door: Liesbeth Meijs © LiSAR
In de zomer kunnen de temperaturen soms aardig oplopen. Elk jaar zijn er weer verhalen van honden die aan oververhitting (hyperthermie) overleden zijn omdat zij even in de auto werden achtergelaten. Ook bij intensief werken in de zon kan hyperthermie ontstaan. Reddingshonden worden vaak ingezet in situaties waar extreme weersomstandigheden heersen. Kou, regen, wind en hitte, de reddingshond moet onder alle omstandigheden zijn werk doen. Hyperthermie is bij warm weer dan ook iets waar de hondengeleider op bedacht moet zijn. Voor we de symptomen en de behandeling van deze levensbedreigende situatie bespreken eerst iets over het ontstaansmechanisme:
HOE ONTSTAAT HYPERTHERMIE ? De normale temperatuur van een hond ligt tussen de 38 en de 39 graden celsius. Het lichaam bewaart een evenwicht tussen warmteproduktie en warmte-afgifte. Dit wordt geregeld door het warmte-regulatiecentrum in de hersenen. Warmteproduktie wordt onder andere beinvloed door leeftijd, lichaamsgewicht, geslacht, conditie (getrainde spieren produceren meer warmte door een hogere stofwisseling), activiteit en voeropname. De warmteafgifte o.a. door omgevingstemperatuur, windsnelheid, vochtigheid en isolatie (vetlaag, beharing).
Warmte kan het lichaam verlaten via straling (huidoppervlak), stroming (lucht-stromingen), verdamping en geleiding (via contact-oppervlakken). Honden verliezen voornamelijk warmte door verdamping via de bek (hijgen ofwel panting) en via de zweetklieren in de voetzolen. Ook het verwijden van de kleine bloedvaatjes in de huid, het veranderen van de lichaamshouding en het gedrag (koele plaats opzoeken) dragen bij aan de warmteafgifte.
Door allerlei inwendige en uitwendige oorzaken kan de warmteproduktie groter worden dan de warmteafgifte. We zien dit onder andere bij infecties, bij beschadiging van de hersenen of bij zware arbeid in een warme omgeving met hoge luchtvochtigheid. In het laatste geval kan het warmteverlies via hijgen en zweten onvoldoende worden als de hond uitgedroogd raakt. Het evenwicht raakt verstoord en de lichaamstemperatuur stijgt.
Meestal slaagt het warmte-regulatiecentrum er vervolgens in om, bij een iets hogere lichaamstemperatuur een nieuw evenwicht in te stellen tussen warmteproduktie en warmteafgifte. Kan echter nog steeds onvoldoende warmte worden afgegeven dan blijft de temperatuur stijgen en spreken we van hyperthermie.
Het lichaam van de hond reageert nu door steeds sneller te gaan hijgen. De ademhalingsspieren produceren op een gegeven moment zoveel warmte dat dit bijdraagt tot een verdere verhoging van de lichaamstemperatuur in plaats van tot het gewenste warmteverlies. Deze vicieuze cirkel kan de hond zelf niet meer doorbreken en snel ingrijpen is noodzakelijk. Stijgt de lichaamstemperatuur boven de grens van 42 graden dan beginnen de eiwitten in het lichaam beschadigd te raken en worden de lichaamscellen onvoldoende van zuurstof voorzien. Allerlei essentiele processen stagneren. Het dier overlijdt.
SYMPTOMEN EN BEHANDELING Om hyperthermie te kunnen vaststellen en de eerste levensreddende behandeling te kunnen uitvoeren heeft een reddingshondenteam nodig: Een gewone digitale thermometer (voor 10 tot.25 gulden bij elke drogist te krijgen), koel water, keukenzout en evt medicinale alcohol. Daarnaast kan, indien aanwezig, gebruik gemaakt worden van een ventilator of een auto met airconditioning
Hyperthermie kan een scala aan klachten veroorzaken waarvan de een duidelijker is dan de ander. De symptomen worden ernstiger naarmate de temperatuur hoger is. Misselijkheid en braken, spierkrampen, extreem hijgen en spierzwakte zijn de meest voorkomende verschijnselen. Soms is het bewustzijn verminderd. Met een thermometer kan de diagnose makkelijk gesteld worden. Breng deze rectaal in met een beetje glijmiddel (slaolie of desnoods spuug) in. Wacht tot de temperatuur ca. 20 seconden niet meer stijgt of tot de thermometer een piepje geeft en lees af.
Is de temperatuur boven de 41.0 dan is zeer snelle koeling vereist, indien mogelijk zelfs met ijs of ijskoud water. Bij een temperatuur tussen de 40.5 en 41.0 moet een voorzichtigere koeling worden toegepast. Plaats de hond in de schaduw en maak gebruik van de ventilator cq. airconditioning. Overgiet het dier met koel (dus niet steenkoud) water, zet hem eventueel in het water of onder de tuinslang. Wrijf goed door de vacht zodat het water op de huid komt en niet alleen langs de haren afstroomt. Koelen met alcohol gaat nog sneller. Meestal zal hiervan niet genoeg aanwezig zijn om de hond hiermee kletsnat te maken. Gebruik de alcohol in ieder geval op plaatsen waar de beharing dun is (liezen,oksels, oren). Als de hond wil drinken geef hem dan steeds kleine beetjes koel water liefst met een klein beetje keukenzout erdoor.
Controleer de temperatuur elke 10 minuten. Als deze inderdaad begint te zakken doe dan rustig aan met de koelende activivteiten. Er moet voorkomen worden dat de temperatuur te laag wordt. Ook kan een te snelle koeling, bijvoorbeeld met ijskoud water, tot gevolg hebben dat de hersenen het lichaam weer aanzetten tot warmteproduktie (rillen). Als de temperatuur gedaald is tot ca. 40 graden kan het koelen gestopt worden. Wel moet elk half uur de temperatuur gemeten worden.
Indien mogelijk wordt de hond verder door een dierenarts behandeld. Deze kan door het toedienen van infusen en vaatverwijders de temperatuur verder laten dalen. Soms is zelfs een narcose nodig om dit te bereiken. Als een infectie mogelijk de oorzaak van de hyperthermie was zal de hond daarnaast nog antibiotica en koortsverlagers krijgen.
Om te voorkomen dat de hyperthermie zich herhaalt moet de oorzaak worden vastgesteld. Waren alleen de omgevingsomstandigheden de oorzaak al dan niet in combinatie met zwaar werk, of ligt er een inwendige ziekte aan de hyperthermie ten grondslag? Een bloedonderzoek kan hier vaak uitsluitsel bieden.
De preventie van hyperthermie die door uitwendige factoren veroorzaakt wordt is meestal een kwestie van gezond verstand: Zieke dieren niet bij hitte laten werken, dieren voldoende mogelijkheden geven om af te koelen (voldoende koel drinkwater, regelmatig pauzeren, evt. de voeten wat nat maken etc.). Ook blijkt dat een dier na enige dagen acclimatiseren in een nieuwe (warmere) omgeving beter tegen de omstandigheden is opgewassen De inwendige oorzaken van hyperthermie zijn moeilijk te voorkomen maar als de aandoening goed en tijdig behandeld wordt hoeft de hyperthermie geen blijvende gevolgen te hebben..
Tenslotte: Een gezonde reddingshond kan heel goed bij hoge temperaturen werken. De geleider moet dan wel zorgen dat de hond regelmatig in de schaduw pauzeert en genoeg kan drinken. Gaat het toch mis dan kan met een thermometer eenvoudig de diagnose hyperthermie gesteld worden. Koelen is dan het belangrijkste. Dit kan met water of alcohol evt. in combinatie met een ventilator of een geairconditionde auto. Ook als het op deze manier lukt om de lichaamstemperatuur van de hond te normaliseren is het verstandig om door middel van een bloedonderzoek de gezondheid van de hond te laten controleren. |