Wat is er bekend van de rangorde bij de kat? De ene onderzoeker zegt soms iets heel anders dan de andere. Maar als u om u heen kijkt, naar katten in een huiselijke situatie, herkent u vast veel in de volgende onderzoeksuitkomsten.
xml:namespace prefix = o ns = "urn:schemas-microsoft-com:office:office" />
De onderzoeksuitkomsten.
Hoe hoger de rang, hoe meer gedreigd wordt met aanvallen en hoe meer verdedigend gedrag vertoond wordt door de lagere in rang. Hoe hoger de rang, hoe vaker deze kat sociaal likgedrag vertoont en hoe meer deze sociaal gesnuffel en sociaal gewrijf ontvangt. De kat met hogere rang spendeert meer tijd op de grond en minder in de hoogte. Des te verder de rangen uiteen liggen, des te minder verkeren deze katten in elkaars nabijheid. De katten met hogere rang hebben eerder de neiging om aan te komen, terwijl de katten met lagere rang de neiging hebben gewicht te verliezen. Deze gegevens suggereren dat het concept van dominantie toegepast kan worden op een groep katten.
De ontwikkeling van rangorde kan afhangen van:
1. het aantal dieren dat in nabijheid leeft van elkaar (dichtheid)
2. het karakter van het individuele dier, waarvan de mate van socialisatie de voornaamste factor is
3. de indeling van de groepsruimte, of de dieren de mogelijkheid hebben om elkaar te mijden
4. de leeftijd van de katten.
Als de basale sociale unit in katachtigen de moeder-jong relatie is, kan men stellen dat katten gedragsmatige elementen gebruiken uit deze basisrelatie als cement voor relaties bij volwassenheid. Hieruit voortvloeiend kan dan weer gesteld worden dat sociaal likken een gedrag is dat stressniveaus reguleert tussen katten in omstandigheden waar zich een spanning tussen katten op kan bouwen, zoals onder niet-natuurlijke omstandigheden. (In een huiselijke situatie).
Jaloezie en rangorde. Voor zover mij heden bekend is jaloezie niet aangetoond bij de kat, maar wie herkent het niet? Bij mij thuis is het net zo, dat als ik een poes een knuffel wil geven, dat er een ander aankomt op een manier van: he, he, wacht eens even, ik eerst
. sht, mauw, wegwezen jij, ik ga knuffelen met ons baasje! Zo herkenbaar, maar de interpretatie van dit gedrag is toch individueel. Jaloezie bestaat, maar de interpretatie van dit kattengedrag wordt gedaan door mensen. En niet alle mensen geven dezelfde interpretatie aan het gedrag dat ze waarnemen. De een zou misschien zeggen: die kat is agressief, een ander zou zeggen: die kat loopt te klieren, en een derde zou wellicht zeggen: mijn kat is jaloers.
Toch heeft de waargenomen jaloezie vast te maken met de rangorde. Een kat wenst nu eenmaal in rangvolgorde benaderd te worden. De rangorde is echter een kaartspel, het wordt almaar opnieuw verdeeld en opnieuw geschud. Er is dus weinig echt duidelijk voor ons mensen over de rangorde van de katten bij u thuis.
Toch zijn de volgende criteria wel degelijk van belang in de ogen van de kat: dikte (voor poezen), het hebben van kittens, en bij katers speelt dominantie ook een rol. Opvallend is echter dat voor poezen het dik zijn en het hebben van kittens betekent dat die poes op dat moment even hoger in rang staat dan de andere poezen. Een poes met kittens doet ook haar best om voor de kittens een goed territorium te bevechten, waar voedsel (en respect) in overvloed aanwezig zijn.
Dus de katten die het hoogst in rang zijn, zijn op de grond te vinden. Daar waar normaliter ook het meeste voedsel te vinden is. De katten die lager in rang zijn, vind je dus op hogere plekken: de tafel, de trap, hogere etages. Het is dus eigenlijk zeer eenvoudig om te bestuderen welke kat op welk moment het hoogst in rang is. Dit varieert meestal niet per dag, maar per periode. Een kat die niet lekker in zijn vel zit, doet het lastig als hoogste in rang. Ook een dunne of bejaarde kat zal niet altijd hoogst in rang zijn. Katten kijken naar elkaar door kattenogen. Dat is voor de mens lastig, daarom worden er onderzoeken gedaan naar katten. Helaas voor de katten in laboratoria, worden onderzoeken ook daar gedaan. Soms gaat het dan om afgedankte katten, die al eerder voor neurologische research waren gebruikt.
Toch is observatie heel erg handig. Als u goed leert observeren, zult u bijv. bij ziekte eerder naar de dierenarts kunnen gaan, waardoor wellicht uw kat minder lang ziek hoeft te zijn. Observeren kun je leren. Diverse kattenverenigingen zijn bezig met het opzetten van een cursus. Het kattenwelzijn zal verbeteren als mensen meer kennis hebben over hun kat en deze ook in de praktijk kunnen brengen.
Het leukste aan onderzoeken is dat je gewoon thuis bij je katten kunt gaan kijken of je er wat in herkent. Ik ben altijd benieuwd naar herkenning van de onderzoeksresultaten, maar ook naar het niet herkennen er van. Katten zijn per slot van rekening niet voor niets katten, ze blijven je altijd verbazen!
Reacties hierop zijn van harte welkom. Herkent u dit juist wel of juist absoluut niet bij uw kat? Reageer!
Marcellina Stolting
Tinley®Gedragstherapeut
http://www.kattengedragstherapie.nl
info@kattengedragstherapie.nl
groetjes, Catwoman bezoek ook eens mijn blog: blog.seniorennet.be/tuinkatjes/
|