Last van luizen
Hoe kan ik mijn kippen afhelpen van bloedluizen?
De vogelmijt, in de volksmond ook wel 'bloedluis' genoemd, komt in het algemeen voor bij vogelsoorten zoals duiven, kanaries en kippen.
In de professionele pluimveehouderij is het een grote plaag, waarvoor maar weinig bestrijdingsmogelijkheden zijn. Als je op tijd bent, kun je je kippen toch nog redden van deze vervelende bloedzuigers!
Symptomen
Wat moet je doen om op tijd bloedluis bij je kippen te signaleren? Controleer in ieder geval regelmatig het hok op de aanwezigheid van mijten door de naden en kieren goed te bekijken. De plaats die je goed in de gaten moet houden is de onderkant van de zitstok-uiteinden. Zo kun je in een nog redelijk vroeg stadium aantasting ontdekken. Als je kippen slachtoffer zijn van bloedluis, krijgen ze bleke kammen en lellen. Daarnaast leggen ze duidelijk minder of soms helemaal geen eieren meer en hebben vaak een scherp vooruitstekend borstbeen. Wanneer je deze symptomen herkent, is de aantasting serieus en is de hoogste tijd om in te grijpen.
Dood
Doordat de mijten veelvuldig bloed drinken, krijgen je aangetaste dieren bloedarmoede en zijn ze veel vatbaarder voor ziekten. Ook is de mijt in staat om zelf ziekten over te brengen. De bloedluis kan zich zeer snel voortplanten en kan daardoor uitgroeien tot een enorme populatie. Door de veelvuldige bloedafname leidt dit tot verzwakking van je kippen met eventueel de dood tot gevolg.
Zonder voedsel
Hoe kun je ingrijpen en de bloedluizen bestrijden? Het blijft een moeilijke opgave, maar niets is onmogelijk. Er zijn een aantal chemische bestrijdingsmiddelen in de handel, maar geen van allen werken ze afdoende. Het probleem is dat de eieren en de mijten voor langere tijd diep weg kunnen kruipen en zonder voedsel maandenlang kunnen overleven.
RoofmijtOm het probleem echt goed aan te pakken kun je gebruik maken van roofmijten. De bloedluis staat namelijk op het menu van deze roofmijt. Ze kunnen, afhankelijk van de omstandigheden, vrij lang in een hok overleven. Intussen verorberen ze de aanwezige bloedluizen, die met huid en haar worden verslonden. De roofmijt zoekt zijn prooi op en laat hem geen moment met rust. Het is belangrijk om deze 'kannibalen' zo snel mogelijk na het constateren van een aantasting in te zetten. Zo voorkom je dat het aantal bloedluizen uitgroeit tot oncontroleerbare aantallen. En daarnaast eet de roofmijt niets anders dan de bloedluis. Als deze allemaal opgegeten zijn, is het dus ook einde verhaal voor de roofmijt.
video met Henk Lommers :