk zijn, dat een nieuw Koninklijk besluit het oude, bekronende Koninklijk besluit kwam verbreken, - hoe onaangenaam dit voor den betrokken minister zelf wezen moge.

         Tweede vraag van den minister: Zoo de heer Timmermans de werken niet zelf heeft ingestuurd (zooals zeer waarschijnlijk is: Felix Timmermans is bij mijn weten zoo'n domoor niet); zoo de jury dus, wat haar recht is, beide boeken ter bespreking en beoordeeling heeft aangevraagd, heeft die jury dan niet gezien, dat zij verschenen waren lang vóór den datum, die het in aanmerking komende tijdperk opende? - De jury heeft natuurlijk het recht, het verslag over den vorigen prijskamp, dat van den heer Cornette, niet te kennen; zij heeft zelfs het recht, het niet te willen kennen: zij moet buiten allen invloed blijven. Maar zij heeft als allereersten plicht, de data, waarop de boeken verschenen zijn, te controleeren, zelfs als Timmermans de bedoeling had gehad ze er te laten inloopen. Dat heeft ze niet gedaan. Zoodat de jury heeft gezondigd, hetzij door een teveel aan goede trouw, hetzij door eene... toegevendheid, die geene andere verklaring of verontschuldiging zou kunnen aanvoeren dan het gebrek aan schrifturen, die drieduizend officieële franken waardig bleken te zijn. Maar dan zal de minister antwoorden, eerst, dat het reglement der wedstrijden een vast tijdperk voorschrijft, en ten tweede, dat niet een goed, maar het beste werk dient bekroond, - al was het nog zoo slecht. Werd niet Hilda Ram's Klaverken op 's levens akker bekroond?, zal de minister vragen (zulke belezenheid is hij zich-zelf verplicht). En daarmee is de jury veroordeeld, en... behoudt de argelooze Pallieter zijne drieduizend zilverlingen van papier, bijaldien hij deze reeds ontvangen heeft. Want wie kan hem doen boeten voor de wandaad van eene jury, die niet kan gehouden worden voor ontoerekenbaar, aangezien ze door den minister zelf werd aangesteld?


    81631890.jpg

        
    Er is een derde vraag die de minister stellen kan. Hij kan zich richten tot de bureelen, en zeggen: Bennen jullie dan blind, of met doofstomheid geslagen? (want het spreekt vanzelf dat hij in zulke ver-reikende zaak verontwaardigd is). Doch de bureelen hebben hun antwoord klaar; zij zullen eene nota opmaken met volgenden inhoud: te gepasten tijde hebben wij den minister eene lijst van eventueele juryleden voorgelegd, waarvan de minister eene lijst van reëele juryleden heeft gemaakt; die juryleden hebben de bekroning van den heer Timmermans voorgesteld; de minister heeft goedgekeurd, natuurlijk na onderzoek door zijn kabinet, en heeft een ontwerp tot besluit bevolen, dat den Koning zou worden onderworpen. De bureelen hebben dus hun strikten plicht gedaan.

         En ziedaar hoe de zaken staan, - aangenomen dat Felix Timmermans werkelijk reeds bij Koninklijk besluit zou zijn bekroond, hetgeen ik herhaal niet goed te weten. In welk negatief geval de Liersche feestvierders zelf maar voor de drieduizend francs - iets meer dan vijfhonderd gulden: geen Dorado! - als schadevergoeding moeten zorgen.

         Intusschen is heel het dolle, het Vlaamsch-lichtzinnige gevalletje voor den schrijver van Pallieter een reusachtige reclame geworden, zooals zelfs een Pierre Benoit ze niet zou hebben uitgedacht, waarvan men de weerga zoekt in de geschiedenis van onze Nederlandsche letterkunde, en ... die het gelukskind Felix Timmermans wel het allereerst zal hebben verwonderd. Ik heb zijn geluk genoemd eene beproeving: ik bedoelde, in allen ernst, een moreelen, en ook wel literairen toetssteen.

    En hierbij wil ik er niet aan denken of hij den prijs niet moest weigeren: heeft Pallieter, die ‘au jour le jour’ leeft, het recht niet den almanak, bezorgdheid van den ‘Bourgeois gentilhomme’, te ignoreeren? Thans wordt de beproeving erger, en zij is ditmaal uit den booze: men tempteert hem met goud, met toegegooid, met teruggenomen goud, een ebbe en vloed van goudklank, een dageraad en een schemering van goud. En het zijn de vitters, de Vitters met eene hoofdletter, die hem aldus beheksen, de vitters die den minister attent maken op wat zij niet ver zijn te bestempelen met het woord knevelarij, de vitters die zelfs een Koninklijk besluit in het gedrang brengen om het vermaak...

         Om het vermaak, dat intusschen niet voor hen is, maar voor ons, weer maar eens te herhalen, dat Felix Timmermans in dit land een zeer uitzonderlijk schrijver is. Rechtuit gezeid, was ik lid geweest van de schuldige en niet zeer handige jury, ik zou aan mijne medeleden hebben gezegd : ‘Mijne heeren en medeleden, men heeft ons hier belast met een leelijk karreweitje. Van al de boeken, die aan ons hooggeschat oordeel worden onderworpen, is er geen enkel dat wij voor eigen gebruik zouden koopen, en voor het gebruik van onze kinderen en kindskinderen in verguld kalfsleer zouden laten inbinden. Men zegt ons: “het beste is goed genoeg,” maar dat dienen wij, volgens ons geweten, te beantwoorden met de opmerking dat het slechte niet goed wordt als het van het slechte het beste is. Drieduizend francs is tegenwoordig nauwelijks genoeg om er een maand van te leven; maar, als inquisitors der Vlaamsche literatuur, hebben wij het recht niet, het letterbeoefenende leven van één onzer stamgenooten met eene maand te verlengen, zoo die beoefenaar alleen het kwade bedrijft en voor het goede alleen zijne onmacht weet te bewijzen. - Anderdeels is er, dat wij in dezen bezuinigenden tijd zelf geen drieduizend francs voor de Vlaamsche literatuur mogen verloren laten gaan. Er blijft ons dus niets over dan, hetzij de toekomst aan te halen, hetzij het verleden te zetten op onzen schoot. De toekomst?: alle anticipatie is voor onze befaamdheid een gevaar. Het verleden?: noch Vermeylen, noch Teirlinck, noch Felix Pallieter, de welgenaamde, kregen ooit de officieele erkenning. Doch Vermeylen gaf zijn Wandelenden Jood nooit den broeder dien wij hoopten.

    Wat Herman Teirlinck betreft, de oude vriendschap die mij bindt aan hem heeft het mij tot op heden onmogelijk gemaakt te onderscheiden, wat zijn Thijl Uylenspiegel beneden Het Kindeken Jezus in Vlaanderen stelt, want dit laatste boek vind ik nog al gemaakt, zoodat ik het een plaats moet geven onder wat Verlaine ‘littérature’ noemt; terwijl ik - nu wij het over Timmermans hebben, Symforosa een zeer gevoelige uitbeelding acht van een al te bedacht gevalletje. Maar om het even: waar ik mijne partijdigheid beken, stel ik u voor tusschen den verleden Teirlinck en den verleden Timmermans te kiezen, en dan den lastgevenden minister te schrijven dat het heden onbevredigend is voor wie zijn eigen literair geweten eerbiedigt (geen minister die ons dat kwalijk nemen kan!); dat wij geen toekomst aanspreken willen waar wij trouwens zelf toe behooren (men kan nooit weten!); en derhalve wijziging vragen van het reglement in dezer voege: voor elken wedstrijd kunnen aangenomen, werken, die in het onmiddellijk voorafgaande tijdperk de aandacht waardig bleken, zoo in het tegenwoordig-behandelde tijdperk geen enkel werk speciaal de aandacht trekt. En de minister zou beslissen.’

         Ditmaal heeft men den minister niet geraadpleegd. Hij heeft dus niet kunnen antwoorden.

    Men heeft gehandeld alsof er geen reglement, ik bedoel: alsof er geen minister was. En Felix Timmermans wordt dubbel gevierd, omdat hij een prijs kreeg buiten alle reglementen om, en... dien hij, per slot van rekening, toch heel goed verdiende.

         En met dat al krijgt men genoeg van dergelijke wedstrijden, die doorgaans niemand bevredigen, dan de bekroonden, en die ze vieren willen te Lier of elders.

     

    ***********

    07-06-2013 om 00:00 geschreven door Mon

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (1 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    01-06-2013
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Amsterdams Parool door Timmermans verbijsterd - Jose De Ceulaer

    Amsterdams Parool door Timmermans... verbijsterd.

     

    Uit ’t Pallieterke 21 augustus 1986 door José De Ceulaer (Wibo)

     

         Men is nooit te oud om te leren. Bij voorbeeld hoe journalistiek eigenlijk dient te worden beoefend. Ene Matthijs van Nieuwkerk heeft het in het Nederlandse socialistische blad «Het Parool» nog maar eens duidelijk gemaakt. Hij heeft namelijk verslag uitgebracht over de «Verbijsterende herdenking van Timmermans in Brakke Grond» met als hoofdtitel «Een Vlaams onderonsje in Amsterdam».

     

         Om volop profijt te kunnen halen uit dat model van "nieuwkerkelijke" journalistiek, zou je het van A tot Z ter studie moeten nemen, maar een aantal uittreksels geven er toch een idee van, hoe een uiteraard «onbevooroordeeld» verslaggever verbijsterd kan geraken door wat hij te zien en te horen krijgt. Of beweert gezien en gehoord te hebben.


                          *
     

    Een halve dag luisteren

         Zo'n verslag wordt voorafgegaan door een inleiding in «vetjes». Daarin deelt Van Nieuwkerk mee, dat het over een tentoonstelling gaat van een schrijver en schilder, die 100 jaar geleden geboren werd. In de tweede alinea schrijft hij: «Deze tentoonstelling werd zaterdag officieel geopend, maar voor het zover was, moest het talrijke publiek eerst een halve dag luisteren naar een verplicht nummer hulde-manifestatie »

    Die halve dag begon circa half-twaalf.

     

    Hupsakee

         Na de inleiding begint Van Nieuwkerk aan zijn eigenlijk verslag met deze woorden : «Het begon al slecht.» Namelijk met een eerste optreden van de Brabantse volksmuziekgroep «Jan Smed». Kommentaar in «Het Parool»: «De organisatie had gedacht het publiek maar meteen in de juiste sfeer te moeten brengen door hen (sic) te trakteren op deze vrolijke folkloristische klanken die je dan honderd jaar terug in de tijd zouden moeten voeren, naar het Vlaamse dorpsleven waarin Timmermans was opgegroeid. Hupsakee-muziek waarbij doedelzak en trekharmonika de nadrukkelijke boventoon voeren en waar vroeger op marktpleinen naar hartelust op werd gedanst en gehost terwijl de bevolking elkaar gillend worsten en brood toewierp, maar die 's ochtends vroeg, in een moderne teaterzaal, niet biezonder tot de literaire verbeelding spreekt.»

         Over de muzikale smaak van de verslaggever geen diskussie. Als hij de "hedendaagse" straatmuziek van de Amsterdamse pierementen en de instrumentalisten op de trottoirs verkiest, is dat zijn recht.

     

    Een groot aantal bussen

         Van Nieuwkerk stipt ook aan, dat het teater tot de nok toe was gevuld met Felix Timmermans liefhebbers, die met een groot aantal bussen uit Lier waren aangevoerd en die niet te beroerd waren om de viering van hun Timmermans in Amsterdam nog eens dunnetjes over te doen.

         Er waren inderdaad door de Lierse afdelingen van het Davidsfonds en het Willemsfonds 2 (zegge: twee) bussen ingelegd, waarvan er één niet was komen opdagen, zodat de helft van de Lierenaren «na de koffie» (maar toch nog op tijd voor de lunch) arriveerden — wie had dat ook weer «georganiseerd» ?

     

    Opgelegd pandoer

         De hulde zelf, aldus «Het Parool», bleek gespeend van iedere verrassing (sic!) en voltrok zich volkomen volgens opgelegd pandoer (?).

    De lezingen (...) werden verzorgd door prof. Janssens uit Leuven en José de Ceulaer, voorzitter van het Felix Timmermans Genootschap. Zij hadden allebei een klein halfuur de tijd gekregen om hun landgenoot, die in 1920 de Staatsprijs voor Nederlandse letterkunde kreeg, de liefde te verklaren.

     

         Uiteraard vat de verslaggever die liefdesverklaringen, die hij eerst nogal langdradige kloppen op de schouder van Timmermans noemt en daarna twee korte colleges, even samen. Dat komt hierop neer : «Timmermans was een vroom en vrolijk mens geweest, dronk niet en was trouw aan zijn vrouw.»

         Aangezien ik zelf een van de sprekers was en ik de tekst van mijn toespraak (een kwartiertje) nog heb, kan ik wel zeggen dat ik geen enkel van de geciteerde woorden heb gebruikt, en ik heb ze ook niet uit de mond van Marcel Janssens horen komen. Die had iets langer gesproken, omdat Anton van Wilderode (die dag in Griekenland) en Lia Timmermans, die ook gevraagd waren, hadden afgezegd.

         Marcel Janssens had over de «Doppelbegahung» van Timmermans (schrijver en schilder) gesproken. Volgens de verslaggever, had hij Timmermans de «Vlaamse Chagall» genoemd. Hij had inderdaad de naam Chagall laten vallen en hij had zich verbaasd over het feit, dat «Vrij Nederland» het, einde 1985, mogelijk had gevonden over Nederlandstalige schrijvers die ook tekenden en schilderden, te schrijven zonder Timmermans te vermelden.

         Wanneer hij het over de tentoonstelling, die na het verplichte voorprogramma eindelijk werd geopend, heeft, komt de verslaggever daar nog eens op terug :

    «Bovendien blijkt de Vlaamse Chagall voorstellinkjes te schilderen die een buiklopige Mont Martre-artiest (sic!) met zijn linkerhand nog wel op het doek weet te krijgen.»

    Daarbij wijst hij er, ditmaal niet ten onrechte, op, dat er op de tentoonstelling «iedere begeleiding en inleiding in het werk van de Belg» — jawel, hoor, daar wordt Timmermans mee bedoeld! — ontbreekt.

     

    Eén Brakke Grond

         Van Nieuwkerk heeft het ook over Stan Milbou. De ontroerende manier waarop die met zijn diepe, warme stem uit Timmermans voordroeg, was echter slecht aan de kinkel van «Het Parool» besteed. Die vond het gepast daar enkel ironie voor op te brengen. Wel geeft hij toe dat hetgeen Timmermans over de dood van zijn vader heeft geschreven, alle eerdere woorden, die dag gesproken, deed verbleken. Alsof dat niet het eerste was geweest, dat Milbou, nog vóór de toespraken, ten gehore had gebracht !

         Wat Van Nieuwkerk zich wel goed in de oren moet hebben geknoopt, was hetgeen Walter Lerouge, direkteur van het kultuurcentrum, zich liet ontvallen: dat Nederland inzake de kennis van de Vlaamse kultuur nog «één Brakke Grond» is. Ik dacht dat de Brakke Grond juist werd opgericht om Nederland daarover beter te informeren. De opkomst van onze Noorderbroeders was echter bedroevend. Daar waren nochtans wel een Russische taalkundige en een neerlandica van de Karl Marx-universiteit in Leipzig, met wie ik een gesprek heb gehad en die beiden voortreffelijk Nederlands spraken.

     

         Voor het overige klopt er toch wel iets niet, wanneer er bussen uit Lier moeten komen om De Brakke Grond te vullen. Maar wat wil je, als Amsterdam en de rest van Nederland hun informatie uit bladen als «Het Parool» moeten halen! Wel is het zo, dat de K.R.O.-radio er een degelijke reportage kwam maken en dat ook de Vlaamse Televisie er was.

     

         Toch nog één bedenking. Eigenlijk wil de "rondreizende tentoonstelling" (tot 31 augustus nog in Amsterdam) propaganda maken voor de grotere tentoonstelling in het Lierse Timmermans-Opsomerhuis (tot einde september). Het beste werk is in Lier te zien, met het onvermijdelijke gevolg, dat de rondreizende tentoonstelling volg, hoewel interessant, toch van een minder gehalte is.

     

    ****

    01-06-2013 om 00:00 geschreven door Mon

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 2/5 - (1 Stemmen)
    >> Reageer (0)


    Foto

    Archief per maand
  • 05-2023
  • 11-2022
  • 10-2022
  • 08-2022
  • 07-2022
  • 05-2022
  • 04-2022
  • 03-2022
  • 02-2022
  • 01-2022
  • 12-2021
  • 11-2021
  • 09-2021
  • 08-2021
  • 07-2021
  • 06-2021
  • 04-2021
  • 03-2021
  • 02-2021
  • 01-2021
  • 11-2020
  • 10-2020
  • 08-2020
  • 07-2020
  • 06-2020
  • 05-2020
  • 04-2020
  • 03-2020
  • 01-2020
  • 12-2019
  • 11-2019
  • 10-2019
  • 07-2019
  • 06-2019
  • 05-2019
  • 03-2019
  • 12-2018
  • 11-2018
  • 09-2018
  • 08-2018
  • 07-2018
  • 05-2018
  • 04-2018
  • 03-2018
  • 07-2017
  • 06-2017
  • 05-2017
  • 04-2017
  • 03-2017
  • 02-2017
  • 01-2017
  • 10-2016
  • 09-2016
  • 08-2016
  • 07-2016
  • 06-2016
  • 04-2016
  • 03-2016
  • 02-2016
  • 12-2015
  • 11-2015
  • 10-2015
  • 09-2015
  • 08-2015
  • 06-2015
  • 04-2015
  • 03-2015
  • 02-2015
  • 01-2015
  • 11-2014
  • 10-2014
  • 09-2014
  • 08-2014
  • 07-2014
  • 06-2014
  • 05-2014
  • 04-2014
  • 03-2014
  • 02-2014
  • 01-2014
  • 12-2013
  • 11-2013
  • 10-2013
  • 09-2013
  • 08-2013
  • 07-2013
  • 06-2013
  • 05-2013
  • 04-2013
  • 03-2013
  • 02-2013
  • 01-2013
  • 12-2012
  • 11-2012
  • 10-2012
  • 09-2012
  • 08-2012
  • 07-2012
  • 06-2012
  • 05-2012
  • 04-2012
  • 02-2012
  • 01-2012
  • 12-2011
  • 11-2011
  • 10-2011
  • 09-2011
  • 08-2011
  • 07-2011
  • 06-2011
  • 05-2011
  • 04-2011
  • 03-2011
  • 02-2011
  • 01-2011
  • 12-2010
  • 05-2010
  • 03-2010
  • 02-2010
  • 04-2009
  • 09-2008
  • 06-2008
  • 03-2008
  • 02-2008
  • 12-2007
  • 10-2007
  • 06-2007
  • 05-2007
  • 03-2007
  • 02-2007
  • 01-2007
  • 11-2006
  • 10-2006
  • 09-2006
  • 08-2006
  • 07-2006
  • 05-2006
  • 04-2006
  • 01-2006
  • 05-1982


    E-mail mij

    Druk op onderstaande knop om mij te e-mailen.


    Gastenboek

    Druk op onderstaande knop om een berichtje achter te laten in mijn gastenboek


    Blog als favoriet !

    Over mijzelf
    Ik ben Mon Van den heuvel
    Ik ben een man en woon in Lier (België) en mijn beroep is op pensioen.
    Ik ben geboren op 19/06/1944 en ben nu dus 81 jaar jong.
    Mijn hobby's zijn: Felix Timmermans - Geschiedenis van Lier in de ruimste zin genomen.

    Een interessant adres?

    Mijn favorieten websites
  • Thuispagina Louis Jacobs
  • Guido Gezelle
  • Ernest Claes Genootschap
  • Oscar Van Rompay
  • Felix Timmermans Genootschap
  • Schrijversgewijs
  • Kempens erfgoed

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto


    Blog tegen de regels? Meld het ons!
    Gratis blog op http://blog.seniorennet.be - SeniorenNet Blogs, eenvoudig, gratis en snel jouw eigen blog!