WIE ZIJN WIJ? Mijn vrouw en ik zijn twee “oudere” senioren met een jong hart, vier kinderen en dertien kleinkinderen. We zijn beiden lid van een tafeltennis- en een wandelclub, genieten van klassieke muziek en moderne kunst. Ik speel af en toe piano in een nostalgisch salonorkestje, lees en praat graag over het heelal en ben sterk geïnteresseerd in veel aspecten van de Nederlandse taal en verkeers(on)veiligheid. Verder ben ik sinds 1995 bestuurslid van een zogenaamd "OKRA-trefpunt", een lokale afdeling van de grootste seniorenbeweging in ons land Vrouwlief schildert en tekent niet alleen, maar is ook een creatieve kokkin, houdt van bloemen en onderhoudt de tuin, naait graag en maakte vroeger avontuurlijke exploratiereizen naar Nepal, India, Mongolië, Atlasgebergte, … (is daar op mijn aandringen in 2005 mee gestopt). Ze leest snel en veel en houdt van Franse films.
oma tussen haar verfjes, kwastjes, papier, doek, javel enz.
Sommigen noemen me een kommaneuker (muggenzifter). Of ik die bijnaam verdien, moeten mijn bezoekers maar beoordelen. Op dit blog wordt in elk geval niet geneukt, misschien wel geluld (voor het eerste bestaan andere wipsites, pardon, websites). Op dit blog schrijf ik zowel persoonlijke “dagboek-notities” als commentaren, ernstig of luchtig, op uiteenlopende onderwerpen. De afbeeldingen zijn – tenzij anders vermeld – meestal geschilderd of op computer getekend door mijn echtgenote, waarbij haar 12 jaar academie-opleiding en workshops goed van pas komen. Tot eind 2008 toonde ze haar creaties trouwens op een eigen blog: http://blog.seniorennet.be/computeroma maar ze ziet meer in één gezamenlijk blog voor ons beiden.
22-01-2012
Help! Waarover moet ik schrijven?...
Al weken lang zoek ik naar onderwerpen voor mijn blogjes (mijn laatste dateert van 8 januari). Of eigenlijk juist niet: ik heb namelijk zo veel items dat ik gewoon niet weet hoe ik moet kiezen. Ziehier enkele van mijn kladnotities van de laatste weken/dagen:
- Verkeersbelasting betaald? Sticker op de voorruit! - Pater Phil Bosmans, stichter (?) van Bond Zonder Naam overleden - Iedereen moet inleveren! Helemaal akkoord zolang IK maar niet moet... - Junior Master Chef: in plaats van stilaan verlost te worden van de lawine van kookprogrammas op TV slepen we nu al kindjes voor de camera om de beste te zijn - Mijn nieuwe kleurenprinter: de installatie is een fluitje van een cent, meneer (jaja lieve juffrouw, maar niet voor een onhandige kluns zoals ik....) - De voortdurende versprekingen van (vooral radio-)presentatoren werken op mijn zenuwen; slechts een doodenkele keer zijn ze plezant zoals vanmorgen toen sportreporter Dirk Gerlo een 8ste finale met tennisster Kim Clijsters versloeg voor Radio1, sprak de presentatrice (tijdens de superspannende slotfase) hem aan als KIM Gerlo - Onbegrijpelijk dat zelfs gerenommeerde bedrijven fortuinen (blijven) investeren (wegsmijten?) in superinfantiele reclamespotjes, waarbij de luisteraar bovendien vaak niet weet over welk product het gaat omdat de naam daarvan overstemd wordt door begeleidend lawaai of zonder enige scheiding overgaat in een ander product.
TOE(kom)MAATJE. Uit De Streekkrant (regio Waas&Dender 11.1.12): IJspiste Sint-Niklaas: succes zelfs zonder vorst . Albert zal iets anders aan zijn hoofd gehad hebben zeker
Inderdaad: computer tussen haakjes, want oma tekent al een tijd niet meer met de computer. Ik blijf echter hopen, want ik vind dat ze met haar programma Painter Classic echt wel leuke dingen deed. Maar goed, voorlopig blijft ze zweren bij haar doeken, kwastjes, verf, was, bleekwater en andere al dan niet stinkende viezigheidjes, en is daarmee bijna dagelijks in de weer in haar schildersatelier. Haar gedreven temperament vertaalt zich trouwens in een omvangrijke productie: ons huis hangt vol en lijkt meer op een kunstgalerij, en ook de (klein)kinderen weten bij wie ze moeten aankloppen als ze de muren van hun huis of studentenkot willen opvrolijken. Zelfs in de cafetarias van onze pingpongclub en van de parochie laat oma haar sporen achter. Een andere hobby, die toch ook wel thuishoort in de categorie Beeldende Kunst, is het maken van theaterkostuums, in samenwerking met een van onze kleinzoons die musicals regisseert. Voilà, genoeg gestoefd over mijn artistieke wederhelft. Maar oordeel zelf maar, aan de hand van de 2 tekeningen en 7 foto's hieronder, of u mijn bewondering deelt, want smaken kunnen nu eenmaal heel erg verschillen; let niet te veel op de kwaliteit van mijn fotos: ze zijn genomen met een bescheiden camera, door een bescheiden fotograaf...).
Twee computertekeningen "uit de oude doos" (programma Painter Classic):
"Singing in the Rain"
Een recent werk op papier (gemengde technieken)
Oma actief in haar schildersatelier:
Ons huis hangt (en staat) vol...
Ook de pingpongclub-cafetaria heeft oma passend versierd:
hier enkele van haar werken in de parochiale cafetaria:
Naai- en triplockmachines bij de hand...
Tulbanden op maat voor musical over Perzisch sprookje "Aladin":
Een op drie chauffeurs vindt zichzelf hoffelijk in het verkeer (GvA 6.1). Maar wat is hoffelijk? Ik voel me hoffelijk als ik rits, maar als ik op mijn rem ga staan om mijn voorrang af te staan aan een voetganger die bv. het rode licht negeert of oversteekt op enkele meters NAAST een zebrapad, dan is mijn gedrag niet meer dan een veiligheidsreflex. Ander voorbeeld. Heel wat chauffeurs denken hoffelijk te zijn door hardnekkig te weigeren hun rechtmatige voorrang te nemen (bv. op gewone T-kruisingen) maar houden daardoor andere weggebruikers nodeloos op, die veiligheidshalve liever de regels respecteren. Kortom: hoffelijkheid in het verkeer is in de allereerste plaats het consequent maar met gezond verstand toepassen van de geldende regels.
TOE(kom)MAATJE. Ik hoop binnen enkele dagen nog eens een stukske met illustraties - te wijden aan de schilderkunst van mijn lieve eega.
Nou ja, hélemaal zonder mag ik niet zeggen, maar slechts twee dames op honderd musici vond ik toch maar pover. Bovendien moesten we een hele tijd wachten vóór de (overigens uitstekende) camera-regie de dames eventjes in beeld wilde brengen, en dan nog kregen we vooral hun euh achterste te zien. Een troost: de helft van dat tweekoppig vrouwenbataljon was een Vlaamse harpiste. Het is mij een raadsel waarom de mannen van de Wiener Philharmoniker die opvallende wanverhouding M/V nu al jaren blijven pikken. Je hoeft toch echt geen feminist te zijn om bij die zinloze discriminatie op zijn minst vragen te hebben? Dit gezegd zijnde oef, even stoom afgeblazen moet ik toegeven dat het concert zelf ook dit jaar weer een mooie gebeurtenis was, zowel wat het muzikale aspect betreft (al hoorde ik de Wiener Sängerknaben soms een tikkeltje onder de toon?) als wegens de prachtige balletten en de originele beeldmontages. Normaal kijk ik overdag nooit naar televisie maar op nieuwjaarsdag maak ik al jaren graag een uitzondering.
Mijn lieve eega raakt stilaan min of meer vertrouwd met haar GSM (zie mijn blog van 30.9), al krijgt ze een enkele keer nog wel eens boodschappen als lieve oma, ik heb je sms ontvangen maar wat bedoel je met zkfpr^ghjdogf? Ook vergeet ze soms waar ze het ding heeft gelegd. Gelukkig staat het (in principe ) steeds standby zodat we het vrij vlug terugvinden door van op een ander toestel haar nummer te vormen; we hoeven dan maar gewoon op het belgeluid af te gaan en klaar is kees. Maar die truc werkt natuurlijk alleen als omas GSM ergens in de buurt ligt. Onlangs leek dat helaas niet het geval te zijn, want hoe vaak we ook haar nummer draaiden, nergens in ons huis of tuin hoorde we het verlossend gerinkel van de beltoon. Er restte maar één conclusie: het toestel was verdwenen en moest ergens maar wààr? - uit haar tas gevallen (of gepikt?) zijn! We besloten om niet te panikeren maar het probleem te laten rusten tot s anderendaags. Maar toen we s avonds gingen slapen, ontdekten we het apparaat, verborgen tussen andere snuisterijen op haar nachtkastje! HoeRA, of eigenlijk, RARA?!: waarom had het ding niet gerinkeld toen we het nummer belden terwijl we s middags uitgebreid aan het zoeken waren in de slaapkamer? We vonden maar één verklaring: blijkbaar had de lijn al die tijd open gelegen want onze hele conversatie in de slaapkamer was als ingesproken bericht opgenomen!
TOE(kom)MAATJE. Ik dank mijn regelmatige en toevallige bezoekers voor hun belangstelling en wens hen allen een voorspoedig, gelukkig en gezond jaar 2012!
Op het Spaanse eiland La Palma woont sinds jaren een Vlaamse kunstenaar en seniorenblogger, Wim-Del-Arte, wiens fascinerende creaties dagelijks (letterlijk!) op zijn blog te bewonderen zijn. Ik vermeld hem dan ook met volle overtuiging en enthousiasme bij mijn favorieten (zie linkerkolom, klik op schetsblog) en ik voel me trouwens vereerd dat ik hem op mijn beurt tot mijn trouwste bezoekers mag rekenen. Wim is een supergeïnspireerde fotograaf, die de schoonheid toont van zaken waar de meesten van ons achteloos voorbij lopen. Sterker nog: gezien door zijn (camera-)oog worden de smerigste afvalhopen afgrijselijk schoon (een term die ik me herinner van een vóór-oorlogse Vlaamse dichter wiens naam ik vergeten ben). Hij maakt ook zijn eigen kunstwerken met de meest uiteenlopende voorwerpen die hij als een echte strandjutter op het eiland vindt. Om te bewijzen dat ik niet overdrijf met mijn loftuitingen, toon ik hieronder uiteraard met toestemming van de kunstenaar - enkele van diens creaties. Kijk ernaar en geniet ervan!
Het zoveelste Groot Dictee is weer voorbij en voor de zoveelste keer hebben echte taalliefhebbers (zoals ik) zich weer eens kunnen ergeren. Ik wil niet veralgemenen maar dicteefreaks zijn blijkbaar zo geobsedeerd door de spelling van woorden, dat ze geen tijd meer overhouden om na te denken over het juiste gebruik ervan. Ze doen mij denken aan mensen die alle onderdelen van een auto tot het kleinste schroefje kunnen beschrijven maar zakken voor hun rijexamen. Echte dicteefanaten vallen vaak door de echte (taal)mand wanneer ze een gewone brief moeten schrijven of voor camera of microfoon iets moeten zeggen. Daags na het Groot Dictee van vorige week werden enkele vroegere winnaars kort geïnterviewd in het avondprogramma van de VRT. Ten minste twee van hen maakten in amper enkele seconden echte taalfouten; ik heb ze niet exact genoteerd, maar de ene fout was van het type hij zou er moeten van wakker liggen i.p.v hij zou er wakker van moetenliggen en de andere winnaar zei iets van ik dank u om te komen. Ondanks mijn status van (hoog"?-)bejaarde hoop ik de dag nog mee te maken dat er naast dicteespelletjes (met kleine d ) ook eens serieuze Taalwedstrijden (grote T!) georganiseerd worden. Komaan Canvas en VRT-taalraadsman Ruud Hendrickx: waar wachten jullie op?!
Mensen die mij kennen zullen me allicht - en niet helemaal ten onrechte! - enige hypocrisie verwijten: ik heb in het verleden namelijk meermaals zelf meegedaan aan plaatselijke en regionale dicteewedstrijden! Dat was zelfs uit puur eigenbelang omdat ik mijn kansen op een prijs redelijk hoog inschatte; die spelletjes hebben mij inderdaad verschillende woordenboeken (waaronder de Dikke Van Dale) opgeleverd. Alleen het Groene Boekje was daar niet bij, maar ik zou niet weten wat ik er mee moest doen: in de Van Dale vind ik niet alleen de spelling van woorden maar ook - veel belangrijker! - hun betekenis.
Iedereen kent wel het beschamend schouwspel bij het begin van het schooljaar: ouders (die het zich kunnen permitteren!) kamperen (letterlijk!) voor de schoolpoort om als eerste(n) hun kroost tijdig te kunnen inschrijven. Een gelijkaardig fenomeen, weliswaar iets minder dramatisch, kan zich voordoen wanneer verenigingen voor hun leden een activiteit organiseren waarvoor een maximumaantal deelnemers geldt (bv busuitstap, bedrijfsbezoek, reis ). Als lid van OKRA, met 200.000 leden (55+) de grootste seniorenbeweging in Vlaanderen, denk ik hier aan haar vele plaatselijke afdelingen (in OKRA-jargon trefpunten genoemd) die voor hun leden allerlei uiteenlopende activiteiten organiseren, zoals wandelen, fietsen, dansen, voordrachten, bedrijfs- of museumbezoeken, daguitstappen, binnen- of buitenlandse reizen enz. De belangstelling voor deze activiteiten is soms zo succesvol dat zon afdelingsbestuur onvermijdelijk een of meer kandidaat-deelnemers moet teleurstellen, een pijnlijk dilemma! De vraag is dan: hoe een formule vinden die de eventuele slachtoffers begrijpen en als billijk aanvaarden. Sommige besturen kiezen dan voor de volgorde van inschrijving als norm (wie eerst komt eerst maalt) maar dat veronderstelt dat IEDEREEN op hetzelfde ogenblik op de hoogte van de activiteit wordt gebracht en BOVENDIEN onmiddellijk moet reageren. Een kind begrijpt dat beide voorwaarden onmogelijk TEGELIJK te verwezenlijken zijn; trouwens: hoe bepaalt men de volgorde als de brievenbus vol zit of veel bellers op dat cruciale tijdstip allemaal tegelijk proberen binnen te geraken. Kortom: kamperen aan brievenbus of telefoon is ingewikkeld, werkt discriminerend en schept vooral frustraties (En misschien blijkt achteraf dat al die poespas helemaal niet nodig was geweest als het aantal inschrijvingen beneden het maximum blijft!!!) Mijn standpunt: bij overschrijding van een eventueel maximum moeten een of meer mensen nu eenmaal per definitie uit de boot vallen, maar dan liefst via objectieve en billijke parameters; ik heb daarvoor een eenvoudige maar genuanceerde formule bedacht, die waarborgt dat telkens opnieuw de kansen en risicos voor iedereen gelijk zijn. Ik zal de tekst graag toesturen aan eventuele geïnteresseerden (klikken rechts bovenaan).
6 december vind ik een uitgelezen dag om de tekst te hernemen die ik twee jaar geleden schreef: Het is een hardnekkig misverstand dat Sinterklaas over Hulpsinten zou beschikken; het tegendeel is waar: van mijn moeder zaliger weet ik zeker dat iedere Sint die ik tegenkom de enige echte is. Elke twijfel die ik als kind opperde, ontzenuwde zij met keiharde bewijzen. Sint Nicolaas is een Heilige, en Heiligen kunnen alles. Zo kan de Heilige Man zich bv. zonder problemen tegelijkertijd op verschillende plaatsen en in verschillende outfits vertonen; ik heb dus nooit bij een vervanger op schoot gezeten: het was iedere keer de Heilige Man zelf, ook al zag ik Hem tezelfdertijd in een winkel aan de overkant met een ander kindje. Het was zoals bij God de Vader, God de Zoon en God de Heilige Geest, telkens nochtans dezelfde ene God, dus waarom dan niet één en dezelfde Sinterklaas, in de ene winkel met een bril en aan de overkant zonder bril? In zijn begeleidende briefjes bij de cadeautjes herkenden wij het karakteristieke handschrift van mama, maar dat was voor haar (en dus voor ons!) juist een bewijs temeer van s mans Veelzijdige Gaven: Sinterklaas kan toch ook alles, zelfs mijn handschrift kan Hij nadoen! Het bericht in mijn Gazet,dat er bijscholingscursussen voor hulpsinterklazen bestaan, ontneemt dit kinderfeest een flinke brok romantiek en doet me met heimwee terugdenken aan mijn kinderjaren, toen mijn moeder helemaal geen hulpsinterklazen nodig had en wij elk jaar weer op de schoot van De Enige Echte Sint onze liedjes konden opdreunen.
Onlangs maakte een GVA-lezer zich druk over de gebrekkige kennis van het Nederlands door onze Franstalige landgenoten. Hij vond dat zij een voorbeeld moeten nemen aan de vele Vlamingen die op hun beurt het Frans wél machtig zijn. Als overtuigd Vlaming, verliefd op mijn moedertaal, dacht ik daar jaren geleden ook zo over maar ben de kwestie sindsdien toch wat genuanceerder gaan bekijken. Om te beginnen is het al lang niet meer zo, dat wij Vlamingen behoorlijk Frans kennen, terwijl omgekeerd bij Franstaligen juist een tendens schijnt te groeien om (beter) Nederlands te leren. Maar eigenlijk doet dit niet ter zake. Kennis van een andere taal heeft alleen zin wanneer men die ook effectief moet of wil gebruiken. De ervaring (bv. van Vlaamse emigranten naar de USA) heeft immers bewezen dat de kennis van een taal verwatert of zelfs verdwijnt naarmate men ze minder of niet (meer) nodig heeft. Ook aanleg en milieu spelen een rol bij anderstaligheid: het Nederlands (?!) van meneer di Rupo is ronduit abominabel maar ik begin echt te denken dat hij misschien wel zou willen maar het gewoon niet kan; we kunnen alleen maar hopen dat hij als premier toch extra gemotiveerd zal zijn om via wat extra lessen ten minste een ietsiepietsie te sleutelen aan zijn praktische kennis van de belangrijkste taal van zijn land.
Overigens moeten wij Vlamingen niet te hoog van de toren blazen. Herman Van Rompuy mag dan veel vlotter Frans spreken dan di Rupo Nederlands, zijn uitspraak is ook niet bepaald mooi...
Mijn stad organiseert elk jaar een grootscheepse quiz, op zoek naar de slimste straat. In principe mag elke straat een ploeg van 4 à 6 vertegenwoordigers afvaardigen, maar de interesse blijft meestal beperkt tot een 20-tal straten. Nu heb een hekel aan alles wat maar enigszins ruikt naar quizzen, maar twee dagen vóór de jongste uitgave van de slimste straat belde een straatgenoot aan mijn deur: hij was wanhopig op zoek naar een vierde man om samen met hem en nog twee vrienden een ploeg te vormen. Ik antwoordde dat ik totaal geen zin had en dat ik trouwens te dom was voor een quiz. Dat laatste vond hij helemaal geen bezwaar (sic!): ik moest er alleen maar bij zijn om het vereiste aantal te bereiken; de drie anderen zouden wel zorgen voor de juiste antwoorden. Ik bleef de boot afhouden maar meneer gaf niet toe (hij drukte nog net geen pistool tegen mijn slaap ). Kortom, ik verloor het gevecht en zo zat ik twee dagen later als vierde keus aan een tafeltje, met als enige verdienste dat ik . er zat! (slechts één keer wist ik als enige het antwoord op een vraag) En geloof het of niet: ondanks (en dus niet dankzij !) mijn deelname kwamen wij ten slotte als winnende straat uit de bus!! Nu moet ik eerlijk bekennen dat ik eigenlijk geen spijt heb van mijn deelname, pardon: aanwezigheid: ik was aangenaam verrast door de perfectie van deze quiz, zowel inhoudelijk (de vragen) als organisatorisch. Uit alles bleek dat de initiatiefnemers flink wat ervaring hadden met dit soort evenementen. Ik heb dit ook gezegd tegen de man die mij had aangeworven: luister, ik had het niet graag willen missen, het was interessant, maar kom het mij volgend jaar niet opnieuw vragen, want één keer vind ik genoeg!
TOE(kom)MAATJE. Enkele dagen later was ik jarig, vierde dat discreet in familiekring, zonder veel ruchtbaarheid. Ik was dan ook verbaasd toen vrienden van onze tafeltennisclub mij proficiat wensten. Ik vroeg hen: hoe wisten jullie dat ik verjaarde? antwoord: oh, dat wisten we niet; onze felicitatie sloeg op je overwinning in De Slimste Straat, de foto van je ploeg staat in de krant!!
Op 23 november 1931 (vandaag dus precies 80 jaar geleden) beviel een 26-jarige jonge vrouw van een zoon. Het was geen makkelijke gebeurtenis: het kind had er immers voor gekozen om tegen het einde van de zwangerschap dwars te gaan liggen (letterlijk en figuurlijk) maar bleek gelukkig tot een compromis bereid door zich kort voor de geboorte een beetje te draaien zodat hij via een zgn stuitligging ter wereld kwam. Anders gezegd: hij liet eerst zijn achterste zien De boreling van toen is inmiddels vader en grootvader, geliefd bij zijn kinderen en kleinkinderen, die hem zijn kuren graag vergeven. Want hij komt er eerlijk voor uit (soms toch ) dat hij zich na 80 jaar nog steeds regelmatig als een dwarsligger gedraagt, als een echte Kommaneuker zegmaar .
Al jaren leidt het BIVV de aandacht van automobilisten af van het verkeer naar lange en vaak raadselachtige boodschappen op levensgrote borden langs de snelwegen. De nieuwste BIVV-"vondst" is zijn campagne Go For Zero: vrienden kunnen elkaar dood verklaren via een vals krantenartikel op Facebook, wat al tot tragische misverstanden heeft geleid. Na massale protesten tegen deze schaamteloze actie heeft het BIVV nu in kleine lettertjes gepreciseerd dat het om fictie gaat Wanneer zal dit Belgisch Instituut voor VerkeersVeiligheid (!)eindelijk eens verplicht worden zich te beperken tot zijn eigenlijke opdracht en geen gevaarlijke zijpaden meer te bewandelen.
Zoals aangekondigd in mijn vorige blog, heb ik de Taaltest in de Canvasuitzending van 18.11 gevolgd, in de hoop de taalkundige voetangels en schietgeweren te ontdekken. Het programma werd aangekondigd als een test op dt-fouten, maar bleek onverwachts ook andere taalfouten te bevatten. Bovendien kwam de test via een snel afrollende autocue in beeld, waardoor het praktisch onmogelijk was om de fouten ordentelijk te noteren. Daardoor raakte ik de kluts en mijn concentratie kwijt, maar wist toch nog met een 22-tal dt- en andere fouten te noteren. Ik hoop nu ook nog ergens de correcte tekst te vinden zodat ik mijn werkelijke score kan kennen. Terloops gezegd: ik vraag me af of de in het programma geïnterviewde taaldeskundige professor D. Sandra geen (weliswaar vaak gemaakte) taalfout maakte toen ik hem hoorde zeggen: laat ME zeggen dat . terwijl hij duidelijk bedoelde laat IK zeggen .
TOE(kom)MAATJE. Ik wil de volgende uitzending van de reeks (vrijdag 25.11 op Canvas) beslist niet missen; ik ben benieuwd!
Onder deze titel start vanavond om 20.40 uur op Canvas een reportagereeks over de Nederlandse taal. Als rechtgeaard en overtuigd Vlaming ben ik een enthousiast (volgens sommigen zelfs maniakaal) liefhebber van mijn moedertaal en ga daarom beslist het programma bekijken en voor alle zekerheid ook op de harde schijf van mijn dvd-recorder kopiëren. Ik kijk met nieuwsgierigheid uit naar deze eerste aflevering en hoop dat ik ze interessant genoeg vind om ook de volgende vijf te bekijken. Volgens HUMO gaat het om een taalprogramma dat geen taalregeltjes wil opleggen, maar zich juist buigt over boeiende en geestige aspecten van onze taal. Ik ben benieuwd!
TOE(kom)MAATJE. Moet een Belg zowel Nederlands als Frans kennen? Een GVA-lezer vond onlangs van wel. Ik ben het daar absoluut niet mee eens en zal in een van mijn volgende blogs uitleggen waarom.
Op 20 oktober overleed op 56 jaar de man van onze dochter, na een ongeneeslijke ziekte. Toen hij enkele maanden geleden besefte dat hem nog weinig tijd restte, ondernam hij (als zelfstandig fabrikant in een zeer gespecialiseerde branche) de nodige stappen die zijn gezin ten minste gedeeltelijk zouden ontlasten van praktische bekommernissen. Kortom: een toegewijde huisvader, bezorgd om de toekomst van zijn gezin als hij er niet meer zou zijn. Toen zijn toestand zodanig verslechterde dat hij onmogelijk nog langer thuis verzorgd kon worden en onze dochter nog nauwelijks aan slapen toekwam, vroeg hij zelf om zijn allerlaatste dagen in het ziekenhuis te kunnen verblijven. Vijf dagen later nam hij afscheid van vrouw en zijn vier kinderen. Hij overleed donderdag 20.10 en werd vorige zaterdag 29.10 begraven, na een uitvaartdienst in een stampvolle kerk (naar schatting 430 personen). Op het doodsprentje prijkte de volgende openhartige herinnering van zoon Erik aan zijn fantastische papa:
Hoe druk ik uit in woorden hoe hard ik papa mis?
Nooit meer iets tegen hem kunnen zeggen. Nooit meer zijn blik kunnen zien. Nooit meer zijn stem horen. Het is vernietigend, het doet pijn. Het doet me huilen.
Ons papa is er altijd geweest. De harde hand die mij schrik kon aanjagen. De boze blik wanneer ik weer iets stoms deed. Zijn opvliegendheid wanneer iets niet snel genoeg ging. Je hebt geen idee hoeveel ik dat mis. Om nog maar te zwijgen over zijn aanstekelijke lach wanneer hij plat lag bij een of andere onnozele film. Zijn glimlach wanneer hij trots op ons was. Zijn onvoorwaardelijke steun bij onze keuzes. Zijn sterke persoon wanneer we ons onzeker voelden. Zijn flauwe moppen, eindeloos herhaald. Zijn Croque Bruno s. Zijn grote mond en zijn klein hartje.
Kon ik hem nog maar eens zien. Maar dat kan natuurlijk niet. De dood is definitief. Gedaan. Ik zal hem moeten missen. Wij zullen hem moeten missen. Hij is er niet meer. Papa is weg.
Het leven gaat door zei je. Gewoon verder doen. Dat is waar. En ik zal mn best doen papa. Ik zal je trots maken, waar je ook bent. Maar ik zal je missen.Erik.
Vandaag 29.10 hebben we de man van onze dochter begraven. Hij overleed een week geleden na een ernstige ziekte van acht maanden. Al onze aandacht en zorg ging de voorbije week naar onze dochter en haar vier kinderen. Van bloggen was dan ook geen sprake maar ik denk binnen enkele dagen mijn blogdraad weer op te nemen, misschien met een terugblik op de afgelopen dagen.
Tot twee jaar geleden was ik om diverse redenen tegen de aanschaf van een GPS-navigatiesysteem, in tegenstelling tot mijn wederhelft, die het kotsbeu was dat ik voortdurend verkeerd reed. Ze had al vaak aangedrongen op zon aankoop. Uiteindelijk heb ik toegegeven nadat een neef in Eindhoven (die ons had uitgenodigd) moest komen redden toen ik totaal verloren was geraakt in een Eindhovense buitengemeente. Gelukkig had ik al wel een GSM, waarmee ik hem kon vertellen in welke straat in welk stadje ik gestrand was. Zijn reactie: hoe ben je daar in vredesnaam terechtgekomen?, ik weet zelf niet eens waar dat precies is maar ik zal mijn tomtom opzetten; binnen een halfuurtje ben ik daar. Kort daarna stond hij daar dus inderdaad en zei (uiteraard enthousiast aangemoedigd door mijn passagier!): waarom koop je zelf niet zon GPS-ding?. En zoals het vaak gaat bij een meningsverschil tussen partners: het advies van een buitenstaander geeft dan de doorslag. Kortom, nog diezelfde week hadden we een tomtom en ik moet toegeven: dankzij die GPS rijd ik nu al twee jaar nog maar zelden verkeerd! Maar nu de clou van het verhaal. Eergisteren (16.10) gingen oma en ik opnieuw op bezoek bij diezelfde neef, die intussen wel verhuisd was naar Nuenen bij Eindhoven. Met onze tomtom zouden we deze keer uiteraard geen probleem meer hebben om dat nieuwe adres te vinden. Dachten we, maar uitgerekend onze redder van destijds, aan wie we onze succesvolle GPS-aankoop dus eigenlijk te danken hebben, raadde ons enkele dagen voor ons vertrek aan om het ding uit te zetten vóór Eindhoven, wegens allerlei recente ingrijpende veranderingen aan de Ring, die in de meeste GPS-versies nog niet verwerkt zijn. Zijn advies: volg uitsluitend de borden via via via enz. Ik hield mijn hart vast maar geloof het of niet, we raakten probleemloos ter bestemming. Oef!
TOE(kom)MAATJE Charel: Mijn vrouw en ik wilden een huisdier en hebben een geit gekocht Lowie: Allee jong, ge hebt niet eens een tuin; waar houdt ge dat beest? Charel: Awel in onze slaapkamer Lowie: Maar enfin, dat moet toch stinken?! Charel: Och, daar moet die geit maar aan wennen!
Dexia-spaarders kunnen voor 200% gerust zijn! aldus premier Yves Leterme in de media. Ik ben geen klant bij Dexia maar anders was ik onmiddellijk naar die bank gestapt om het dubbele van mijn centen op te vragen: Leterme heeft het zelf gezegd! Het is tegenwoordig mode om je voor 300 of 500 of pakweg 1000 procent voor iets in te zetten. Als je honderd procent zegt, kijken de mensen je al scheef aan: allee man, kan je echt niet wat meer?! Maar van een verstandig man als Leterme zou je toch verwachten dat hij weet dat 100 procent van iets gewoon betekent: alles, helemaal
TOE(kom)MAATJE. - Vrouwen over mannen: wat verstaat een man onder helpen in het huishouden? Zijn benen optillen zodat zijn vrouw kan stofzuigen! - Mannen over vrouwen: de doorsnee vrouw heeft twee problemen: ze heeft geen kleren om aan te trekken en geen kasten genoeg om ze allemaal in te hangen. (bron: onbekend)
Mijn liefste wederhelft (enfin, ik heb maar één "wederhelft", die is dus per definitie de liefste) kreeg voor haar verjaardag van een van de zoons een gsm, want die van onze pa staat nooit aan. Dat laatste klopt wel niet echt maar hoe dan ook, oma was in de wolken met haar aanwinst: haha, nu zal mijn contact met mijn (klein)kinderen veel soepeler verlopen! Het heeft twee maanden geduurd voordat zij de knepen van het smsen enigszins onder de knie had. De handleiding bij het toestel was trouwens niet erg duidelijk en er ging regelmatig wat mis: berichtjes verdwenen plots uit beeld, werden te vroeg verzonden of naar een verkeerde bestemmeling, verschenen verminkt op het schermpje enz. enz. Maar sinds enkele dagen loopt het met vallen en opstaan vrij vlot en smst oma dat de stukken eraf vliegen (soms bijna letterlijk, als het ding uit haar handen dreigt te flikkeren!). Als je bedenkt dat we wel dertien kleinkinderen hebben, is het logisch dat het wel even duurde voordat die allemaal bediend waren. Het waren meestal vragen over de pas begonnen studies. Tot groot jolijt van oma kreeg ze verschillende keren onmiddellijk reacties zoals Dag oma, zo super om van jou een sms te krijgen; deze week is het al zeer druk geweest . Hoi oma, die nieuwe studies gaan goed!, - Dag oma, kben goed begonnen, kheb binnen 3 weken al een examen ., - Amai oma, ( ) ge hebt zeker wat geoefend (en op een blijkbaar te vroeg verzonden berichtje:) Euhm hallo, voor ik antwoord geef, wie zijt gij? enz.
GRAAG UW COMMENTAAR op mijn schrijfsels! Laat me vooral weten wanneer u het ergens mee oneens bent. Ik ben trouwens niet bang voor kritiek, integendeel: het kan me aanmoedigen om (beter) na te denken voordat ik iets schrijf. Ik krijg liever kritiek dan nietszeggende plaatjes of andere (goedbedoelde) “boodschappen” die niks met mijn blabla te maken hebben.
Druk op onderstaande knop om een berichtje achter te laten in mijn gastenboek
De meeste afbeeldingen uiterst LINKS zijn FOTO'S van schilderijen (op papier, doek of andere materialen) die vrouwlief in haar schildersatelier gemaakt heeft. In deze RECHTERkolom staan afbeeldingen die ze op computer heeft getekend. U kan er ook vinden op haar eigen seniorennet-blog ("computeroma") maar de laatste tekeningen daar dateren van 27.10.2008: ze haat nl. de rompslomp van een eigen blog.... Maar gelukkig mag ik op mijn blog af en toe een of meer van haar creaties tonen. Ze inspireert zich meestal op het familiealbum, foto’s uit de media of bestaande kunstwerken, maar ze houdt niet van braaf copiëren en het eindresultaat wijkt dus nogal eens af van het origineel en benadert soms zelfs het abstracte, waarbij ze haar aangeboren kleurgevoel de vrije loop laat (tijdens haar academie-opleiding kreeg ze daarvoor felicitaties).