Met de juiste speeltjes zijn dieren in de dierentuin gelukkig.
Dieren in dierentuinen kunnen een heel gelukkig leven leiden als ze speeltjes en oefenmaterialen krijgen waarmee ze natuurlijk gedrag kunnen nadoen. Sommige dieren hebben dan zelfs minder stress dan hun soortgenoten in het wild.
Dat stellen deskundigen van dierentuinen en universiteiten die elkaar dit weekend ontmoetten in de
Brookfield Zoo in Chicago. Onderzoekers krijgen steeds meer inzicht in het gedrag van dieren in dierentuinen en wat voor speeltjes of oefeningen zij nodig hebben voor een gelukkig leven tussen de tralies. Grote katachtigen willen bijvoorbeeld een platform in hun kooi waar vandaan ze op het publiek kunnen uitkijken. IJsberen willen krabben en zoeken naar verborgen voedsel.
Speeltjes, attributen of oefenmogelijkheden zouden in sommige gevallen een einde kunnen maken aan het ijsberen van een luipaard of het rondjes zwemmen van ijsberen. Dit soort continu herhaalde bewegingen worden vaak gezien als stresssymptomen veroorzaakt door de opsluiting. Maar het kan ook dat de dieren hiermee hun overtollige energie kwijt willen raken of zichzelf willen kalmeren.
Mensen zwemmen rondjes en lopen graag in rondjes als we gespannen zijn. Zolang het de dieren niet verwondt of hen pijn doet, hoeft het geen slecht teken te zijn, zegt Nadja Wielebnowski van de
Chicago Zoological Society die onderzoek doet naar stresshormonen bij dieren. Zij vindt dat dierentuinen een soort van sportfaciliteiten moeten aanleggen voor de dieren zodat ze wat van hun energie kwijt kunnen.
Sommige diersoorten doen het geweldig in dierentuinen. Ze krijgen goed voedsel, ze krijgen elke dag te eten en ze krijgen goede medische verzorging. Voor sommige diersoort is de dierentuin daardoor zelfs beter dan het wild, zegt David Shepherdson van de
Oregon Zoo in Portland. Maar sommige soorten, zoals olifanten, grote katachtigen en beren, gedijen minder goed.
Shepherdson ontdekte dat bij ongeveer de helft van de dieren hun herhalingsgedrag afnam als zij enige oefening of speeltjes kregen waarmee ze hun natuurlijk gedrag konden nabootsen. IJsberen kregen bijvoorbeeld een plastic vat dat zij kapot konden slaan op een manier dat zij anders zeehonden zouden vangen.
We moeten van het idee af dat alle dierentuindieren gezelschap nodig hebben en de grootst mogelijke verblijfsruimte, zegt Vicki Melfi van de Britse Paignton Zoo.Dieren die gevoelig zijn voor geuren moeten bijvoorbeeld niet in een hok worden gestopt dat elke dag wordt gedesinfecteerd en zo hun geurmarkeringen verliezen. Dieren die gevoelig zijn voor geluiden zouden een donkere rustige leefhoek moeten krijgen.
(dag/nl)