Een ongekuiste Pallieter in Geitenleer verpakt.
Negenentwintigste uitgave van Felix Timmermans
Uit Limburgsch Dagblad (NL) - 9/12/1966.
De negenentwintigste uitgave van Felix Timmermans’ Pallieter in geitenleer verpakt. Geiteleer met goudopdruk. Het papier is Oudhollands en uit de kuip geschept De prijs van het prachtboek — Een staal van vakmanschap en heerlijk om in de hand te houden en naar te kijken — bedraagt in België 550 franken, dat is rond de 40 gulden. Het werd uitgegeven door van Kampen, Amsterdam, en Van In, Lier. Men denkt het overgrote deel van de beperkte oplage (cijfers worden niet gegeven) in Nederland te plaatsen. De luxe-editie werd op de markt gebracht ter herdenking van het feit, dat Pallieter vijftig jaren geleden voor het eerst in druk verscheen. Het boek werd op de Boekenbeurs te Antwerpen ten doop gehouden. Al met al veel eer. Zelfs voor een luisterrijk werk als Pallieter.

Verschil niet groot De negenentwintigste is niet alleen 'n luxe-Padlieter, het is ook een ongekuiste. Het verschil tussen de gekuiste en de ongekuiste Pallieter is overigens niet groot. In de gekuiste staat te lezen: "Doch alvorens binnen te gaan, watterde Pallieter nog eerst zijn naam in de sneeuw." In de ongekuiste uitgave bezit hij, bij wijze van zeggen, nog de kracht en de voorraad om een streep onder die naam te trekken. De jubileum-editie werd vooral een ongekuiste omdat elk literair werk als het maar enigszins kan ongekuist te boek dient te worden gesteld. Dat kon wat Pallieter betreft in de twintiger jaren blijkbaar niet. Maar het indertijd "de wellust der zinnen strelend" werk laat de zinnen van 1966 koud. We zijn intussen wel wat anders gewend. Rechtgeaarde Vlamingen vergeten middelerwijl en volkomen terecht niet er op te wijzen, dat toendertijd niet zo zeer in Vlaanderen maar in het steil rechtzinnige Nederland verontwaardigde protesten opstegen tegen die maar op vrouwelijke achterwerken kletsende Pallieter.
Uit de lectuur van de op schrift gestelde bezwaren tegen Pallieter blijkt intussen, dat de protesten niet op de allereerste plaats gericht waren tegen de oppervlakkige en wat boerse zinnelijkheid, maar tegen het zondige feit van het beschrijven en suggereren van een paradijs op onze aarde, die volgens kerk en geloof (in die volgorde) een tranendal hoorde te zijn, waarin vooral de lager geplaatsten in omfloerste blijheid dienden te lijden om op die wijze wat vagevuurjaren weg te strepen.

Wellustig werk Toen de zaak Pallieter "aan Rome werd voorgesteld", reageerde Rome zo kleinsteeds als men dat in die tijd mocht verwachten. Staatssecretaris, kardinaal Merry del Val schreef een brief aan de episcopaten van België en Nederland, waarin van het lezen van het wellustig werk werd afgeraden. Dat kwam in de praktijk neer op een verbod. In Nederland werd een en ander vanwege het episcopaat gepubliceerd. In het Nederlands. In België daarentegen beperkten de bisschoppen zich fijntjes tot een publicaties van del Val's tekst in de latijnse taal en slechts in de eigen kerkelijke publiciteitsorganen.... Er is in België naar aanleiding van de luxe-uitgave van Pallieter natuurlijk het een en ander over het werk en over de auteur gezegd en geschreven. Men heeft Felix Timmermans een gouden kroon op het hoofd gedrukt en op een met zilver beslagen ebbenhouten troon gezet. Men (Hubert Lampoo) heeft van hem gezegd, dat hij met Pallieter een mythische figuur heeft geschapen. Een figuur als de Uilenspiegel van Charles de Coster. Pallieter beweegt zich in een paradijselijke wereld. Hij is het oerbeeld van de Adamische mens, een natuur-god die in het onderbewuste vam alle mensen leeft. Freud en Jung werden er bij gehaald. De na een pessimistische, spiritistische, theosofische periode van een lichamelijke ziekte herstellende Timmermans kraaide in Pallieter niet slechts de vreugde om het leven uit, maar schonk gestalte aan een alom in het collectieve onderbewustzijn der mensen levende figuur, die de dagen plukt en de goede dingen van het leven kust.
Men, allen, ook Lampoo, raakte in een soort Timmermans-roes. Pallieter is een heerlijk boek. Geschreven in een sterk dialectische taal, maar in een taal die de lezer met de lippen doet smakken zodra hij er de krul uit gekregen heeft Maar Pallieter is geen boek om er op de wereldmarkt een eerste prijs mee te halen.
De literair geïnteresseerde Vlamingen zijn niet immuun tegen overdreven cultus. Als ze de naam van Stijn Streuvels uitspreken, zetten ze de pet af en kijken eerbiedig in de richting van Het Lijsternest, waar dezer dagen koning Boudewijn de gevierde, terug getrokken levende auteur weer even de hand ging drukken. De Vlamingen mogen trots zijn op hun auteurs, zoals de Nederlanders daar jaloers op zijn, maar het is zaak met beide benen op de goede Vlaamse grond te blijven staan. De verering en ook de overdreven verering en verafgoding van eigen, overigens verdienstelijke schrijvers en cultuurdragers, heeft uiteraard te maken met wat men de Vlaamse Beweging noemt, die een economische, sociale, maar vooral toch een culturele beweging is. Zo' n beweging is nooit vrij van chauvinisme en overdrijving.
Streuvels en Timmermans hebben geen overdrijving nodig. Ze hebben een plaats veroverd in de Nederlandse letterkunde. En ze zullen die plaats behouden, onafhankelijk van een al dan niet kunstmatig opgewekte opleving van de belangstelling voor hun werken. Maar ze zullen al is of wordt die belangstelling nog zo groot, niet uitgroeien buiten de grenzen, die ze zich in en door hun werk stelden.
Rembrandt-prijs "Als u daarover schrijft, doe dat dan zo zacht mogelijk," was de eerste reactie van de eerste Timmermans-kenner die ik vroeg of en welke moeilijkheden Timmermans na de oorlog had gehad. "Felix", zei hij, "is mijn vriend geweest. Hij heeft nooit iemand kwaad gedaan. Hij heeft geen politieke daden gesteld en niets geschreven, dat tegen hem gericht kan worden. Hij heeft niet met de Duitse vijand gecollaboreerd Hij heeft wel uit Duitse handen de Rembrandt-prijs aangenomen. En hij heeft de Duitsers die hem in zijn huis te Lier kwamen opzoeken ontvangen, zoals hij iedereen ontving. Die Rembrandt-prijs hebben ze hem in de nek geschoven zonder hem vooraf te raadplegen. Albert Servaes heeft die prijs ook gekregen. Ze hebben Felix na de oorlog wat gepest. Er werd een onderzoek naar zijn gedragingen ingesteld. Maar hij werd niet geïnterneerd. Omdat hij ziek was, kreeg hij een tijdje huisarrest. Veroordeeld werd hij niet. Dat onderzoek naar zijn gedragingen — het ging om die prijs — leidde tot niets en verzandde. Hij deelde dat lot met een half millioen andere Belgen over wie ook dossiers waren aangelegd. Maar men zat toen toch vooral achter de culturelen aan. Al wie een pijp rookte, was verdacht. En Felix was een pijproker."

Bange man Anderen schilderen Timmermans als een brave en erg bange man. Hij was een Vlaamse nationalist. Geen verzetsstrijder! De vrienden van Timmermans vinden het jammer, dat de Duitsers destijds met die Rembrandtprijs kwamen aandragen. Dat Timmermans die prijs accepteerde vindt men normaal. Alleen kort na de oorlogsellende, toen grote klopjacht werd gehouden, stond ook de hartzieke Timmermans op de zwarte lijst. Hij werd ingedeeld bij de lichte of zeer lichte gevallen, die spoedig werden vergeten.
Over het oorlogsverleden Timmermans wordt nu nog maar nauwelijks gesproken. Over de schrijver Timmermans raakt men waarschijnlijk nooit uitgepraat. Zijn, nu ongekuiste en in prachtgewaad gestoken, Pallieter is een heerlijk werk. En het is niet goed het zijn frisheid en eerlijkheid, zijn gebondenheid aan Vlaanderen te ontnemen door het in de bonton van de essayistenstijl op te trekken naar nevelige hoogten waarin het niet huis hoort, het verdient aanbeveling 't boek weer eens ter hand te nemen en te herlezen wat geschreven staat tussen de eerste en de laatste zin van het schone boek. Tussen "In die eerste Lieve Vrouwkensdagen, was de lente ziek" en "Alzo vertrok Pallieter, de dagenmelker, uit het Netheland, en ging de wijde, schone wereld in, lijk de vogels en de wind".
*******
|