Canada heeft vrijdag zijn omstreden zeehondenjacht geopend, maar zware ijsgang speelt de jagers vooralsnog parten. Vrijdag voor dag en dauw zetten zestien schepen koers naar de ijsschotsen in het zuiden van de Golf van St. Lawrence, zei woordvoerder Phil Jenkins van het ministerie van visserij en oceanen. De jagers zijn nog niet in de buurt van een kudde gekomen en hebben door de slechte weersomstandigheden nog maar een paar zeehonden kunnen doden, zei hij.
De jagers en het ministerie zeggen dat de jacht duurzaam, humaan en goed georganiseerd is en een aanvulling vormt op het inkomen van geïsoleerde vissersdorpen die zwaar zijn getroffen door het verdwijnen van de kabeljauw. Milieuorganisaties denken daar anders over en verschillende landen, waaronder Nederland en België, verbieden de import van zeehondenproducten. In de Europese Unie geldt sinds 1983 een verbod op de import van de witte vachten van babyzeehonden en de EU overweegt de markt te sluiten voor alle zeehondenproducten.
Dierenbeschermers krijgen vergunning om toezicht te houden op de Canadese jacht en worden later vrijdag in het gebied verwacht. Zij noemen de jacht wreed en zeggen dat die wel degelijk schade toebrengt aan de zeehondenpopulatie.
De Canadese jagers mogen geen babyzeehonden doden die nog beschikken over het witte dons dat kenmerkend is voor de leeftijd van 10 tot 21 dagen. Ook zijn zij ditmaal verplicht de slagaders onder de vinnen van de zeehonden door te snijden om er zeker van te zijn dat de dieren dood zijn voor ze worden gevild, zoals de EU in een rapport heeft aanbevolen. Dat neemt de bewaren van de dierenbeschermers echter niet weg.
De toegestane vangst is dit jaar gesteld op 275 duizend zeehonden, iets meer dan de 270 duizend van vorig jaar. Twee jaar geleden bedroeg de toegestane vangst 335 duizend, maar dat werd vanwege de slechte conditie van het ijs verlaagd. De spek en de vacht van een zeehond levert 49 euro op. Met de vangst van 2006 werd ongeveer 15,8 miljoen euro verdiend. (gva)