Diversiteit zonder grenzen
aftellen met darwin (8)
rr
Als soorten buiten hun natuurlijk leefgebied toch grond onder de voeten krijgen, ontpoppen ze zich soms tot ferme lastpakken voor de inheemse biodiversiteit. Zit ook daar Darwin voor iets tussen?
Ik ga op reis en ik neem mee
een beetje biodiversiteit. Zolang de mens op aarde rondtrekt, zeult hij bewust - en vooral ook onbewust - dieren en planten met zich mee. Buiten hun natuurlijke verspreidingsgebied bakken de meeste soorten er niet veel van. Soms krijgen ze in vreemd gebied welvaste voet en blijven ze bescheiden aanwezig. Slechts in hooguit enkele procenten lukt de vestiging erg goed en verspreiden ze zich. Uitheemse soorten kunnen zich dan zelfs tot heuse plagen ontpoppen. Dat levert problemen op voor de inheemse biodiversiteit, maar soms ook voor landbouw of voor het beheer van waterlopen.
Internationale experts beschouwen de invloed van uitheemse biodiversiteit wereldwijd als een van de belangrijkste bedreigingen van de inheemse biodiversiteit. Waarom zijn soorten buiten hun natuurlijke verspreidingsgebied vaker lastpakken dan binnen hun areaal? Spelen ook hier evolutionaire veranderingen een rol? En op welke wijze maken ze het overleven van inheemse biodiversiteit moeilijk tot onmogelijk?
Nijlganzen en canadaganzen, halsbandparkieten, Amerikaanse stierkikkers, Aziatische lieveheersbeestjes, Amerikaanse vogelkers, Braziliaanse waternavel, Aziatische korfmossels en Kaspische slijkgarnalen. Een kleine greep uit het groeiende assortiment uitheemse biodiversiteit dat ook in België meer dan goed gedijt. Bovendien neemt het probleem de jongste jaren fors toe. De globalisering van onze economie is daar niet vreemd aan. Uitheemse plantensoorten maken ondertussen in meerdere landen al twintig procent of meer van de flora uit. Zaden reizen gemakkelijk mee. Maar ook het ballastwater van schepen brengt waterdieren en -planten van en naar alle uithoeken van de wereld.
Een van de schadelijkste soorten wereldwijd voor inheemse biodiversiteit is de rat. Die reisde met schepen mee naar vele eilanden. Eilandsoorten bleken niet opgewassen tegen deze allesetende rover. Eilanden rattenvrij houden is geen sinecure. Maar de uitheemse impact kan ook uit heel andere hoek komen. Zo zetten uitheemse regenwormen de bodemstructuur en ondergroei van Noord-Amerikaanse bossen op zijn kop. Dat maakt het voor enkele andere uitheemse planten bovendien gemakkelijker om die bossen binnen te dringen en in te palmen. Inheemse planten en dieren betalen het gelag.
Ingevoerde soorten kunnen geruime tijd bescheiden aanwezig zijn en dan plots in een hogere versnelling schakelen om hun omgeving in te palmen. Recente studies tonen dat dat gepaard gaat met snelle evolutionaire veranderingen. Uitheemse soorten veranderen in het nieuwe milieu van gedrag en bouw. Dat is bijvoorbeeld aangetoond voor Europese spreeuwen en fruitvliegen in Noord-Amerika.
In 1935 werd in Australië een giftige paddensoort ('cane toad') ingevoerd. Tientallen soorten inheemse slangen zagen de pad als een lekkernij, maar bezweken telkens door het gif. Dat heeft een flinke ravage veroorzaakt. Toch hoeft men een evolutionaire tegenzet vanuit de inheemse fauna niet uit te sluiten. Zwarte Australische slangen uit populaties met die giftige pad ontwikkelden resistentie na amper 23generaties. Een snelle tegenreactie lukt evenwel niet altijd. De introductie van de nijlbaars in het Victoriameer deed honderden inheemse vissoorten verdwijnen.
Uitheemse soorten kunnen ook op subtiele, maar tegelijk drastische wijze toeslaan, door kruising met inheemse soorten. Dan zitten natuurbeschermers helemaal met de handen in het haar.
Het leven op aarde ondergaat een stevige transformatie. Natuurlijke grenzen of barrières waren van oudsher belangrijk voor het ontstaan en de handhaving van biodiversiteit. De menselijke bedrijvigheid doetsteeds meer soorten die natuurlijke grenzen overschrijden. Het op grote schaal mengen van voorheen gescheiden levensvormen is in belangrijke mate onomkeerbaar en leidt tot minder biodiversiteit.
Hans Van Dyck is hoogleraar gedragsbiologie en natuurbehoud aan de Université Catholique de Louvain (UCL). In deze zomerserie kijkt hij naar onze biodiversiteit door de bril van Darwin.
hans van dyck
(DS)
|