Voor u uit het Nieuwsblad geplukt :
Katten met gedragsproblemen
Niet alle katten gedragen zich altijd even lief en voorbeeldig, zo blijkt uit heel wat lezersvragen. Petra: 'Ik heb drie weken geleden een poes gekocht van een jaar oud. Zij heeft zich goed aangepast en iedereen is er dol op. Maar soms begint zij mij te bijten en op mij te klimmen. Hoe komt dat?' Marie Rose De Weirdt: 'Mijn poes, een kattin van 3 jaar oud, doet niets anders dan overal plassen: op de zetel, op het bed, op onze kleding... Wat kan ik daar aan doen?'
Annelies Bordo: 'Mijn katten aanvaarden mijn vriend niet. In het begin gingen ze bij hem liggen maar nu gaan ze lopen van zodra hij binnenkomt. Als hij blijft slapen, komt de poes in de deuropening wenen en plast ze in de gang. Hoe los ik dit op?'
'Veel hangt af van de opvoeding', zegt dierenarts Rob Lückerath, 'De belangrijkste periode is de eerste zes maanden na de geboorte. De moederkat is erg belangrijk: zij verzorgt en corrigeert haar kittens. Zij begeleidt de aangeboren gedragingen zoals poetsgedrag, de behoeften doen, en eten. Vanaf de 15de dag kan een kitten zijn voorpootjes aflikken, vanaf drie weken kan hij al in de kattenbak gaan en vanaf de 4de week is een kitten in staat om zelfstandig te eten.'
'Vanaf de tweede levensweek begint de communicatie met de nestgenoten. Contact en spel tussen de kittens vormt hun latere gedrag. Het is belangrijk dat ze in contact komen met allerlei situaties die hun zintuigen en intelligentie prikkelen. Het aanleren van gedragingen ten opzichte van andere diersoorten, ook de mens, duurt ongeveer tot 3 maanden.'
'Het is belangrijk dat een kat regelmatig door verschillende mensen wordt aangehaald. Ook contact met zeer jonge kinderen is belangrijk. Een omgeving met veel verschillende geluiden zoals de radio, televisie, spelende kinderen stimuleert een jonge poes om op ontdekking te gaan. Zo'n kat zal zich later kunnen aanpassen aan allerlei omstandigheden.'
'In de relatie baasje-kat is het belangrijk grenzen te stellen: baasje bepaalt wat kan en niet kan. Een beloning gaat uit van het baasje, hij moet dat duidelijk tonen. Een afstraffing mag dan weer niet duidelijk van het baasje uitgaan. Hij moet proberen de foute acties van de kat te koppelen aan onaangename effecten (bijvoorbeeld een spray met water). Hij moet wel altijd kort op de bal spelen en bijvoorbeeld geen kwartier later reageren.'
'Een tweede kat kan een oplossing bieden voor een angstige kat, omdat de kat in de socialisatieperiode zeker in contact is geweest met soortgenoten maar niet altijd met mensen. Een tweede kat kan opnieuw rust brengen. Wanneer er problemen zijn met een oudere kat, kan Feliway de oplossing bieden: dat is een spray of verdamper met gesynthetiseerde gezichtsferomonen, die voor de kat een gevoel van welzijn en veiligheid creëren.' (mkt)
|