WIE ZIJN WIJ? Mijn vrouw en ik zijn twee “oudere” senioren met een jong hart, vier kinderen en dertien kleinkinderen. We zijn beiden lid van een tafeltennis- en een wandelclub, genieten van klassieke muziek en moderne kunst. Ik speel af en toe piano in een nostalgisch salonorkestje, lees en praat graag over het heelal en ben sterk geïnteresseerd in veel aspecten van de Nederlandse taal en verkeers(on)veiligheid. Verder ben ik sinds 1995 bestuurslid van een zogenaamd "OKRA-trefpunt", een lokale afdeling van de grootste seniorenbeweging in ons land Vrouwlief schildert en tekent niet alleen, maar is ook een creatieve kokkin, houdt van bloemen en onderhoudt de tuin, naait graag en maakte vroeger avontuurlijke exploratiereizen naar Nepal, India, Mongolië, Atlasgebergte, … (is daar op mijn aandringen in 2005 mee gestopt). Ze leest snel en veel en houdt van Franse films.
oma tussen haar verfjes, kwastjes, papier, doek, javel enz.
Sommigen noemen me een kommaneuker (muggenzifter). Of ik die bijnaam verdien, moeten mijn bezoekers maar beoordelen. Op dit blog wordt in elk geval niet geneukt, misschien wel geluld (voor het eerste bestaan andere wipsites, pardon, websites). Op dit blog schrijf ik zowel persoonlijke “dagboek-notities” als commentaren, ernstig of luchtig, op uiteenlopende onderwerpen. De afbeeldingen zijn – tenzij anders vermeld – meestal geschilderd of op computer getekend door mijn echtgenote, waarbij haar 12 jaar academie-opleiding en workshops goed van pas komen. Tot eind 2008 toonde ze haar creaties trouwens op een eigen blog: http://blog.seniorennet.be/computeroma maar ze ziet meer in één gezamenlijk blog voor ons beiden.
09-11-2010
Léonard Vermassen
Léonard Vermassen . Ik heb voor assisenpleiter en Bekende Vlaming Jef Vermassen altijd een spontane bewondering gevoeld. Vraag me niet waarom, misschien onder invloed van de aandacht van de media voor zijn inderdaad veelzijdige kwaliteiten. Maar de grove manier waarop hij in het proces van de parachutemoord tekeerging, stuitte mij tegen de borst; dat hij nadien ook nog eens als een of andere beroemde popmuzikant handtekeningen stond uit te delen, vond ik er vér over. Hij heeft zijn eigen specialiteit een slechte dienst bewezen: zijn optreden was volgens mij het beste pleidooi voor afschaffing van de assisenrechtspraak! Maar dat Vermassen nu via Facebook doodsbedreigingen krijgt, kan natuurlijk totaal niet door de beugel; zoiets heeft niets meer te maken met vrije meningsuiting, en Vermassen heeft groot gelijk dat hij die ondemocratische haatoproepen wil doen verbieden. Stel je voor dat er tussen die duizenden (!) anti-Vermassens één labiele idioot zit die zich een revolver aanschaft en zijn doelwit te lijf gaat. Intussen rijst bij mij voor de zoveelste keer de vraag naar de (on)verantwoordelijkheid van de media, die niet willen onderdoen voor de boekskes en hun publiek daarom overladen met sensationele maar in wezen vaak irrelevante of zelfs onjuiste details. En dan onze eigenwijze aartsbisschop Léonard, die maar niet wil inzien dat hij met zijn voortdurende publieke blunders niet alleen zijn eigen woordvoerder(s) en collegas bisschoppen tot wanhoop drijft maar ook de kerk zelf een slechte dienst bewijst. In plaats van te pogen de voortdurende teruggang van het kerkbezoek te doen stoppen, bereikt hij door zijn domme versprekingen precies het tegenovergestelde. Toch blijf ik ondanks alles redelijk optimistisch: het Christendom heeft in tweeduizend jaar nog wel vaker vuren overleefd.
TOE(kom)MAATJE. Ook jij kunt bramenjam maken! Pluk een emmertje bramen en doe ze samen met je papa of mama met een pak geleisuiker in de pan. (kinderpagina van het blad Natuurbehoud)
In het TOE(kom)MAATJE van mijn vorig blogje stond een joekel van een spelfout: hoe ik weiden kon schrijven terwijl ik wijden bedoelde, is een raadsel dat ik tot in lengte van dagen zal moeten meetorsen Maar terzake: ik beloofde mijn wederhelft dat ik nog eens enkele van haar vele schilderijen op mijn blog zou zetten. Hieronder ziet u uit haar omvangrijk oeuvre een selectie uit recente werken waarvoor ze zich inspireerde op (meestal zwart/wit-)fotos uit True Crime, een boek over de meest spectaculaire misdaden uit de geschiedenis. (Opmerking: computeroma heeft voorlopig? - het tekenen op computer vaarwel gezegd volgens mij heeft ze ongelijk - en wIJdt (!) zich volledig aan het schilderen met verfjes, was en ander stinkend spul; ik raad mijn bezoekers aan om toch eens te gaan kijken naar haar laatste tekeningen op http://blog.seniorennet.be/computeroma )
In 1952 nam ik afscheid van mijn 23 medeleerlingen van de Retorica van het Sint-Michielscollege in Brasschaat, dat onder leiding stond van de paters Norbertijnen van Averbode (foto 1). Niemand van ons kon toen vermoeden dat we elkaar 58 jaar later nog steeds zouden ontmoeten tijdens een zoveelste reünie. De periodiciteit en de formule zijn in de loop der jaren wel een paar keer aangepast aan veranderde behoeften: in het begin schuimden we een aantal Norbertijnenabdijen af, maar toen we daar oneerbiedig gezegd - op uitgekeken waren, zochten we het meestal in meer wereldse bestemmingen. Zo trokken we dit jaar naar een brouwerij-met-restaurant in Antwerpen (fotos 2 en 3). Ook was het in de beginjaren nog zonder (eventuele) vriendinnetjes, maar al snel mochten die ook meekomen en zo is onze groep intussen geëvolueerd tot een stelletje eerbiedwaardige opas en omas en een drietal priesters. Overigens hadden we in de loop der jaren ook al een achttal overlijdens te betreuren. Opmerkelijk is wel, dat de drie oorspronkelijke initiatiefnemers er ook nu nog steeds in slagen om met hun aanstekelijk enthousiasme de meeste overlevenden en hun partners samen te krijgen! In ons jubileumjaar 2002 organiseerden zij een meerdaags verblijf in het Zuid-Franse Frigolet (tussen Avignon en Tarascon) waar een van onze klasgenoten al jaren père abbé is van een Norbertijnerabdij. Het volgende jubileumjaar is 2012 en ook dan zal ons creatieve trio ongetwijfeld weer iets leuks tevoorschijn toveren (allicht met de nodige voorzieningen voor krukken- en rolstoelgebruikers? )
(TOE(kom)MAATJE. Een van mijn eerstvolgende blogs zal ik eindelijk nog eens weiden aan een aantal recente schilderijen van mijn madam ) foto 1: onze laatste klasfoto uit 1952. Van de 24 leerlingen zijn er nog 16 in leven
foto 2: een glimp van ons reünie-bezoek van vorige week in Antwerpen. Van de 16 nog levende klasgenoten waren er 11 van de partij; de overige 5 konden er deze keer om diverse redenen niet bij zijn.
foto 3: tijdens onze laatste reünie gaf een van de vrienden mij een totaal onverwacht compliment omdat ik volgens hem zo "attent" was geweest om speciaal voor de gelegenheid een pullover met daarop de geborduurde cijfers "52" aan te trekken. Dat was echter puur toeval, sterker nog: het was me nog nooit opgevallen dat het afscheidsjaar van onze retorica op mijn outfit prijkte!
Reclamespots op TV of Radio kan ik maar zelden waarderen. Integendeel, vooral de radio-boodschappen werken meestal danig op mijn zenuwen. Het is me een raadsel waarom eerbiedwaardige bedrijven of instellingen grote budgetten overhebben om hun producten te horen aanprijzen op een toontje waarmee je kleuters of peuters aanspreekt; bovendien wordt de tekst zelf daardoor vaak onverstaanbaar. Kortom: weggegooid geld! En nu ik toch bezig ben: ook het zwaar overdreven en onnodig gebruik van Engelse teksten kan me enorm storen, hoewel ze soms op mijnlachspieren werken. Zo hoor ik de laatste dagen een radiospot voor Mercedes Advantage, gedeeltelijk in een taaltje dat blijkbaar voor Engels moet doorgaan. De Vlaamse Engels(?!)man van dienst spreekt Advantage uit met de klemtoon op de laatste lettergreep (in plaats van op de tweede), dat klonk dan zo: Edvntéédzj. Zo zielig, dat het eigenlijk leuk werd, maar als ik meneer Mercedes was, eiste ik onmiddellijk stopzetting van deze anti-boodschap en vroeg direct mijn geld terug.
TOE(kom)MAATJE. Een nutteloos maar leuk tijdverdrijf voor regenachtige herfstdagen: zogenaamde alfabetzinnen bedenken van 26 woorden waarin de woorden achtereenvolgens met een a, een b, een c, etc. beginnen. Op Taalpost vond ik onlangs de volgende: Al bakt Charlotte dagelijks een friet Grof happen in je keuken ligt me niet Ook peuzelt Quinten rauwe suikerbiet Te Utrecht, vaak, waar Xerxes yoghurt ziet
Graffiti in Doel: vandalisme of ("Entartete"?) Kunst?
Gazet van Antwerpen van 16.10 wijdt twee bladzijden aan een initiatief van de partij Groen! en de lokale actiegroepen Doel 2020 en KunstDoel om de talrijke graffititekeningen op verlaten huizen in Doel met witte verf te overschilderen. Ik hoop uit de grond van mijn kunstminnend hart dat die initiatiefnemers het verschil zien tussen vandalen"streken" (die ze voor mijn part mogen overschilderen) en echte graffiti-kunstwerken (zoals GvA 16.10 er enkele toont). Maar als ik GvA goed begrijp, dreigen die laatste te verdwijnen onder een saaie witte laag verf. Naar het schijnt is die weerzinwekkende operatie trouwens al begonnen. Voor alle duidelijkheid: ik vind graffiti- of andere kunstwerken lang niet altijd mooi maar dat is een ander debat.
TOE(kom)MAATJE. Uit de school geklapt (bron: onbekend):
* De vissen namen vlug de benen, toen ze de vissers hoorden aankomen. * waar niks meer overgebleven is van al wat er te zien is.
* We zagen in de dierentuin apen, olifanten, giraffen en ook twee zustertjes waar ik nog bijgezeten heb in de kleuterschool. * Het was een goede chauffeur. Met zijn ene hand stuurde hij, en met zijn andere zong hij liedjes.
* Tegen de avond kwamen we aan onze laatste rustplaats.
* Door de grote droogte zagen we overal lege plassen staan.
Ik kan me voorstellen dat deze titel andere associaties oproept dan mijn bedoeling is. Maar wat wil je, als je vrouw je naar de winkel stuurt voor een speciaal strijkplankje waarmee ze in haar naaikamer mouwen wil strijken. Toen ik achteraf het etiket bekeek, begreep ik dat zon mouwstrijkplankje in het vakjargon een Jeannette heet (zie afb.)! En zo had ik weer een onderwerp(je) voor mijn blog.
TOE(kom)MAATJE Ik hou van woordspelingen, als het even kan ook in een vreemde taal (al is mijn vreemde-talenkennis bijlange niet zo groot als sommigen denken). Ik droomde onlangs dat ik met Franstaligen aan tafel zat. Terwijl mijn ogen gefixeerd waren op een schaal met oesters, vroeg iemand me welke studies ik gedaan had; ik antwoordde verstrooid (nog steeds afgeleid door de oesters): jai fait mes études chez les pères Jéshuitres
Zoals ik in mijn blogs van 9.6 en 29.9 had voorspeld (wat trouwens niet moeilijk was ) is de gigantische superpot van 100 miljoen euro op 1 oktober niet gegaan naar een groep van 2500 Antwerpse spelers die samen via een nochtans waterdicht systeem 250.000 euro hadden ingezet; hoeveel ze werkelijk hebben gewonnen (of verloren, wat waarschijnlijker is!) weet ik niet, maar een grote winst voor Belgische gokker(s) zou zeker onze media gehaald hebben. Tijdens een korte vakantie in de Ardennen las ik in het Belang van Limburg (4.10) dat een Luikse groep (80 man) met een inzet van 20.000 euro een gooi had gedaan naar de 100 miljoen euro (Wij winnen, je zal zien) maar uiteindelijk tevreden moest zijn met . 4000 euro.
TOE(kom)MAATJE. Uit de school geklapt (bron: onbekend): - Binnen in een klok hangt een tepel - Uit een Engels opstel: He shot three times and now he is dad - Vertaal in het Frans : "Duitsland was de vijand".La Germaine etait la viande - Hij vond de WC niet en gebruikte toen maar zijn zaklamp - Er waren veel Engelsen aan de kust, vooral Duitsers - Op een mooie dag in de vakantie toen het eens slecht weer was ...
Superpot van 100.000.000 euro: trekking 1 oktober!
In mijn blog van 9 juni pleegde ik een kritisch stukje over een groep van duizend lotto-spelers die een waterdicht systeem hadden gevonden om overmorgen 1 oktober samen de superpot van 100 miljoen euro te winnen. Ik schreef toen dat ze al blij mogen zijn als ze gewoon hun inzet (100 euro de man) terugkrijgen. Nu is er ook in Antwerpen een groep opgedoken van 2520 spelers die eveneens 100 euro per persoon hebben ingezet: Als deze groep mensen als enige de pot wint, krijgt elke deelnemer 40.000 euro schrijft de GvA. Die conclusie zal wel kloppen ALS! Die kans is echter bijna nul, en dus zal de uitslag aantonen dat de leden van die twee groepen helemaal geen superwinsten gemaakt hebben, misschien zelfs niet eens hun inzet terugkrijgen. Let wel: ik heb niks tegen officiële loterijen en als mensen uit zijn op de kick van het gokken, voor mij niet gelaten; er gaat trouwens een flink deel van de inzet naar goede doelen en dat is een goeie zaak, maar ik vind het verkeerd om mensen te doen geloven dat ze in groep meer kans maken op (grote) winst dan wanneer ze individueel zouden spelen.
Het is lang geleden dat we als ouders nog op onze eigen kinderen moesten babysitten, zeg maar gerust babyshitten: er kwamen inderdaad nogal wat luiers aan te pas. Intussen zijn onze 4 peuters van toen zelf ouders van (samen) 13 kinderen tussen 10 en 28 jaar. Een van die kleintjes (19jaar) belde onlangs of hij in verband met een studentenjob in onze stad een drietal weken bij Opa en Oma mocht komen logeren. We zagen dat wel zitten en A..kreeg de vroegere kamer van zijn papa toegewezen. En nu de beloofde GSM-klucht. Op een avond kwam hij om 22.30 uur thuis maar vertrok een kwartier later weer naar een van zijn neven in onze buurt met wie hij had afgesproken. Hij zou niet te lang wegblijven Maar toen hij om 2 uur s nachts nog niet thuis was, heb ik toch maar even zijn nummer gebeld. Ja, opa, ik ben hier. Oef, hij leefde dus nog, al kon hier natuurlijk van alles betekenen. Hij voelde mijn vraag aankomen en verduidelijkte: ik ben beneden en kom naar boven. Toen begon stilaan mijn frank, pardon 0,0248 euro, te vallen: om ons niet te wekken was hij heel stil binnengekomen en zat nu beneden op het toilet met mij te telefoneren. We zaten nog geen 3 meter van elkaar!!
TOE(kom)MAATJE. Bij het opruimen van ons medicijnkastje vonden we een onbekend mini-spraybusje zonder merknaam noch enige aanduiding voor het gebruik. We lazen alleen de volgende nutteloze waarschuwing: Gebruik uitsluitend voor het doel waarvoor het product bestemd is! Het doet me denken aan de deskundige analyses (?) van sommige voetbaltrainers: Om te winnen moet je willen winnen, ervoor gaan, er invliegen, kortom gewoon: voetballen!! Jawadde?!
Voorzitter Peumans van het Vlaams Parlement, zelf overtuigd Vlaming, komt naar eigen zeggen ook graag in Wallonië. Blijkbaar is hij daar echter niet voor iedereen welkom: tijdens zijn laatste bezoek werd hij bij het verlaten van een ijssalon aangevallen door een lid van het extremistische Action Fouronnaise, die hem bovendien uitschold voor salle flamande (letterlijk: Vlaamse zaal), althans zo schrijft Gazet van Antwerpen van 17 september. Ongetwijfeld een van de vele leugens die we wel vaker in de Gazet aantreffen: zelfs met een minimale kennis van het Frans moet een GvA-redacteur toch snappen dat de belager van Peumans beslist iets anders geroepen heeft, het zal wel sale flamand (Vuile Vlaming) geweest zijn.
Dat de N-VA-voorzitter graag uitpakt met zijn kennis van het Latijn, is bekend. Ik moet trouwens toegeven dat ik jaloers ben op zijn parate kennis terzake: zelf ben ik een product van de Grieks-Latijnse humaniora en ik pluk daar nog altijd de vruchten van, maar aan Latijnse spreekwoorden en teksten heb ik me nooit durven wagen. Wat de kennis van het Nederlands daarentegen betreft, hoef ik voor Bart niet onder te doen denk ik Onlangs hoorde ik hem voor de zoveelste keer zijn bekende Latijnse slogan Nil volentibus arduum citeren, die hij dan in er-BAR(T)-melijk Nederlands vertaalde als voor ZIJdie willen, is niets onmogelijk. Ik weet wel dat dit bij ons een veelgehoorde taalfout is maar een overtuigde Vlaming als De Wever zou toch moeten weten dat het niet voor ZIJ is maar voor HEN die , zoals je ook zegt voor MIJ, voor JOU, voor ONS, en niet voor IK, voor JIJ, voor WIJ (À propos: Barts vertaling van arduum als onmogelijk schijnt ook niet helemaal koosjer te zijn )
TOE(kom)MAATJE. Een goeie, onlangs gelezen in Humos Uitlaat over Madame Non: Hoe is het mogelijk dat een vrouw als Joëlle Milquet ooit zwanger kon raken? Antwoord: Dat was toen haar man haar vroeg om de pil te gebruiken
"Zeg nooit dat u een hospitalisatieverzekering hebt" (aldus een goedbedoelde raad van Gazet van Antwerpen 6.9). Het ligt inderdaad voor de hand dat (sommige) ziekenhuizen in de verleiding komen om hogere tarieven aan te rekenen als ze weten dat een patiënt verzekerd is, met op langere termijn onvermijdelijk hogere premies voor alle verzekerden tot gevolg. Anderzijds weet ik uit ervaring dat het voor de patiënt ook wel voordelen biedt wanneer de rekeningen geheel of gedeeltelijk rechtstreeks tussen verzekeraar en ziekenhuis afgehandeld kunnen worden. Indien mogelijk zou een patiënt het beste vooraf met zijn verzekeraar overleggen welke informatie hij in een concreet geval aan het betrokken ziekenhuis al dan niet zou mogen verstrekken; de vraag naar een eventuele verzekering zou in geen geval van het ziekenhuis zelf uit mogen gaan. In dat laatste geval staat de (verzekerde) patiënt voor de keuze, ofwel antwoordt hij neen maar dan liegt hij en liegen mag niet (tenzij je Danneels heet ) ofwel weigert hij op de vraag te antwoorden maar dat komt allicht over als een signaal dat er inderdaad een verzekering tussenkomt, met alle eventuele gevolgen van dien.
TOE(kom)MAATJE. Als iemand zegt het gaat mij om het principe, niet om het geld, dan gaat het heel vaak om het geld
Ik herinner mij nog vaag de laatste jaren van mijn grootmoeder langs moeders kant. Hoewel ze nog vrij gezond en fit was, en naar hedendaagse normen best wat aan sport had kunnen doen, sleet ze haar oude dag al breiend, hakend en bordurend in een brede fauteuil, zoals dat toen nu eenmaal van oudjes verwacht werd. Ze overleed in 1937 als ik me niet vergis, ze was geloof ik 70 jaar. Sindsdien zijn de tijden nogal veranderd, soms in negatieve zin (die goeie ouwe tijd was nogal wat beter, weet u wel!). Maar soms ook ten goede; een jaarlijks terugkerende klassieker in de schoolagenda van mijn retorica was In welke tijd zou je het liefst willen leven?-antwoord: NU!!. Een van onze kleindochters (17) vroeg of ze enkele dagen bij Oma (en Opa, maar hem werd niks gevraagd ) mocht komen logeren; na een blik in onze agenda konden we haar positief antwoorden maar vroegen of ze zich wel zou kunnen amuseren bij twee oudjes. Geen probleem: ze had al afgesproken (!) met een van onze andere kleindochters (ook 17) om samen de bloemetjes buiten te zetten.En zo geschiedde.De eerste middag gingen de twee nichtjes shoppen in het Koopcentrum (Shopping Center voor wie dat liever hoort ) en s avonds ontmoetten ze op de Grote Markt een stel (vrouwelijke) leeftijdgenoten. Omdat het weer nogal fris was, leende oma elk van beiden een van haar eigen (simili-)leren jasjes; een aanbod dat met overtuigd enthousiasme (hé oma, kei-cool zeg!!) aanvaard werd. s Anderendaags vernamen we dat ook de vriendinnen die outfit van oma tof, modern, hip, stylish vonden. Oma (en ik mét haar ) natuurlijk zo fier als een gieter om zoveel complimenten van een véééél jongere generatie voor hun hippe oma . Dan denk ik terug aan mijn breiende oma in haar zetel Opa
TOE(kom)MAATJES. Rommelen met de grammatica: - Ik wil mijn schoonmoeder niet tegen mijn harnas injagen - Het begint nu aardig uit de spuigaten te lopen - Daar zitten diverse kinderen van pluimage - Het voorstel stuitte tegen de borst van enkele bestuursleden - Dat werkt als een lap op een rode stier (uit: Een slipje van de sluier, taalkronkels verzameld door het Genootschap Onze Taal)
Dodentocht De naam van deze zware 100 kilometerwandeling in Bornem was voor de eerste keer helaas letterlijk te nemen: een van de deelnemers stortte vlak voor de eindmeet in elkaar en stierf even later. Je kon er donder op zeggen dat men onmiddellijk maatregelen zou bedenken om zulke tragische feiten in de toekomst te kunnen voorkomen. Met alle respect voor het slachtoffer en medeleven met zijn nabestaanden, zou mijn standpunt klaar en duidelijk zijn: De bestaande regels hebben voldoende hun deugdelijkheid bewezen!. 40 jaarlijkse Dodentochten met duizenden deelnemers (dit jaar meer dan 10.000) hebben bewezen dat de uitgebreide medische en andere voorzieningen langs het parcours volstaan om de deelnemers een veilige wandeling zonder noemenswaardige risicos te waarborgen. Voor de TV sprak een verantwoordelijke even over de mogelijkheid om elke inschrijver een medische geschiktheidsverklaring te vragen maar hij kwam daar zelf onmiddellijk op terug: praktisch onuitvoerbaar. Ik zou daar nog aan toegevoegd hebben: das ook niet nodig. Bovendien was dit eerste slachtoffer in 40 jaar een getrainde wandelaar van 59 jaar, die vrijwel zeker zon geschiktheidsattest gekregen zou hebben. Overigens moet de juiste doodsoorzaak nog blijken. Ik ben ervan overtuigd dat de deelnemers aan zulke (Doden)tochten veel meer levensgevaar lopen tijdens hun autoreis naar de startplaats en de terugtrip naar huis dan op het wandelparcours . Voor alle duidelijkheid: ik vind wandelen al sinds jaren een prachtige en gezonde hobby maar heb nooit begrepen waarom sommige gekken het leuk vinden om tientallen kilometers op hun tandvlees te lopen. Ik heb er nooit één seconde aan gedacht om mee te doen en zal er dus persoonlijk geen traan om laten, mochten ze die Dodentocht ooit afschaffen.
In de Gazet van Antwerpen woedt al een tijd een lawine van lezersbrieven (waaronder ook enkele van mij) over de vraag of je nu al dan niet over een zebrapad mag fietsen. De GvA-redactie heeft in het nummer van dit weekend 14/15.8 wijselijk een streep gezet onder die eindeloze welles-nietes discussie. Alleen heeft het mij verbaasd dat GvA haar gezag niet even heeft doen gelden door ter afsluiting van de discussie gewoon te verwijzen naar de nochtans duidelijke wetgeving terzake. Gevolg: bij veel lezers zal de twijfel blijven bestaan. Jammer. N.B. Men mag wel degelijk fietsen op een oversteekplaats voor voetgangers (het woord zebrapad komt in de wegcode niet voor) maar men verliest dan wel zijn voorrang op andere weggebruikers.
TOE(kom)MAATJE. Zoals de kortste speeches vaak de beste zijn, geldt hetzelfde voor moppen. In Humo zag ik onlangs een Kamagurka-cartoon, met de volgende Alzheimergrap: een man neemt de telefoon op en zegt: Met wie spreekt U? Kees van Kooten heeft de tekening blijkbaar ook gezien en in Humo van 10.8 noemt hij het terecht de volmaakte grap: slim, absurd, kort, taalkundig simpel en de waarheid volkomen dekkend.
Ik erger me dood wanneer ministers van de ene dag op de andere gaan bepalen dat gewone alledaagse woorden ineens niet meer betekenen wat iedereen dacht. Zo besliste onze wetgever enkele jaren geleden dat een (Belgische) bebouwde kom voortaan niet meer precies hetzelfde is als wat u en ik (en dus ook de Van Dale) en buitenlanders daaronder verstaan. En nu wil minister Muyters ons wijsmaken dat we activiteiten die we steeds sporten noemden, geen sporten zijn omdat ze volgens hem! - geen fysieke inspanning vergen. Als hij zich even de (fysieke? ) inspanning had getroost om in de Van Dale de definities van Sport en Denksport (!) op te zoeken,had hij kunnen leren wat wij allemaal al jaren weten. Ook in de sportrubrieken van de media (kranten, radio, TV ) had hij kunnen vaststellen dat ook schaken, dammen en andere denksporten daarin regelmatig voorkomen. De kwestie is natuurlijk dat Muyters middelen zoekt om te besparen. Maar dat hij dan duidelijker aangeeft waar hij de centen wil halen of laten, in plaats van een hele taalheisa uit te lokken over de betekenis van het woord Sport. In GvA van vandaag 10.8 vormt het begrip Sport de hoofdmoot van de lezersrubriek, maar noch de brievenschrijvers noch de GvA-redactie raken er uit. GvA reageert zelfs met de zin: Het debat of er pas sprake is van sport als een fysieke inspanning wordt geleverd, zal niet snel opgelost worden, terwijl het antwoord nota bene in Van Dale staat, onder DenkSPORT: verzamelnaam voor intellectuele (recreatieve) bezigheden als bridgen, dammen, schaken, het oplossen van raadsels en puzzels e.d. Ik had dit uiteraard ook op mijn beurt in een lezersbrief kunnen gieten, maar GvA heeft er de laatste tijd al meerdere van mijn hand gepubliceerd en ik wil mijn kansen als kommas neukende GvA-lezer voor de toekomst ook niet te veel hypothekeren
TOE(kom)MAATJE. Zonnebrillen. Ik vraag me wel eens af waarom sommige figuren zelfs in een schemerdonkere ruimte ook nog eens een donkere bril op hun neus houden. Of omgekeerd: waarom anderen (of diezelfden?) ondanks een felle zon hun zonnebril boven hun knipperende ogen dragen. Of is het eerder een modeverschijnsel bij jongeren en/of 30-/40-ers?
Mijn brave maar eenvoudige Nederlandse grootmoeder zaliger vond Hollands helemaal niet moeilijk en begreep niet dat buitenlanders er wel problemen mee konden hebben. Ik snap het niet, Hollands praten dat gaat toch vanzelf? zei ze. In onze moderne tijd klinkt zon opmerking natuurlijk onbegrijpelijk naïef maar voor mijn oma (ze stierf in 1937) was de wereld zo klein dat er volgens haar maar één taal gesproken werd. Maar ter zake. Nederlands een moeilijke taal voor vreemdelingen? Dat hangt van veel factoren af: gelijkenissen of verschillen met hun moedertaal, hun persoonlijke aanleg of belangstelling voor talen (talenknobbel?), omgevingsfactoren (taallessen?) enz. Kortom: de vraag of Nederlands moeilijk is, valt in zijn algemeenheid gewoon niet te beantwoorden. Maar ik zou uit pure nieuwsgierigheid wel eens willen weten hoe bepaalde anderstaligen onze (geschreven) woorden zouden uitspreken. Neem nou een eenvoudig woord als bedlegerig; drie keer dezelfde letter met telkens een andere uitspraak maar dat laatste kan een vreemdeling niet weten. Dus hoop ik ooit een of meer Nederlands-onkundigen te ontmoeten zodat ik eindelijk een antwoord kan krijgen op een beklemmende vraag waar ik nu al zoveel jaren dag en nacht mee worstel...
TOE(kom)MAATJE. Copuleerapparaat: een kopieerapparaat vlakbij condooms; zo'n toestel produceert ozon, waardoor rubber sneller degradeert.(uit:Groot Lexicon van Nutteloze Feiten, die U stellig niet wilt weten, uitg. Contact 2005)
Om onze conditie als bejaarde senioren min of meer op peil te houden, draaienoma en ik al zon negen jaar vijf ochtenden per week elk gedurende een twintigtal minuten rondjes op een hometrainer. We doen dat eerder uit een soort persoonlijk plichtsbesef want echt plezant vinden we het niet en we grijpen dan ook elk excuus aan om al eens een dagje over te slaan . Een tijdje geleden begon het spel behoorlijk te rammelen bij elke omwenteling van de pedalen. Mij stoorde het niet zo enorm maar het gebonk werkte oma zodanig op de zenuwen dat ze afhaakte. Ik voelde me zedelijk verplicht om het euvel te verhelpen en omdat ik na veel zoekwerk al eerder had ontdekt hoe ik een piepende ketting tot zwijgen moest brengen (gewoon smeren ), nam ik vanmorgen de handleiding door, waarin stond uitgelegd hoe ik de diverse onderdelen kon (de)monteren. Nu sta ik bij mijn (klein)kinderen bekend als een lieve Pa/Opa maar tegelijk als een onhandige kluns met twee linkerhanden (als ik het ooit in mijn hoofd zou halen mijn hulp aan te bieden bij een of ander klusje, weet ik nu al hun reactie: Pa/Opa; blijf er af aub!). Maar terug naar die handleiding. Het duurde enkele uren voordat ik de kettingkast los had gekregen, voor alle zekerheid hier en daar nog wat vet gesmeerd en een paar vijzen en moeren vastgedraaid. Tot mijn aangename verbazing lukte het demonteren en terugplaatsen van alle onderdelen vrij goed, al kostte het me heel wat bloed (letterlijk!), zweet en (bijna) tranen, en al moest ik wel een tijdje zoeken naar een verdwaalde losse vijs maar uiteindelijk zat alles weer op zijn plaats (behalve allicht mijn eigen losse vijs). Het zag er allemaal picobello uit en bij wijze van test kroop ik op het zadel om te constateren dat onze hometrainer uitstekend functioneerde! Slechts één klein min-puntje: het ding rammelt en bonkt nog steeds
TOE(kom)MAATJE. Beroemde uitspraak van Shakespeare (of was het Shakesbeer?): Two beer or not two beer, that is the question. (bron: Alechia Post, Universiteit Antwerpen maart 2010)
De Koninklijke uitspraak (pardon: toespraak!) t.g.v. 21 juli 2010. Exact een jaar geledenschreef ik bij mijn blogje het volgende TOE(kom)MAATJE: We hebben weer eens kunnen genieten van de koninklijke 21-julitoespraak.Nou ja, genieten is niet het juiste woord natuurlijk. Het zou al een stuk beter zijn als de persoonlijke entourage van de vorst er voor kon zorgen: 1) dat hij de tekst wat vlotter en zonder uitspraakfouten afleest, en 2) dat die tekst ook geen andere taalfouten meer zou bevatten ( ) . Na de volledige toespraak van vandaag beluisterd te hebben, vraag ik me opnieuw af of er aan het Hof nu echt niemand rondloopt met voldoende kennis van onze eerste landstaal om onze vorst te behoeden voor een foutieve uitspraak van woorden als energie en geloof het of niet koningin!!
TOE(kom)MAATJE 1 (Geen?) taalgrapje. Een afgezaagd grapje over de Franse taal: Hoe is Een forel in het Frans: Un forel of une forelle?. Het antwoord is natuurlijk: de Franse taal kent geen forel noch forelle, een Franse forel is une TRUITE. Hahahaha!! Hoewel, niet te vroeg lachen aub: toen ik onlangs forelle peren kocht, las ik op het tweetalig etiket als Franse benaming: Poires forelle ..
TOE(kom)MAATJE 2 (om het af te leren) een Kippengrap. Er was een kip en die zei: Tok! De andere kip vroeg: Are you tokking to me? (uit Humo Uitlaat6.7.2010)
HELP! Ik ben (g)een Hollander Je kan er moeilijk naast kijken: doorgedraaide Nederlanders, zo rotsvast overtuigd van hun eindoverwinning op de WK in Zuid-Afrika dat ze op de gekste manieren nu al vooruit lopen op die overwinning, alsof de buit al binnen is. In tal van dorpen (en steden?) zijn hele huizenrijen al dagenlang van het dak tot op de grond compleet in het oranje gestoken. Honderden (duizenden?) oranje truien worden alvast verkocht met het opschrift Oranje Wereldkampioen 2010. Verkeersborden worden overplakt met fantasieteksten (uiteraard in de nationale kleuren). Hoe meer ik die (naïeve en toch ook wat arrogante?) waanzin zie, hoe meer ik hoop dat Nederland tegen Spanje morgen languit op zijn bek gaat, zo nieuwsgierig ben ik naar de reacties van het Hollandse publiek. Zullen ze tranen met tuiten huilen?, zich het Lazerus zuipen?, vandalenstreken uithalen?, de Spaanse ambassadeur gijzelen?, Sinterklaasliedjes verbieden?, . Ik ben benieuwd. Sommigen van mijn vrienden, op de hoogte van mijn Nederlandse roots, reageren dan hoogstverbaasd op mijn morbide verlangens: Jij bent toch zelf een Hollander?. Ja en neen. Mijn wieg stond inderdaad in Haarlem en van 1946 tot mijn naturalisatie in 1973 liep ik in België rond met een zgn. Vreemdelingenkaart, evenals mijn ouders en mijn drie zussen. In het begin liep ik rond met het idee dat in Holland alles beter was en maakte soms vergelijkingen in de trant van: bij ons in Holland enz Dat arrogante gedrag heb ik vlug afgeleerd, gelukkig. Het oorspronkelijke heimwee naar mijn Haarlemse milieu maakte geleidelijk plaats voor de Vlaamse context. In die mate dat mijn sporadische Hollandse contacten zich beperken tot enkele neven en nichten en eens per jaar een verjaardagstelefoontje naar een vriendje van de Lagere School (en vice-versa). Ik denk van mezelf te mogen zeggen dat ik me behoorlijk heb aangepast. Al kan ik mijn Noord-Nederlandse accent soms moeilijk verbergen. Soms probeer ik dat wel om zo wat Hollandermoppen te horen uit de mond van mensen die mijn Kaaskop-origine niet kennen, heerlijk!!
TOE(kom)MAATJE. Een van die Hollander-moppen luidt als volgt (oordeel zelf maar of het klopt!): Wat is het verschil tussen een Hollander en een maagd? Antwoord: een Hollander blijft altijd een Hollander! .
GRAAG UW COMMENTAAR op mijn schrijfsels! Laat me vooral weten wanneer u het ergens mee oneens bent. Ik ben trouwens niet bang voor kritiek, integendeel: het kan me aanmoedigen om (beter) na te denken voordat ik iets schrijf. Ik krijg liever kritiek dan nietszeggende plaatjes of andere (goedbedoelde) “boodschappen” die niks met mijn blabla te maken hebben.
Druk op onderstaande knop om een berichtje achter te laten in mijn gastenboek
De meeste afbeeldingen uiterst LINKS zijn FOTO'S van schilderijen (op papier, doek of andere materialen) die vrouwlief in haar schildersatelier gemaakt heeft. In deze RECHTERkolom staan afbeeldingen die ze op computer heeft getekend. U kan er ook vinden op haar eigen seniorennet-blog ("computeroma") maar de laatste tekeningen daar dateren van 27.10.2008: ze haat nl. de rompslomp van een eigen blog.... Maar gelukkig mag ik op mijn blog af en toe een of meer van haar creaties tonen. Ze inspireert zich meestal op het familiealbum, foto’s uit de media of bestaande kunstwerken, maar ze houdt niet van braaf copiëren en het eindresultaat wijkt dus nogal eens af van het origineel en benadert soms zelfs het abstracte, waarbij ze haar aangeboren kleurgevoel de vrije loop laat (tijdens haar academie-opleiding kreeg ze daarvoor felicitaties).