door Minke Schuthof. vrijdag 20 februari 2009 | 08:39 | Laatst bijgewerkt op: vrijdag 20 februari 2009 | 08:54
Meesterhoefsmid Aart Bloem hanteert al ruim 25 jaar vakkundig - en met veel paardenliefde - hamer en aambeeld. foto Henri van der Beek
HEERDE/WAPENVELD - Zo'n tienduizend ijzers, minimaal. Van maatje mini voor de ranke hoefjes van een Shetlandpony tot een maatje meer voor de stevige werkschuiten van een Shire - het grootste paardenras ter wereld.
Al een kwart eeuw voorziet meesterhoefsmid Aart Bloem (45) paardenvoeten in alle soorten en maten van passend 'schoeisel'. Binnenkort viert hij zijn 25-jarig jubileum - op dezelfde dag als de officiële opening van de fonkelnieuwe Paardenkliniek Wapenveld aan de Vlijtweg, waarbinnen hij als zelfstandig hoefsmid is gevestigd.
Goed kijken, dat is 'het geheim van de smid'. "Dat is de basis. Goed kijken naar de voet van het paard, hoe het dier loopt." Naast de standaardmodelletjes meet Bloem ook veel orthopedisch schoeisel aan, bij paarden met 'probleemvoeten'. Zodat het dier weer kaarsrecht op zijn benen kan staan, want daar gaat het uiteindelijk allemaal om. "Anders hebben de pezen en botjes teveel te lijden." Net als bij mensen is iedere paardenvoet anders, weet hij. Een stel ijzers moet 'lekker zitten', anders worden ze 'afgetrapt'.
Zijn viervoetige klanten ziet hij doorgaans eens in de zeven, acht weken. Dan is het weer tijd de hoeven te 'kappen' en van nieuwe nagels en ijzers te voorzien. 's Zomers wat vaker dan 's winters, want dan groeit de hoornlaag harder.
Belangrijk, want 'getemde' paardenhoeven slijten niet voldoende om dat achterwege te laten, aldus Bloem. "Dan groeien de hoeven door en krijg je afwijkende standen van de voet."
Met een gemiddelde prijs van zo'n honderd euro 'per paar' - dan heb je natuurlijk wel vier stuks - is paardenschoeisel flink duurder dan de schoenen we zelf dragen, grapt hij.
Ondertussen heeft de rijksgediplomeerd hoefsmid naam gemaakt in binnen- en buitenland. Hij geeft demonstraties en viel veelvuldig in de prijzen bij hoefsmidwedstrijden, van Polen en Tsjechië tot Mexico aan toe. Daarbij gaat het erom in zo rap mogelijk tempo perfect passende ijzers te smeden en aan te meten.
Dat komt nog aardig precies: de nagels om het hoefijzer vast te maken, moeten exact in de 'witte lijn', het flexibele deel van de hoef terecht komen, wijst hij. "Zitten ze teveel in de wand, dan krijg je een brokkelvoet. En teveel naar binnen voelt het paard."
De meeste dieren zijn van jongsafaan zo vertrouwd met het hele gebeuren dat ze de smid rustig laten begaan, is zijn ervaring. "Heel af en toe gebeurt er wel eens wat. Maar dan heb je hier de mooie omstandigheid dat de dierenarts vlakbij zit, om iets kalmerends te geven. Bang? Nee, nooit. Wel altijd uiterst voorzichtig
Bron : De Stentor