Eikenprocessierupsen Latijnse benaming: Thaumetopoea processionea.
De eikenprocessierups komt oorspronkelijk uit Midden en Zuid-Europa. De eikenprocessierups(vlinder) heeft zich, vermoedelijk onder invloed van klimaatsverandering, ook in ons land weten te vestigen. Droge winters zorgen voor gemakkelijkere overwintering van de eitjes en de droge, warme zomers stimuleren de ontwikkeling van de rupsen. Sinds enkele jaren ontwikkelen de rupsen zich in Nederland en Vlaanderen zich regelmatig in zulke grote hoeveelheden dat van een plaag kan worden gesproken. Kaal gevreten eikenbomen en ernstige jeukhinder bij spelende kinderen of omwonenden zijn de meest bekende gevolgen.

Hoe herken je de processierups (vlinder)? De jonge, kleine rupsen zijn oranje als ze vanaf eind april uit hun overwinterde eitjes komen. Na de derde vervelling krijgen de rupsen de donkere brandharen op de rug, waardoor ze er grijsgrauw uitzien met lichtgekleurde zijden. De volgroeide rupsen zijn tot 3,5 cm lang. De rupsen vervellen tot zes keer vooraleer zich in een cocon te gaan verpoppen. Na het verpoppen verschijnen dan de eikenprocessierupsvlinders. Dat zijn onopvallende grijze nachtvlinders die op hun beurt op het einde van de zomer eitjes leggen in de toppen van eiken.

De eikenprocessierupsen leven in groepen bij elkaar en maken op de stammen of dikkere takken grote nesten. Meestal bevinden deze rupsennesten zich dan aan de zonnige zuidkant van de eikenbomen. De nesten bestaan uit dichte spinsels van vervellingshuidjes, met brandharen en hun uitwerpselen. Vanuit hun nest gaan de rupsen s nachts in rijen achter elkaar of 'in processie' op zoek naar voedsel: de eikenbladeren. Soms met bijna kaalgevreten eikenbomen tot gevolg.

De processierupsen hebben een grijsgrauwe kleur met lichtgekleurde zijden en zijn getooid met lange haren. In mei, juni en juli kunnen ze worden waargenomen. Vaak worden ze pas opgemerkt, als ze de bomen gedeeltelijk kaal hebben gevreten. Eikenbomen (vooral inlandse, soms ook Amerikaanse eiken) genieten hun voorkeur. Bij gebrek aan voedsel nemen ze ook genoegen met de bladeren van andere boomsoorten zoals de beuk en de berk. De rups verdwijnt met de verpopping. Vanaf dit ogenblik is het gevaar geweken. De volwassen nachtvlinder is onopvallend grijs. Hij verschijnt vanaf eind juli en kan tot eind augustus voorkomen.
Welke problemen veroorzaken de rupsen?
De brandharen van de rups vormen voor de mens een gevaar voor de gezondheid. De haren zijn 0,2 tot 0,3 millimeter lang. Een volgroeide rups bevat ongeveer 700.000 kleine brandhaartjes. De pijlvormige brandharen worden bij ongewenste aanrakingen als afweermiddel actief afgeschoten door de rups. Tevens kunnen de haren vanuit de nesten passief met de wind worden meegevoerd of door trillingen van verkeer vrijkomen en verder verspreid worden.
Na direct contact met de brandharen ontstaat er binnen de 8 uur een rode pijnlijke huiduitslag met hevige jeuk. Deze kenmerkt zich door bultjes, pukkeltjes of met vochtgevulde blaasjes die kunnen gaan ontsteken. Vaak ontstaan deze reacties op de onbedekte huid, maar door versleping of open wrijven van bijvoorbeeld zweet kan dit ook plaatsvinden op de bedekte huid. Als er brandharen in de ogen terechtkomen, kunnen zij binnen 1 tot 4 uur een heftige reactie geven van het oogbindvlies en/of hoornvlies met zwelling, roodheid en jeuk en in sommige gevallen met ontstekingen. Na inademing kunnen brandharen ook irritatie of ontsteking geven van het slijmvlies van de bovenste luchtwegen (neus, keel en bovenste gedeelte luchtpijp). De klachten lijken op een neusverkoudheid. Tevens kunnen mensen ook klagen over pijn in de keel en eventuele slikstoornissen, in sommige gevallen is er sprake van kortademigheid. Daarnaast kunnen er zich algemene klachten voordoen, zoals braken, duizeligheid, koorts... Grote groepen processierupsen kunnen eikenbomen volledig kaal eten. Toch ondervinden gezonde bomen weinig hinder van een eenmalig bladverlies. Meestal krijgen de eikenbomen nog dezelfde zomer of het volgende jaar opnieuw bladeren omdat de rupsen de bladknoppen niet opeten. Wie ooit in aanraking kwam met de processierups, zal zich waarschijnlijk de hevige jeukhinder nog wel herinneren. De lange haren, die de rupsen bij verstoring loslaten, kunnen bovendien in het lichaam tot ernstige ontstekingen of astmatische reacties leiden! Ze bevatten immers mierenzuur en zijn voorzien van een weerhaakje.

Contact met de huid De netelharen dringen in de opperhuid met mogelijk een ernstige ontsteking tot gevolg. Binnen acht uur na het contact met de haren verschijnt huiduitslag die met hevige jeuk gepaard gaat. De uitslag verdwijnt vanzelf binnen twee weken. Problemen door de netelharen van de processierups kunnen optreden zonder dat er rechtstreeks contact met de rupsen geweest is. De haartjes kunnen meegevoerd worden door de wind en zo ook in kleding terechtkomen. Ze kunnen verwijderd worden door de kleren grondig te spoelen.
Contact met de ogen Als de haartjes in aanraking komen met het oogwit, kunnen ze een acute ontsteking veroorzaken. Dringen ze nog dieper in het oog binnen, dan kunnen ze een chronische oogontsteking met een soort knobbelvorming teweegbrengen. Omdat er dan al maanden verstreken kunnen zijn, wordt het verband niet meer gelegd. Enkel met een operatieve ingreep kunnen de haartjes dan nog verwijderd worden.
De bovenste luchtwegen Bij inademing kunnen slikstoornissen, ontsteking van de neusslijmvliezen en ademhalingsstoornissen optreden. Raadpleeg in geval van twijfel een arts!
Ook dieren, met name honden, kunnen last hebben van de brandharen van de rups. Honden lopen voornamelijk risico als ze in de wegbermen aan nesten snuffelen of deze in hun bek nemen. Voor koeien en paarden geldt dat voorkomen moet worden dat zij met nesten in aanraking kunnen komen. Paarden lijken gevoeliger voor de eikenprocessierups dan andere dieren. Daarnaast kunnen klachten optreden als bijvoorbeeld vee graast onder aangetaste bomen of als gras of hooi afkomstig uit de directe nabijheid van aangetaste eiken als veevoeder gebruikt wordt.
Wat doen bij overlast van eikenprocessierupsen?
- Waarschuw het gemeentebestuur of brandweerdienst, deze mensen zijn gespecialiseerd in het bestrijden en verwijderen van deze gevaarlijke nesten. Zij zullen passende maatregelen treffen of de verantwoordelijke diensten op de hoogte stellen. Het is mogelijk dat een gemeentelijk reglement beschrijft hoe, waar en wanneer de rupsen bestreden moeten worden. De meest doeltreffende methode bestaat uit het wegbranden of opzuigen van de rupsen en hun nesten, liefst vroeg in het seizoen wanneer de brandharen nog niet ontwikkeld zijn.

- Voorkom elk rechtstreeks contact met de rupsen en maak ook je kinderen attent. Verder ook aanraking vermijden met (oude) brandharen en vervellingshuiden die nog in de oude spinselnesten zitten. De brandharen blijven namelijk irritaties veroorzaken tot vijf a acht jaar na het afsterven van de rupsen..
Wat u vooral niet moet doen?
- De rupsen aanraken en zelf trachten te bestrijden. Gebruik zeker geen insecticiden want de irriterende haren blijven nog lang actief en deze middelen kunnen schadelijk zijn voor de mens en het milieu.
- Wegspuiten met bijvoorbeeld een hogedrukreiniger mag je zeker niet doen. De haren en de rupsen kunnen dan immers via de lucht verspreid geraken.
- Plaats uw tent niet direct onder bomen, waarin de eikenprocessierups aanwezig is. De kans is anders groot dat uw tent besmet raakt.
- De was buiten hangen in de directe omgeving van eikenprocessierupsen is eveneens niet aangewezen, de kans bestaat dat uw was besmet raakt met de irriterende brandharen.
- Buiten geteelde groenten in een besmet gebied, kun je voorzichtig oogsten en vervolgens goed afspoelen. Bevinden de oogstbare eetbare gewassen zich echter in de onmiddellijke nabijheid van met eikenprocessierupsen bevolkte bomen, dan kan het oogsten wel problemen opleveren omdat de gewassen besmet kunnen zijn met de al dan niet passief uitgevallen brandharen.
- Picknicken onder bomen met eikenprocessierupsen is zeker af te raden.
- Indien je regelmatig in een dreef met besmette bomen moet fietsen kun je best voor minimale bedekking van armen, benen en nek zorgen. Wanneer mogelijk kun je zelfs best een alternatieve fietsroute nemen.
Tot slot: Schiet nooit in paniek als er rupsen in je omgeving zitten. Je gezond verstand en voorzichtige aanpak kunnen veel hinder voorkomen.
Hoe voorkom je ongemakken?
- Vermijd elk contact met de rupsen
- Draag kledij die hals, armen en benen bedekt en ga niet op de grond zitten.
- Na aanraking van rupsen of haren mag je niet krabben of wrijven, maar wel de huid en ogen goed wassen of spoelen met water.
- Zo nodig al je kleren wassen.
Auteur: Vossaert Kurt
tuinadvies.be
|