Foto
Inhoud blog
  • GOMMAAR TIMMERMANS OVERLEDEN
  • Toespraak bij de opening van uitgeverij
  • Speciale tekening van Felix Timmermans
  • Wat andere kunstenaars over de kunst van Timmermans schreven - Flor van Reeth
  • Intervieuw met Tonet Timmermans - Jooris van Hulle
  • Beste bezoeker
  • Op bezoek bij Tonet Timmermans - Denijs Peeters
  • Timmermans in Baarn - Huub van der Aa
  • Felix Timmermans en Camille Melloy - Etienne De Smedt
  • Ge zijt uw eigen baas en uw eigen koning - Bart Van Loo
  • Boerenpsalm tentoonstelling in Mol
  • Felix Timmermans was voor alles Dichter - Erik Verstraete
  • Laat het nu stil worden - Herman-Emiel Mertens
  • De Stille Timmermans - Marcel Janssens
  • Pallieter - Fons Sarneel
  • Begrafenis van Felix Timmermans op 28/01/1947 - Gaston Durnez
  • Job Deckers en de lokroep van Schoon Lier - Roger Vlemings
  • En waar de ster bleef stille staan - Felix Timmermans
  • De Fé herleeft in Lier - Paul Depondt en Pierre De Moor
  • " E Vloms keuningske " - Gaston Durnez
  • Sint Gommarus - Felix Timmermans
  • Timmermans ter ere, een selectie uit zijn picturaal werk - G. Carpentier-Lebeer
  • Bij de heilige Anna klinkt hardrock-muziek - Frans van Schoonderwalt
  • En als de Ster bleef stille staan... - J.J. Vürtheim Gzn
  • Felix Timmermans, de Liersche Breughel - Caty Verbeek
  • Het afscheid van Felix Timmermans - Redactie
  • De Poëzie van Felix Timmermans - De Nieuwe Gazet 09/08/1947
  • Uniek dat auteur alles van zijn werk heeft bewaard - Frans Keijsper
  • De fijne nostalgie van Felix Timmermans - Rigoberto Cordero y Léon
  • Lier gegroet, nog duizend pluimen op uw hoed - Willem Hartering
  • De Timmermans-tegeltjes - Ward Poppe en Philip Vermoortel
  • Pallieter wint het van Wortel - Gaston Durnez
  • Het spekbuikige Brabant en het magere Kempen land - Marcel Pira
  • De Zeemeermin - Bert Peleman herdenking op 11/07/1986
  • Profiel van Felix Timmermans - Etienne De Ryck
  • Lia Timmermans - zo was mijn vader - Manu Adriaens
  • Felix Timmermans in Waalwijk - Arthur Lens
  • Overeenkomst - Van Kampen
  • Ronald
  • Mooie Faience steentjes van de Fé
  • Mooie opdrachten - uniek materiaal
  • Bij de recente Duitse vertaling van Adagio - Stijn Vanclooster
  • Dit schreef Gommaar
  • Waarom ik van Timmermans hou. (deel 1) - Viktor Claes
  • Waarom ik van Timmermans hou. (deel 2) - Viktor Claes
  • Felix Timmermans - Uit mijn rommelkas
  • Felix Timmermans, zijn succes en zijn schrijversplannen - Redactie
  • Een Tafelspeech en een Interview - Karel Horemans
  • De Muziek in het werk van Timmermans - Louis Vercammen deel 1
  • De Muziek in het werk van Timmermans - Louis Vercammen deel 2
  • Streuvels en Timmermans - Jan Schepens
  • Reimond Kimpe - Joos Florquin
  • Pallieter in Holland - Cees Visser
  • Intimations of Death - Schemeringen van de Dood
  • De Blijdschap van Guido Gezelle en Felix Timmermans. - Gaston Durnez
  • Toespraak gehouden in Hof van Aragon - Philip Vermoortel
  • De schrijver Antoon Coolen in Hilversum - P.J.J.M Timmer
  • Felix Coolen
  • Pallieter verboden - redactie Het Vaderland
  • Over Pallieter. - Voordracht in het Foyer-Concertgebouw op 24 januari 1919.
  • Beste vrienden - redactie
  • 'Ik heb mijn kinderdroom waargemaakt' - Lieve Wouters
  • De man achter GOT - Andy Arnts
  • Gestopt met tellen, Hoeveel boeken ik geschreven heb - P. Anthonissen
  • Liefde is nooit verboden - Frans Verleyen
  • Felix Timmermans overleed vandaag - Bertje Warson
  • Saluut bij een honderdste verjaardag - Marc Andries
  • Timmermans op de planken - Daniël De Vos
  • Gaston Durnez Exclusief - Etienne Van Neygen
  • Vlaamser dan Vlaams. - Hans Avontuur
  • Felix Timmermans en Averbode - G.J. Gorissen
  • Een tweede leven voor Timmermans en Claes - Patrick Lateur
  • Een Brief aan Felix Timmermans - Johan De Maegt
  • Dichter und Zeichner seines Volk - Adolf von Hatzfeld
  • In de Koninklijke Vlaai - Felix Timmermans
  • Fred Bogaerts - Adriaan De Bruyn
  • De Natuur blijft verbazen
  • Kluizekerk sloot definitief - redactie
  • Timmermans heeft geen Fascistisch Bloed - Lode Zielens
  • Om er even bij stil te staan - Etienne De Smet
  • Tekeningen
  • Aan boord met Felix Timmermans - Anton van Duinkerke
  • Gommaar Timmermans - GoT 90 jaar
  • Het Menu - Bonni Konings
  • Onuitgegeven handschrift van Felix Timmermans
  • Zet uw ziel in de zon - Gaston Durnez
  • Stijn Streuvels 70 jaar - Felix Timmermans
  • Anton Pieck: een vriend van Vlaanderen - K. Van Camp
  • De Pallieter kalenders. - Marc Somers - Deel 1
  • De Pallieter kalenders. - Marc Somers - Deel 2
  • De Pallieter kalenders. - Marc Somers - Deel 3
  • Zelfportret - Felix Timmermans
  • Ik had zo graag Felix geheten! - Daniël De Vos
  • Tony Fittelaer: « Kozijn Felix was een buitengewoon mens » - Vandecruys Geert
  • In en over Juffrouw Symforosa - Arthur Lens
  • Bij Pallieter thuis - Redactie
  • Kalender 1932 - Felix Timmermans
  • Mijn eerste boek - Felix Timmermans
  • De Fé vulde een kamer - Martine Cuyt
  • Met Timmermans op literaire bedevaart naar Lier - Jaak Dreesen
  • De Toverfé - Wannes Alverdinck
  • " Er gebeurt iets… Timmermans herdacht " - Jan Vaes
  • Bij Marieke is de Fee nog thuis - Marc Andries
  • Oosters Geschenk van Clara Timmermans (Haiku's)
  • Een soep met vier troostende mergpijpen - Gaston Durnez
  • Met Felix Timmermans op stap door Lier - Jos Vermeiren
  • Professor Keersmaekers over Felix Timmermans - Jaak Dreesen
  • Honderd jaar geleden werd Felix Timmermans geboren
  • Tonet Timmermans overleden 26/03/1926 - 16/04/2020
  • Briljante vertegenwoordiger van de volkskunst ! - Al. Slendsens
  • De goede Fee op zoek naar de Kern - Gaston Durnez
  • Saluut bij een honderdste verjaardag - Marc Andries
  • Een ministadje uit de voltooid verleden tijd - Frans Verstreken
  • Felix Timmermans, Tekenaar en Schilder - Denijs Peeters
  • In defence of Timmermans - Godfried Bomans
  • Hoe Pallieter werd onthaald door Nederlands publiek - Karel van den Oever
  • Adriaan Brouwer - Sirius
  • De Pallieter rel - Lode Zielens
  • Boerenpsalm - Willem Rueder
  • De zachte Keel - Frans Verstreken
  • Feestelijke Groeten
  • Merkwaardige gesprekken - Gommaar Timmermans
  • En als de Ster bleef stille staan - Top Naeff
  • Gaston Durnez - Overleden
  • Felix Timmermans - Rond het ontstaan van Pallieter
  • Een barre winter in Schoon Lier - Henk Boeke en Claus Brockhaus
  • Interview met Gommaar Timmermans - Bertje Warson
  • Felix Timmermans werd onrecht aangedaan - W. Roggeman
  • Gesloten wegens nieuwe schoenen - Toon Horsten
  • Boerenpsalm - Peter Claeys
  • Gommaar Timmermans - Paul Jacobs
  • Ernest Claes - Felix Timmermans en voordrachten in Duitsland
  • De Molen van Fransoo - Felix Timmermans
  • De Vroolijkheid in de Kunst - Carel Scharten
  • Adagio - Felix Timmermans
  • Hoe ik verteller werd - Felix Timmermans
  • Pallieter wordt honderd jaar - Bertje Warson
  • Openingstoespraken - Timmermans-Opsomerhuis 1968
  • Toespraak Artur Lens Archivaris - 1968
  • Toespraak Hubert Lampo - 1968
  • Timmermans als Schilder en Etser - Floris Van Reeth
  • Felix Timmermans, Dichter und Zeichner seines Volk.
  • Felix Timmermans - Theo Rutten
  • Gesprek onder vier ogen - Fred Bogaerts 70 jaar
  • Timmermans over De Pastoor in den bloeienden Wijngaerdt
  • Tooneel te Brussel
  • De vroolijkheid in de Kunst
  • Stamboom van Felix Timmermans
  • Timmermans over "De Pastoor uit den Bloeienden Wijngaert
  • Felix Timmermans over den Vlaamschen humor
  • Adagio - Lia Timmermans
  • De nachtelijke Dauw - Felix Timmermans
  • Felix Timmermans geschilderd door Tony Claesen - 2018
  • De Nood van Sinterklaas - Felix Timmermans
  • De Vlietjesdemping te Lier - Felix Timmermans
  • Pallieter naast Boerenpsalm
  • Pallieter in het klooster - Cees Visser
  • Info FT Genootschap
  • F T Fring bestaat 25 jaar
  • Timmermans en de Muziek - Daniël De Vos
  • Fons De Roeck
  • Is Timmermans Groot ? - Felix Morlion O.P.
  • Renaat Veremans vertelt - José De Ceulaer
  • Vacantie bij de oude boeken - Gaston Durnez
  • Foto's van Oude Lier 1
  • De Pastoor uit den Bloeyenden Wijngaerdt
  • Brief Gommer Lemmens - 11/06/2013
  • 70 jaar geleden ....
  • Overlijden van de Fé
  • Luisterspel Pallieter 2016
  • Bibliotheek van de stad Lier
  • Anton Thiry - Gaston Durnez
  • postkaarten
  • Een Mandeke Brabants fruit
  • Clara Timmermans overleden
  • Covers van Pallieter
  • Pallieter en Felix Timmermans
  • Toespraken 25/6/2016 - Kevin Absillis, Kris Van Steenberge en Gerda Dendooven
  • De Lierse Lente - Ronald De Preter
  • Felix Timmermans - Emiel Jan Janssen
  • Pallieter honderd jaar - Gaston Durnez
  • Adagio - Frans Verstreken (Hermes)
  • Pallieter, een aanval en verdediging
  • Foto's 1
  • Driekoningen-Tryptiek - Jacques De Haas
  • Over Pallieter (25/01/1919)
  • Timmermans' werk in het buitenland
  • De Eerste Dag - Felix Timmermans
  • Het Kindeke Jezus in Vlaanderen
  • Fred Bogaerts - Felix Timmermans
  • De Harp van Sint Franciscus - Gabriël Smit
  • Timmermans en Tijl Uilenspiegel
  • Felix Timmermans ter Gedachtenis
  • De Vlaamse Timmermans - Paul Hardy
  • Timmermans was Einmalig - José De Ceulaer
  • Levenslied in schemering van de dood - Gaston Durnez
  • Expositie in De Brakke Grond te Amsterdam
  • Bij de Hilversumsche Gymnasiastenbond
  • Timmermans als schilder en tekenaar - W.A.M. van Heugten
  • De onsterfelijke Pallieter - Tom Vos
    Zoeken in blog

    Beoordeel dit blog
      Zeer goed
      Goed
      Voldoende
      Nog wat bijwerken
      Nog veel werk aan
     
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Felix Timmermans
    Vlaamse schrijver, dichter en schilder * 1886 - 1947 *
    18-02-2010
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Wat heb ik nog aan Pallieter - Marcel Janssens

         WAT HEB IK NOG AAN PALLIETER? xml:namespace prefix = o ns = "urn:schemas-microsoft-com:office:office" />

    Door prof MARCEL JANSSENS

    De vraag die ik in een vrij kort bestek tracht te beantwoorden, luidt: wat heb ik nog aan Pallieter na ongeveer 60 jaar ? (Op één hoofdstuk na verscheen de tekst in tijdschriftafleveringen in De Nieuwe Gids tussen 1912 en 1914, terwijl de publikatie in boekvorm bij Van Kampen dateert van 1916.) Om dat te doen knoop ik eerst even aan bij de ontstaansgeschiedems en de ontvangst van het boek tijdens en kort na de eerste oorlog. Vervolgens vermeld ik een paar aspecten van het boek en van de Pallieterfiguur die dienstig kunnen zijn bij de lectuur van de tekst nu. Aldus tracht ik mogelijke betekenissen van Pallieter voor een eigentijds lezer te schetsen - dat alles uiteraard heel vlug en met stippellijntjes.

    De Pallieter-film van Roland Verhavert en Hugo Claus begint met een lange sequens over dood en droefenis, gesitueerd in een burgerlijk stadsmilieu en gehuld in een sombere, zwaarmoedige sfeer. Scenarist en kineast deden kennelijk een poging om het ontstaan van de Pallieter- figuur psychologisch te verklaren met een biografische en literairhistorische verwijzing naar de Schemeringen van den dood, het ei waaruit "Pallieter" ter wereld gekomen is, zoals Timmermans zelf heeft getuigd in Uit mijn rommelkas. Het boek begint op een heel andere manier met direct Een fijne morgen in de mei en met de blijde verachting van de zon die "opnieuw het zoete Netheland (zou) beschijnen, en ze zou de bomen en planten van geweld doen spreken en klappen, de bloemen doen breken van reuken, de bossen doen denderen van ’t danige vogelegefluit en hemzelf, Pallieter, een voet groter doen worden." En zo geschiedt het, van meet af aan met telkens andere variaties en cumulaties van een eendere grondintuitie tot op de laatste bladzijde, waar Pallieter met de witte huifwagen de wijde, schone, jubelende wereld intrekt, naar het zuiden, "lijk de vogels en de wind". Uit getuigenissen van Timmermans zelf en van verscheidene biografen leren we dat het boek na een zware depressie en ziekte in 1911 is voortgekomen uit een euforische levenswil, uit een streven naar een volkomen probleemloos leven, uit het verlangen om gelukzalig het leven te mogen bewonderen en er - om het beroemdgeworden beeld te gebruiken - "de saus af te likken". Timmermans verzaakte de wat "literair" geforceerde dweperij met het doodsmysterie in de Schemeringen en wendde zich naar het overrijke leven toe. In de zomer van 1911 - het jaar waarin Streuvels Het glorierijke licht schreef als "blijde herinnering aan de heerlijkste aller zomers, die ooit over de wereld praalden" - begon Timmermans het leven te lande te observeren en te beschrijven, en uit een eerste project van een soort lyrisch dagboek over de heerlijkheid van de natuur groeide allengs, mede door de inbreng van een paar vrienden, het Pallieter- ontwerp, dat hij in 3 à 4 jaar tijd moet hebben uitgeschreven, vooral in de eerste jaren na zijn huwelijk, tussen zijn 25e en 28e jaar. Mij blijft het verbazen dat hij, zo die biografische gegevens kloppen, diezelfde euforische jubeltoon, die de hoofdtoon is van het boek, meer dan drie jaar kon aanhouden.

    In volle Eerste Wereldoorlog verschenen, kende het boek vooral in Nederland aanvankelijk een uitbundig succes. Een criticus schreef dat Pallieter tegemoet kwam aan "een geeuwhonger naar `optimisme’." Uit Vlaanderen was een dagenmelker opgedoken "die een jubelend loflied zong op het bloeiende leven", waarvan de uitbundigheid in volle oorlog overkwam als een "levenselixir". Timmermans, zo werd gezegd, "gold voor een medicijnman, wiens panische overmoed de ziekte van de eeuw en de dood van het ogenblik verdreef." De eerste reacties zijn wellicht wat oppervlakkig, maar in de tijdsomstandigheden zeer begrijpelijk, en bovendien voor ons nog nuttig als suggestie voor een hedendaagse lectuur van de tekst. Vrij vlug echter stak er rond Pallieter een voor ons nu onwaarschijnlijk hevige storm op, vooral in Nederland, waar conservatieve katholieken zich vreselijk ergerden aan "de heilloze heidense strekking van dit op zedelijk gebied zo door en door naturalistisch boek". Zelfs de Congregatie van het H. Officie te Rome mengde zich in de zaak Pallieter en het heeft er een tijdje naar uitgezien dat de Index onvermijdelijk was. In 1920 - dus vier jaar na de boekpublikatie (Roma mora, zegt men) - werden de Belgische en Nederlandse bisschoppen vanuit Rome formeel gelast hun gelovigen de lectuur van Pallieter te verbieden. Het Belgische episcopaat heeft zich om verschillende redenen op de vlakte gehouden (hoewel de Staatsprijs voor het Proza te midden van al die herrie aan Pallieter niet toegekend werd) , maar het Nederlandse episcopaat tilde veel zwaarder aan het onkuise, heiligschennende en godslasterlijke boek. Het gevolg was dat - zoals Louis Vercammen aanstipte 1 - de lectuur van Pallieter verboden was in Roosendaal en toegelaten in Essen. Het kwam zó ver dat in 1930 - dus 16 jaar na datum! - een "gekuiste" Pallieter verscheen - een Pallieter met hier en daar een heiligschennende uitspraak minder en een lapje textiel meer, kortom, zoals schamper werd gezegd, een Pallieter "voor kinderen en katholieken". Sinds 1966 mogen wij ons allemaal weer te goed doen aan de ongekuiste tekst. Ik vermeld dat alleen als suggestie van de afstand tussen de receptie toen en de receptie nu. Toen speelden ernstige factoren mee die voor ons, na 60 jaar Pallieter, irrelevant, pittoresk, folkloristisch geworden zijn. De uitspraak van Pallieter "Ik ga mijn God opeten" werd als bespotting van de eucharistie verketterd en men zal zich allicht geërgerd hebben aan een hoofdstuk als Maneschijn tijdens de verlovingstijd van Pallieter en Marieke. Daar staat zo iets als :

    "En dan kwamen ze in den beemd tussen de talloze hooioppers die fijn begoten waren met maanlicht. Zij wandelden door de fijne reuken van het hooi, en hunne bijeengedrukte lichamen waren één schaduw op het afgeschoren gers. De maan wandelde mee in een klein, vol beeksken. `Kom, lot ons wa neerzitte’. En zij lieten zich in een dikken hooiopper zakken, namen malkaar in de armen, wrongen zich dieper in het hooi als in een holte, en Pallieter rok zijn benen van de deugd; zij lei heur hoofdje in de molligheid van zijn brede schouders, en zo zaten ze daar bijeengekropen lijkt twee jonge konijntjes."

    De structuur van dat boek ziet er ongeveer uit als volgt. Wat de vertelde tijd betreft staan we voor een rechtlijnig aflopend en ongeveer gelijkmatig verdeeld tijdsverloop van 13 à 14 maanden tussen mei en juli/augustus, met dus 2 keer lente, 2 keer zomer en 1 keer winter. Het verlovingsfeest van Pallieter en Marieke wordt gevierd op kermisdag met Pinksteren, er wordt getrouwd op 21 september, dan moet 9 maanden gewacht totdat in eer en deugd een "verkensroze" drieling kan worden geboren, in de daaropvolgende juli- of augustusmaand verlaat het Pallieter- gezin het Neteland, in zuidelijke richting. Dat verlangen om de wijde wereld in te trekken had hij reeds op zijn huwelijksdag in september uitgesproken. De verteller vult echter de lange wachttijd van 9 maanden op met een winter, nog een lente en nog een begin van een zomer en ruimt het boek dat zich eindeloos aan de natuurlijke, burgerlijke en kerkelijke kalender had kunnen blijven vasthaken, op met de gemakkelijkste der oplossingen: het vertrek van de held. De 28 hoofdstukjes - dus ongeveer twee per maand - hangen als een suite van "beeldekens" op aan die chronologische draad van maanden en seizoenen. Het boek ontplooit zich "prentsgewijze" als een reeks picturaalanekdotische taferelen rond een paar vaste kernen: het Neteland met daarin de Pallieter- figuur en een beperkt aantal wezens (mensen en dieren) in zijn omgeving. "Mijn schilderijen zijn vertelsels," heeft Timmermans gezegd, "mijn vertellingen schilderijen." Over het huwelijksfeest in Pallieter zegt de verteller: "dat was een feest voor een schilder." Dat gaat ook op voor de andere fel gekleurde stemmingsbeelden in Pallieter, die in een temporeel niet zozeer in een causaal of psychologisch verband aan elkaar geregen worden als prenten in een verrukkelijk kijkboek zonder dwingende doelgerichtheid of dramatische toppen. Pallieter heeft praktisch geen plot. Het boek wordt bijna niet doelgericht opgebouwd of afgewikkeld, het toont in ruimte en tijd variërende beelden van een geluksverlangen. Sterk op elkaar gelijkende beschrijvingen, zoals die van het verlovingsfeest en het huwelijksfeest, vormen doubletten in de reeks prenten, zoals op het niveau van de zin praktisch identieke wendingen en beelden terug kunnen keren. In de narratieve structuur van het boek vinden we dezelfde principes als in de zinspatronen: juxtapositie, cumulatie, variërende herhaling. In het tekstmilieu van Pallieter is de herhaling gewoon een structurele noodzaak.

    Opvallend in de narratieve opbouw van het boek is de afwezigheid van dramatische conflictstof en conflictsituaties, hetgeen er een meer lyrische dan episch-dramatische inslag aan verleent. Pallieter heeft immers geen (of bijna geen) opponenten. Als landman heeft hij niet, zoals bij voorbeeld boer Vermeulen uit De Vlaschaard of boer Wortel uit Boerenpsalm. te kampen met het weer of de grond, die hem nooit vijandig zijn. Geen misoogst in Pallieter, er welt alleen melk en honig uit een hoorn der overvloeds! Het voorbijgaan van de tijd, eventueel het ouder worden, problemen van ziekte of aftakeling raken de Pallieter- figuur niet. Hoe oud is die man wel die we in de loop van een dertiental gemolken maanden mogen volgen? Op een paar uitzonderingen na (ik denk aan de hoofdstukken over Het tweegevecht en over de oude paarden) krijgt hij het evenmin aan de stok met hem vijandige mensen. Wanneer zijn milieu bedreigd wordt door de mogelijke aanleg van een spoorbrug over de Nethe en de schending van zijn tuin, ontwijkt hij de confrontatie en neemt hij de biezen met zijn hele hebben en houden. Als uitbeelding van een nagenoeg volkomen probleemloze geluksdroom is Pallieter een uniek boek in de Europese vitalistische literatuur. De vitalistische beleving bij een Giono, een Ramuz, een Wiechert is nog altijd in bepaalde opzichten conflictueus, hetzij dat de natuur zich tegen de mens opstelt, of de mens tegen de mens, of de natuurmens tegen de beschaving. In Lady Chatterley’s Lover van D.H. Lawrence komt ook een euforische scène in een bos onder de pletsende regen voor, maar wat een verschil van toonaard, achtergrond en context met een gelijkaardige scène met Pallieter die door de malse regen spartelt! En hoe zit het vitalisme bij Streuvels of Teirlinck in spanningen en conflicten allerhande verwikkeld !

    Een zelfde paradijselijke zaligheid vinden we in de ruimtebeleving in het boek. De topografische aanknopingspunten die Timmermans (naar zijn eigen getuigenis) voor de geest stonden als hij schreef over het oude romantische Lier en zijn omgeving, heeft hij in Pallieter helemaal omgedicht tot een mythische ruimte, die hij zowel horizontaal als verticaal enorm vergroot en verheerlijkt in functie van de geluksroes die het hele boek doorzindert, tot in de leestekens toe. Bekend is het verhaal van de Duitse " dame die na lectuur van Pallieter op pelgrimage naar Lier kwam en deerlijk ontgoocheld moest constateren dat er daar geen "blauwe Begijnebossen" waren. De mythische ruimte in Pallieter is een speelterrein voor een nieuwe Adam en een nieuwe Eva. Pallieter en Marieke zijn een stuk van de vitale, vruchtbare natuur, die hun speelkameraad is ("Bruur Buum", zegt Pallieter). Als vóór de zondeval, vóór het grote onderscheid, vóór het splijten van het oorspronkelijke geluk speelt Pallieter in een nog onbezwaarde harmonie met al wat leeft in een onmetelijke speel- en pluktuin. Voor boer Wortel " in Boerenpsalm daarentegen is de natuur een werkterrein. Hem vliegen geen gebraden vogels in de mond. Wortel, die ten oosten van Eden wroet in de grond, symboliseert een volwassen geworden mens, op wiens schouders een taak rust. In tegenstelling tot Pallieter maakt Wortel plannen die gedwarsboomd gaan worden, zijn inspanningen worden karig beloond, hij kampt tegen armoe en lijden. "Van alle kanten loert het leven om u een pee te steken", zegt hij. De maan lacht en spot met het werk van Wortel, terwijl de maan de stille getuige is van het geluk van Pallieter en Marieke. Het veld, zegt Wortel, is een soort van vijand, een reus, die ons dag in, dag uit tegenwerkt. Een dergelijke vijandige verhouding tot de natuur is in Pallieter ten enenmale onmogelijk: in het mythische Land van Belofte aan de boorden van de Nete, een soort "Golden River" in de euforische toonaard van het boek, is er alleen plaats voor zalig spelen, minnen, plukken, proeven, zingen, dromen, en dat allemaal afgerond met een galmend uitroepingsteken.

    In dat mythische tijds- en ruimtekader loopt een uitzonderlijk gelukzalig figuur rond: Pallieter. Hij is de structurele constante die in een veelvuldig herhaalde confrontatie met een variërend decor het boek draagt en bindt. Hij is het meest schaduwloos feestelijke personage dat ik in onze literatuur ken. De zotte wellust van de mei en van het goede leven dat tintelt "lak ’n hiet maagdeke", zit in zijn bloed. De rijkelijke gulheid van Moeder Aarde met haar "duizend borsten" vindt haar evenbeeld in de feestelijkheid van Pallieter zelf. Met een sterk ontwikkelde zenuwgevoeligheid staat hij zeer receptief open voor alle zintuigelijke prikkels, die hij dan pleegt door te verlengen onder de opperhuid naar ervaringen "in het diepst van zijn hert" of "in het klokhuis van zijn ziel". De vitale snelheid waarmee het leven zelf werkt, tracht hij impulsief, nerveus en armenzwaaiend bij te benen. Hij schiet kwikzilverig uit zijn krammen, klimt "in een katterapte" overal op en over, slurpt en smakt met een onlesbare dorst, is verzot op felle kleuren en dronken van zonlicht. Hij participeert aan een al- leven, wat zich uitdrukt in een alles bezielend animisme, in het bijzonder via bewegingswerkwoorden, waarvan het krioelt in Timmermans’ stijl, en dat niet alleen in Pallieter. Alles, tot en met de meest onbezielde dingen, kan in Timmermans’ dynamische visie wandelen, huppelen, dansen, slenteren, lopen, werken, slaan. Geen wonder dat Pallieter begaafd is met een verrukkelijk zesde zintuig, dat der synesthesie. Zo ziet Pallieter geluiden ("men zag het gegalm (der hoornen) in de bomen") en ziet hij geuren drijven of vloeien; het licht ervaart hij als tastbaar en eetbaar (hij steekt zijn vinger in een klad zon licht, likt hem af en zegt: het smaakt naar honig, of hij wil manestralen gaan voelen), verder is licht voor hem ook vloeibaar en hoorbaar (hoor het licht kraken, zegt hij). Via dergelijke synesthesieën wordt de bedwelmende intensiteit gesuggereerd van een waarneming die zijn hele wezen, huid, hart en ziel incluis, doorzindert. Het soort ervaringen die Pallieter meestal heeft in zijn contact met de Moeder Aarde, is niet zonder meer banaal- zintuigelijk: het betreft meestal toestanden van geheel- organische gelukzaligheid en verzadiging, waarin hij beroesd en bedwelmd kan glijden naar een algehele geborgenheid. Men zou dat als een regressief verlangen kunnen interpreteren.

    Er is evenwel een andere dimensie in Pallieter die te midden van al dat lichamelijk geweld te vaak over het hoofd wordt gezien. Soms, bij voorkeur bij avondstemmingen, waarin hij de stilte kan horen wandelen, plooit hij, in zaken van devotie nochtans een non- conformist, zich ingetogen op zijn binnenste terug en looft hij zijn Schepper al zingend of al musicerend. Die opwellingen van religiositeit liggen in het verlengde van de reeds geschetste waarnemingen: Pallieter ziet of smaakt of ruikt hoe overrijk het leven is, dat doet zijn "hert smilten" of zijn ziel trillen, normaal loopt die continuë lijn van algeheel- gelukzalige aandoeningen over in een dankgebed, meestal gezongen. Want Pallieter zingt en musiceert niet enkel in een luidruchtige sfeer van feest of kermis, maar ook in momenten van verstilling en verinnerlijking, zoals gezegd bij voorkeur in een stille avond. In de structuur van het boek, in de opbouw van de hoofdstukjes afzonderlijk, evenals in de typering van de Pallieter- figuur constateren we een alternering van geweldig lawaai en ingetogen stilte, van overdadig zonlicht en gedempte schemer. Zo is er ook een alternering van schetterende samenscholingen van mensen in stoeten, processies, feesten, waar zij tezamen muziek maken, zingen, bidden, "overvuldig" eten en drinken aan de ene kant, en aan de andere kant van veel inniger momenten, waar Pallieter in de eenzaamheid tot rust komt. In de tekst staat: "en hij werd stil zoals een mens na diep gebed". Er is in Pallieter de beroezende sensatie van met velen in stoeten op te stappen; er is evenzeer een weemoedige verstilling en verinwendiging van het levensritme, en dan vallen óók Timmermanswerkwoorden als : aarzelen, verwijlen, glijden, drijven...

    Er komen nu in Timmermans’ manier van schrijven twee opvallende stijlfiguren voor die ons heel wat leren over het type Pallieter, over de grondtoon van het boek en ten slotte ook over zijn mogelijke betekenis voor ons nu. Die stijlfiguren zijn: het pleonasme2 en de hyperbool. Met behulp van die twee stijlfiguren, die voor mij veel meer zijn dan retorische versierselen of krullen in de rand, wou ik nog even trachten de eigen aard van het boek toe te lichten. Een pleonasme is in feite een logisch overbodige herhaling van een woord dat reeds vervat is in een ander, bij voorbeeld: witte sneeuw, gele boterbloemen, rode papavers. Hoewel het niet altijd makkelijk is dergelijke wendingen te onderscheiden van tautologie en synonymie, mag men zeggen dat zij met een significante frequentie voorkomen in de tekst Pallieter. Dergelijke overtollige toevoegingen zijn niet ongebruikelijk in naïefvolks taalgebruik, waaraan Timmermans ze graag zal hebben ontleend. Als voorbeelden noem ik de overbodige vermelding van bijwoorden, bijwoordelijke bepalingen of voorzetsels in een woordgroep met een verbum als hoofdwoord, zoals: de zon blonk schitterend, sommige (sterren) helder blinkend, de pauw ontvouwde zijn staart uiteen, de zon brak de zeepbellen vaneen. Pleonastische werkwoordvormingen met "kapot, vaneen, uiteen" blijken in Vlaamse dialecten vrij veel voor te komen. De taal van Pallieter knoopt daarbij aan ter versterking van een suggestie van beweeglijkheid, dynamisme of geweld. Duidelijk pleonastisch zijn formaties als: "naar omhoog rijzen, naar onder duikelen" en (natuurlijk) "naar beneden vallen". Dubbelvormen, al of niet allitererend, leveren een vracht voorbeelden op, bij voorbeeld: "pis- en paardebloemen, licht en zon, kneukels en marbollen, knop en bot, fris en vers, wit en blank, wijd en ver". Het talrijkst zijn nog verbale doubletten: "spreken en klappen, stoefen en pronken, lekken en druppen, schijnen en lichten". Het effect van zulke reduplicaties is versterkend en verzwarend, vooral waar alliteratie, assonantie of rijm het effect nog aandikken: "snakten en klakten, pletsend en kletsend, klapperen en wapperen". Sommige doubletten zijn staande uitdrukkingen uit de volkstaal (zoals "smullen en smeren") , die, al of niet lichtjes geretoucheerd, goed passen in dit retorisch aandikkend stijlmilieu.

    De vermelde gegevens wijzen in de richting van een nadrukkelijke intensivering van de mededeling. De retorische middelen waarvan de schrijver zich bedient, geven iets emfatisch aan de hoofdttoon van de tekst en scheppen een klimaat van nadrukkelijke affirmaties waarvan nooit iets blijkt te moeten worden genuanceerd of gemilderd, laat staan teruggenomen. Pallieter is een in hoge mate affirmatieve en door zijn uitbundige stelligheid ook zo aanstekelijke tekst. De syntaxis bestaat in de regel uit eenvoudige hoofdzinnen, aan elkaar geregen volgens de beginselen van coördinatie en juxtapositie. De ondergeschikte zin komt zelden voor. De syntaxis van Pallieter is cumulatief: de tekst rijgt versterkende herhalingen aan mekaar. Het stijlbeeld van Pallieter komt op de lezer at als één groot retorisch uitroepteken. Zelfs in momenten van stilte, wanneer de innerlijke Pallieter een potentieel van ingetogenheid laat opwellen, doet zich die kenmerkende taalverzwaring voor. Sprekend over de structuur van het boek, vermeldde ik precies dezelfde principes : juxtapositie, cumulatie, varierende herhaling. De structuur van Pallieter is om zo te zeggen pleonastisch. En de psychologie van Pallieter? Ook hier wordt eigenlijk niets opgebouwd of afgewikkeld, niets beredeneerd of vanuit een conflictstof uitgeschreven. Pallieter is gegeven in de eerste bladzijden: varierende herhalingen amplificeren de idee waaraan hij gestalte moet geven. Ook hier dezelfde principes: herhaling (met gradatie), variatie, cumulatie. De typering van de Pallieter- figuur functioneert pleonastisch, zelfs tautologisch.

    Een analyse van de hyperbool of overdrijving zou dezelfde resultaten kunnen opleveren. Het natuurkader wordt door de band begiftigd met hyperbolische proporties en dynamiek: de natuur is geweldig, overdadig, overvuldig, overgroot, onmetelijk, weelderig, groots, onafzienbaar, overvol met "wild, zot, barbaars en overtollig leven". Op de laatste bladzijde staat deze karakteristieke zin bij Pallieters afscheid: "Heel het land hief zijn gouden geur als wierook in de lucht". Planten en dieren ondergaan dezelfde onwaarschijnlijke vergroting: Pallieter berijdt een geweldige geitebok en een reusachtige merrie; rozen groeien "vuisten dik", en klimop "een muur dik". Als het over het zotte geweld van de natuur gaat, springt de verteller niet karig om met telwoorden: liefst honderd verschillende bloemen en duizend vette kruiden langs de Nete en honderdduizend vogelen in de lucht. De klokken van Rome "zwieren een regen van eieren over de wereld". Voor minder gaat Pallieter niet op stap. Vooral de activiteit en de intensiteit van de zon worden in het kader van een exuberante vruchtbaarheidscultus hyperbolisch voorgesteld. Bij zoveel geweld ziet men - bij herhaling! - alles, Pallieter incluis, "bijderogen" een voet groeien! De typering van Pallieter zelf zit eveneens in een dergelijke uitbundig vergrotende woordenschat ingesponnen. In een ommezien klimt hij in de kruin van een Populier (!) en zit daar, "als ’n reus" schommelend (!) een machtig lied uit te galmen. Hij kijkt zijn ogen uit, krijgt nergens genoeg van, kan zich uren ergens aan vergapen en te goed doen, de duizend borsten van moeder aarde kunnen zijn wellust niet verzadigen, "nooit ni". In de plaats van "twee is te weinig, drie is te veel" past bij Pallieter veeleer: "twee is te weinig, drie is net genoeg"; dus: meteen een drieling! Timmermans gebruikt in die context van overdadige affirmatie graag gespierde vergelijkingen en metaforen uit de volkstaal, bij voorbeeld: de blotevoetpaters zien er "zoe vet als slakskes" uit en de familie van Charlot maakt een "lawijd gelijk een laatste oordeel". In zijn vergelijkingen en metaforen, waaronder unieke vondsten zitten, heeft Timmermans zijn verbazend originele, "naïve" visie het raakst geuit. Ik kan niet nalaten zinnen te citeren als: "De Nethe was nog dieper blauw, en kalm lijk fijn olie" of " (het papaverveld) was lijk een grote vijver bloed", of " "t Was alsof God zijn voeten op de wereld had gezet". Kenmerkend in dit euforische taalregister is de drieslag, die tot verdere opsomming uitnodigt, en meer nog : opstapelingen van nevengeschikte zinsdelen, vooral in beschrijvende passages, waar geen eind aan blijkt te kunnen komen.Die hyperbolische exuberantie bepaalt de hoofdtoon van het boek.

    ******

    Wat het boek voor mij, na meer dan 60 jaar, betekenen kan, is allengs wel duidelijk geworden. Voortgekomen uit het verlangen om mateloos te bewonderen, is Pallieter de euforische schildering van een wensdroom, van een schaduw- en schuldeloos geluksverlangen, ontheven aan de restricties van het "realiteitsbeginsel". De Pallieter- figuur kreeg een geweldige onstilbare honger en dorst naar gelukzaligheid mee. Het succes van Pallieter tijdens en kort na de Eerste Wereldoorlog steunt voor een groot deel op die kwaliteiten van het boek. Een criticus noemde het toen "een echt geluksboek", omdat het tegemoet kwam aan een verlangen naar bevrijding, niet " alleen van mensen die de misère en de chaos van de oorlog hadden meegemaakt" maar vooral van diegenen "die bezoedeld worden met het roet der steden en het vuil der menschen, getergd door het gekonkel en geknoei der binnen stadsmuren geperste samenleving". Het is bekend dat Timmermans in zijn wenken voor Flor van Reeth m.b.t. een Pallieter- film in 1934 al het contrast tussen de natuurwereld van Pallieter en de industriële maatschappij als tegenpool extra in de verf wou zetten door krotwoningen en industriegebieden te laten zien.3 De sequens met het vliegtuig en het Antwerps havengebied in de film van Verhavert en Claus speelt in op dat contrast. Met andere woorden, "het bad van genade", zoals Albert Westerlinck Pallieter noemde, heeft voor ons nu een ecologische bijbetekenis gekregen die er de aantrekkelijkheid van verhoogt, ook voor jongeren. Een biologisch- zuivere Pallieter, ademend en etend in een onbezoedelde ruimte, kan nu explicieter dan ooit voorkomen als wensdroom van natuurgezond leven. De tijdsbeleving in Pallieter, met dat rustige tempo van de seizoenen zelf, kan worden ervaren en genoten als een medicijn voor onze activistische jachtigheid. Door niets of niemand te worden opgejaagd binnen de industriele tijdsschema’s van de managers - wat een zaligheid!

    In dezelfde lijn ligt onze huidige waardering voor Pallieter als uitdrukking van "de sensatie der spontaneïteit, die ons in deze hypergeciviliseerde tijd zo dierbaar is".4 Het boek is een mirakel van ongecompliceerdheid, zowel intellectueel als literair. Wie nu Pallieter leest in de context van vrij gesofisticeerde literaire trends, inzonderheid in het verhalend proza, en in de context van ideologische, filosofische, maatschappelijke conflicten en opposities die het huidige geestesleven kenmerken en verwarren, stelt het wel op prijs zich even verademend te mogen terugtrekken in zo’n reservaat van elementaire, "naïeve" spontaneiteit. De aantrekkingskracht die van Timmermans’ naïeve schilderijen en tekeningen uitgaat, is voor een goed deel ook die van zijn Pallieter. Een intellectueel milieu van zó zwaar getheoretiseer in kunst, wetenschap en maatschappijvisie beinvloedt de receptie van een tekst als Pallieter: hij profiteert nu van de retro- trend, waaraan een flinke (en begrijpbare) dosis evasieve romantiek niet vreemd is.

    Ik weet het, er zijn te veel meters worst en te veel borden rijstpap in dit boek. Ten aanzien van August Vermeylens roep om "more brains" kan Pallieter tekort schieten, vooral wanneer hij eenzijdig en verkeerd, alleen als een wildebras en een slampamper gelezen wordt. Ik weet het, Pallieter is met zijn hyperbolische proporties onwerkelijk, zelfs onmogelijk. Ik heb het niet zozeer over de onwaarschijnlijke dingen die hij doet, bij voorbeeld op een doedelzak spelen en zichzelf tegelijkertijd al zingend begeleiden. Ik bedoel veeleer de afwezigheid in zijn figuur van twee fundamentele componenten van het leven: de arbeid en het lijden. Wat doet Pallieter eigenlijk voor de kost ? Het merkwaardige is dat hij, als het ware levende vóór de zondeval, in de tuin van Eden niet hoeft te werken, tenzij voor zijn plezier, als een reus maaiend in overvuldig graan. Ook het leed kent hij niet, persoonlijk leed niet, maar ook dat van anderen niet. Even wordt hij er zich van bewust in het hoofdstuk met de oude paarden, maar het lijden en het sociale onrecht worden niet gethematiseerd zoals andere dominanten die op de voorgrond het volle licht krijgen.

    Daarin ligt wat men zijn "on- maatschappelijkheid" zou kunnen noemen Met sociologische termen kan men Pallieters houding t.o.v. maatschapp lijke problemen als "gesellschaftsabgewandt" beschouwen in die zin dat hij door de reële problematiek der maatschappelijke verhoudingen niet echt geraakt of gemotiveerd wordt. Daartoe leeft hij te egocentrisch, te autoritair, en te uitsluitend captatief. lk zie Pallieter geen actiecomité tegen de verloedering van het Nete- landschap oprichten of voorzitten, evenmin zie ik hem de Lierenaars mobiliseren in een betoging tegen het aanleggen van een spoorweg over de Nete. Een conformist is hij niet, maar hij stelt zich alleen "gesellschaftskonträr" op doordat hij de naderende bedreiging van de industriële samenleving ontvlucht, Marieke en de kinderen inzijn huifwagen laadt en - in de verte - een beter, alsnog onbezoedeld droomland gaat opzoeken. Het oppositionele in het gedrag van Pallieter gaat die problematiek van maatschappelijke en politieke verantwoordelijkheid, bij voorbeeld m.b.t. een bedreigd leefmilieu, te boven, het is tegelijkertijd radicaler en naïever. Zo waren de verwijten destijds tegen de "ketterijen" in Pallieter even ongepast, want naast de kwestie. Om dezelfde (fundamentele) reden lijkt me de kritiek dat het boek ons, Vlamingen, op weinig eerbare wijze zou voorstellen (wat ons image in het buitenland mee zal hebben bepaald) , niet ad rem te zijn. De bevrijdende non- conformistische boodschap van Pallieter ligt op een niveau dat al die meer gespecifieerde terreinen als de politiek, de maatschappelijke ordening, de religieuze confessie, het genie der volkeren en zo meer, overstijgt. De boodschap is radicaal, daardoor illusoir en naïef. Op dat fundamentele vlak leeft Pallieter allicht in een kunstmatig maatschappelijk milieu, misschien zelfs in een sociaal vacuüm, maar daarom is hij - op zijn niveau - niet on- echt.

    Ik begrijp dat één der eerste recensenten, met name Willem Kloos, het boek "een idylle" kon noemen, omdat "de narigheid des levens" eruit werd geweerd, en dat zestig jaar later Hugo Claus zei dat hij "een sprookje" wou verfilmen. Wij weten hoezeer sprookjes on- werkelijk kunnen zijn, zonder dat zij daarom on- echt of on- waar zijn. Pallieter is een in een mythische ruimte geprojecteerde droom- wens. Pallieter is een gedroomde wensvervuller, en daardoor ook blijvend een uitnodiging om zich in dat geluksgevoel een moment bevrijd te weten.

    1.Cfr. L. Vercammen, Vijftig jaar Pallieter. Een historische terugblik. Hasselt (1966), en Felix Timmermans. De mens - het werk. Hasselt ( 1971) .

    2. Cfr. M. Janssens. Pallieter pleonastisch. in: Pallieter van nabij. Jaarhoek 1976 van het Felix Timmermans- Genootschap, Brugge/Nijmegen ( 1976). p. 28- 37.

    3. Cfr. José de Ceulaer. De verfilming van Pallieter, in: Pallieter van nabij. p. 102.

    4. J.J. Aerts, Fetix Timmermans herdacht , in: VMKVA, 1957, p. 676



    Geef hier uw reactie door
    Uw naam *
    Uw e-mail
    URL
    Titel *
    Reactie *
      Persoonlijke gegevens onthouden?
    (* = verplicht!)
    Reacties op bericht (0)



    Foto

    Archief per maand
  • 05-2023
  • 11-2022
  • 10-2022
  • 08-2022
  • 07-2022
  • 05-2022
  • 04-2022
  • 03-2022
  • 02-2022
  • 01-2022
  • 12-2021
  • 11-2021
  • 09-2021
  • 08-2021
  • 07-2021
  • 06-2021
  • 04-2021
  • 03-2021
  • 02-2021
  • 01-2021
  • 11-2020
  • 10-2020
  • 08-2020
  • 07-2020
  • 06-2020
  • 05-2020
  • 04-2020
  • 03-2020
  • 01-2020
  • 12-2019
  • 11-2019
  • 10-2019
  • 07-2019
  • 06-2019
  • 05-2019
  • 03-2019
  • 12-2018
  • 11-2018
  • 09-2018
  • 08-2018
  • 07-2018
  • 05-2018
  • 04-2018
  • 03-2018
  • 07-2017
  • 06-2017
  • 05-2017
  • 04-2017
  • 03-2017
  • 02-2017
  • 01-2017
  • 10-2016
  • 09-2016
  • 08-2016
  • 07-2016
  • 06-2016
  • 04-2016
  • 03-2016
  • 02-2016
  • 12-2015
  • 11-2015
  • 10-2015
  • 09-2015
  • 08-2015
  • 06-2015
  • 04-2015
  • 03-2015
  • 02-2015
  • 01-2015
  • 11-2014
  • 10-2014
  • 09-2014
  • 08-2014
  • 07-2014
  • 06-2014
  • 05-2014
  • 04-2014
  • 03-2014
  • 02-2014
  • 01-2014
  • 12-2013
  • 11-2013
  • 10-2013
  • 09-2013
  • 08-2013
  • 07-2013
  • 06-2013
  • 05-2013
  • 04-2013
  • 03-2013
  • 02-2013
  • 01-2013
  • 12-2012
  • 11-2012
  • 10-2012
  • 09-2012
  • 08-2012
  • 07-2012
  • 06-2012
  • 05-2012
  • 04-2012
  • 02-2012
  • 01-2012
  • 12-2011
  • 11-2011
  • 10-2011
  • 09-2011
  • 08-2011
  • 07-2011
  • 06-2011
  • 05-2011
  • 04-2011
  • 03-2011
  • 02-2011
  • 01-2011
  • 12-2010
  • 05-2010
  • 03-2010
  • 02-2010
  • 04-2009
  • 09-2008
  • 06-2008
  • 03-2008
  • 02-2008
  • 12-2007
  • 10-2007
  • 06-2007
  • 05-2007
  • 03-2007
  • 02-2007
  • 01-2007
  • 11-2006
  • 10-2006
  • 09-2006
  • 08-2006
  • 07-2006
  • 05-2006
  • 04-2006
  • 01-2006
  • 05-1982


    E-mail mij

    Druk op onderstaande knop om mij te e-mailen.


    Gastenboek

    Druk op onderstaande knop om een berichtje achter te laten in mijn gastenboek


    Blog als favoriet !

    Klik hier
    om dit blog bij uw favorieten te plaatsen!

    Over mijzelf
    Ik ben Mon Van den heuvel
    Ik ben een man en woon in Lier (België) en mijn beroep is op pensioen.
    Ik ben geboren op 19/06/1944 en ben nu dus 79 jaar jong.
    Mijn hobby's zijn: Felix Timmermans - Geschiedenis van Lier in de ruimste zin genomen.

    Een interessant adres?

    Mijn favorieten websites
  • Thuispagina Louis Jacobs
  • Guido Gezelle
  • Ernest Claes Genootschap
  • Oscar Van Rompay
  • Felix Timmermans Genootschap
  • Schrijversgewijs
  • Kempens erfgoed

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto


    Blog tegen de regels? Meld het ons!
    Gratis blog op http://blog.seniorennet.be - SeniorenNet Blogs, eenvoudig, gratis en snel jouw eigen blog!