Vleermuizenverblijf
In vroegere tijden overwinterden vleermuizen vaak in boerenschuren en stallen. Met het verdwijnen van veel boerenbedrijven verdwenen ook geschikte verblijfplaatsen voor de winter. Om het afnemen van de populatie tegen te gaan worden er op diverse plaatsen vleermuizenkelders geplaatst. Bunkers bleken goede plaatsen voor het overwinteren van vleermuizen te zijn. Donker en vrij constant van temperatuur. De vleermuizenkelders die nu gebouwd worden, hebben de bunker als model.
Ze staan deels in de grond en ook op het verblijf wordt een laag aarde aangebracht. Hierdoor is de kelder vrij constant van temperatuur.
Er is geen deur in het verblijf die makkelijk open en dicht kan. Het is immers niet de bedoeling dat er voortdurend mensen in en uit lopen. De rust is voor een ongestoorde winterslaap van groot belang.
De ingang voor mensen is een luik waar boven een kier in zit. De vleermuizen gaan door de kier naar binnen. Ook aan de onderkant zit een kier die bedoeld is als ingang voor kleine waterdieren die hun winterslaap komen houden.
Het eenvoudige gebouw bestaat uit een aantal betonnen platen die tegen elkaar zijn geplaatst. De platen van het plafond zijn een stukje van elkaar geplaatst, zoals op de foto te zien is. De opening tussen de platen vormt precies een geschikte holte voor de vleermuis om te gaan hangen. Want vleermuizen hangen de winter door. Na de winter gaan ze naar buiten en keren niet steeds terug in het verblijf. Vooral de mannetjes kunnen ver van huis gaan en slapen wel in een boom. In de winter keren ze naar het verblijf terug.
Aanleg van een vleermuizenkelder in Tuinen in Demen www.detuinenindemen.nl
 Afgewerkte vleermuizenbunker in de Tuinen in Demen
Gemiddeld duurt het drie jaar voordat een nieuw winterverblijf wordt ontdekt door mogelijke bewoners. In de Tuinen in Demen staat sinds twee jaar een vleermuizenkelder en bij de wintertelling van 2010 werd de eerste bewoner aangetroffen: een bruine grootoor-vleermuis (Plecotus auritus) in diepe slaap.
De bruine grootoor is één van de ongeveer twintig soorten vleermuizen die in Nederland voorkomen. Zijn naam dankt hij aan zijn grote oren. In de winterslaap houdt hij daar zijn vleugels omheen geslagen zodat de oortjes lekker warm blijven. Er verblijven ook meerdere salamanders.
Eén zwaluw maakt nog geen zomer maar één vleermuis maakt wel een kelder tot een vleermuizenverblijf. Dat vindt althans de vleermuizenwerkgroep die de jaarlijkse telling doet en ons van harte feliciteerde. Eén vleermuis houdt ook een belofte in: de kans dat er volgend jaar meerdere vleermuizen in het verblijf zullen overwinteren is nu aanzienlijk groter. Ze zijn van harte welkom!
Op 18 juli zal de vleermuizenwerkgroep aanwezig zijn in de Tuinen in Demen om meer informatie te geven over vleermuizen.
(tuinadvies.be)
|