Stephen Hawking: "Er is niks na de dood, da's een sprookje"
Dat de hemel zou bestaan of dat er een hiernamaals zou zijn, dat is
een "sprookje" uitgevonden door mensen die bang zijn voor de dood. Er
zijn er wel meer met die mening, maar als topgeleerde Stephen Hawking ze
verkondigt in een interview met The Guardian, dan is dat nieuws.
Groot-Brittanniës meest eminente wetenschapper wijst in de krant elke
vorm van religie af en beweert dat er niks meer is nadat het licht in
ons brein definitief uitgaat.
U kent hem ongetwijfeld, Stephen Hawking, die op zijn 21ste al werd
gediagnosticeerd met ALS, een ongeneeslijke motorische zenuwaandoening.
Daardoor was hij voorbestemd om jong te sterven, maar Hawking is nog
altijd onder ons en is 69 intussen. "Dagelijks de afgelopen 49 jaar met
dat vooruitzicht te leven heeft gemaakt dat ik niet bang ben van de
dood, al wil ik nog niet gaan", zegt hij in The Guardian. "Ik heb nog
zoveel te doen hier."
Voor Hawking is het brein een soort
computer die stopt met werken als de onderdelen het begeven. "En er is
geen hemel of hiernamaals voor kapotte computers. Dat is een sprookje
voor wie bang is van het donker."
Geen schepper
Hiermee
gaat Hawking verder dan in zijn boek uit 2010, 'The Grand Design'.
Daarin argumenteerde hij dat we het bestaan van het universum niet
moeten toedichten aan een schepper. Hawking kreeg meteen de hele
religieuze wereld over zich heen. Onder meer hoofdrabbijn, Lord Sacks,
die hem ervan beschuldigde een "elementaire logische denkfout" te maken.
Maar voor Hawking is er een duidelijk onderscheid tussen God als
metafoor en het geloof in een alwetende schepper die de kosmos bestiert.
In
het interview verwerpt Hawking dus dat er leven na de dood is en
benadrukt hij dat we onze mogelijkheden op Aarde moeten invullen door
goed te leven. Op de vraag van The Guardian hoe we dan precies moeten
leven, antwoordt hij: "We moeten de hoogste waarde van onze daden
zoeken." (jv)
|