Hartenbeest Groep : op het land levende zoogdieren
Van de vele antilopensoorten die in Afrika voorkomen, komt de gnoe qua grootte en uiterlijk het meest overeen met het hartenbeest. Het hartenbeest behoort tot de snelste dieren van Afrika, ondanks zijn bedrieglijk onhandige gang. Wanneer hij bedreigd wordt, rent de antilope weg met tachtig kilometer per uur, en kan deze snelheid een paar minuten volhouden. Kuddeleden doen om de beurt dienst als uitkijkpost, en gaan soms op een termietenhoop staan om beter zicht te hebben. Anders dan veel andere antilopen, trekken hartenbeesten niet, maar brengen bijna hun hele leven door op dezelfde plaats. De vrouwtjes en jongen vormen kleine kuddes van vijf tot twintig dieren, die binnen een leefgebied van ongeveer twee en een halve vierkante kilometer blijven, begrensd door stromen, bosland of heuvels. Tegen het eind van het droge seizoen of in tijden van extreme droogte, komen verschillende kuddes samen (soms wel driehonderd dieren) om water of betere grasvlakten te zoeken. Zijn ze drie of vier jaar oud, dan verlaten mannetjeshartenbeesten de kudde van hun moeder voor een grotendeels solitair leven. Ieder mannetje verdedigt zijn territorium fel, en markeert het met hopen uitwerpselen. Ze verliezen hun territorium wanneer ze ongeveer acht jaar oud zijn, en een jongere en fittere nieuwkomer ze eruit werkt. Hartenbeesten verlanten hun rustplaatsen tussen struikgewas of doornige bosjes of bomen vlak na zonsopgang en gaan op zoek naar vers gras op de open vlaktes. Ze knabbelen totdat hun bek vol is, dan doen ze hun kop omhoog en kauwen terwijl ze om zich heen kijken voor gevaar. Gras maakt ongeveer 95 procent uit van het voedsel, maar de dieren zijn in staat het maximale uit dit magere voedsel te halen dankzij een zeer efficiënt verteringssysteem. Hun maag met meerdere kamers zorgt daarvoor. Overdag rust de kudde in de schaduw voordat ze aan het eind van de middag weer verder grazen. Ze bezoeken dagelijks zoutlikken om mineralen binnen te krijgen, maar kunnen dagen of zelfs weken zonder water. Paringen vinden het hele jaar door plaats wanneer er voedsel in overvloed is, maar er zijn seizoenspieken die variëren per gebied. Vrouwtjes zijn maar een paar dagen per jaar tochtig, en wanneer een tochtig vrouwtje ronddoolt in het territorium van een mannetje, houdt hij haar goed in de gaten. Agressie tussen mannetjes loopt in deze tijd vaak uit op geweld. De tegenstanders bespringen mekaar met de horens naar voren, maar serieuze verwondingen zijn zeldzaam. Het hartenbeest kwam vroeger voor in heel Afrika, en vroege Europese kolonisten verbaasden zich over de dicht opeengepakte kuddes, van soms wel duizend dieren, in het droge seizoen. Maar de jacht decimeerde het aantal hartenbeesten. Het smakelijke vlees zorgde ervoor dat het een voornaam doelwit was voor jagers en zijn voorkeur voor open leefgebieden en tegenzin om voedselterritoria te verlaten, maakten hem tot een makkelijke prooi. Verschillende ondersoorten zijn momenteel bedreigd. |