Zo lok je vlinders naar je tuin
Een tuin vol kleur en leven is toch net iets gezelliger. In de zomer helpen vlinders een handje om wat sfeer te brengen. Met deze tips lok je de gevleugelde diertjes naar je tuin. 1) Heb je een tuin vol bloemen? Goed, want vlinders fladderen van bloem tot bloem voor nectar. De vlinderstruik, koninginnenkruid en lavendel zijn echte lokplanten. Staan in je tuin alleen maar verdorde planten, dan is de kans groot dat de vlinder naar de buren gaat.
2) Toch moet je van je tuin geen alpenweide vol geurende bloemen maken. Als je tuin wat strakker is aangelegd kan je een klein bloemenperkje voorzien als afwisseling.
3) Vlinders zijn niet enkel fleurige fladderaars die leven brengen in de tuin, ze zijn ook nuttig. Als ze op zoek zijn naar nectar bezoeken ze vele bloemen en brengen ze stuifmeel over van de ene bloem naar de andere en helpen zo je planten bestuiven. Je kan deze voeding ook als lokstof aanbrengen op plaatsen waar je graag wat vlinders hebben wil.
4) Staan er wat fruitbomen rond je huis? Dan heb je vast al heel wat vlinders voorbij zien fladderen. Laat de appels of peren die van je fruitbomen gevallen zijn op de grond liggen. Vlinders zijn er gek op.
5) Vlinders zijn koudbloedige dieren. Ze hebben de zon nodig om op te warmen. Planten in de zon zullen dus weinig bezoek van ze krijgen. Alleen als het echt te warm is, zoeken ze schaduwplekjes op.
6) Vlinders vinden hun weg door herkenningspunten. Heb je een perkje met maar één soort plant in, dan zijn de vlinders het noorden kwijt. De diertjes houden meer van een gevarieerd aanbod.
7) Ruim je tuin nooit op voor de winter. Eitjes, rupsen en poppen zitten tussen planten, uitgebloeide stengels, onder dorre bladeren, in het gras of in de grond. Overwinteren in een kale tuin is voor de vlinder geen optie.
bron: MF (zita.be)
|