Titanic-ramp is te wijten aan de maan
Niet een ijsberg, maar wel de maan is de zondebok voor de ondergang van de Titanic, zo beweren Amerikaanse wetenschappers.
Meer dan 1.500 mensen kwamen om het leven bij de ramp met de Titanic
Hoewel de botsing met een gigantische ijsberg wel degelijk het
passagiersschip tot zinken bracht, was het zowaar de maan die het
obstakel daar drie maanden eerder plaatste. Dat blijkt uit een nieuwe
studie in het magazine Sky & Telescope.
Een zeer zeldzame combinatie van astronomische factoren waaronder de
dichtste stand van de maan tot de aarde in 1.400 jaar veroorzaakte
namelijk in januari 1912 een ongewoon hoge waterbeweging, zo ontdekten
de onderzoekers.
De uitzonderlijke deining leidde mogelijk tot het afdrijven van een
groot ijsbergenveld van zijn normale rustplaats voor de Canadese kust
naar het zuiden. Het zou bijna exact drie maanden kunnen hebben geduurd
om de zeevaartlijn te bereiken waar de Titanic op 14 april 1912 zonk.
De Titanic voer aan hoge snelheid in een gebied met veel ijsbergen,
dat is wat het schip echt deed zinken, maar het voorval met de maan
verklaart mogelijk waarom er zon groot aantal ijsbergen op het pad van
de Titanic kwam te liggen, zegt professor Donald Olson van de Texas
State University, die de studie leidde.
Zeldzaam toeval
Ongewoon hoge getijden worden veroorzaakt wanneer de maan en de zon
op zon manier staan waardoor hun aantrekkingskrachten vergroten.
Op 4 januari 1912 stond de maan dichter tot de aarde dan op eender
welk moment in de voorgaande 1.400 jaar, en bereikte ze haar dichtste
punt amper zes maanden van een volle maan.
Dit zeldzaam toeval gebeurde een dag nadat de aarde haar jaarlijkse
dichtste stand tot de zon bereikte. Die combinatie van factoren
veroorzaakte een recorddeining.
Dit was mogelijk voldoende om grote aantallen ijsbergen los te rukken
van de ondiepe wateren voor de Canadese kust en hen naar de zuidelijke
stromingen te voeren, waar ze in april uiteindelijk de Titanic op hun
pad kruisten.(TE)