Wereldoorlog 1 was een mannenzaak, zoals alle oorlogen vooral een mannenzaak waren en blijven. Vrouwen die achter de loopgraven actief waren zijn meestal verpleegsters of prostitués.Toch zijn er uitzonderingen. Journaliste Dorothy Lauwrence is er een van. Zij wou de eerste wereldoorlog verslaan vanuit de loopgraven. Daarom vermondde zij zich als soldaat en kon gedurende 10 dagen in de loopgraven verblijven. Zij werd ontdekt en beschuldigd een spion te zijn. Na de oorlog werd ze in een gekkenhuis opgesloten en stierf alleen en verlaten, zonder ook maar iets gepubliceerd te krijgen.
Dorothey Lauwrence vormt de inspiratiebron van kledingsontwerpster Kimberley De Frene. Zij ontwerpt eigenzinnig kleren die de vrouwelijke vormen verhullen en verbergen. Het tegengestelde van de huideige modetrends, die er juist op gericht zijn om de vrijwelijke vormen te accentueren en werken met centreren, ronde vormen en onthulling. De klederen van Kimberley De Frene zijn juist strak, rechtaan- rechtdoor. Kimberley's verhaal achter haar ontwerpen is dat er te weinig plaats is voor vrouwen in de samenleving, die nog altijd te veel een door mannen gedomineerde wereld blijft.
Vrouwen in Burka's zijn experts in het verhullen van lichaamsvormen. De kunst in de Arabische wereld is echter attractief verhullen, om juist accenten en nieuwsgierigheid op te wekken. Ook hier toont de kledij de plaats van de vrouw in de wereld. Wij als Westerlingen zien dit alsof vrouwen geen volwaardige plaats krijgen. Gesluierde vrouwen gebruiken hun kledij om hun wereld af te schermen voor ongewenste mannenblikken.
Dit brengt me bij de jaarlijkse organisatie van de vrouwendag op 11 november.Precies een beetje uit de aandacht en de belangstelling verdwenen sinds het spectakel een beetje achterbleef . Vandaag ligt de focus op armoede en multi-culti. Twee taboe's, waar de meer "geforuneerde" dames minder interesse voor hebben. Waar mee ook veel media de vrouwendaag onderbelichten.
Het regeringsbeleid van besparen op de kap van de niet-zo kleine man leidt tot nergens. Zowel op Vlaams als op federaal niveau klinkt de plaat hetzelfde: snoeien in het personeel van de overheid, een linaire besparing op de overheidsdiensten, minder uitkeringen voor werklozen, langer werken, besparingen in de ziekteverzekering,meer inschrijvingsgeld voor het hoger onderwijs, minder woonbonus, .... de litanie lijkt eindeloos.
De put, zogezegd door de vorige regeringen gedolven, moet unilateraal door de middenklasse en de werkende klasse gevuld worden. De echte rijken en de bedrijven blijven glimlachend aan de rechterzijde onaantastbaar toekijken. Tenzij natuurlijk Karel Van Eetvelde, die blijft roepen en tieren dat het allemaal niet ver genoeg gaat en dat we nog altijd potverteren. En hij heeft veel gezelschap in de rechtse werkgeverskringen, iedfere dag duikt er wel een voorstel op dat opnieuw oproept over minder verdienen en meer werken.
In Bepart-Waregem is er een tentoonstelling van Sarah Westphal die pijnlijk duidelijk maakt waar het ons zal brengen. Bepart is een voormalige villa van een niet onbemiddelde overleden kunsthandelaar, die een 10-tal jaar geleden werd ongevormd tot een centrum voor actuele kunst.Het centrum heeft de voorbije jaren zeer mooie tentoonstellingen ingericht ( Schoner Wohnen, Johan Van Gheluwe,...). Nu is de toekomst van dit centrum bedreigd: want dit provinciaal centrum zal door de zesde staatshervorming hetzij door de stad Waregem, hetzij door Vlaamse Gemeenschap worden overgenomen.Een beetje de keuze tussen de pest en de cholera: want hoe het ook afloopt het loopt slecht af.
Als de Vlaamse Gemeenschap het centrum overneemt, dan belandt Bepart in de maalstroom van besparingen en kan je gemaakelijk voorspellen dat er van het huidig beleid, en ook van het huidig personeel, weinig zal overblijven. Neemt de stad Waregem Bepart over, dan zal er na een paar jaar geen echt platform meer zijn voor hedendaagse kunst. Wellicht wordt het centrum opnieuw een privé-galerij.
Sarah Westphal heeft in de kelderruimte perfect de toekomst van Bepart voorspeld: in een verkommerde en onder water gelopen kelder staan wat verloren fietsen, een foto-ontwikkellabo uit betere tijden,een collectie van kitch-schilderijen, een versleten aftandse matras.
Dit wordt met de huidige regeringsplnannen ook de toekomst van Belgie en Vlaanderen.
Ik schrijf een boek over Atef, een Palestijnse vriend. Het boek is ongeveer af, alleen ontbrak er nog een inleiding. Leila Shahid, de ambassadrice van Palestina in Belgie en bij de Europese commissie, had beloofd de inleiding te schrijven. Alleen, Gaza en haar onvermoeibare pendeltocht tussen conferenties, speeches, analyses, ontmoetingen met journalisten maakten dat er geen ruimte was in haar agenda.Tot gisteren. Pardoes op 9 oktober, mijn verjaardag.
Ik bel aan bij een burgershuis in de schaduw van het Berlaymontgebouw. Aan de deur een papiertje: Palestijns cultureel centrum. Een jonge vriendelijke secretaresse opent de deur en zegt dat mevrouw me zo dadelijk zal ontvangen. Ondertussen discussieert de secretaresse met Palestijnen die iets met paieren moeten in orde maken. Blijkbaar ontbreken er papieren,want meermaals valt het woord fax. Een fax is blijkbaar uit de tijd,want de Palestijnen willen GSM-foto's versturen. Lukt niet, ze moeten faxen. Ik kijk afwezig naar het plafond: er zit een groot gat in, precies of er hier ook een Israelische scud door het plafond kwam.
Plots staat Leila Shahid in het bureautje en vraagt me mee in haar bureau. Een paar zetels, veel boeken en de Palestijnse vlag. Zoals steeds neemt Leila Shahid het heft in handen. Zij begrijpt geen Nederlands,dus kon ze mijn boek niet lezen en vraagt ze een samenvatting van de inhoud en de manier waarop het boek tot stand kwam. Dan begint ze over de verschillende thema's commentaar te geven: hoe de Israeli's niet begrijpen dat de gevangenissen echte opleidingscentra zijn voor de gevangen Palestijnse burgers. Dat iemand die ongeschonden de gevangenis verlaat een sterke figuur is en in de ogen van het Palestijnse volk een leider is voor hen.Zij vraagt me of ik de film Paradise now en Omar van de cineast Hany Abu Assad zag, want die zijn in Nablus opgenomen. En Omar toont hoe de Israeli's collaborateurs recruteren.
De tijd loopt, Leila Shahid dicteert me haar inleiding op het boek. Als een handige diplomate verpakt ze haar boodschap tussen de lijnen. En daarna begint ze honderuit te vertellen over haar moeder, die twee jaar geleden overleed. Ook haar moeder schreef een boek om de Palestijnse traditionele verhalen en het verleden uit haar jeugd te bewaren.Geen verhaaltjes over klein duimpje en roodkapje, maar over het echte leven in Jeruzalem. Mijn dag kan niet meer stuk, ik zweef door de Brusselse straten met de handtekening van Leila Shaid in mijn tas.
Heb je een rijke familie of een vetbetaalde job ? Dan koop je alles nieuw, ook een huis. Sleutel op de deur,geen vuile handen en een fonkelnieuwe kast van een villa met oprit en aangelegde tuin.
Heb je minder geluk,dan kan je terecht op 2de hands. Te midden van de haaien en bedriegers. Een mooi idyllisch boerderijtje, blijkt een bouwvallige krot. Doe het zelf,renovatie. Hopelijk heb je een grote familie. Indien niet, dan kan een droomhuis veranderen in een nachtmerrie. Allen koelbloedige planning, vasthoudend geduld en veel optimisme kunnen je redden.
Een helikopterzicht op de bouwwerf helpt. Maar als je er middenin zit dan heb je creativiteit en handigheid nodig.Is er een renovatieplan, wie is de werfleider ? De droom bestaat, dat doet de architect wel met een paar mooie pennetrekken. Maar de pakken bakstenen,houten balken,gips, verf: het ligt nog allemaal in de winkel.
Een nieuw huis wordt van onder naar boven gebouwd, een oud huis wordt van boven naar onder gerenoveerd. Met stof, pakken stof, die in je huid,je ogen, je oren kruipen. Meteen krijg je het uitzicht van een mijnwerker.Alle omstaanders kijken je aan of je uit de hel komt. Maar je glimt van de trots, want weinigen kunnen zeggen: dat, dat heb ik nu allemaal zelf gedaan !
Een kunstenaar heeft een muze nodig.Voor mij is dat iemand waaraan ik mijn ideeën kan toetsen. Ben ik duidelijk genoeg ? Zijn er niet te veel storende schrijffouten in mijn tekst ? Gebruik ik wel alle argumenten die in mijn hoofd zitten ? Voor mij is het een geduldige, luisterende, reactieve vrouw. Zonder muze ben ik niet gedisciplineerd genoeg om een tekst correct af te werken of toch een paar maal te herschrijven.
Voor sommigen moet een muze een jonge en vooral mooie vrouw zijn. Zo noemde Berlusconi zijn Marokaanse nachtclubdanseres Ruby zijn muze. Hij had correcter moeten zijn: een speelgoedpoppetje was juister geweest. Een muze werd door de kunstenaars aangeroepen voor ze aan een kunstwerk begonnen, het was een godin uit de Griekse Mythologie die hen moest helpen als de inspiratie op was. Van de Griekse mythologie naar facebook is vandaag slechts een kleine stap. Inspirate te over en het wemelt van de mogelijke muzen. Maar ik heb het liever iets minder virtueel.
Mijn muze is zeer gewoon, zij kan verrukkelijk koken en houdt van mooie dingen. Wij zijn soulmates en babbelen honderduit. Zo heb ik een laboratorium waar ik mijn ideeën kan toetsen en laten groeien. Dank zij mijn muze denk ik twee maal na voor ik iets schrijf: waarschijnlijk best. Want als je over nog in leven zijnde personages schrijft, denk je best meer dan een keer na. Niet meteen een van mijn sterkste karaktertrekken als ik achter een toetsenbord zit. Maar dan hoeft mijn muze enkel eens bedenkelijk te kijken.
Zijn kunstenaars gek of gekken kunstenaars ? Na een periode van experimenteren in de beeldende kunst is er plots behoefte aan eenvoud. Dan komt er plaats voor " vrijwilligers" of amateurkunstenaars.Soms heet dit naieve kunst. Deze moderne primitieven schilderen hyper-realitische gewone levenstaferelen. Aan de rand van deze kunstenaars zijn er ook vele gekke kunstenaars, die hun inspiratie halen uit psychische problemen of waanvoorstellingen. Zij hebben hogere ambities met hun kunstwerken zijn ook dikwijls "uitvinders", niet enkel artisten. In het LAM te Lille hebben ze een volledige afdeling verzameld van wereldberoemde kunstenaars uit onze contreien.
Patrick, een goede vriend, had er ook iets van. Van beroepsschilder was hij uitgegroeid tot een goede artiest, die les volgde aan de kunstakademie in Menen en zijn eerste prijzen won met zijn keramiekwerk.Ja,hij had soms "speciale"projecten. Zoals de woonhut in polyester die hij voor de avontuurlijke vakantiereizen op zijn auto monteerde. Of de dieren in keramiek, die op dorpsgenoten leken. Hij schilderde de heroische strijd van de jeugd tegen de pastoor in het dorp, ontwierp de strijdkarren voor de geboorte van mijn eerste kind. Geen probleem, hij was een artiest in wording, geen zonderling.
Toen hij geconfronteerd werd met de dood van zijn moeder, knakte er iets van binnen. Het kwam nooit meer goed. Hij begon iedereen, ook zijn beste vrienden te wantrouwen en leed aan achtervolgingswaanzin. Zijn kunstwerken werden steeds moeilijker begrijpbaar voor zijn omgeving. Langzaam werd hij een eenling, vrienden werden steeds zeldzamer. Na een psychische tocht door de woestijn woont hij in een appartement, alleen met zijn kunstwerken opgestapeld en verborgen. Toch had hij talent. Hij had alleen het geluk niet Picasso te kennen. Anders stond hij wellicht ook me"t enkele van zijn prachtige werken in het LAM.
Ik weet het: je moet voorzichtig zijn met woorden:zoniet verliezen ze hun betekenis. Toch wil ik het woord volkerenmoord gebruiken om de oorlog van Israel tegen de Palestijnen te omschrijven. In het kort wil de staat Israel sinds 1948 alle Palestijnen weg uit het historische Palestina. Zij beschouwen dit land als het "beloofde" land voor hen en voor hen alleen.
Sinds de Nakbah zijn er steeds opnieuw oorlogen, die door de Israelische militairen gewonnen werden ten koste van veel Palestijnse doden. Slechts 1 keer waren er onderhandelingen : in Madrid. Maar daar kwamen de Palestijnen met lege handen terug. De andere Arabische landen kregen hun gebieden die ze tijdens de zesdaagse oorlog aan Israel verloren terug in ruil voor de erkenning van de Israelische staat.
De sterk gemilitariseerde staat Israel, met steun van de USA, is geen partij voor de Palestijnse milities. Het is een gevecht van David tegen Goliath, van een dwerg tegen een reus. De militarisering van het conflict is wat Israel het liefst heeft: zij weten dat ze superieur zijn. En ze moeten niet onderhandelen.
Mijn hart bloed. Als ik denk aan mijn vele Palestijnse vrienden. Zij zitten in hun eigen geliefde land opgesloten, omringd en gecontroleerd door militairen, die als cipiers in een gevangenis het dagelijkse leven bepalen.Met veel willekeur, wantrouwen, straffen. Levenslang zijn generaties opgesloten in deze cel.Iedereen die kan ontsnappen vlucht weg. Zo bereikt de Israelische staat,langzaam maar zeker zijn doel: een staat met enkel Joodse burgers, met hier en daar een tweederangs Palestijn. Op termijn verdwijnt ook die laatste Palestijn uit zijn land,van zijn grond.
De internationale rechtsnormen worden al 60 jaar lang straffeloos opzij gezet. Een zoveelste oorlog in Gaza, een militair optreden waartegen geen natie durft reageren. De media stellen de agressie voor als een verdedigingstaktiek van Israel tegen de agressie van Hamas. In praktijk schrijven de de perscommuniques van het Israelische leger over. Een humane oorlog, zonder collateral dammage. "Hallo", hier het Israelische leger. Spreekt U Hebreeuws ? Binnen vijf minuten bombarderen we !Alleen de vriendelijke groeten ontbreken.Het kan moeilijk cynischer.
Ik hoop dat het militair optreden zo snel mogelijk gestopt kan worden en dat de vredevolle Israelisch hun stem verheffen tegen hun eigen regime. "Niet in onze naam". Om samen met de internationale gemeenschap een planmatige genocide te stoppen