Mijn hoofd is een grote bib geworden door de ouderdom. Ieder jaar is een fictief schriftje vol met kleine en grote verdrietjes, frustraties, trauma's, pleziertjes, vrolijke momenten eraan toegevoegd. Nu worden de hersenen een harde schijf genoemd met bestanden waar mijn leven in onzichtbare inkt is opgeslagen. Hoe het ook zij, ik open niet graag de deur naar het verleden. Gedaan is gedaan, gebeurd is gebeurd, met goed of slecht resultaat. Toch is er af en toe eens een gelegenheid om een anekdote door te geven aan de volgende generaties. Al is het maar om te laten zien of te laten horen dat ik ook tiener en twen geweest ben en niet geboren ben als zeventiger. Het weekend van de gele kleur is bijna gepasseerd en die gele kleur werkt voor mij zoals een rode lap op een stier. Niet de kleur is lelijk maar de kledij die ik met die kleur heb moeten dragen. Mijn moeder was een heel brave genereuze vrouw. Maar ze dacht van zichzelf ook dat ze een grote ontwerpster van kleding was. Vooral haar dochter heeft met haar modellen moeten rondlopen, zonder protesteren of opmerkingen te mogen maken. Op mijn Plechtige Communiedag was er eerst een schabouwelijk wit kleed dat ik moest dragen en een kroon met grote witte strik op mijn hoofd. En als tweede stuk was er voor het feest een geel-wit pied-de-poul kleed dat ik moest dragen. De stof, van beide kledingstukken, ging naar de naaister die het met een design van mijn moeder maakte. Op geen enkele foto van die gelegenheid heb ik een lach op mijn gezicht. Ik vond het afgrijselijke kleren waar ik een ganse dag mee moest rondlopen. Afschuwelijk zwaar, niet alleen door het soort stof, maar ook door de hoeveelheid meters die erin verwerkt waren. Want na 2 jaar werd er van dat pied-de-poul kleed, een rok en een vest gemaakt, een complaitke, deux pieces, tweestuks, zoals ze in mooi Vlaams zeggen. Weer naar een ontwerp van mama. Terug moest ik er mee rond lopen, het ware mijn zondagse kleren. Maar dat ensemble heeft er wel voor gezorgd dat ik er, zeker langs de achterkant bekeken, nogal oud voor mijn leeftijd uitzag. Op een terugweg naar huis, van een vakantieverblijf bij mijn Bobonne en vergezeld van neef en nicht, moest ik een bus nemen. Een auto stopte, de man vroeg waar ik naartoe moest en ik stapte in. Grote paniek bij mijn twee gezellen die iedereen alarmeerden voor mijn ondoordacht gedrag. Maar ik fier dat ik mocht meerijden het hele eind naar het station om alzo maar 1 bus te moeten nemen i.p.v. twee. De ongerustheid was groot bij mijn ouders die ook nog vrienden opgetrommeld hadden om mij te zoeken. Zo fier als een gieter kwam ik, na verloop van tijd, thuis toe, met de woorden: awel, ik heb nogal wat geld uitgespaard vandaag!. Mijn vader, de zachtmoedigste persoon die er op de aardbol rondliep, heeft mij zo'n lel om mijn oren gegeven en me twee dagen kamerarrest opgelegd. Ik heb van mijn moeder nooit meer het gele gevaarte moeten dragen wegens te oud uitziend. Mijn ervaring met het geel van Pasen.
|